Klein
Eens ben je klein
Dan wil je groot zijn
Ben je water groter
Dan zou je wel baby willen zijn
Lekker in de wagen
Niet het vermoeiende geloop
Ja, als kind loop je nergens mee te koop
Alles doet zich in het kinderleven voor
Maar je zeurt echt niet hoor!
Moeders houden trouwens daar niet van
Als je zeurde dat je moe was van het lopen
Dan hield je dus stijf je mond
Vroeger hadden ze alleen de benenwagen
Ja, zo was dat in de na oorlogse dagen
Je kon van alles vragen
Maar er kwam weinig opdagen
Er waren bijna geen middelen beschikbaar
Je speelde met een klein beetje speelgoed
Prima voor een kindergemoed
Tegenwoordig puilt het de kinderkamer uit
Misschien lachen ze je wel uit
Als je zegt dat het te gek is
Alles draait tegenwoordig om het cadeau
Vroeger was je blij met een zuurbal
Of een lekker ijsje
Dan zong je een wijsje
Later kreeg je een paar dubbeltjes voor je
schoolreisje
Ja, dat waren andere tijden
Hoewel misschien hier ook die enorme
hoogconjunctuur is ontstaan
En nu is het met alles wel gedaan
De armoede zegt men is er ook weer
Ja, als je geen hand hebt kun je ook geen vuist maken
Alles is er doorheen gejaagd
Ja, het klinkt allemaal afgezaagd
Maar het midden van dit alles is ver te zoeken
Het is of rijk of heel erg arm
En dan loopt ineens links zich zeer link warm
Ze roepen dat het anders moet
Maar steeds brengen de berichten weer roet
Zodat dat schreeuwen het ook niet goed doet
Hoe kun je dat allemaal weten?
Dan moet je veel luisteren en lezen
Overal kom je commentaren tegen
Tegenwoordig is alles open en bloot
Het ligt als het ware zomaar in je schoot
Vandaag is het rustdag maar toch
Alles gaat gewoon door
Ons land van vroeger is er niet meer
Overal gaan mensen op bouwwerken tekeer
De bodem is bedekt met gebouwen
Het kan je als mens van het einde en
na de oorlog benauwen
Toen was er nog veel groen
Maar we moeten het nu met aan elkaar
geregen dorpen en steden doen!
En maar brullen dat er geen werk meer is
Ja, het houdt een keer op
Dat volbouwen van de bodem
Tegenwoordig hebben we een modem
Waarmee we alles digitaal bouwen
Ja, als je het toen en nu bekijkt
Dan is de mens niet verrijkt
Maar we zijn armer dan arm
Want niemand heeft nog een lange arm!
Een arm die om de maatschappij wordt geslagen
Ja, zo is het in onze dagen
Er wordt heel wat achter de schermen gesproken
Maar de witte pijp zien we niet roken
Er komen geen oplossingen naar buiten
Het kan mee of tegenvallen
De mens is in het verdoemde gevallen
Want als je de schatkist leeg vreet
Dan stopt het niet in die Haagse keet
We gaan steeds dwarsliggen
Men behoort ongeveer bij de pasgeboren biggen!
Ja, vertel jij dan maar hoe het moet
Ja, we zijn een volk dat nimmer echt boete heeft
gedaan
We hebben tegenwoordig alleen maar rechten
Ja, hoe wil je dan dit gevecht beslechten
Je ziet de één chagrijnig kijken
De ander doet het met een vrolijke lach
Maar het is daar zo zwart als de nacht
Daar heeft niemand zeker aan gedacht
Als het duister is in de breinen
Dan ontvang je geen Licht
Om deze zaak te doorbreken
Misschien duurt het hierna nog wel weer
Weken en weken
Totdat men aan zn krachten is bezweken
Men hoeft het van niemand te verwachten
Want op mensen moet je niet bouwen
Die hebben vaak een grote bek
En daar kun je helemaal niet het goede mee herbouwen
Want een verwoesting die is aangebracht
Brengt maar één ding voort
En dat is klacht op of na klacht!
Er is er Een die het ooit heeft gezien
De mens ontvangt geen tien voor gedrag
Maar een grote nul
Dat is het cijfer voor het Haagse spul!
Hebreeën 1-10-12
15-04-2012 om 17:06 geschreven door Liesbeth
|