Een berceau (of loofgang) is een pad waarbij aan beide zijden heggen staan, die aan de bovenzijde met elkaar zijn verbonden, zodat een soort tunnel ontstaat.
Een tuinonderdeel dat al stamt uit de 17e eeuw en tegenwoordig in een moderne en aangepaste vorm steeds vaker weer wordt toegepast is de berceau. Een ander woord voor berceau is loofgang, verwijzend naar de loofbomen waarmee de berceau oorspronkelijk werd gevormd. Het is een duidelijk architectonisch element die een tuin gelijk een heel bijzondere uitstraling geeft. Door te kiezen voor de juiste beplanting, kan men zorgen voor een jaar rond aantrekkelijk beeld.
Berceaus stammen uit de tijd dat het voor adellijke dames mode was er zo wit mogelijk uit te zien, om zich te onderscheiden van niet-adellijke personen die, doordat ze veel in de buitenlucht kwamen, een bruine teint hadden. Door de berceaus kon men buiten wandelen en buiten de zon blijven.
Er zijn nog veel oude berceaus in de Belgische en Nederlandse tuinen aanwezig. In particuliere tuinen, maar ook in openbare parken en landgoederen.
In de Prinsentuin in de stad Groningen zijn nog berceaus aanwezig, evenals op het landgoed De Braak in Eelde. De Groene Bedstede is een 400 meter lange berceau op landgoed Mariëndaal in Arnhem.
moderne berceau foto : Lex van Wijk Hoveniers CC 2.0
Een berceau heeft een sterke ruimtelijke werking. Door de lange afgesloten ruimte ontstaat een duidelijke ruimtelijke werking in één richting. Als je aan het begin van een loofgang staat en je richt je blik op het eindpunt, dan lijkt de loofgang zich naar het einde toe te versmallen. Dit is optisch bedrog, maar geeft wel een sterke lengte richting aan. Een tuin lijkt daardoor ook groter. Dit beeld kan nog eens extra versterkt worden door aan het einde van een berceau een beeld o.i.d. te plaatsen.
Naast de bekende ronde vorm, worden in de moderne tuin ook berceaus of loofgangen gecreëerd met rechte balken. Hierdoor ontstaat hetzelfde effect, maar dan in een moderne strakke uitvoering.
perenlaantje in Hendrik-Ido-Ambacht
De maatvoering voor een berceau is erg belangrijk. In volgroeid stadium moet de loofgang nog steeds een royale doorgang bieden. Ga daarom uit van een minimale maatvoering van 2,5m breed én 2,5m hoog.
Naast de haagbeuk en fruitbomen kunnen alle klim- en leiplanten worden toegepast als begroeiing van een berceau. Afhankelijk van de persoonlijke smaak en het beoogde effect zijn alle klimmers geschikt. Zoals :
Herdenkingen - Gebeurtenissen VANDAAG - 26 april 2010
Gebeurtenissen VANDAAG 26 april
480
Overleden : Julius Nepos (49?), Keizer van Rome.
1607
In de Slag bij Gibraltar vernietigt een Nederlandse vloot de Spaanse.
1719
Publicatie van Robinson Crusoe door Daniel Defoe.
1792
De Marseillaise is een lied dat is geschreven en gecomponeerd door Claude Joseph Rouget de Lisle in de nacht van 25 op 26 april 1792. De originele naam is Chant de guerre de l'Armee du Rhin (marslied van het Rijnleger).
1950
De Republiek der Zuid-Molukken wordt uitgeroepen.
1953
James Watson en Francis Crick publiceren in Nature de structuur van het menselijk DNA.
1974
In Portugal maakt de Anjerrevolutie een eind aan vijftig jaar dictatuur.
1985
De verlenging van de Rotterdamse metro naar Spijkenisse wordt geopend.
1990
De Hubble ruimtetelescoop is in een baan om de Aarde gebracht.
1995
Overleden : Ginger Rogers (83), Amerikaans actrice en danseres.
2006
Overleden : Tony Bell (93), Vlaams zanger, acteur en komiek.
Herdenkingen - Gebeurtenissen VANDAAG - 25 april 2010
Gebeurtenissen VANDAAG 25 april
480
Overleden : Julius Nepos (49?), Keizer van Rome.
1607
In de Slag bij Gibraltar vernietigt een Nederlandse vloot de Spaanse.
1719
Publicatie van Robinson Crusoe door Daniel Defoe.
1792
De Marseillaise is een lied dat is geschreven en gecomponeerd door Claude Joseph Rouget de Lisle in de nacht van 25 op 26 april 1792. De originele naam is Chant de guerre de l'Armee du Rhin (marslied van het Rijnleger).
1950
De Republiek der Zuid-Molukken wordt uitgeroepen.
1953
James Watson en Francis Crick publiceren in Nature de structuur van het menselijk DNA.
1974
In Portugal maakt de Anjerrevolutie een eind aan vijftig jaar dictatuur.
1985
De verlenging van de Rotterdamse metro naar Spijkenisse wordt geopend.
1990
De Hubble ruimtetelescoop is in een baan om de Aarde gebracht.
1995
Overleden : Ginger Rogers (83), Amerikaans actrice en danseres.
2006
Overleden : Tony Bell (93), Vlaams zanger, acteur en komiek.
Berberis is een geslacht van ongeveer 450 tot 500 soorten bladverliezende en groenblijvende struiken van 1-5 m hoog met doornige scheuten.
Het geslacht komt van nature voor in Europa, Azië, Afrika, Noord-Amerika en Zuid-Amerika. Berberis is nauw verwant aan Mahonia.
In de tuin worden ze zowel ter wille van hun sierlijke bladeren geplant als voor hun gele bloemen en rode of donkerblauwe bessen. Ook voor inbraakbestrijding spelen ze een rol door ze onder lage ramen of in heggen aan te planten, hun doorns zijn een effectief afweermiddel.
De bladverliezende soorten als Berberis thunbergii en Berberis vulgaris vallen op door hun mooie herfstkleur, de bladeren kleuren roze of rood voor ze afvallen.
De gele of oranje bloemen zijn alleenstaand of groeien in trossen van tot twintig bloemen. De 3-6 mm lange bloemen hebben zes kroonbladen en zes kelkbladen, afwisselend in kransen van 3 geplaatst. De kelkbladen zijn evenals de kroonbladen gekleurd. De vrucht is een kleine bes van 5-15 mm lang. Rijp is hij rood of donkerblauw, vaak met een roze of violette glans. Ze kunnen langwerpig of bolvormig zijn. De eetbare bessen zijn rijk aan vitamine C maar hebben een scherpe smaak. De doornen maken oogsten lastig, reden waarom ze weinig worden gegeten. Voor kleine vogels zijn ze echter een belangrijke voedselbron. Deze verspreiden de zaden na vertering.
Berberis vulgaris is de gastheer voor een aantal schimmels als de`Puccinia graminis, die tarwe ernstig kan aantasten.
Berberis glaucocarpa is een neofiet in Nieuw-Zeeland, die daar plaatselijk verboden is.
Berberis buxifolia en Berberis darwinii zijn twee soorten die voorkomen in Patagonië in Argentinië en Chili. Hun eetbare vruchten worden onder meer in jam en gebruikt, maar ook om in te maken. Men zegt dat iedereen die ooit een van deze bessen geproefd heeft, altijd weer naar Patagonië terugkeert. Deze twee planten zijn de nationale planten van Patagonië.
De berberaap of magot (Macaca sylvanus of Macaca sylvana) is een makaak uit de familie Cercopithecidae. Het is de enige makaak die buiten Azië voorkomt, en de enige apensoort die in Europa in het wild leeft, namelijk op de rots van Gibraltar.
De berberaap kwam vroeger voor van Marokko tot Libië en Egypte, maar komt nu alleen nog maar voor in de cederbossen het Atlasgebergte in Marokko en Algerije, tot 2000 meter hoogte. Ook wordt hij aangetroffen in eikenbossen en op begroeide rotshellingen.
berberaap foto : Mary Lassanyi United States Department of Agriculture
De berberaap heeft, net als de meeste andere makaken, een kaal gezicht. Bij de berberaap is het gezicht roze. Het is een aap met een dikke okergrijze vacht, waarbij de kroon, handen en voeten een oranje kleur hebben, en het gezicht wordt omringd door donkere haren.
Hij heeft lange ledematen (beide ongeveer even lang) en korte, brede handen. De berberaap heeft, in tegenstelling tot de meeste andere makaken, geen staart. Dit zijn aanpassingen aan het leven op de grond: berberapen besteden meer tijd op de grond dan enige andere makaak.
Mannetjes zijn groter dan vrouwtjes. Een mannetje heeft een lichaamslengte van 65 tot 75 centimeter, een schouderhoogte tot 50 centimeter en een gewicht van 7 tot 10 kilogram. Een vrouwtje heeft een lichaamslengte van 55 tot 65 centimeter, een schouderhoogte tot 45 centimeter en een gewicht van 4 tot 7 kilogram. Een berberaap wordt ongeveer 20 jaar oud.
De Berberaap is een dagdier en een omnivoor. Hij eet vooral zaden als eikels, maar ook knoppen, gras, bladeren, knollen, bloemen, paddenstoelen, bast en korstmossen staan op zijn dieet. Hij eet ook dierlijk materiaal, van insecten tot vogels, waarbij vooral rupsen een belangrijk onderdeel van zijn dieet vormen. De Berberaap heeft wangzakken, waarin hij voedsel kan opslaan.
De berberaap leeft in groepen van zeven tot veertig dieren. In een groep leven vaak meerdere volwassen mannetjes. De mannetjes werken samen om roofdieren weg te jagen. Mannetjes wisselen vaak van groep, terwijl vrouwtjes hun hele leven in één groep blijven.
In Europa komen berberapen alleen in het wild voor op de Rots van Gibraltar, waar een populatie van dertig tot veertig dieren kunstmatig in stand wordt gehouden. De legende gaat dat zolang er apen op de rots leven, Gibraltar in handen blijft van de Britten. De Britten doen er dus alles aan om ervoor te zorgen dat de apen op de rots blijven.
In 1763 werd ook een groep losgelaten in Duitsland. Deze deed het zeer goed, totdat hij door menselijke hand werd uitgeroeid in 1784
De berber is een woestijnpaard dat zijn oorsprong vindt aan de Barbarijse kust van Noord-Afrika, en dat beschikt over grote hardheid en doorzettingsvermogen en een vurig temperament. Door de vele kruisingen is het tegenwoordig moeilijk om een zuiver exemplaar te vinden. Wel is dit type van grote invloed geweest op moderne rassen.
Waar de oorsprong van de berber ligt, is niet precies bekend, maar het ras ontstond in de loop van de achtste eeuw in Noord-Afrika; het was ongeveer de tijd dat de islamitische bezetters de streek binnenkwamen. Er bestaat groot verschil van inzicht over de vraag of de berber en de arabier een gemeenschappelijke voorouder hebben. Volgens een andere opvatting was de arabier juist een voorouder van de berber. Mogelijk is het inheemse paard van deze streek beïnvloed door kruising van meerdere oosterse rassen enerzijds, zoals de arabier met paarden uit Turkmenistan en het Kaspische gebied, met Iberische paarden anderzijds. De laatste waren dan meegebracht door Moorse bezetters van Zuid-Spanje.
Er bestaan thans diverse variëteiten van de berber, waaronder de Algerijnse, de Marokkaanse en de Tunesische.
De Griekse geleerde Claudius Aelianus schreef in het jaar 200 na Christus over de Berberpaarden: "Deze paarden zijn buitengewoon snel en sterk, maar bovendien zo volgzaam dat ze zonder trens of teugel bereden kunnen worden en zich heel eenvoudig met een stokje laten sturen". In 1200 na Christus kwam de Berber in de mode bij de Europese ridders. De Berbers waren tot in de 18e eeuw zeer geliefd. Wie binnen de Europese koningshuizen iets voorstelde, reed op een Berber of een Spaans paard.
Antoine Pluvinel schreef over de Berber: "Ik houd veel van deze barbaarse paarden voor het Hoge School rijden vanwege de buitengewone toegenegenheid om sierlijk en met een bijzondere ijver de oefeningen uit te voeren."
In 1605 zegt G.E. Löhneysen: "De Moorse paarden zijn tamelijk klein, maar conditioneel sterk en werklustig, ze kunnen veel hebben, het zijn heerlijke goede paarden. Voornamelijk zijn ze dapper en blijmoedig en ze worden in het bijzonder geprezen omdat ze erg werklustig en trouw aan de mens zijn."
In oorlogstijd moest de Berber zijn kwaliteiten tonen op het slagveld. Er werden hoge eisen gesteld aan de ruiter, maar zeker ook aan zijn paard. Om de zware 'oefeningen' op het slagveld uit te kunnen voeren moest het paard sensibel, temperamentvol en goed te rijden zijn. Maar bovenal moest hij mee willen werken en trouw zijn. In vredestijd diende de Berberhengsten als comfortabele, rustige tölters voor de weinig zadelvaste adellijke dames. En natuurlijk werden ze als dekhengst ingezet.
grijze berber
De berber is een licht rijpaard met een groot uithoudingsvermogen. De voorpartij is krachtig, de schoften hoog, de achterhand kort, het kruis smal en aflopend. De staart wordt laag gedragen. Het ras is sterk, heeft gladde benen en kleine, ronde, stevige hoeven. De gang is niet bijzonder goed, maar de galop is die van een sprinter en dit is van invloed geweest op de eruit gefokte rassen. De meest voorkomende kleur is grijs, maar ook vos, zwart en (kastanje)bruin worden aangetroffen.
Van de abacoberber komen nog andere kleuren voor : met lichte of juist donkere vlekken, ruin, zwart en andere.
De abacoberber is een bedreigde ondersoort van de Spaanse berber, en komt voor op het eiland Abaco in de Bahama's. Naar men aanneemt, stamt de abaco af van paarden die tijdens de Spaanse koloniale tijd op dit eiland schipbreuk hebben geleden. Er zijn nog maar heel weinig exemplaren van de abaco over.
Een bepalend woord (Engels: modifier of soms quantifier) is een bepaling die uit slechts één woord bestaat. De functie komt nagenoeg volledig overeen met die van de bijvoeglijke en de bijwoordelijke bepaling, namelijk het verschaffen van meer informatie met betrekking tot een ander element (woord of zinsdeel) in dezelfde zin. De term "bepalend woord" wordt echter over het algemeen niet gebruikt voor een woordgroep, maar voor een enkel woord.
Een bepalend woord doet lang niet altijd dienst als onafhankelijk zinsdeel en is vrijwel altijd een dependens bij een hoofd.
In talen als het Engels en Nederlands doen vooral de bijvoeglijke naamwoorden, determinatoren en bijwoorden dienst als bepalende woorden. De eerste lexicale categorie verschaft nadere informatie met betrekking tot zelfstandige naamwoorden en zelfstandig gebruikte voornaamwoorden, de tweede verschaft nadere informate met betrekking tot werkwoorden.
Een bepalend woord doet weliswaar dienst als dependens, maar kan ook zelf weer nader bepaald worden. Een voorbeeld in het Nederlands is het zinsdeel:
- een mij zeer goed dunkend voornemen.
Hierin is het syntactische hoofd voornemen, waarvan het bepalend woord dunkend de dependent is. Het woord goed is daarnaast bepalend bij dunkend, en tenslotte is zeer weer bepalend bij goed.
Beoziere is een Belgisch historisch merk van motorfietsen.
Beoziere was een van de vele merken die het populaire Ducati Cucciolo viertakt clip-on motortje gebruikte om bromfietsen en lichte motorfietsen van 50- en 60 cc te produceren. Dat duurde slechts enkele jaren: in 1952 en 1953.
Beondegi is een populaire snack uit de Koreaanse keuken. Het betekent letterlijk Chrysalis in het Koreaans, zoals de pop van een rups die vlinder wordt. Beondegi zijn gestoomde of gekookte poppen van de zijdevlinder, Bombyx mori.
gestoomde Beondegi gebruiker : Meniscus
In Korea worden ze vaak verkocht bij marktkraampjes op straat, waar je vaak uit een papieren bekertje eet met een tandenstoker, maar zijn ook verkrijgbaar in restaurants een drinkgelegenheden. Ingeblikte beondegi kun je vinden in supermarkten.
Een beo (Gracula religiosa) is een vogelsoort die behoort tot de spreeuwachtigen (Sturnidae) en niet tot de papegaaiachtigen, zoals vaak op grond van zijn spraakvermogen wordt verondersteld.
De beo komt oorspronkelijk voor in Ceylon, het Himalayagebied en op Borneo, Java en Palawan in de Filipijnen.
Gracula religiosa in Zoologischen Garten Eberswalde gebruiker : En rouge CC 1.2 en hoger
Het mannetje en het wijfje zijn gelijk van uiterlijk: zwart met een groene en purperen weerschijn. Onder het oog en op de achterkop hebben ze een gele, onbevederde huid. De snavel is oranjegeel en de poten zijn geel. De totale lengte van de beo is 25 cm.
Een beo kan gemakkelijk een huisgenoot worden, maar heeft wel een ruime kooi nodig. Hij moet zo nu en dan eens vrij gelaten worden.
De beo leert gemakkelijk praten en liedjes nafluiten. Hij imiteert niet alleen de menselijke stem , maar ook allerlei andere geluiden.
Beo koppel in het Buxa Tiger Reserve in Jalpaiguri op Jayanti (Java) auteur : J. M. Garg CC 3.0
In tegenstelling tot sommige andere vogels, is het een wijdverbreide misvatting dat ze andere vogels nabootsen. Aan de andere kant, in gevangenschap, behoren ze tot de meest gerenommeerde nabootsers, misschien op een lijn met de Grijze roodstaart (Psittacus erithacus). Ze kunnen leren om veel alledaagse geluiden te reproduceren, in het bijzonder de menselijke stem, en zelfs fluitdeuntjes, met een verbazingwekkende nauwkeurigheid en duidelijkheid.
De beo is een alleseter, fruit, nektar, insecten en soms zelfs vlees.
De Beo was een Zwitserse zijspan-wegracemotor uit 1978.
De Beo heette voluit BEO Imagine 77 A. Het was een revolutionaire zijspancombinatie, in 1978 gebouwd door BEat Schmid en GuidO Sieber voor Rolf Biland en Ken Williams.
De BEO had tweewielaandrijving en de passagier kon gewoon in een stoeltje blijven zitten, zonder het gebruikelijke turnen om de machine op de wielen te houden. De machine kwam uiteindelijk in een aparte klasse terecht, en werd binnen enkele jaren verboden.
Herdenkingen - Gebeurtenissen VANDAAG - 19 april 2010
Gebeurtenissen VANDAAG 19 april
1054
Overleden : Paus Leo IX (51), geboren als Bruno van Egisheim en Dagsburg.
1882
Overleden : Charles Darwin (73), Brits bioloog.
1906
Maurice Brébart en Fernand Oedenkoven stichten de krant La Dernière Heure.
1906
Overleden : Pierre Curie (46), Frans natuurkundige.
1943
Het twintigste jodentransport vanuit de Dossinkazerne te Mechelen richting Auschwitz wordt op de spoorlijn Mechelen-Leuven (tussen Boortmeerbeek en Haacht) tegengehouden door drie jonge verzetslieden waardoor een aantal van de gedeporteerden kon ontsnappen. Nergens in Europa werd er tijdens de Tweede Wereldoorlog een dergelijke bevrijdingsactie uitgevoerd.
1956
Filmactrice Grace Kelly huwt prins Reinier III van Monaco.
1966
De Amerikaanse chirurg Michael DeBakey voorziet een patiënt van een plastic kunsthart. De patiënt overlijdt enkele dagen later.
1966
Overleden : Albert Servaes (83), Vlaams kunstschilder.
1980
Na 577 afleveringen is Pipo de Clown voor het laatst op tv.
1992
Overleden : Benny Hill (68), Brits acteur en komiek.
1999
Het Duitse parlement verhuist van Bonn naar de vernieuwde Rijksdag in Berlijn.
2004
André Kuipers wordt als derde in Nederland geboren ruimtevaarder gelanceerd. Zijn bestemming is het ISS.
2005
De Duitser Joseph Ratzinger wordt gekozen tot Paus Benedictus XVI.
2006
Voor het eerst in zijn geschiedenis zijn er twee nummers 1 in de Afrekening van Studio Brussel.
Benzingia is een klein geslacht met acht soorten orchideeën uit de onderfamilie Epidendroideae.
Het zijn kleine epifytische planten uit Ecuador, Peru, Colombia, Costa Rica en Panama, met zeer gevarieerde bloemvormen.
Het geslacht Benzingia is vernoemd naar de Amerikaanse plantenfysioloog David H. Benzing.
Benzingia caudata auteur : Dalton Holland Baptista CC 3.0
Benzingia zijn kleine epifytische planten met een sympodiale groei, zonder pseudobulben, met een smalle, waaiervormige groei en met grijsgroene, hangende bladeren met een korrelig oppervlak, en één korte, okselstandige, liggende of rechtopstaande eenbloemige bloeistengel.
In tegenstelling tot de vegetatieve kenmerken, is de morfologie van de bloemen van de soorten die nu het geslacht bevolken vrij divers. Zo heeft Benzingia reichenbachiana geresupineerde bloemen met een buisvormige bloemlip en een pseudospoor, en een tweelobbig callus met onregelmatige tanden, terwijl de bloemen van het voormalige geslacht Ackermania al dan niet geresupineerd zijn, een zakvormige bloemlip en geen vals spoor dragen. Deze verschillen in bloemmorfologie zijn waarschijnlijk te danken aan verschillende methodes van bestuiving, en lijken de nauwe verwantschapsbanden tegen te spreken.
Benzingia cornuta auteur : Eric in SF
Het geslacht Benzingia werd reeds in 1989 beschreven door Dodson, met enkel de typesoort. Het geslacht is in 2005 uitgebreid met enkele nauw verwante soorten van de geslachten Chondrorhyncha en Stenia, en met beide soorten van Ackermania, op basis van DNA-onderzoek door Whitten et al.
Het geslacht omvat momenteel acht soorten. De typesoort is Benzingia hirtzii.
Het woord benzine lijkt op de achternaam van Carl Benz, maar bestond al voordat de Duitsers de automobiel hadden uitgevonden. Het is afkomstig van benzoë, de hars van de benzoëboom. Dat was de oorspronkelijke bron waaruit benzine gedestilleerd werd. Benzoë komt van het Arabische woord luban gawi, dat 'wierook uit Java' betekent. Door de handel met de Catalanen kwam het woord naar Europa. Daar viel de eerste lettergreep weg en werd de a een e. Dit werd het Italiaanse woord benjui en in het Middellatijn benzoe. Michael Faraday (1791-1867) identificeerde de stof benzeen, een hoofdcomponent van benzine, als eerste.
Albert Shreiner slaagde er in om het synthetisch samen te stellen.
Benzine is kleurloos. Het bestaat uit een mengsel van koolwaterstoffen met doorgaans 4 tot circa 12 koolstofatomen, en met name uit vertakte alkanen en moleculen met een benzeenring, zoals tolueen en xyleen. Het is wellicht verrassend dat, ondanks de naam, moderne benzine weinig benzeen bevat. Deze component is verwijderd omdat het kankerverwekkend is. Ook zwavelverbindingen zijn verwijderd om luchtverontreiniging tegen te gaan.
Aan benzine die als brandstof gebruikt wordt worden additieven (ook wel dopes genoemd) toegevoegd om te voorkomen dat de motor gaat kloppen (ook wel pingelen genoemd). De klopvastheid wordt uitgedrukt in het octaangetal van de benzine. Vaak wordt ten onrechte het begrip octaangehalte gebruikt. Dit is onjuist omdat dit suggereert dat octaan een stof zou zijn die is toegevoegd aan de benzine.
De toevoeging tetraethyllood, die vroeger veel werd gebruikt als antiklop-middel, is tegenwoordig vervangen door het minder milieu-onvriendelijke methyl-tert-butylether. De benzine is hiermee loodvrij geworden. In Europa wordt sinds midden jaren '90 van de vorige eeuw vrijwel uitsluitend loodvrije benzine (Euro 95 en Euro 98) verkocht. Benzines met lood zijn niet meer te verkrijgen, benzines met loodvervanger slechts beperkt, het apart toevoegen van loodvervanger aan de benzine is ook een optie. Auto's met een katalysator kunnen uitsluitend op loodvrije benzine rijden;
lood maakt de katalysator kapot.
Bij de verbranding van 1 liter benzine komt ca 35 MJ (= 9,7 kWh) energie vrij.
Bij de verbranding van 1 liter benzine komt ca 2,4 kg CO2 vrij.
Dit is uitsluitend de CO2 die vrijkomt bij verbranding. Dit is echter maar een gedeelte van de totale hoeveelheid CO2 die benzine als product veroorzaakt. Volgens de well-to-wheelmethodiek wordt alle CO2 die ontstaat bij het opsporen, produceren, raffineren, transporteren en opslaan van benzine, en dat is nogal wat, toegerekend aan de CO2-uitstoot van benzine. Dat kan wel zo'n 30% bedragen, daarmee komt de uitstoot op 3,1 kg CO2 per liter benzine.
Biobrandstoffen worden op een vergelijkbare wijze beoordeeld.