"Ze zeggen dat alles op zijn tijd komt, en dat zal zo wel zijn ook, maar waarom kom het dan vaak zo ongelegen" van P²
Dat denk ik ook soms: "Moet dat NÚ ?" Alles op zijn tijd is zo dikwijls niet 'mijn' tijd. Die voormiddag hadden we weer zo’' ongelukkige samenloop van omstandigheden. 'k Was bijna in slaap geraakt, de bel gaat. Het was de buurvrouw van beneden die iets kwam brengen. Voilà, 'k was klaarwakker natuurlijk. Weg was de vaak. En dat is voor de rest van de dag zo gebleven. Moe genoeg, maar geen vaak.
Als de buurvrouw in de namiddag gekomen was, zou er geen probleem geweest zijn. Maar dat kon zij niet weten natuurlijk, dat ik nog moest slapen. 'k Weet zelf amper wanneer ik zal slapen. Wanneer de vaak zich aankondigt. Alles op zijn tijd.
---
Gisteren had LM osso buco gemaakt, volgens een recept van het Net. Het was rundsschenkel, maar dat maakt niet uit, zo lang er maar een gat zit in de osso hebben we een buco. Hij kwam tamelijk ongerust vragen om te proeven, vond ik het vlees niet wat taai? Volgens de bereidingswijze was hij nochtans op schema wat de gaartijd betrof. 'k Heb hem al honderd keer verteld dat die gaartijden een richtlijn zijn, geen evangelie, omdat elke gebruiker met de eigen kookplaat & kookpotten werkt, en dat zijn gegarandeerd andere dan die van de auteur van het recept. Gaartijden worden aangepast aan het eigen keukenmateriaal EN MEN NOTEERT DIE TIJDEN voor later gebruik. Wat LM blijkbaar de vorige keer weer niet gedaan had.
Hij zou nog een half uur 'bijgeven'. En toen bleek een tweede verlenging van een halfuur nodig. Hij vroeg zich af hoe dat kwam. Zucht, hoe dikwijls nog?: een andere warmtebron dan het recept van 't Net + ander kookgerei betekent éigen gaartijden hanteren. En die noteren!
Soms vraag ik me af hoe iemand die het dagelijks beleid voerde over een machinepark van vijf verdiepingen zich zo onzeker kan voelen in een kombuiskeukentje van een doorsnee appartement. Hij kent toch iets van metalen en van dinges, van warmtebronnen. Inox is geen gietijzer en een gasvlam is geen warmeluchtoven.
Daarop bleef hij in de keuken staan. Om de vlam te bewaken. Daar blijven staan verandert niks aan de garing, en dat hij moest gaan zitten met zijn zere knie. Maar hij wou de vlam blijven zien. Heroïsch. Want hij moest ze bewaken. Olympisch.
De osso buco was geslaagd. Een grandioos resultaat. Hij was blij dat het vlees zo mals was, hij was blij dat ik het lekker vond, hij vond het zelf ook heel lekker, hij zat te smikkelen en te knikken en ik was zo blij dat hij zo blij was, dat hij zoveel voldoening had van zijn werk.
Hij spreekt al over diezelfde bereiding in de oven. Dan in de gietijzeren pot. Wéér andere gaartijden. Wéér gedoe en getwijfel en gedrentel in de keuken. Maar dat zien we dan wanneer het zover is. Alles op zijn tijd, zei iemand zojuist.
m – HiH-10/2016, herwerkt -
|