Toen ik nog in Ganshoren woonde was er een postbode die met zijn ego ruimschoots compenseerde wat Moeder Natuur hem in de bovenkamer vergeten mee te geven was.
’k Schrijf nu wel postbode, maar in die tijd, en dan zeker in de Brusselse rand, heetten die mannen facteur. Marcel de Facteur. Factrices waren er nog niet en ze zouden er nooit komen volgens Marcel, omdat … gewoon omdat facteur een mannenjob was, tiens ! Als onderbouwing van een argument kon dat tellen.
Het was de tijd dat dat facteurs nog in grijs PTT uniform liepen, een leren tas op de buik droegen en een kepie op het hoofd hadden. En een cape in de winter ? Dat weet ik niet meer, het was ergens tussen '74 en '89. Droegen ze toen 's winters nog een cape ?
Op een middag kwam hij ostentatief zuchtend het café binnen. Hij veegde imaginair zweet van het voorhoofd. (dorst, wou dat zeggen)
- Allez Marcel, zei de bazin, zo warm is het vandaag toch niet. - Dat komt van al die boeken van de suizen, die wegen een pak zenne. - … boeken van suizen ? - Ja, de boeken van de drie suizen. Voor u is er ook ene. Hier zie, nen boek voor madame !
En hij plofte de cataloog van 3 Suisses op de toog. 900 bladzijdes dik. Het gewicht hebben we nooit geweten.
m - HiH-07/2015, https://fr.wikipedia.org/wiki/3_Suisses#Historique , https://www.demorgen.be/nieuws/3-suisses-failliet-het-einde-van-een-bedrijf-dat-alles-had-om-het-digitaal-te-maken~b0619696/
|