Totdat
Totdat alle steden verwoest zijn
De verlating in het midden van het land zal groot zijn
Wie is deze?
Die zulke oordelen uit heeft gesproken!
En we zien nu toch zeker geen spoken
Want alles is verwoest!
En nog houdt men zich niet koest
Het is de Hoge en Verhevene
Allen hebben onreine lippen
En onreine lippen kunnen de Koning niet eren
Door de eigenzinnigheid en de steeds groter wordende zonden
Kwam het onheil en alle afgronden
Toen werd er een profeet gezonden
Maar de harten waren dik
Zij hoorde als niet horende
En zagen als niets ziende
Je kon ze met niets verblijden
Zo ontstond een verwoesting die niet was te vermijden
Zie de strengheid van mijn Koning en God
Hij bepaald een ieder zn lot
Jesaja 6
Mattheüs 13:10-17
06-07-2009 om 10:38 geschreven door Liesbeth
|