De bramen zijn geplukt, de confituur is gemaakt. Ik kan het eigenlijk geen confituur noemen, het is een coulis, lekker. We brengen de dag slapend en etend door. Niet bijster interessant dus. Het meest spectaculaire van de dag was een libelle die binnenritselde, waarschijnlijk door het open raam. Geert durft zo'n beest niet pakken. Ik iets meer, dus heb ik ze proberen evacueren voor ze haar vleugels zou verbranden aan een lamp, waar ze aan verslingerd leek. Ze is uit het raam gevallen. In het beste geval gevlogen, maar haar nekje stond toch wat scheef door mijn handtastelijkheid. Arme libelle. Rosita. Morgen schieten we terug in gang, fietsen we een eind ver. Naar Estagel, op zoek naar een wasmachine. En oh wonder, vandaag stond er een kraam in Ansignan, textiel zou ik het noemen, gaande van zakdoeken en lakens tot broeken en blouzes en kleedjes. Ik kocht wat handdoeken want schamel is de hoeveelheid die we bij hebben. De verkoopster, een oudere dame, vertelde dat ze vroeger elke maand kwamen. Nu nog twee keer per jaar. De teloorgang van de bejaardentextiel in Ansignan.
|