morgenstond bij warme dagen
De weersvoorspellingen zijn nu zo accuraat dat ik blindelings geloof wat ze zeggen en schrijven. De weerkundigen weten bijna tot op de kilometer welk weer waar komt en ze vertellen ons tot vijf dagen op voorhand wat we mogen verwachten. Sommige dagen wordt het tot 30°. Celsius. Hopelijk komen die 30°C dan 'elders in het land', want voor mij persoonlijk is 23°C voldoende zomers.
Tot voor een paar jaar stond ik vroeger op, 04h of 05h, en deed een maximum aan werk voor 10h. Tegen de klok bijna, want 'straks wordt het warm!' Als ik om 09h55 dan verhit en afgepeigerd op de sofa lag, -het eerste uur zelfs te tam om een frisse douche te nemen- vroeg LM wat ik nu gewonnen had, of van wie ik nu gewonnen had. Van de zon? Ge kunt niet winnen van de zon, deed hij à la Shaffy.
Nu gaat het zo: Op warme dagen blijft het werk gewoon liggen tot koelere tijden. Zes dagen warm weer? Zes dagen het strikte minimum aan arbeid. Geen strijk, een strijkijzer geeft warmte af en strijken betekent stilstaand blijven rechtstaan. Geen goed idee.
Niet stofzuigen -de stofzuiger geeft warmte af- en het betekent ook spullen verzetten, heffen en doen. Al doende ontwikkelt men zelf ook warmte. Lichaamswarmte die men achteraf moet zien kwijt te raken. Laat dat stof liggen, niemand zal dat komen stelen. Wel, hier toch niet.
Droogkast? Nee! Was ophangen. Liefst buiten. Met vochtige was bezig zijn verkoelt.
Koken gebeurt vanuit de diepvriezer. Ik warm iets op dat er al was. In de microgolfoven. Zo min mogelijk pottenwerk op de kookplaat, want dan wordt er weer warmte toegevoegd aan onze woonlucht.
Alles gaat de vaatwasser in. Álles. Niet met handen en polsen in warm sopwater zitten. Zelfs niet met handschoenen aan. Mijn polsen moeten vrij blijven, uít de rubberhandschoenen en uít het warm water, want die twee beletten de verkoeling via de slagaders die aan de polsen bij de oppervlakte liggen.
Haardroger? Wel, ik kan mijn haar niet drogen zonder mijn oren mee op te warmen, en oren zijn nodig voor de koeling van de body, bij mij toch, dus op warme dagen droogt mijn haar aan de lucht. Het resultaat neem ik erbij, ik bind het rommeltje bijeen. Het resultaat noem ik 'zomerse haardracht', het oogstkapsel van op enkele beroemde schilderijen. Ik dan ook. Pittoresk kapsel. Ik ben echt een schilderijtje, op die dagen.
'k Sta nog wel vroeger op, maar nu om op het terras met een tas lekkers naar de vogels te luisteren, of om met de ramen wijd open hier een beetje klavierwerk te doen. Dat is veel plezanter en vele beter dan dat ijverig gedoe van vroeger.
m - EZW-07/2014, HiH-05/2015, herwerkt
|