We zaten in de tuin. Alle buren waren ruim op tijd want er was het glas vooraf. Ruim vooraf. 'k Was aan het werk met het menu op de laptop van de Oma. Klaar. Enkel nog printen. De Kleine kwam naast mij staan.
- Gij drinkt geen wijn he. - Nee Meisje, enkel pils. - En water. - Water ook ja. - En koffie? - Soms koffie. - Maar geen wijn he. - Nee, geen wijn.
Ze zoog nadenkend aan haar rietje. Ze keek naar mijn glas. Glaasje. 20cl. Ik drink pils uit een gekoeld dik mosterdglaasje van Amora en daar moet het dekseltje op. Een rood plastic dekseltje, tegen de wespen en tegen het verschalen want ik drink traag. Laat de fijne wijnen maar opwarmen in de dure dunne rijzige elegante glazen, mijn pils blijft koud in een plomp klein glas van meer dan een mm dik. Bijna 2mm. En zo staat er een tweede standby in de koelkast. Naast de reserve-pils.
Ze keek ook naar de Smurfen op mijn glaasje. Een kinderglaasje met bier in, sommige ouwe vrouwen doen vreemd …
Zo zien die glaasjes er ongeveer uit, maar de mijne zijn ouder.
'k Kopieerde het bestand naar de USB en hoopte dat ze iemand anders gezelschap zou gaan houden, maar helaas.
- Waa-rôôm? - Waarom wat? - Waarom drinken ze wijn? - Omdat ze van wijn grappig worden. Kijk, zo grappig kan wijn zijn.
En ik klikte de foto open die ik opgehaald had voor het menu. Ze keek. Ze keek nog eens, ze deed een stap achteruit, en brulde voor het hele verzamelde gezelschap : - Oma, niet drinken Oma, niet drinken! Wijn is pipi van jongens!
Wist ik veel dat het kind nog te jong was voor beeldmateriaal met gedachtesprongen. Haar Oma is nochtans een spitante.
m – HiH-05/2016, bijgewerkt
|