Snode plannen vandaag : Er is het drielandenpunt Dreilanderspitze waar Italië, Oostenrijk en Zwitserland samenkomen. Dat willen we wel eens zien, zo'n grensgeval. De moeilijkheid is echter dat het eigenlijke punt niet bereikbaar is omdat het pal in de bergen ligt en dus kiezen we voor de grens Italië-Oostenrijk.
Onderstaande foto is nog net Italië : Hilde maakt een I opdat iedereen het bewijs ziet.
En dan zijn we in Oostenrijk, Hilde maakt een A (van Austria). Bewijsstuk 2.
Maar, eerst moeten we daar geraken. Het mooie fietspad langs de Adige loopt toch wel tot daar zeker ! Hebben wij geluk.
Het eerste deel kennen we al, langs daar reden we naar de aanloop van de Passo di Stelvio, daar waar Michel al een triestig gezicht trok toen hij nog maar amper bezig was. Deze keer bevalt het hem beter, als is grind niet zijn beste vriend.
Geert daarentegen voelt zich helemaal opgeladen, body battery 100%.
En Hilde (ik dus) vindt het voorlopig allemaal een lachertje.
De hemel is azuurblauw en Zuid-Tirol krijgt een mooie pluim van ons voor het prachtig goed fietspad. Het staat overal prima aangeduid, zelfs al zouden we willen, we kunnen niet verkeerd rijden. Eens we Prato di Stelvio voorbij zijn begint het gestaag te klimmen. We moeten naar 1.500 m hoogte en dat krijg je niet gratis. Maar, gerekend over de afstand van 56 km enkel, kan het klimpercentage niet erg hoog liggen. De spartelende Adige begeleidt ons met flink geruis, het landschap is afwisselend, we fietsen door kleine, nette dorpjes. Er zijn veel fietsers op de baan, het toerisme gaat hier aardig zijn gang.
We naderen het Reschenmeer en de klimmen worden nijdiger, kort maar hevig. Ik schud mijn kompanen af, niet dat ik niet moet duwen, maar de assistentie van de batterij geeft me net dat spatje kracht meer. Niet getreurd, het komt me goed uit, want ik moet me te plassen zetten langs de kant van de weg en voel algauw dat het netelgewassen zijn die tussen al het groen staan. Bips en kuiten, ze staan in brand. Het kan alleen maar gezond zijn. Mijn spitsbroeders blijven wel erg lang weg en vragen zich af of ik niet vind dat ze erg lang wegblijven. En of ik niet een beetje ongerust was ? En bezorgd ? Blijkt dat de ketting van de fiets van Michel gelopen is bij het schakelen, steil bergop en dat hij tenauwernood zich uit de klikpedalen heeft kunnen wringen. Al hun technisch vernuft bij elkaar gelegd en nu met zwarte pootjes aangekomen. Oef, gelukkig.
Het is prachtig rijden langs het meer, op en neer golvend, wind in de rug, wat een hemelse dag ! In de verte zien we Resia (Rechsen) liggen, net daarachter ligt de Oostenrijkse grens. We zetten verrukt voet op Oostenrijkse bodem, het is te zeggen ieder van ons uitgezonderd Geert die bromt dat dit toch geen zin heeft, die stomme grens, niks te betekenen, helemaal terug naar Rechsen, bergop, wind van voren, zijn we zot misschien ? En honger ook al ! Het is ondertussen half drie en nog niets gegeten en alle restaurants zijn dicht. Gelukkig vinden we een cafetaria waar ze nog apfelstrüdel verkopen. En, ook nog, Patat mit Wurst. Ja, geef ons dat laatste maar, honger is de beste saus. Michel verkiest wijselijk de apfelstrüdel, het bespaart hem een overladen maag van de frietjes en de knakworst.
|