| Watersnood   De watersnood was groot De winden bleven waaien Het water was aan het stijgen Wilde je het zien Dan kon je alleen al van angst hijgen Als je zag hoe het havenhoofd onder water werd gezet Eigenlijk was je nergens veilig Hoewel in Zeeland de echte verschrikking kwam Die van veel mensen het leven nam Als kind kon je er van rillen De dood kwam zo dichtbij Je werd echt niet zo blij De ernst komt dan hevig op je af Met ons zou het ook zo kunnen gaan Elkaar in het water kwijt raken Ja, dat is toch een vreselijke zaak Op maandagmorgen na de storm Was het dat je weer de trap van de school beklom
 Op de twee verdieping zat je wel veilig Maar een mens is nooit veilig Een mens moet worden gered En dat is waar je als kind diep meewordt
geconfronteerd
 Ook al zwijg je verder als het graf Maar die doodangst vergeet ik niet En als je de krant zag met zo vreselijk veel verdriet Of je hoorde de berichten op de radio Het was of er een wereld verging! Toen we allen in de klas waren gezeten En de aanvang van de les zou beginnen Gingen we eerst bidden en zingen En we zongen God de Heer regeert Beeft, gij volken eert, eert Zijn hoog bestel Die bij Israël tussen cherubs woont en Zijn grootheid toont Dat zich d`aarde bewegen Hij is Israëls zege En de verder coupletten Daarin zag je als kind de grootheid van God!
 God die de winden doet waaien Die het water deed stijgen Die alle macht heeft in hemel en op aarde Die God is als kind dan al je meerwaarde Je innerlijke troost Maar als kind uit je nog niet je gedachten Maar je neemt ze mee in de tijd Hoewel je heus niet altijd blij was met dat gezag Omdat het gezag je soms zo anders werd voorgesteld Maar Zijn gezag is er één van liefdevolle zorg En vanaf mijn geboorte tot aan de dag van vandaag Heb ik Zijn grote zorg mogen ontvangen Want alles in het leven is door Hem bezorgt Heb je dan geen keuze gemaakt! Ja, keus op keus! Maar daarin wordt een mens geen reus Je wordt een heel kleine onderdaan Die niet aan de bovenkant van de ladderkomt te staan!
 Moeite en verdriet werden niet gespaard Maar de God van Israël is mij in alles veel waard! Er waren geestelijk watersnoden In de tijd van alle afgoden Het stroomde woorden Maar men bleef alles verafgoden Zelf mensen kunnen mensen verafgoden Ook zie je dit in ons afgezakte Nederland De afgodendienst houdt niet op Maar door de crisis krijgt men strop op strop Ziet u het wonder van regeren? Wil men God niet eren Dan zal men zich aan de afgoden bezeren En heb je je hart op het materiële gesteld Dan kom je snel de afgrond in gesneld Want een afgod kan niet redden Maar de Zoon des mensen Kwam wederom als Redder naar de aarde Om de Zijnen van al het ongeloof om hen heen te redden
 De grootheid Gods doet niet hinken Maar Hij doet blinken! Blinken van goedertierenheid en barmhartigheid Opdat Hij nog een volk welgevallig is! Een volk dat gaat zien wie en wat Hij is Zijn liefde tussen alle gruwelen is niet mis Hij troost en vertroost Ook al wordt het door de leugenaar nagebootst!
 Eens worden de vijanden onder Zijn voeten gelegd En dan is de leugenaar, moordenaar, huichelaar die nog weinig zegt!
 God is een heilig God En gaf eens het grote gebod God liefhebben en je naaste als jezelf! Dat is de hoofdsom van de wet! Het is er niet voor niets bijgezet Verlost van wet Is Christus Zelf dagelijks het gebed Zit je dan de hele dag te bidden? Welnee, Hij gaat overal mee Op straat of waar je met Hem wil spreken! Maar een zuchtend gebed dat wordt door Hem in je ziel gelegd! Dan spreek je Hem na! Want Hij is de Hogepriester Vooral als de vijand hevig briest Maar een ding staat vast, Hij regeert!     Psalm 99 berijmd en onberijmd        31-01-2013 om 18:45 geschreven door Liesbeth
 |