Wij hadden wel eens gedacht, dat Ida ons behoorlijk veel last zou kunnen gaan geven.
Maar....na allerlei vrijerijtjes in de laatste jaren vóor 1967, raakte zij in 1968 verliefd op een jongmens in de nieuwe sam, die van ietsjes deftige familie was. Zijn statige ouders waren vaste bezoekers van de samenkomst. De jongeman was alleraardigst. Hij was wel een beetje stijf, droeg driedelige costuums, wat toen voor een jongen van 18 toch al wel een beetje achterhaald was.
Al gauw moest Ida vaststellen, dat deze degelijke vrijer niet eens een spijkerbroek had. Zij vertelde ons dit vol afgrijzen. Maar.,..de goedzak kocht er een en toen hij deze aan Anka showde: "Nou Anka....wat zeg je er van ?!", riep ze vol schrik: "Er zit een vouw in".
En tegen ons zei ze: "Ach...ik heb tegen hem gezegd, dat hij maar geen pogingen moest doen in die richting. Een vouw in je spijkerbroek ! Je hebt mensen, die het nu eenmaal niet hébben.....en daar is hij er éen van".
Maar aan de andere kant: de knaap had een meer volwassen uitstraling dan alles, wat ze voordien had meegemsskt. En na al de 'dwaaslichten', die bij haar de revue waren gepasseerd, stak hij door zijn volwassenheid zo af, dat hij uiteindelijk definitief haar hartje won.
Ook wij ervaarden de rust die er van hem uitging. Er was eens een hevig conflict tussen Ida en ons en in wanhoop belde zij hem op om hulp. Even later reed zijn autootje voor.... want dat had hij direct, toen hij 18 was ....en even later was daar zijn rustige stem; "Waar is de brand". We knapten er helemaal van op en de ruzie was zo voorbij.
Ida was een handig meisje. Toen Willie in mei 1970 trouwde, zorgde zij helemaal alleen voor het diner en er ontbrak niets aan.
En toen Willie was uitgevlogen, maakte zij ons al gauw bekend, dat zij en die keurige jongeman nu ook wilden trouwen. En in oktober 1970 volgde zij haar zus in de grote stap. Ze was nog niet eens 20 en er werd algemeen gedacht, dat het hier wel 'een noodzakelijk huwelijk' zou betreffen. Maar helemaal niet. Onze wildzang trouwde en bedaarde en begon heel veel op haar evenwichtige nieuwbakken echtvriend te lijken.
En toen we in 1971 naar het buitenland vertrokken, meenden wij de geruststellende zekerheid te hebben, dat in ieder geval Willie en Ida ons in onze religieuze sporen zouden gaan volgen.
Het is maar goed, dat wij alles niet van te voren weten.
Nu ja; een zelfde verzuchting zult u ook wel eens geslaakt hebben.