Inhoud blog
  • Inpakdag
  • een laatste keer de bergen in
  • torre del mar
  • dry rafting
  • apentoerentocht
    Zoeken in blog

    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     
    Gastenboek
  • Goedemiddag
  • OOk nog de Beste wensen voor 2024
  • Hallo
  • Een goede midweek middag en avond
  • Goedemorgen

    Druk oponderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek

    de hort op

    27-04-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.26-27 april treinen en treinen en trainen

    De eerste grote ruk naar het Noorden op 26 april : van Sagunt naar Barcelona met de regionale trein, die we op een haar na mislopen omdat twee minuten vóór de onze op hetzelfde spoor een trein stopt die naar Castillò gaat.  Weten wij veel waar Castillò ligt.  Kan best een station in Barcelona zijn.  Gelukkig vraagt Geert in ultimo tempo of die trein toch naar Barcelona gaat. Neeneen, deze trein gaat maar een boogscheut ver. Net op tijd gestopt in onze omstuimige opstapdrang. Al heeft de loketmadame ook wel een aandeel.  Half in slaap zit ze in haar loket in haar neus te peuteren in plaats van ons wat duidelijke uitleg te geven.  Geen toegangsticketjes, geen uitleg wat we juist met onze fietsen moeten doen, geen waarschuwing dat er een trein gaat stoppen enkele minuten voor de onze, terwijl er drie kwartier lang geen enkele stopt.  Dat moet beter kunnen, die spoorwegleer. 


    Op de trein naar Barcelona staat mijn nek stijf van de stress.  Onze fietsen en de kar staan een compartiment verder en dat heeft zich gevuld met schlemielen en idioten die zich te pletter zuipen en lijntjes snuiven (mijn gedacht).  En dus rek ik mijn nek in een voortdurende poging om enigszins controle te houden op onze eigendommen in de linkse verte, terwijl Geert er gerust in is en Stefan Brys leest.


    Wat ben ik blij dat we in het station Sants nog compleet met zijn vijven zijn en geen heroïnespuit in huid en haren terugvinden. Op naar Montjuïc door het bruisende avondlijke Barcelona, warm, vurig, dansend, drinkend, lachend, levendig Barcelona.  Straks mogen jullie naar de stembus, Barcelonieten, wat gaan jullie daar mee doen ? Het appartementje is niet goedkoop, maar wel knus en comfortabel, met een klein balkonnetje.  We loodsen onze fietsen binnen, kar ook mee naar boven. Licht uit, de klok wijst half twaalf.  Morgen kopen we tickets voor Portbou.  Heimelijk hoop ik dat er geen treinen rijden en we een dag extra in Barcelona kunnen blijven.  Rondbaggeren, koopjes doen, bankje zitten, mensen kijken, terrasje bezetten...ik zou het wel weten.  Maar de planning zit anders in het hoofd van Geert en het is raadzaam daar niet veel aan te sleutelen, want dan gaat de sirene om de haverklap af. Dus, dus, dus, koop ik in de vroege ochtend van zaterdag 27 april 2 tickets voor het laatste station van Spanje en zullen we eens op het gemakje opkrassen en treinwaarts fietsen.


    Het opstappen is toch weer spannend. Er is één deur in de trein die een lage opstap heeft voor fietsers en rolstoelen, maar je moet al heel veel geluk hebben dat die deur juist voor jouw fiets halt houdt.  Dan komt het er op aan zo vlug mogelijk die speciale deur te vinden zodat je met fiets of ander wielergewaal in de trein kunt.  In ons geval is dat erg moeilijk omdat we 3 stuks op wielen hebben.  Maar Geert heeft zich heel vlug de handigheid eigen gemaakt om zich zowel met kar als fiets (in elke hand één stuk rollend materieel) sprintend te kunnen verplaatsen.  Willen is kunnen !  En zo duiken wij de trein binnen.  Geen conducteur, die kijkt of iedereen er op zit, geen fluitje om te vertrekken.  Tuut zeggen alle deuren en ze gaan toe.  Wie er tussen zit, moet een schietgebedje doen en zijn testament maken.


    Er zit deze keer beschaafd volk op de trein, al is er toch een oudere dame die het bloed van Geert op kooktemperatuur brengt.  Zij stapt op en vindt dat onze fietsen weg moeten want de buggy van haar kleinkind moet daar staan. Daar dient die plaats voor. In haar ogen. Misschien ook in de ogen van Renfe.  We weten het niet en plooien, maar de 'heks' heeft het gedaan en ze moet in de stoof. Een duwke in haar kruis en we zijn er van af. Met kop en staart het vuur binnen. Vreselijke rook, geknetter, vonken springen in het rond : heks is opgebrand.


    Portbou is op het eerste gezicht troosteloos.  Verouderd, verwaarloosd, een godvergeten dorpje aan het einde van Spanjeland. Maar als we het dorpje verder in rijden en op de Middellandse Zee stuiten, kan het ons toch bekoren.  Het is ook wel speciaal : het laatste dorpje van een land, geheel omsloten door bergen en zee, een eiland in het land. Blijft dit levendig of glijdt het af in ontvolking en leegstand ? Ik vraag het me af.  We zullen binnen tien jaar eens terugkomen en checken. 


    Maar, we moeten nog fietsen vandaag. Er staan maar een ruwe 30 kilometer op het programma (tot Argelès sur Mer), maar ze kunnen wel tellen.  Niet verwonderlijk dat hier de grens tussen twee landen ligt, boven op de eerste klim is de effectieve scheidingslijn.  Ik stel me de twee landen voor, verwikkeld in een bloedige oorlog.  Langs beide flanken kruipen soldaten omhoog, 'schieten op al wat beweegt', nou ja, er beweegt heel veel, maar het is niet te zien, want het is net over de top. Ze komen boven, loeren over het topje heen en kijken recht in de ogen van de vijandelijke soldaat die ook net over het topje kwam gluren.  Wat nu gedaan ?  Schieten kan niet meer, de loop is te lang, de vijand te dicht,  de schok is te groot. In het beste geval vallen ze omver van het lachen, drinken samen een pint en gaan naar huis. Prikklok  krikkrak,  de werktijd zit er op.


    De kuststreek is hier prachtig, net zoals de Costa Brava in al haar ongetemde ruwheid prachtig is.  Rechts de zee, links de bergen. En wij, bergop bergaf. Het doet deugd om nog eens te fietsen en het doet deugd om terug in bekend gebied te zijn.  We herkennen Port Vendres, Collioure. En Argelès sur Mer, waar ons hotel op ons wacht.  Voor één keer een viersterrenhotel, met een viersterrenrestaurant waar we heel lekker eten om onze laatste uithuizige avond te vieren. Bon appétit !


    's Avonds in bed bedenk ik nog dat ik zal moeten afleren om 'ola' te roepen tegen de tegenvoetse medemens die ons pad kruist. In Spanje roept iedereen 'ola' tegen elkaar. Alsof heel Spanje een levende ijsjesventerij is. En ook het woordje 'si' moet ik nu wel uit mijn woordenboek schrappen, want als ik in Frankrijk 'si' zeg, tja, dan beginnen die in de voorwaardelijke wijs te denken. Die fransen toch.




    27-04-2019 om 22:31 geschreven door geert en hilde op de fiets

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (7 Stemmen)
    >> Reageer (2)
    26-04-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.25 april we zoeken en vinden ....Valencia!

    We overslapen ons grondig : het is kwart voor tien als er ergens een vermoeden code oranje in ons opborrelt dat de zon al een poosje aan het spinnen is en de vissers weergekeerd van hun jacht op de emperadores.   Tijd om op te staan.  Het ontbijt kan tot half elf, dus roef roef en oef.

    Geert heeft op google maps zitten snuisteren en is overtuigd dat er een fietspad loopt langs de kust tot in Valencia. De haven van Sagunt ligt wel wat in de weg, maar daar kunnen we met een grote boog rond. We checken dat even aan de balie.  Priscilla schrikt zich rot.  Naar Valencia met de fiets, impossible. Overleg met de andere Priscilla. Tja, misschien toch, misschien niet, te proberen, groot avontuur....  Laat ons weten of het gelukt is, vanavond, besluiten ze unaniem.  Dat willen we best doen, dienst voor toerisme spelen voor het hotel. Maar moet het niet eerder andersom zijn ?

    Het begint goed, asfalt langs de duinenrij, richting het zuiden.  Het miezert ondertussen wel, maar eigenlijk deert dat niet omdat het lekker warm is. Daar doemen de eerste kranen en fabrieksgebouwen op. Algauw zitten we op een autovía, druk en vol vrachtverkeer.  We weten zelfs niet of we hier met de fiets mogen rijden.  Maar er is weinig protest van de automobilisten en er is een brede pechstrook, dus fietsen we dapper verder. Geert wil kost wat kost terug naar de kust om het fietspad te zoeken, ik wil rechttoe rechtaan naar Valencia. Ik zwicht, we slaan linksaf, richting Parc de Sagunt. Dat park heeft een imposante oprit, maar meer dan dat zien we niet, want de oprit loopt dood op een zandweggetje.  Misschien, heel misschien ja, zou dit wel eens naar HET fietspad kunnen lopen.  We nemen het risico niet en keren om en vinden een wegwijzer naar Puçol. Dat is goed, een stuk in de goede richting.

    Niet ver van ons loopt de autovía nog steeds in dezelfde richting, en tussen onze kleinere baan en die autovía zien we plots : een rusthuis. U vraagt zich af wat dat nou met onze tocht naar Valencia te maken heeft.  Niets eigenlijk, maar het geeft me wel de mogelijkheid om me even op te winden.  Welke petoeter haalt het in zijn hoofd om een rusthuis in te planten ergens nergens, vlak bij drukke wegen, ver van elke andere menselijke activiteit ? Afspanning rond het domein, de oudjes zitten goed weggestopt, nemen geen deel meer aan het maatschappelijk leven, kunnen zelf geen uitstapjes maken naar een winkel of een parkje of een oude vriend. Gevangen en gekooid en met een extra kuchje door de uitlaatgassen. Neen, de Vandeurzen van Spanje heeft dit niet goed bedacht, mijn gedacht.  Maar tot zover deze oprisping.

    Puçol is bereikt en per toeval zie ik in het boekje van onze vriend Benjaminse dat er een Via Verde loopt van dit stadje tot in Valencia. Hoera voor de Minister van Verkeer.  Dat moet een fervente fietser zijn. Vanaf nu wordt het een ieziepiezie.  Het fietspad is mooi geasfalteerd, rood gekleurd, en spotgemakkelijk te vinden. Langs de kant van de weg : velden met ajuinen, kolen, aardappelen én een soort reusachtige distels. Kweken de Spanjaarden distels ?  Het blijken artisjokken te zijn. Het is de eerste keer in mijn leven dat ik een artisjokkenplant zie.  Het is ook de eerste keer dat ik iemand in april aardappelen zie oogsten. Zo vroeg ? Toch zijn het gezonde grote (friet)patatten. Het doet me mijmeren en in een Spaanse klas belanden.  De juf vraagt : hoe bereid je een aardappel ? Kindjes zeggen : in de frituurpan. Ik steek mijn vinger op en zeg : mijn mama maakt er puree van, samen met broccoli. Alle kindjes lachen, de juf lacht het hardst.  Wat een idee, wat een raar kind.  Maar, daar komt Jeroen Meus het klaslokaal binnen.  Hij steekt zijn wijsvinger bezwerend op : Jullie moeten allemaal leren om out of the patattenbox te denken, want anders ! Anders wordt het nooit anders. Juist, Jeroen, en bedankt.

    Ik moet eerst duidelijk maken wat onze plannen zijn.  We willen, liefst morgen, de trein nemen naar Perpignan, daar overnachten en zaterdag verder fietsen tot in Ansignan.  Vandaag proberen we dat te regelen.

    Geert, de navigator van de dag, weet waar het station van Valencia ligt.  Dus fietsen we daar naartoe. Hm, klein station, maar de loketten zijn allemaal toe.  Cerrado en dat voor de rest van de dag. Een hulpvaardig geel hesje komt ons ter hulp. We moeten naar Valencia Nort, in het oude stadsgedeelte. We passeren het voetbalstadion van Valencia (groot !) en zien opvallend veel elektrische steps in de stad. Het blijkt hier het vervoermiddel bij uitstek. Het oude stadsgedeelte is rustig.  We doen een terrasje, genieten van de zon en eten een lekkere paëlla.  Valencia heeft merkwaardig veel markante gebouwen, we komen ogen te kort als we onze weg verder zetten. Mooie stad !  Ook het Noordstation is opvallend mooi en vooral, dat merken we als we binnen zijn, afgestemd op het bewonderen van het gebouw en niet op het verschaffen van treintickets. Toch niet als je tickets wilt voor de volgende dag. Voor vandaag, dat kan nog net, aan de loketten die er als nostalgische kermisattracties uitzien. Ik vind in een zijkantoortje een man die me in het Engels wil uitleggen wat ik kan doen. We moeten naar een ander station, vijf minuten verderop. Valencia Joaquin Sorolle.  Daar kunnen ze ons verder helpen. Fietsen kunnen mee, maar enkel op regionale treinen. Dat klinkt al beter dan het inpakken van de fietsen, wat we eerder hoorden. Op naar het derde station van de dag. Lange wachtrijen aan de loketten, Geert stuift in en uit (nog niet aan de beurt ?), de tickets vallen wat anders uit dan verwacht.  Morgen kunnen we tot in Barcelona Sants met de trein van 17u10.  Een  boemeltrein die er vijf uur over doet. Dat wordt overnachten in Barcelona. De dag daarop kunnen we tot in Portbou, dat is het laatste station op Spaans grondgebied. Verder wil die trein niet.  Train says no. Goed voor ons, dan zijn we al zo ver. Ik koop de tickets en we poetsen de plaat.

    De terugkeer naar ons hotel loopt stukken vlotter.  We hebben wind in de rug en staan in ruim twee uur terug van waar we deze voormiddag vertrokken.  Een tocht van 81 kilometer. Voldoende voor vandaag.  Rest enkel nog een slaapplaats te vinden voor de volgende nacht.  Barcelona is schabouwelijk duur. We vinden toch een appartementje in Montjuic, een grote kilometer van het station Sants, en hopen, vragen of we onze fietsen kunnen bergen. Montjuic, ik hou wel van die buurt, we logeerden er zeven jaar geleden met Pieter en Margo, toen we Barcelona bezochten en hebben er toen avonden lang gekaart in ons knus appartementje, hoog en droog en in een straatje, zo smal dat we bijna het overstaande huis konden aanraken.

    26-04-2019 om 12:10 geschreven door geert en hilde op de fiets

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (8 Stemmen)
    >> Reageer (2)
    25-04-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.24 april lange duik naar de zee

    De andere fietsers hebben mountainbikes, maar zijn nog later aangekomen dan wij en als ik ze begluur/bekijk vanop ons terrasje dan zie ik ze stretchen dat het een lieve lust is.  Hebben wat meegemaakt. We roepen hen toe en vragen of het vervolg van de Via Verde ook zulke rode modder in petto heeft.  Heel goed weten ze het niet, maar ze denken (hopen?) van niet.  Het daalt altijd verder (zo'n 950 hoogtemeters moeten we zakken) en de bergen zullen stilaan verdwijnen.

    De volgende morgen zijn ze al ribbedebie en we zien ze niet meer terug. De tocht is lang : 77 kilometer in het boekje van Benjaminse. (het zullen er uiteindelijk 89 worden).  Maar voor het eerst sinds dagen schijnt de zon weer, al laat ze zich domineren door een al te gure wind. We hebben onze gele windhesjes aan, vooruit met de geit. Het is niet verwonderlijk dat er hier tientallen windmolens staan, we rijden er middenin, die draaiende en maaiende kolossen, de ene na de andere.  Het veroorzaakt zwaai- en dwaallichten in mijn hoofd, ben ik nog wel op aarde of is dit een buitenaards desolaat godvergeten maanlandschap ? En wie is die gele ster die de ganse tijd achter mij aan flikkert ? En wat springt er daar uit het struikgewas en steekt het fietspad over, verdwijnt huppeldehup, het wit puntje van zijn staart op en neer en wegwegweg.  'Dat is een vos', zegt de gele ster.

    Die via verde mag dan gisteren al een lastig stuk vreten geweest zijn, vandaag is hij prachtig en gewillig.  We kijken met argusogen naar alle rode sporen op de weg, want die leiden naar lijmige klei en dat is : ONHEIL. Maar het valt best mee. Brokken rood, dat wel, stukken die losgekomen zijn van de rotswanden, maar die zich nog in een vast samenwerkingsverband met elkaar bevinden en in dikke klompen op het fietspad liggen.  Een enkele zware brok hangt nog -ik schat- met een draadje vast aan zijn moederkoek, een duw met mijn pink en hij valt op mijn kop.  Rap voorbij fietsen, adem inhouden, niet omkijken. Soms hebben die rotsen ook diepe gaten, het lijken berenholen en een enkele keer zie ik een deurlijst in zo een gat. En daarnaast een piepklein raampje. En achter dat raampje een piepklein vrouwtje dat met een krom vingertje naar ons wenkt : 'kom kindertjes, kom maar binnen'.

    De eerste twintig kilometers komen we geen mens en ook geen dorpje tegen. Maar het landschap is uniek mooi. Ik stel me voor dat om dit te creëren, er honderd ontwerpers waren die geenszins hetzelfde ontwerp wilden neerzetten, zeker geen uitwisseling met de anderen wilden en straal hun eigen zin deden. Ze waren creatief en maakten er samen een echt mannekesblad van.  Soms zitten we tussen de rotsen, weerom in de snede van het broodmes, maar even goed kunnen we hoog op een berm fietsen en ligt al de rest lager, er zijn veel pijnbomen, maar er is ook sappig gras en groen, bloemen in alle formaten (we zien trossen aronskelk aan een watertje), er zijn weer tunnels (de lichten springen gelukkig altijd aan, ze werken op zonne-energie en bewegingssensoren, maar dat heb ik misschien al verteld) en er zijn hoge bruggen met diep daaronder een kloof of een watertje, soms zijn de rotsen terracotta rood, maar even verder zijn ze dan weer okergeel, er is heide, er is brem, er zijn vogels en er is een stem.  Die zegt : 'hou je stuur vast en kijk niet zo rond, want voor je het weet lig je op de grond'.  U moet weten, dit is geen fietsautostrade, dit is een deels onverharde fietsweg, vol putten en stenen, grind en kiezel, soms een stukje asfalt. Dus, als U echt alles wilt weten, dan moet U hem beslist zelf eens doen.

    Ondertussen zijn we al een flink stuk gezakt en stilaan voelen we de warmte van de costa, die zich als een deken rond ons legt. Dat doet deugd ! Het landschap verandert, meer dorpjes, meer mensen, fietsers, wandelaars, bewerkte velden, amandelboomgaarden, de eerste sinaasappelbomen verschijnen. En de Spanjaarden hebben hun best gedaan.  Sinds het boekje van Benjaminse verscheen hebben ze de Via Verde verlengd tot in Sagunt, een heel nieuw stuk en mooi geasfalteerd. Dankjewel Spanje !

    Nog even en we zijn in Sagunt, waar we ons hotel zoeken, maar dat blijkt nog 8 kilometer verder te liggen, pal aan de zee. Leuk vinden we dat voorlopig niet, maar we trappen flink door, langs kilometers en kilometers (acht in totaal, ha ja) sinaasappelgaarden.  Niet te geloven dat er zoveel appelsienen bestaan. Al die oranje dikke bollen aan de bomen, maar vooral onder de bomen, verrot, verspijsd, gesmoesd en geplet. En aan diezelfde bomen bloesems. ???? Verstaat iemand dat ?  Een boom die bloeit en vruchten draagt tegelijkertijd ? Of hangen die vruchten er nog aan van het jaar voordien en zijn ze nooit geplukt ? Wat een immense verspilling, lijkt me dat. Ik kan het niet uitleggen.  Geert ook niet, maar die staat al gauw appelsienen te pikkedieven.  Blijken ze rot. Mooi oranje maar toch rot.

    En dan is daar het hotel, Els Arenals, een echt costahotel. Comfortabel, modern, maar niet met de ziel van de berghotels die we al die tijd bewoonden.  Het deert ons niet, we hebben een goed bed op het gelijkvloers en de fietsen staan dicht bij ons in een patio, we hebben een bad en een toilet, wifi die niet altijd werkt, eten en drinken en veel tijd om te slapen. Morgen gaan we naar Valencia, maar dat is alsnog een ander verhaal.

    25-04-2019 om 23:35 geschreven door geert en hilde op de fiets

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (7 Stemmen)
    >> Reageer (1)
    23-04-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.23 april gevecht tegen de rode klei
    Het miezert als we vertrekken. De man van het hotel zegt dat het niet wou regenen in de winter en nu, tijdens het Paasweekend...hij trekt zijn schouders op en spreidt zijn armen, het is niet zijn schuld, dat moeten we toch geloven.


    Er wacht ons een korte klim (ik moet tweemaal stoppen om naar adem te happen, wat een buikgriep toch doet met een mens) en dan schieten we als twee valken vanuit de gesloten dennenbossen naar beneden. De ene valk durfal en de ander valk hey pas oep (ik ben de valkuilen van het vallen nog niet vergeten). Boven onze hoofden vliegen de tsjieftsjiefjes ons in tegenovergestelde richting voorbij (ze zijn op weg naar België om te broeden, Dirk Draulans) evenals een enkele vogel bisbisbis, waar iedereen zo bang voor is (Annie M.G.Schmidt). We letten niet op hen, neen, we letten op de baan, dat hebben we met de hand op het hart beloofd aan onze kinderen.


    Het gaat ongelooflijk goed vooruit, voor de klok twaalve slaat, staan we aan de autosnelweg die Teruel met Valencia verbindt. Nu komt het er op aan om aansluiting te vinden met de via verde die ons tot in Sagunto gaat voeren, waar we morgenavond zullen slapen.

    We schatten dat het nog ongeveer 15 kilometer is tot Barracas, ons verblijf voor vanavond. Een klein uurtje rijden dus. Maar dat draait even anders uit. Het begin is prachtig, zowel op als naast de fietsweg. We rijden over een oude spoorwegbrug, tientallen meters boven de grond en zien beneden een riviertje klateren en schateren. Wellicht is het een gemeen riviertje en lacht het ons vierkant uit. Maar dat weten we nu nog niet.

    Daar komt weer een tunnel aan. Ik ben er niet gek zot van, die donkere onvoorspelbare gaten, maar deze is kort en heeft verlichting. Oef dus. Het landschap lijkt met een broodmes in twee gesneden en in die snee fietsen wij. Mooie rode terracotta rotsen aan weerszijden. Het heeft hier ontzettend veel geregend de laatste dagen en we ondervinden dat : de rode klei is weggespoeld en ligt als een dikke modder op het fietspad. Leuk om mee te boetseren maar niet om op te fietsen. Binnen de kortste keren plakt een dikke laag rode smurrie aan onze banden. Fietsen blokkeren. Stop en poetsen. We behelpen ons met stenen en takken om de klei van de banden te krabben. Voorwaarts alweer. Een accident de parcours, we happen ons erdoor. Tja, dat hadden we maar gedacht. Die terra cottapoelen blijven ons opwachten. We waden, we stoppen, we poetsen. En nog. En nog. En nog. We heffen de fietsen, we heffen de kar, ik voel me algauw deelnemer aan een programma van jaren terug dat Lieve Blanquaert maakte met mensen met een.beperking die zichzelf moesten voorthijsen over mulle stranden. Er lijkt geen einde aan te komen. Geert zegt 'no way dat ik morgen nog over deze via verde rijd'. Maar wat is het alternatief ? De ruta nacional met zijn druk verkeer? Ik ga er ook van uit dat de rode aarde niet tot in Valencia doorloopt maar plaats zal maken voor iets anders dat niet plakt en samenkoekt. Laten we dit overlaten aan het gezond verstand van morgen, vandaag plakken onze hersenen vol rode frustratie. We doen drie uur over vijftien kilometers. En zijn wat blij als we het bordje Barracas zien staan. En even later de madame van casa rural carlos, die alleen Spaans spreekt. Dat kan ons al lang niet meer schelen, we lachen en we knikken en we palmen het appartement in. We doen de wasmachine draaien. Ik kruip in bed. Geert stooft groenten. Geert gaat naar de winkel. Ik blog.

    Er worden nog twee keer 3 cyclistas verwacht naast en onder ons. Benieuwd wat zij te vertellen hebben.

    23-04-2019 om 19:27 geschreven door geert en hilde op de fiets

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (8 Stemmen)
    >> Reageer (3)
    22-04-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.20-22 april berggewoontes

    Sinds vrijdag zijn we ondergedoken in de Sierra de Gúda, een onherbergzame bergketen die ons pad kruiste.  We logeren in een schaapstal hoog op een bergflank en slapen samen met de schapen (zo'n 30-tal) en de geiten (2 miekes en een bok) in één groot bed, want meer is er niet.  Gelukkig zijn die beesten allemaal zindelijk, op een klein ongelukje na af en toe, en valt het dus allemaal wel mee. De herder is een oude doorwinterde bergman, die niet hoeft te slapen.  Hij heeft voortdurend één van zijn twee ogen open, aangeleerde waakzaamheid.  Als hij toch eens behoefte heeft om een tukje te doen, zet hij zich in de grote schommelstoel (alleen voor hem bestemd), een stuk van 2 euro in zijn rechterhand. Dan dommelt hij in en valt het geldstuk op de grond, rinkelderinkel, de schapen en de geiten beginnen te mekkeren en hij is terug wakker. Een héél alerte man.  We eten kaas en drinken melk en als de bakker zijn ronde doet en tot bij ons geraakt hebben we ook brood.

    Buiten loopt al eens een enkele donkerbruine beer (hoe donkerder hoe vriendelijker, zegt men hier), maar die heeft het niet op geiten en schapen voorzien, het enige wat die beer wil is de Sardane dansen.  Hij is dan ook overgewaaid uit de Pyrenneeën en kan zijn heimwee niet onder stoelen of banken steken, want die zijn hier helemaal niet. Ondanks de vriendelijkheid van de beer, worden toch de nodige voorzorgsmaatregelen genomen voor het geval dat en moeten we regelmatig evacuatie- en verstopoefeningen doen. Als je het mij vraagt, allemaal drukte om niets. Die schapen worden er alleen maar wild en melkloos van en de geiten denken dat ze voorrang hebben op de schapen en dan moet de herder met harde hand optreden. En wij zitten daartussen.

    Het is maar om te zeggen dat we ons hier wat afgesneden voelen van het verre bewoonde België en moeten wachten tot het weer een opgaande beweging maakt en mijn buikgriep een neerwaartse. Ondertussen proberen we de tijd te doden met rusten, slapen, mediteren, wc-geloop, eten (bah, smaakt me niet), bloggen schrijven.  Gelukkig is de hotelier een soort zwarte engel die een boontje heeft voor oude schildpadden zoals ik, zeker als ze ziek zijn.  Gisteren heeft hij mij een tasje thee willen brengen, maar bij het zien van het bordje aan onze kamer : 'niet storen' 'no molestar' teruggekeerd op zijn stappen, thee meegegeven met Geert 'met de beste groeten'.  En vandaag, toen ik het eten in de eetzaal niet meer kon ruiken en terug naar boven was gevlucht, heeft hij wederom een geschenk meegegeven : een appel en een yoghurtje. Een lieve, attente man.

    Moesten we hier voor eeuwig vastgeraken, hetgeen altijd kan als er een aardbeving zou plaatsvinden of een meteorietinslag, dan zou ik me aanbieden om in de keuken te werken, aan het fornuis, en de omgekeerde voedingsdriehoek uitleggen.  Want vlees wordt hier nog altijd als een hoofdhoofdhoofdbestanddeel beschouwd.  Waar wij al meer op een variëteit van groenten verlekkerd zijn, komt hier steeds op tafel : drie lappen vlees (of vis), petieterig schepje champignons, tien gefrituurde aardappelen.  Elke dag zijn die champignons daar weer. En waar zitten al de lekkere bloemkolen en broccoli's en courgettes en aubergines en erwtjes en worteltjes ? 

    Geert begint er al champignonachtig van te kijken, maar dat komt ook omdat hij een leesbril heeft die hij intuïtief verwerpt en zonder bril leest dus.  Daar beginnen zijn ogen zo op zijn champignons van te wateren en dan kan hij niet meer verder lezen en zit hij als een stuurse kapitein zonder schip voor zich uit te staren.

    En, nog iets anders, hij is er van overtuigd dat Virgen de la vega, het dorpje waar we zitten, het Davos van Spanje is.  'Ik zie dat aan de auto's', zegt hij, 'dat is gene krakkemik.'  Ik kan hem daarin niet bijtreden, want een auto komt bij mij overeen met de kleur die hij heeft. Vrouwen hé!!!

    Morgen springen we terug de fiets op, de schaafwonden staan gescherpt en gebruind, dan gaan we naar Barracas.  Helaas is daar geen internet, maar wel een wasmachine en een keuken.  En dus eten we morgenavond groenten met groenten. Ze zijn al gekocht en ze liggen op de vensterbank van onze kamer.  Een betere frigo kunnen we ons niet voorstellen.

    22-04-2019 om 00:00 geschreven door geert en hilde op de fiets

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (8 Stemmen)
    >> Reageer (1)


    Archief per week
  • 25/12-31/12 2023
  • 18/12-24/12 2023
  • 11/12-17/12 2023
  • 04/12-10/12 2023
  • 27/11-03/12 2023
  • 07/11-13/11 2022
  • 31/10-06/11 2022
  • 24/10-30/10 2022
  • 17/10-23/10 2022
  • 05/09-11/09 2022
  • 29/08-04/09 2022
  • 22/08-28/08 2022
  • 16/08-22/08 2021
  • 09/08-15/08 2021
  • 07/09-13/09 2020
  • 31/08-06/09 2020
  • 24/08-30/08 2020
  • 09/09-15/09 2019
  • 02/09-08/09 2019
  • 26/08-01/09 2019
  • 29/04-05/05 2019
  • 22/04-28/04 2019
  • 15/04-21/04 2019
  • 08/04-14/04 2019
  • 01/04-07/04 2019
  • 25/03-31/03 2019
  • 10/09-16/09 2018
  • 03/09-09/09 2018
  • 02/10-08/10 2017
  • 25/09-01/10 2017
  • 18/09-24/09 2017
  • 31/07-06/08 2017
  • 24/07-30/07 2017
  • 17/07-23/07 2017
  • 10/07-16/07 2017
  • 03/07-09/07 2017
  • 26/06-02/07 2017
  • 19/06-25/06 2017
  • 12/06-18/06 2017
  • 05/06-11/06 2017
  • 29/05-04/06 2017
  • 22/05-28/05 2017
  • 08/05-14/05 2017

    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Blog als favoriet !


    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!