16 december, we hebben om 11u een bezoek gepland aan de grotten van Nerja (cueva de Nerja), die uitgegroeid zijn tot een grote attractie hier in de buurt, nadat een paar jongens de grotten per ongeluk ontdekten. Het kunnen ook meisjes geweest zijn. Ik denk het eigenlijk wel. Eigenlijk ben ik er zeker van : het waren meisjes, maar de pers heeft er jongens van gemaakt omdat dat stoerder klinkt. We moeten om 11u aan de ingang zijn. Per half uur worden toeristen binnengelaten. Het maakt dat we onze wekker zetten (Geert en ik), want het is toch een half uur rijden. :) In de vroege ochtend heeft Mathieu al een wandelingetje gemaakt en een olijf opgegeten. Hij vond die onder een boom en die olijf zag er goed rijp uit. Maar, hoe bitter was dat ! Een fake olijf, slecht ding, miljaardemiljaarde (de miljaardemodus staat gemakkelijk aan hier in Spanje). Olijven zijn niet zomaar eetbaar, ze moeten te week gelegd worden, minstens 6 maanden in zout en nog wat en alsje ontpitte olijven wilt, neem dan de groene, want de zwarte zijn eigenlijk ook groene die ze geschilderd hebben. Zo begrijp ik Olijvopedia.
Er staat een hoopje volk te wachten aan de ingang, bij het binnengaan worden we onmiddellijk gefotografeerd (misschien om ons te kunnen identificeren als we er niet meer uit geraken en verdrogen in het binnenste der aarde ?) en dan dalen we af en zijn verwonderd dat het er niet koud is en ook niet nat. Maar wat een prachtige grotten. Indrukwekkend!! Het lijkt alsof we in een andere wereld terecht komen, een van sprookjes en mythes en het is tegelijkertijd betoverend en wat angstaanjagend. Want er hangen zo van die grote pinnen aan de plafonds op een hoogte van een vijftal meter en wat als zo'n pin lost ? Daar hebben ze in Nerja nog niet over nagedacht, ha ja! Het zijn de stalagmieten en -tieten en naar het schijnt hangt hier de grootste van .... euh, ik weet het niet meer. Wat zou dit een prachtig decor zijn om een koor in te laten zingen, de carmina burrana of onze nationale trots van Philippe van Herreweghe met oude gezangen ! Van de weeromstuit krijg ik een vreselijke aandrang om zelf te beginnen zingen, maar Geert stopt vlug zijn zakdoek in mijn mond. Een andere aandrang is ook aanwezig, dus ik spoed me naar buiten om de aseos te vinden.
In ons ticket zit ook een rondrit met een toeristisch treintje doorheen Nerja. Dat willen we meemaken, vooral Pieter vindt zoiets hilarisch. We wachten geduldig tot het treintje komt aangebold, maar de madame chauffeur zegt dat we mis zijn. We hebben helemaal geen ticket voor dat treintje, we hebben een solootje voor de grotten en dat is het. Het treintje vertrekt (leeg!) en wij moeten met de auto voort. Pieter wil dat we dat treintje volgen, dan hebben we toch nog een idee van hoe het voelt in een treintje te zitten. Hoho, dat ding gaat niet vooruit en bovendien slaat het plots af en wij niet. We gaan naar zee, dat is een beter idee.
De zee, weerom zo blauw, en de lucht, nog blauwer, en wij, zacht rose langs de promenade, zoals menig toerist hier doet. Er zijn dappere krijgers bij : senioren die niet goed meer te been zijn, maar toch aan de arm of met rollator of met stok, een flink eind stappen. Sommigen zijn zelfs in jogmodus en wandellopen terwijl ze hun armen wild bewegen. Een enkele zwemmer waagt zich in zee, maar dat is berekoud. Wij zijn te oud voor zo'n koudeshock, maar Mathieu heeft zijn zwembroek wel bij maar niet hier. Hij is ze vergeten aandoen (zegt hij). Dat geloven wij op zijn woord. En Pieter is een nonzwemmer.
Vóór het begin van de promenade, aan het strand van de honden en mobilhomes (die twee gaan perfect samen), hebben we de GR249 weer ontdekt. Die loopt van Torrox costa naar Nerja, iets meer dan 7 km. Een mooi idee om wat stappen te zetten. Het valt wat tegen. De route loopt de hele tijd over het strand, maar dat is grijs en leeg, onze voeten zakken diep weg, het zand loopt in onze schoenen, de strandhutjes verkopen geen ijsjes, en we keren op onze stappen terug. Op naar de banana split ijsbar die we al kennen. Wat is hier meer gepast dan een selfie maken ? Hoe kunnen we de thuisblijvers anders doen klappertanden van jaloezie omdat niet zij, maar wij....
De avond kent nog een andere geneugte. We gaan op restaurant in Frigiliana, de afsluiter van het bezoek van de boys. Na zijn eerste glas wijn, begint Mathieu vlotter en vlotter Spaans te spreken. We moeten hem tegenhouden of hij gaat aan de toog tussen de andere Spanjaarden staan. Maar het zit hem tegen : hoe meer hij Spaanse volzinnen naar buiten laat vloeien, hoe hardnekkiger de ober in het Engels antwoordt. Hij begint wat boos uit zijn ogen te kijken en dat die ober maar oplet, want seffens een djoef tegen zijn muile, in 't Westvlaams dan nog! De vorige keer kregen we hier een digestiefje, vandaag kan het er niet af. Ook goed, dan rijden we tenminste recht naar huis en niet in slalom.
We krijgen nog telefoon van Thomas die volop in de verbouwingswerken zit en best een weekje met ons wil ruilen. Het zal voor later zijn. Bedje roept, morgen moeten we om 7u op.
|