Verliefd op de redder, het bestaat. Het verschijnsel heeft zelfs een naam.
In 1998 werd een naaste kennis met spoed geopereerd wegens aneurysma in de hersenen, een slagaderuitstulping. Toen ze na een pijnlijk herstel het ziekenhuis mocht verlaten had ze een gans andere kijk op de wereld en op haar leven. Het pijnlijk herstel werd vrij snel vergeten en vanaf nu was alles mooi en goed want ze leefde nog. De euforie bleef duren -weken- en nam na verloop van tijd bizarre vormen aan.
Eerst vertelde ze me dat ze bloemen en een grote² doos Neuhaus pralines had laten bezorgen op de afdeling. Wat ik mooi vond van haar, want men mag de mensen van zo'n ploeg wel een bedankje sturen.
- Nee, niet de ploeg, de chirurg. - ?
In de dagen die volgden had ze nog dingen laten bezorgen. Een cadeaupakket dat bevatte : 1 zwarte ijsemmer, het model hoge hoed + 2 witte handschoenen + 1 toverstafje + 2 glazen + een fles champagne. Omdat hij kon toveren en toverhanden had, want hij had haar leven gered. Tamelijk tevreden over haar idee toonde ze me de foto van het pakket. De witte handschoenen lagen achteloos over de rand van de hoed en het geheel was verpakt in glinsterend cellofaan. Toen was het nog een analoge foto, ik kan hem hier niet invoegen want ik heb hem niet.
Het volgende cadeau waren twee reservaties voor een sauna-arrangement ergens in een landelijk gebied, met uitzicht op het groen.
- Maar enfin, gilde ik, dat zijn dingen die men naar een gigolo stuurt, niet naar een hardwerkende chirurg! - Hij is waarschijnlijk homo want hij heeft nog niet gereageerd op die sauna-reservaties. - Gij zijt zot! Weet ge dat?
Natúúrlijk gebeurt het dat een eenvoudig burgermeisje gered wordt uit een brandend huis en dan trouwt met de stoere brandweerman die uiteindelijk van adel blijkt te zijn en de enige echte groothertog is van iets in de Balkan. Dat soort dingen gebeurt in de romannekes van Courths-Mahler, en dat is niet het echte leven.
In het echte leven hebben chirurgen geen tijd voor dat soort dwaasheden. De sauna-reservaties, daar maken zijn dochter en een vriendin gebruik van en die hoge hoed staat in de rommelkamer van de afdeling tot er in de kliniek nog eens een tombola bij het personeelsfeest georganiseerd wordt.
- Dat denkt gij, zei ze smalend. Hij heeft wel in mijn hoofd gekeken hè, beseft ge dat … - Ja, en in uw hoofd zag hij blubber en bloed, niet uw nobele gedachten!
Ik was het gezond verstand dat haar wolkje gelukzaligheid aan het kapot knabbelen was. - Meiske, zei ik moedeloos, gij hebt het salvatorsyndroom. Bel Jan en vraag het hem.
Tot mijn verbazing deed ze dat. Ze stapte naar de telefoon. Een rode. Dat was nodig ook, een rode telefoon, want de situatie was in rood alarm, ze besteedde aan dure cadeaus en leveringen geld dat ze zelf hard nodig had.
Jan was toen haar huisarts. Hij was die dag biezonder bij de pinken. Toen hij het woord salvatorsyndroom hoorde reageerde hij alert en antwoordde dat het syndroom gekend was in de medische wereld. En dat de hoge hoed inderdaad zou dienen bij een volgende tombola. Klinieken staan vol met rommel van mensen met het salvatorsyndroom.
Toen Jan dat van die rommelkamer en die tombola bevestigde was ze ogenblikkelijk genezen van haar extreme dankbaarheid.
Op dat moment was ik Jan zeer dankbaar omdat hij zo vlot reageerde op een term die ik verzonnen had. Salvatorsyndroom … nooit van gehoord. Iemand wel? Hij ook niet, maar hij ging wel mee in het verhaal en stuurde haar bij. Prima huisarts.
m – HiH-12/2016 - https://nl.wikipedia.org/wiki/Hedwig_Courths-Mahler
|