Het begint me zo stilaan te dagen hoe het komt dat ik gisteren hipsytipsy in bed kroop. Het was de fles witte wijn en die moest leeg. Ha ja, zo redeneerde Geert, ze wil een fles witte wijn, we kopen een fles, maar dan moet ze er ook schabouwelijk veel van drinken, want al wat niet opgedronken is, gaat verloren. De fles gaat van tafel en we zien die nooit meer weer. Vandaar dat na elke slok die ik durfde doen, er onmiddellijk een geut ingegoten werd en dat glas, dat minderde niet. En bovendien moest dat ook nog eens in een recordtempo gebeuren, want eigenlijk wou hij niet aan die tafel zitten om wijn te drinken, maar boven in zijn bed een krantje lezen en een slaapje knorren. Kon hij dan niet bedenken dat de fles, met stop, ons meegegeven zou worden, samen met 10 eitjes die de gastvrije eigenaars al vroeg uit het stro geplukt hadden ? Een bonte verzameling kippen (grote als onze Mechelse koekoek, maar ook piepkleine met veren tot op de pootjes, eieren navenant), een pedante kalkoen (‘toeketoeketoeketoek’ roepend), witte eenden en bazige ganzen en allemaal leggen ze eieren. Dag na dag. Gasten of geen gasten, dat blijft die beesten gelijk, die eieren moeten er uit. Wij blij met ons doosje eieren, eigenaars ook blij met een kleine eierpauze.
|