In de letteren heet het hartstocht, ook wel lust, en zeer vaak passie. Verbloemingen voor een ordinair hormonaal gebeuren, de drift, de neukjeuk. Dat het hormonaal gestuurd wordt krijgt iet-of-wat fysioloog in een wip uitgelegd. Niks romantisch aan, wel ingewikkeld, echt examenstof. En dit is het verhaal:
In de zomer van '95 had de zoon van Rina (een zus van LM) een eindwerk te maken. Over noten. Voor Voedingsleer. Het werk kon ten laatste ingediend worden op 31 mei, een woensdag.
Rina was in alle staten. Dat werk zou niet intijds af raken, en of we konden helpen. Dat was op 10 mei, ook een woensdag. We hadden nog drie weken. Tijd genoeg om af te werken, dacht ik. Een beetje correctiewerk, een beetje bladschikking en printen. Dacht ik.
Wanneer duidelijk werd dat er nog geen letter op papier stond zijn LM en ik in gang geschoten en we hebben nog iemand gemobiliseerd, het eindwerk was nu een kleine familiale onderneming. Toen de printer het liet afweten kwam nonkel R met de zijne de ploeg vervoegen. In die drie weken geen Neef te zien, geen enkele keer, hij moest 'studeren' voor het eindexamen.
Op woensdag 31 mei 1995, om 12h parkeerde LM de wagen in de straat van Rina. De zoon liep op de stoep te ijsberen. Hij had ons zelfs niet zien aankomen. Tegen dat we uitgestapt waren had hij al vijf keer de gevelbreedte afgestapt. - Hij is nerveus, zei LM.
We hadden drie exemplaren van het eindwerk bij, gelijmd, met een witte rug en 105 blzs dik tussen blinkende plastic buitenbladen. Het kraakte van de nieuwigheid.
Neef nam het pak met twee handen aan, legde het binnen op het kastje in de hal en kwam buiten weer geagiteerd staan doen. Geen blik op het afgewerkt product, geen mercietje of danku voor 105 blzs, op drie weken tijd in de afgewerkte versie. De zenuwen hé, dacht ik, want wat lagen die eindwerken nu binnen te doen?
- Neem een exemplaar en stap in, we rijden nu naar uw school, zei ik.
Toen volgde er een uitleg dat iemand van zijn klas hem wel naar de school zou voeren, want ze hadden afgesproken. Jaja, maar dat was niet wat wíj hadden afgesproken, er was gezegd dat we nu naar zijn school zouden rijden om een exemplaar van het eindwerk binnen te brengen. - Komt Karolien? vroeg ik, dan kan ze meerijden hè. Want op haar brommerke rijdt ge toch niet met twee naar de stad zeker? - Jamaar, ze komt met de auto van haar broer. - Heeft Karolien nu een rijbewijs? Weer een vage uitleg, het was niet Karolien, het was iemand anders. Iemand met een rijbewijs. En met een broer die een auto had, dus. Dus hij was ons liever kwijt dan rijk, het werd duidelijk.
Plots liet ik het hele project vallen. Voor mij stopte het toen en daar. Al mijn gedrevenheid viel weg tegenover zoveel desinteresse. We waren onze belofte tegenover Rina nagekomen. Punt. LM & ik reden naar huis. Maar dat beeld op de stoep bleef in mijn achterhoofd hangen.
Toen 's avonds het licht uitging kreeg ik een helder moment. - Weet ge wat? - Wat … - Hij was niet op zijn eindwerk of op ons aan het wachten. Hij wachtte op die vriendin. En ze gingen dat eindwerk niet samen binnenbrengen. Dat interesseerde hem zelfs niet. Hij had neukjeuk, dát was zijn agitatie daar op de stoep. - Kan zijn, mompelde LM. Gij met uw scenario’s ...
Een paar weken later kwam het eindwerk ter sprake en ik vroeg aan Rina of het die woensdag nog intijds ingediend was.
- Ja hoor, ik ben dat direct na 't werk gaan brengen. - Zijt gíj dat gaan brengen? vroeg ik een octaaf hoger - Ja, er lagen toch drie exemplaren op het kastje hé. - En was er toen nog iemand op school? - Nee, ik ben dat naar de leraar thuis gaan brengen hé. - Met de brommer helemaal naar Wilrijk? - Ja, 't ging over zijn eindwerk hé, da's belangrijk hé.
Achteraf tegen LM:
- Ik met mijn scenario's ? Dat manneke zijn agitatie op de stoep was gewoon platte neukjeuk. Hij was zelfs te tam om achteraf met zijn eindwerk nog naar de school te rijden. Rina heeft het 's avonds moeten in orde brengen in dat weer langs de Boomse Steenweg en ze weet niet eens … Hij had niet het fatsoen, geen greintje verantwoordelijkheidsgevoel, die lammetamme sukkel … - Rustig, rustig, zei LM. Wees blij dat wíj geen kinderen hebben.
m – HiH-04/2016, bijgewerkt -
|