Eindelijk nog eens een aflevering van "Mijn jeugdherinneringen"!
37. Een salonkieken.
OK, ik had dus twee vissen en twee waterschildpadjes maar op een of andere wijze stilden die koudbloedigen mijn huisdierenhonger toch niet echt. De oudste kanarie was ondertussen overleden, de twee jongere exemplaren stelden het wel. Maar echt knuffeldieren zijn kanaries nu ook niet
Alweer begon dus mijn gezaag over een poes, en onze pa zijn gezeur over een hond. Ons ma dacht op die momenten dat ze gezegend was met twee kinderen vrees ik. En nog niet de gemakkelijkste ook.
Aangezien ze duidelijk voelde dat ze alweer met een troostbeest op te proppen moest komen besloot ze de truuk met het paaskuiken nog maar eens te herhalen. Zon beestje hield het toch maar enkele dagen uit. Dat bewijs was al eens geleverd. Maar wat ze vergat, was dat ik ondertussen ouder en wijzer was en mijn lesje bij het vorige paaskuiken wel geleerd had. Ik zou er wel voor oppassen om mijn geliefd diertje nog eens als een onhandige kleuter plat te trappen!
We gingen een kuikentje kopen (indertijd verkochten ze die in de Paas-periode nog gewoon bij de bakker, die sukkeltjes zaten onder een warmtelamp in de etalage!) Thuis gekomen moest het van ons ma zelfs niet in een bakje zitten, het mocht vrij rondlopen. Ja ja, dat was heel slim gezien van haar, want dat maakte het plattrap-risico" groter, dat had ik al wel door. Dus mijn kuiken werd door mij met alle mogelijke veiligheidsmaatregelen omringd, het mocht alleen loslopen als ik er over kon waken en als ik niet thuis was zat het in zijn nestje. Veiligheid voor alles.
Polly ruilde al snel zijn gele donsjes voor witte veertjes
Het werd een flink meisje! Ze trippelde nog vrolijk door de huiskamer, maar de dropjes die ze liet vallen werden ook groter
Dus moesten ma en ik, gebukt achter dat kiekske haar poepeke, de drollekes met een papiertje opvegen. Ondertussen geraakte onze puber-kip de plattrap-leeftijd echt wel voorbij, tot grote ongerustheid van ons ma, en groot genoegen van pa en mij.
Dus moest ma een noodplan inroepen. Polly ging overgebracht worden naar de tuin van een nichtje want die hadden een heuse kippenren! Waar Polly o zo gelukkig tussen haar vriendjes zou kunnen ronddartelen!. Waarop onze pa en ik in koor uitriepen : Néé! In geen geval!! Die eten hun kippen op!!!
Ons ma : Ah ja, dat doen de meeste mensen met hun kippen op de duur
Onze pa : Ah nee, dat beestje is een salonkieken dat mag niet in een pot verzeilen!
Tijdens die conversatie zag ik de hoogdringendheid van actie in en verschanstte ik me met Polly onder de tafel. Ik zou haar leventje bewaken met mijn eigen leven.
Pa en ik wonnen deze veldslag. Zij het niet zonder compromis natuurlijk. Polly moest vanaf nu in de badkamer wonen. OK, daar konden we met leven. De badkamer werd dan drie maal daags gekuist en t was ook wel heel fijn om op t toilet te zitten met een stralend witte kip op schoot.
Nog enkele weken later begon onze kip te kraaien
Onze kip bleek een volwassen haan te worden
Polly fladderde tot op de badkamerkast waar zijn graan stond en begon zichzelf te bedienen door de maïszak tegen de grond te kegelen
De toestand in de badkamer werd onleefbaar. Iedereen zag in dat er iets moest gebeuren, maar wat?
Ons ma, een zeer praktisch ingestelde vrouw, vond direct een oplossing : we zouden onze haan stiekum gaan dumpen bij de andere neerhofdieren in de ren in t Nachtegalenpark. Of daar nu één haantje meer of minder rond zou lopen zou niemand opmerken. Dit plan werd na het nodige overleg door alle partijen goedgekeurd.
De eerstvolgende woensdagnamiddag staken ma en ik mijn geliefde Polly in een grote zwarte draagtas, stapten op de bus, en wandelden nonchalant, tegen sluitingstijd als er weinig volk was, t park in.
Ik gaf Polly nog een dikke knuffel, ons ma keek eens schielijks naar links en rechts, nam de haan uit de zak en katapulteerde hem con brio over de draad
Eén detail waren we jammergenoeg uit het oog verloren
De andere kippen en hanen in die ren zagen grijs tot vuilwit... Onze Polly zag strálend wit!!! Hij dartelde kwiek rond tussen zijn collegas en hij leek wel licht te geven
Ons ma vreesde in stilte dat ze Polly snel zouden ontdekken en hem zouden verwijderen. Desalniettemin beloofde ze me toch dat we hem elke zaterdag en woensdag zouden komen opzoeken.
Met angst in haar hart kwamen we drie dagen later in t park aan en wat bleek?
Polly zat stralend op de hoogste stok, kraaide uit volle borst en zag nog altijd even wit. Hij zag ons onmiddellijk aan de draad van de ren staan, fladderde naar beneden en kwam goeiedag zeggen! Ons ma was met stomheid geslagen (en daar was veel voor nodig), ik daarentegen vond het niet meer dan normaal. Ik gaf mijn haantje zijn favoriete meegebrachte graantjes die hij vrolijk uit mijn hand pikte.
Na enkele weken was mijn dappere haan duidelijk de baas van t kot geworden. Week na week zagen we hem zijn carrière opbouwen, maar hij bleef trouw naar ons komen als hij ons zag staan met de zak graantjes alvorens ma en ik verder naar de speeltuin afzakten en na 't spelen iets gingen drinken op het terras van "De Melkerij". Jarenlang heeft deze zalige ceremonie geduurd. Heelder kilo's maïs werden er door gedraaid. Polly heeft daar een zalig leven geleid, met veel ruimte en veel kippen, in een prachtig park aan de oever van een riviertje. Ik denk niet dat dit lot veel van die paaskuikentjes van bij die bakker beschoren is geweest
Maar natuurlijk zat ik nu alweer zonder echt huisdier
Ons ma zou dus weer beroep op haar fantasie moeten gaan doen
Deze foto's was ik vorige zomer al in 't Nachtegalenpark gaan nemen om bij dit jeugdverhaal te plaatsen. Je ziet, ik was er toen nog volop aan bezig, maar door de uitverkoop van de zaak zijn al mijn schrijfsels even blijven liggen...
De ren waar Polly destijds in terecht gekomen is...
In de bocht van de rivier die door het Nachtegalenpark stroomt ligt de neerhofdierenren. Als je goed kijkt zie je middenin de foto hun nachtverblijf met de stallingen voor de geitjes.
De dierenren is nu nog steeds een trekpleister voor jong en oud....
Vroeger zag "De Melkerij" - waar ma en ik tijdens 't spelen iets gingen drinken en een ijsje snoepten - er zo uit.
Veel verschil met nu is er dus niet. Alleen is de speeltuin volledig gemoderniseerd. Al de metalen speeltuigen hebben plaats gemaakt voor houten exemplaren. Veel minder gevaarlijk voor de kinderen.
Mijn papa, de "speelpleintuigen-bouwer" had dit nog moeten kunnen beleven... Al wat hij er vroeger ooit plaatste is weg... Weg zijn de "wieg" en "de vliegende hollander", "de draaiende paddestoel" waar je zo heerlijk aan kon gaan hangen en rondzwieren tot je handen open lagen van je vast te houden aan de roestige buizen...
Maar kom, niet getreurd, ik amuseer me op deze speeltuin even goed hoor
Binnenkort deel 38 van "Mijn jeugdherinneringen". De volledige verzameling vindt je op http://www.bloggen.be/laathi/
---------- En morgen 't vervolg van de Irma en Wannes-strip!
28-01-2008 om 15:32
geschreven door Laathi
|