De koningin heet Galibier en ligt op 2.600 m hoogte. Ik denk dat het nog een paar meters hoger is, dus er zal hier wel commentaar volgen, maar zo heeft u al een idee over wat een kanjer ons te wachten staat. Bovendien gaat aan de Galibier een andere col vooraf, dat is de Télégraphe, op 1.500m, met nadien nog een afdaling naar Valloire en dan begint de echte klim naar madame la reine.
De gastheer heeft ons afgeraden om met de fiets te vertrekken vanuit La Chambre, beter is het om naar St Michel en Maurienne te rijden, weg van de route nationale die razend druk is. Ik besluit om niet mee te fietsen, maar ondersteunende chauffeur te zijn. Op die manier hoeven we niet te wringen met de 4 fietsen, gewoon 3 lichte koersfietsjes voor 3 lichte mannekes. Bovendien, mijn batterij laat zo een klim niet toe en halve werken liggen me niet. Woehaa, allemaal uitvluchten!!!
De mannen vertrekken aan de voet van de berg. Ik zie Johan nog een vertwijfelde arm omhoogsteken : het lijkt alsof hij een ingebouwde gradenboog heeft om de hoek en het stijgingspercentage te meten van de helling. Inschatten, noodzaak voor een onderneming als deze.
Ik doe boodschappen : een brood, ham, fruit. Genoeg voor 3 hongerige coureurs. Het weer is stralend, ik ben vrolijk, wuif naar de stokoude slager die met open mond achter zijn toog staat. Zelfstandigen werken hier tot ze er bij neervallen. Ondertussen rijden er grote hordes wielerhelden door het dorp, er is een plaatselijke koers en die gaat ook richting Galibier.
Maar wat doen de mannen ondertussen ? Ik weet het niet, dus moet ik een interview doen zo gauw ik daartoe de kans krijg.
Eerste vraag : hoe hebben jullie deze klimpartij ervaren ? Antwoord : lastig.
Ja, dat had ik ook kunnen bedenken. Dus voel ik me geroepen mijn kennis van het mannenverstand boven te halen en me grondig in te leven in hun denken. Dat gaat alzo : 'nondedju, nondedjie, waar zijn we nu weer aan begonnen?'
Tweede vraag : wat is jullie het meest bijgebleven ? Antwoord : dat het lastig was. Enne, oh ja, dat we met 3 samen bovenkwamen op de Télégraphe.
Mijn versie : 'er rijdt hier nogal wat schoon volk naar boven, we gaan samenblijven, niet te rap rijden, dan hebben we een goed zicht op al die schone, ronde poepkes'.
Derde vraag : wat vinden jullie van jullie gemiddelde snelheid ? Antwoord : die was prima hoor, we hebben één andere mens in volle vaart voorbijgestoken.
Mijn versie : 'dienen andere mens heeft juist snelheid genoeg om niet om te vallen, dus moeten we die wel voorbij steken of we vallen zelf om'.
Maar niet getreurd en niet gelachen, Geert en Michel halen warempel de eindmeet. En dan begint het te regenen. Gezapig en later wat minder gezapig. Johan, de harkende Viking komt ook boven en met geen stokken is hij tegen te houden om ook de afdaling te beginnen. Michel en Geert kijken eerder bedenkelijk bij deze overmoedige akt en zij zijn met geen stokken meer op die fietsen te krijgen. Johan alleen naar beneden dus, in de gietende regen bij een temperatuur van 10 °C.
Vierde vraag : hoe was de afdaling ? Antwoord : nat.
Mijn versie : 'was ik nu maar niet zo stoem geweest om hier te willen rrrrillen en trrrrillllen, klapperdeklapperdeklapperdeklap (dat zijn mijn tanden), ooohooo was ik maar bij moeder thuis gebleven'
Het is maar na een warme chocomelk dat onze Viking terug bekomt. Wij hebben er ook ons bekomst van en zoals dat in alle verhaaltjes eindigt : moe maar tevreden trekken we hutwaarts.
|