Na meer dan twee jaar heb ik vanmorgen de energie gevonden om een van de dikke klasseurs met oude brieven open te doen. De klasseurs zijn meegekomen toen het huis van mijn ouders ontruimd werd in maart 2013. Mijn ma hield alles bij.
Het zijn relaas-brieven van aan boord naar het thuisfront. Geen verhalen over navigatie of spannende technische perikelen. Daar bestaat al literatuur en lectuur over. De brieven zijn leesvoer over het leven binnen het kasteel, de bewoning. Over de keuken en de mess en de wandelgangen en andere plekken waar ik toegang had. Over de nicnacjes van het leven aan boord.
Elke plaatsaanduiding aan land is van op het water gezien, natuurlijk. Komende van op zee dus. Deze brief dateert van 1996, uit het pre-mail periode, nieuws kwam en ging nog per brievenpost en soms ook per fax.
Di 10 sept '96
Gisterenavond om 18h is ch.eng LdG van boord gegaan. (ch.eng = chief engineer, chef mécanicien, de baas van LM) Dwz dat die post gedurende 18hrs onbemand gebleven is. Zou dat verschil maken in de verzekering? We liggen wel op anker, maar ik dacht dat men op tankers er niet af mag, zo lang de vervanger niet aan boord is? Dat heeft ooit al eens voor keukenlawaai gezorgd, als ik me goed herinner ('83 aan boord van de M was dat)
Het is nu 12h45 en ik hoor de nieuwe ch.eng LL hier in de alleyway met de capt PM staan praten. Hij is Franstalig. En hij heeft post bij! Dat hoor ik hem zojuist zeggen. Op het verdiep van de staff achter het hoekje wonen heeft persies zo zijn voordelen.
LM is nog beneden met de manoeuvres bezig. (beneden = in de machineruimte, in 't Machien) Hij belde daarstraks dat we wat later zouden gaan eten, omdat er gemanoeuvreerd moest worden, om de loods aan en van boord te laten gaan, het bootje langszij te laten komen en de nieuwe ch.eng LL de gelegenheid te geven de gangway op te klauteren, zonder er af te waaien. Daar zorgt LM allemaal voor. Hij kan dat.
De loods kwam om ons naar een andere ankerplaats te loodsen. Loodsen kunnen dat. Met al dat is het etensuur voorbij en ik verwacht een telefoontje dat hij boterhammen nodig heeft. Ha nee, hij is daar.
14h50
Er was geen post voor ons. De capt heeft al wel het adres van de agent in Korea doorgegeven, voor 22/09, dat is binnen 12 dagen. Het postadres ben ik direct op de brug gaan faxen naar ulle. Doorgeven aub. Na het verzenden heb ik een praatje gemaakt met Luc, 2de stuur.
Ik vroeg hem of een fax verzenden niet veel boekhoud-werk veroorzaakte voor iemand van hen, of dat niet veel papperasserijen meebracht. Maar nee, absoluut niet. De gegevens gaan in het programma op de computer die bij de capt staat, en dat wordt maandelijks automatisch verrekend wanneer de berekening van uw uitgaven-aan-boord gemaakt wordt. - Ah ja? (ik) - Mais oui. (hij) - Maar een jaar of drie geleden werd de bemanning verzocht geen faxen meer te verzenden omdat privépost per fax teveel gedoe meebracht voor de brug en dat de stuurlieden wel wat anders te doen hadden dan afrekeningetjes te maken. Daarom mocht het faxtoestel daar enkel dienen voor dienstberichten ivm de uitbating van het schip. (Er vooral niet bij gezegd welke capt dat was en welk schip ookni, ander kan hij de capt wel raden)
- M’enfin …! - Echt waar Luc! Misschien was drie jaar geleden dat boekhoud-programma er nog niet aan boord van schepen? In elk geval mochten wij geen gebruik meer maken van de fax. - Mais non, ze konden waarschijnlijk niet werken met het boekhoud-programma en dan vinden ze gelijk wat uit om hun onkunde te maskeren.
Letterlijk waren zijn woorden : "… et probablement ils ont inventé n' importe quoi pour masquer leur ignorance." Ja natuurlijk, dat ik daar toen drie jaar eerder niet uit mezelf opgekomen was! Pierre de aspirant kon daar toen aan boord vlotjes overweg met het gedoe, zowel met de grillen van het faxtoestel (of de antenne?) als met het boekhoudprogramma. Het verbod kwam van hogerhand, van capt JvdM die de werking van het programma niet onder de knie kreeg. Wel, ik snap nu wat daar drie jaar eerder aan de gang was.
Hoedanook, hier aan boord mag wél worden gefaxt. Als de wiedeweerga: stuur ons ulle faxnummers. Er gaan ineens nieuwe kanalen open. 'k Zit al te dromen over elke week een briefje verfaxen en zo. En in welk lettertype dat dan moet komen en welke lettergrootte om zoveel mogelijk op het blad te krijgen en het toch leesbaar te houden etc, enz. Tiedelie, tiedelaa, faxparci, faxparlà … Just zorgen dat ik het faxje tussen 12h & 16h ga verzenden, dan is Luc van wacht en die doet dat in een wip.
En dan de ontnuchtering: er is niet elke week iets dringend of interessant. Wat hebben wij nu te melden dat het per fax zou moeten? Dat het niet per brief kan? Niet veel feitelijk. Misschien als we eens lang geen brieven kunnen posten hebben vanwege weeral: no harbour facilities. Maar voor de rest? Wait & see & sea. Deze redenering is nu 23 jaar oud en vandaag in het mailtijdperk niet meer te vatten.
Wo 11 sept 96
Gisterenavond ging het over Hong Kong. Of we daar aan de wal zouden kunnen. Of we tenminste een duidelijk zicht op de baai zouden hebben als er niet te veel … Ho!Hoe!Ha! Niet te veel plannen maken voor Hong Kong, werd daar geroepen. We gaan naar de Hong Kong AREA: dat kan zo'n 20 mijl tot 200 mijl van de stad zijn. Juist ja. In Europa bedoelen ze met 'Gibraltar' ook zoiets. Er wordt een watergebied mee bedoeld. En dat kan groot zijn.
's Avonds zijn we eens in het Machien gaan zien. LM zou me een paar machinerijen tonen. 'k Had gedacht vijf, en als ik die kan onthouden, ben ik al een stukske vooruit. De vijf machineries die ik het vaakst tegenkom op papier/op het scherm wanneer ik zijn werkboek typ, die zou ik wel eens in het echt en van nabij willen zien.
Well, we waren daar dan toch en LM heeft me 25 of 50 dingen laten zien en nu weet ik niks meer. En die 'dingen' zijn allemaal in het groen geschilderd. Mint Green. In Algemeen Scheeps : Engine Green. Aan de kleur kan ik ze dus niet herkennen of onthouden. En met groot of klein kom ik er ook niet, want hoe groot is klein als er nog kleiner bestaat. Aan de vorm dan … de meeste machinerijen hebben een vage cilindervorm. En mijn hoofd heeft nu een eivorm.
Als LM en ik nog eens ergens henen gaan he, dan stel ik de Efteling voor. Daar hebben de dingen tenminste een eigen vorm, eigen afmetingen én een eigen kleur.
m, - de m van toen – HiH-09/2015, bijgewerkt
|