Men kan zelf een ananasplant proberen op te kweken uit een vrucht. Snij het bovenste deel, met de bladeren, van de vrucht af, verwijder de restjes vruchtvlees en plant het geheel in een goed doorlatend mengsel van zand en potgrond, na verloop van tijd kunnen er wortels gevormd worden. De plant heeft veel behoefte aan warmte en licht en een hekel aan tocht. Veel vruchten moet u er in de huiskamer niet aan verwachten. Een volwassen ananasplant kan een diameter van ruim èèn meter hebben, voorzie dus ruim plaats. Vele andere Bromelia's zijn populaire kamerplanten en stellen min of meer dezelfde eisen: geen tocht, een goed doorlatend, enigzins zuur grondmengsel, veel licht en ruim water. Sommige bromelia's hebben graag water in hun bladkokers.
De ananasplant is afkomstig uit Zuid-Amerika en werd daar reeds lang voor de komst van Columbus geteeld. De naam ananas is afkomstig van de Indiaanse naam "nana meant" wat zoveel als , kostelijke vrucht betekent. Tijdens Columbus ' tweede reis naar Zuid-Amerika (1943-1496) beschrijft èèn van zijn bemanningsleden in een brief de ananas als volgt; "... er waren planten die op artisjokken leken, maar dan vier keer zo groot en waarop vruchten kwamen, als denappels, maar twee keer zo groot. Deze vruchten smaken zeer lekker en laten zich, als een raap, snijden met een mes...". Oorspronkelijk werd de ananas geweekt in speciale verwarmde kassen. Momenteel wordne ze overal in de tropen verbouwd op grote plantages.
. De ananas ontstaat dus niet, zoals gewone vruchten, uit èèn enkele bloem, maar uit verschillende bloemen met hun schutblaadjes. Uit elk bloempje ontstaat èèn vruchtje. De "schubben" van de ananas zijn allemaal aparte vruchtjes. Alle vruchtjes vergroeien samen met de bloeisteel tot een samengestelde vrucht. Wanneer we een ananas opsnijden is dit duidelijk te merken. Het centrale, vezelige deel is de bloeisteel, deze is minder smakelijk en wordt dan ook verwijderd. Ananas wordt vers ingeblikt aangeboden. De vruchten die wij aangeboden krijgen zijn afgerijpt tijdens het transport. Hun smaak en kwaliteit ligt dan ook lager dan die van vruchten die op de plant zelf afgerijpt zijn. Verse ananas bevat een product, bromelaïne, dat inwerkt op dierlijke eiwitten. Vlees dat gemarineerd wordt in verse ananassap zal hierdoor zachter worden. De ananas bevat verder veel suikers, citroenzuur en vitamine A en B1. Uit de bladeren van de ananasplant worden ook lange, zijdeachtige vezels gewonnen, die in Taiwan en de Filipijnen verwerkt worden tot een fijnmazige stof, pïna.
Net als de meeste andere Bromelia-achtigen bestaat de ananasplant ( Ananas comosus) uit een rozet van lange stevige bladeren. Deze hebben een stekelige rand. Op deze manier beschermt de plant zijn kwetsbare eindknop, die in het centrum van de rozet ligt. Uit deze eindknop groeien steeds nieuwe bladeren en een zeer kort stukje stengel. Op een bepaald ogenblik zal deze eindknop geen nieuwe bladeren vormen maar een bloeiwijze. Uit het centrum van de rozet rijst dan een lange stengel omhoog waarop tientallen kleine bloemetjes ingeplant zijn, elk in de oksel van een schutblaadje. Uit al deze bloemen zal later èèn samengestelde vrucht ontstaan, de ananas. De ananasplant zo als wij hem kennen vormt vruchten zonder dat een bevruchting moet optreden. Onze ananas bevat bijgevolg geen zaadjes. Andere, wilde, ananassoorten zoals A. ananassoides en A. bracteatus vormen vruchten met zaden. De bloemen van deze planten worden bestoven door kolibries. na een tijdje zal de eindknop, die nu aan het uiteinde van de bloeisteel ligt opnieuw bladeren vormen. Dit zijn de blaadjes die we aan de bovenkant van de ananas aantreffen. na de bloei zal de ananasplant, net als de andere Bromelia's zijscheuten ontwikkelen in de oksels van de onderste bladeren. De zijscheuten worden van de moederplant afgenomen en groeien uit tot nieuwe ananasplanten.
. Op 4 oktober herdenken we het overlijden, 783 jaar geleden, van Sint-Franciscus van Assisi, die zich niet alleen bekommerde om zwervers en armen, maar zich ook het lot van planten en dieren aantrok. Tijdens een internationaal congres van verenigingen voor de bescherming van dieren in Wenen in 1929 werd zijn sterfdag uitgeroepen tot wereld dierendag .
De juiste temperatuur om de vis te houden is 24 -28 graden. De black molly is levendbarend. Het mannetje heeft dan ook een gonopodium dat inwendige bevruchting mogelijk maakt. De vis is omnivoor, maar is vooral een algeneter. Hij is makkelijk te houden en plant zich net als de verwante guppy gemakkelijk voort. De mannetjes worden tot 6 cm groot, de vrouwtjes maximaal 8 cm. Deze omvang bereiken de vissen alleen als ze in een ruim aqaurium worden gehouden. De vis wordt 1 - 4 jaar oud.
.De Black molly is een volledig zwarte vis, die over het algemeen in zoet water, liefst in groepen, wordt gehouden. Het is een kweekvorm van de wilde soort, Poecilia sphenops, die een zilverachtige kleur heeft, vaak met veel zwarte stippen. De wilde soort komt in brak water voor, van Mexico tot Colombia. Het is een vis uit het geslacht Poecilia, uit de familie Levendbarende tandkarpers. De Black molly leeft liefst in water dat dichtgegroeid is met planten.
Satijn is een weefsel in satijnbinding. de satijnbinding ( of atlasbinding) is een weeftechniek waarbij de kruispunten van de ketting- en inslagdraden gelijkmatig verspreid liggen en bedekt worden door de inslagdraden. Met deze techniek kunnen garens heel dicht op elkaar geweven worden, waardoor het weefsel soepel wordt. De onderkant is dof, maar de bovenkant is glanzend door de losliggende inslagdraden. Dit geeft het weefsel een luxe uitstraling.
Het woord satijn komt van het italiaanse woord voor zijde: seta. Satijn wordt niet alleen van zijde gemaakt, maar ook van bijvoorbeeld katoen en viscose.
Satijn wordt gebruikt voor het maken van onder andere bruidskleding, lingerie en beddengoed.
Liefvrouwke van mijn rozenkrans, Zo schoon Gij staat, in al Uw glans, vooraan bij 't koorgestoelte. Gij staat er dees oktobermaand, getooid, gesierd en goudgewaand, dansend in kaarsenzoelte.
De Allium-bollen kunnen vele jaren ter plaatse blijven staan. Bij felle uitgroei de bollen rooien, uit elkaar nemen en onmiddellijk herplanten in vochthoudende grond. Bij zeer strenge winter, beschermen met bladeren en takken. De hooggroeiende A. giganteum kunnen fraai zijn als alleenstaande groep. De zaadbol is bruikbaar als droogbloem. Ze moeten gesteund worden. A. Karataviense heeft breed blad en is een goede rotstuinplant op zonnige plaats. A. Moly groeit op vochtige of droge plaats, in zon en in half schaduw.
.sierui eist een doorlatende en goede tuingrond. Laat de bollen enkele jaren rustig zitten en haal ze naar verloop van tijd in het najaar uit de grond, verdeel ze en plant ze weer op grotere afstand. Zaden kunt u in de herfst, winter of lente zaaien. Na opkomst een jaar gerust laten en dan verspenen op kweekbedjes. Voorkom slakken !!!! foto van Allium moly