Keizerlijk Meise Sib, de orde van de autochtone Meisenaars, verzamelt alles over het historische Meise
03-10-2012
322 Archief Imde
322 Archief SINT-KWINTENSKERK- I M D E
1. Bibliografie
DE WACHTER, Repertorium, d. IV, p. 171; WAUTERS, Environs de Bruxelles, d. II, p. 323-324; GOETSCHALCKX, Album pastorum, p. 128-132; VERBESSELT, Het parochiewezen, d. IV, p. 71-87.
VERHASSELT L., Kerkelijk leven te Meuzegem en Imde, Wolvertem, 1956.
2. Inlichtingen betreffende het archief
Bestand Kerkarchief Brabant documenten van 1649 tot 1791 (0,10 strekkende meter)
nummers 4583-4585, 24.889-24.898
Het archief van de pastorij werd samen met het archief van Wolvertem in bewaring gegeven op het A.R. overeenkomstig de Archiefwet van 1955 (nrs. 24.889-24.898)
24.897: manuaal van de inkomsten en uitgaven van de kerk (1789-1791)
24.890-24.896: rekeningen van de Fabriek (1724-1760)
24.898: kwitanties, 18de e.
24.889: contracten voor het gieten van klokken (1656, 1659)
4.583: Armentafel: manuaal van de goederen, 1649
4584-4585: goederen van de Armentafel, 18de e.
3. Archieftoegangen
Inventarissen:
- d'HOOP, d. II (nrs. 4583-4585)
- Inv. (XII) van E. PERSOONS, voor de nrs. 24.889-24.898
321 Archief KERK VAN SINT-LAURENTIUS EN SINT-GORIKSW O L V E R T E M
1. Bibliografie
DE WACHTER, Repertorium, d. IV, p. 170-171 en d. VI, p. 347-348; WAUTERS, Environs de Bruxelles, d. II, p. 310-327; GOETSCHALCKX, Album pastorum, p. 165-172; VERBESSELT, Het parochiewezen, d. IV, p. 5-52 DELESTRE D.J., Hermannus De Munck [pastoor van Wolvertem en prelaat van Grimbergen, 17de-18de e.], in E.S.B., 1961, 44, p. 177-184; LEFÈVRE J., VERHASSELT L., 't KINT J., Geschiedenis van Wolvertem, Hekelgem, 1978.
2. Inlichtingen betreffende het archief
Bestand Kerkarchief Brabant documenten van 1542 tot de 19de eeuw. (1 strekkende meter) nummers 4572-4582, 24.753-24.804 Het archief van de pastorij werd in bewaring gegeven op het A.R. overeenkomstig de Archiefwet van 1955 (nrs. 24.753-24.804), met inbegrip van het archief van de Onze-Lieve-Vrouwkerk te Meuzegem (nrs. 24.805-24.888) en de Sint-Kwintenskerk te Impde (nrs. 24.889-24.898). Voor de laatste twee parochies verwijzen we naar de rubrieken "Meuzegem" en "Impde". 24.753: oorkondenverzameling: 18 aktes (1560-1743) 4575, 24.754: oude inventarissen van het parochiearchief en de Armentafel (1661 - einde 17de e.) 24.755-24.763, 24.799: pastorij, algemeenheden (17de-19de e.) 24.764, 24.784-24.786: goederen van de pastorij, 18de e. 24.781: manuaal van de inkomsten en uitgaven van de pastoor (1772-1799), met kroniek van de parochie (1804-1884) en lijst van de pastoors (1557-1888) 24.798: register van de Broederschap «Nom de Jésus» (1642-1872) 24.800-24.804: kapel van Onze-Lieve-Vrouw-ten-Bos (17de-18de e.) 4576: benoemingen van de kerkmeesters en meesters van de Armen (1659-1760) 4580-4582, 24.780: manualen en staat van de goederen en inkomsten van de Fabriek, 18de e. 4572, 24.765-24.776: rekeningen van de Fabriek (1549-1774) 4574: rekeningen van de Kerkfabrieken en van de Armentafel van Wolvertem, Impde, Meuzegem en Rossem, 1721 24.778-24.779: kwitanties en bewijsstukken (17de-19de e.) 4578-4579: manualen van de goederen en inkomsten van de Armentafel, (17de-18de e.) 4573, 24.777: rekeningen van de Armentafel (1542-1754) 24.789-24.797: processen (1673-1836) 3. Archieftoegangen Inventarissen: - d'HOOP, d. II (nrs. 4572-4582) - Inv. (XII) van E. PERSOONS voor de nrs. 24.753-24.804 - Voor de concordantie tussen de nummers van de oude ordening van de 19de eeuw en de huidige nummers van het K.A.B., zie: * WOUTERS F., Inventaire des archives des églises, cures et bénéfices de la province de Brabant (Inventaris van de 1ste Afdeling, nr. 143).
1. Bibliografie WAUTERS, Environs de Bruxelles, d.II, p. 304-306; GOETSCHALCKX, Album pastorum, p. 132-133; VERBESSELT, Het parochiewezen, d.II, p. 147-158. 2. Inlichtingen betreffende het archief Bestand Kerkarchief Brabant documenten van 1700 tot 1777 (0,30 strekkende meter) nummers 24.473Bis, 24.479-24.480, 24.483, 24.514-24.515. Het archief van de kapel van Sint-Brixius-Rode werd samen met het archief van de kerk van Meise in bewaring gegeven overeenkomstig de Archiefwet van 1955. 24.473bis: atlas van de eigendommen van de kerk en de Armentafel van Meise en van Sint-Brixius-Rode, 1776 24.479-24.480, 24.483: staat van de goederen van de kerk en de Armen van Meise en Sint-Brixius-Rode (1775-1777) 24.514-24.515: rekeningen van de kerk en de Armen (1725-1728) 3. Archieftoegangen Inventaris: - Inv. (XII) van E. PERSOONS voor de hierboven beschreven nummers.
DE WACHTER, Repertorium, d.III, p. 415-416; WAUTERS, Environs de Bruxelles, d.II, p. 277-304; GOETSCHALCKX, Album pastorum, p. 132-136; VERBESSELT, Het parochiewezen, d.II, p. 55-128.
DELESTRE D.J., Sint-Martinuskerk van Meise, in Meise, 1951, p. 17-21.
2. Inlichtingen betreffende het archief
Bestand Kerkarchief Brabant
documenten van 1384 tot 1803 (1 strekkende meter)
nummers 3535, 24.473-24.532.
Het archief van de pastorij werd neergelegd op het A.R. overeenkomstig de Archiefwet van 1955 (nrs. 24.473-24.532)
We zagen hem elke vrijdag zijn rondgang doen in het O.C.M.W.-rusthuis met de communie voor de rusthuisbewoners. Tot zijn dood bleef hij zich inzetten voor zijn naasten.
Geboren in Hekelgem op 12 december 1917. Priester gewijd in Mechelen door kardinaal Ernest van Roey op 24 juli 1943. Onderpastoor in Peulis van 24 september 1943 tot 20 februari 1946. Onderpastoor in Opwijk van 20 februari 1946 tot 11 augustus 1963. Pastoor in Sint-Vincentius Buizingen van 11 augustus 1963 tot 4 oktober 1975. Pastoor in Sint-Laurentius Wolvertem van 4 oktober 1975 tot 31 mei 1990. Aalmoezenier in het Rusthuis Van Hoorick van 31 mei 1990 tot 1 augustus 2012.
In het rusthuis nam hij het initiatief tot het oprichten en verzorgen van de rusthuiskrant. Op zijn doodsbrief lezen we van hem : Het ouderpaar Benedikt De witte +1929 en Jeanette +1969 nodigden vanuit het hiernamaals, hun zoon Theo uit, met hen te rusten in de vrede van God. Een aantal gebeden in zijn uitvaart werden door hem zelf geschreven.
1996 Na 20 jaar is De Leertuin opnieuw een zelfstandige school. 1997 Onze school groeit fors. Tweede uitbreiding van het schoolgebouw met opnieuw 3 klaslokalen. 2007 Bouw van 2 prefabklassen. 2009 Oprichting van de leesplek naar aanleiding van de ondernemingszin van de 5de klassers. Zij wonnen hiermee de 1e prijs. Tijdens de middagen krijgen kinderen de kans om even weg te dromen in een spannend of mooi verhaal. Ook ouders kunnen samen met hun kinderen een leesmoment inlassen na een drukke werkdag. 2012: Uitbreiding van de speelplaats : de school maakt gebruik van het grondgebied voor de school. Bij mooi weer komen de kinderen tot rust in deze groene oase. 2012: Fietsenstalling. Voor de school wordt een fietsstalling geplaatst om milieuvriendelijke verplaatsingen met de fiets te stimuleren. 23 juni 2012: De kindjes van de derde kleuterklas nemen een duik in de geschiedenis naar aanleiding van het 175-jarig bestaan. Onthulling nieuwe logo Vakantie 2012 De school breidt opnieuw uit. De gemeente stelt ons de lokalen van de VZW ter beschikking zodat er 3 extra klaslokalen gecreëerd
1972 Het nieuwe schoolgebouw wordt op 6 januari 1972 in gebruik genomen. Het Audiovisueel Centrum krijgt 2 klassen en het talenpracticum, dat uitgebreid werd tot 48 cabines. Op het oorspronkelijk plan van de school was er zelfs een lokaal voorzien voor de bibliotheek. De sporthal en het zwembad zijn in aanbouw.
1975 De kinderen kunnen vóór schooltijd terecht in de ochtendopvang. s Avonds worden alle klassen gebruikt voor het Audiovisueel Centrum voor volwassenenonderwijs.
1976 Fusie van de scholen Meise-Centrum en Sint-Brixius-Rode tot Gemeentelijke School Meise. Deze samengevoegde school telt 217 leerplichtige kinderen (lagere school) en 10 klassen. Er zijn op dat ogenblik 3 kleuterklassen in Sint-Brixius-Rode.
1981 De school (afdeling De Leertuin) is, na bijna 100 jaar, opnieuw een gemengde basisschool. De school telt 6 lagere klassen en 1 kleuterklas met 15 kleuters van alle leeftijden.
1982 Eerste uitbreiding van het schoolgebouw met 3 klaslokalen en een bureau voor het gebouw. De helft van de eerste verdieping wordt ingenomen door Judoclub Mansio.
1986 De school viert haar honderdvijftigjarig bestaan met een wervelende kindershow, een receptie met gelegenheidstoespraken, een diashow, een barbecue en een avondfeest.
1992 De school telt 3 kleuterklassen en 6 lagere klassen.
1920: Klas van Meester Athenaas Van den Boeynants 1921 De school telt ongeveer 125 leerlingen. Oprichting van de derde klas, met als onderwijzer Victor Krokaert. Meester Krokaert is schoolhoofd vanaf 1933 1940 Uitbreiding van de school met een vierde klas. Deze wordt ondergebracht in de zaal bij Louis Huyghens (huidige bibliotheek) en later bij Raoul De Vroede (huidige doe-het-zelfzaak). In de vierde graad (7de en 8ste leerjaar) worden bijzondere lessen gegeven over landbouw, witloofteelt en het verzorgen van de dieren. 1949 Vergrotingswerken worden uitgevoerd. 1976: Oud wapenschild van de Gemeente Meise tot de fusie ontworpen door Schoolhoofd Willem Rosiers.
1951 - 1971
1955 De gemeente kent 40 frank (1 euro) toe per leerling voor de prijsuitdeling. 1959 Een aantal leerlingen uit Eversem en Limbos worden door CarsMarie-Thérèse (René Verhest uit Sint-Brixius-Rode) naar school gebracht met een busje van 18 plaatsen. 1960In het lessenrooster staan verplicht wekelijks drie uur godsdienst-onderricht of les in zedenleer.Op 21 september treedt Jef De Cuyper in dienst en geeft de eerste graad. Hij is Chiroleider en de combinatie zorgt voor groei in de school. 1967Het gemeentebestuur zorgt voor warme maaltijden. Deze worden opgediend in de meisjesschool omdat onze school niet over een eigen eetzaal beschikt. Op 1.11 start Het Audiovisueel Centrum in het huis Janssens naast "Den Beiaard". 1968 Een gesplitste klas wordt tijdens de dag onder gebracht in het Audiovisueel Centrum. 1970Zaterdag is een vrije dag. De hele schooldagen worden met 1 lestijd verlengd. De kinderen krijgen na schooltijd opvang om hun taken af te werken. 1971Onze school telt 8 klassen. Door het groeiend aantal leerlingen is het schoolgebouw veel te klein geworden. Er zijn 5 klaslokalen te kort. De school ligt op dat ogenblik verspreid over liefst 3 plaatsen: het vroegere schoolgebouw (nu de muziekacademie), het Chiroheem in de Krogstraat en het huis van de familie Janssens in het dorp.
1901 Oprichting van de tweede klas, met als onderwijzer Athenaas VandenBoeynants. Deze wordt schoolhoofd te Sint-Brixius-Rode in 1922. 1902 Het plan voor een nieuwe school met 2 klassen en een schoolhuis (woning van het schoolhoofd) wordt goedgekeurd. Voor het gemeentehuis waren er 2 kamers voorzien en een gevangeniscel. 1904 Invoering van kosteloos onderwijs, met als bijzondere opdracht van het gemeentebestuur elke dag een half uur Fransche les. 1905 In de winter is er soepbedeling voor de minderbegoeden. 1907 Uitbreiding van de school. Het is de huidige muziekacademie die op dit ogenblik volledig vernieuwd wordt. 1914 De leerplicht tot 14 jaar wordt ingevoerd (en wegens de Eerste Wereldoorlog pas gecontroleerd vanaf 1919). De kinderarbeid (tot 14 jaar) wordt afgeschaft.
Merk op dat er in ons land geen schoolplicht bestaat. Privéonderwijs is toegestaan, maar deze leerlingen moeten een eindproef afleggen voor een examencommissie van het departement onderwijs om een diploma te behalen.
1915 Einde van het avondonderwijs voor ongeletterden wegens de oorlog. Er is na zonsondergang een uitgaansverbod ingesteld door de bezettende overheid.
1836 Het gemeentebestuur betaalt een jaarwedde van 100 gulden (ongeveer 5 euro) aan onderwijzer Barthels. De ouders van de rijke leerlingen betalen aan de meester 0,50 frank (iets meer dan 1eurocent) schoolgeld per maand. 1840 De school telt s winters 60 jongens en 54 meisjes. Dat is meer dan 100 kinderen in één klas! 40 kinderen genieten gratis onderwijs. sZomers zijn er gemiddeld 30 aanwezigen. 1854 Aanstelling van een hulponderwijzer. 1862 Start van een vrije meisjesschool door Dame Elisabeth Comtesse de Roose de Baisy, weduwe van Amédée de Beauffort. Zij is de eigenares van het Kasteel van Boechout. De kinderen ontvangen er kleding en dagelijks een warme maaltijd. Hierdoor verliest onze school veel meisjes. 1867 Oprichting van een avondschool voor ongeletterden van meer dan 14 jaar. Meester August Machiels krijgt hiervoor een bijkomende vergoeding. 1885 74 jongens bezoeken onze school, waarvan er gemiddeld 32 aanwezig zijn. Vanaf nu zijn er geen meisjes meer in de school. 1894: School van Meester Franciscus De Cuyper
Pas aan het einde van de 19de eeuw is er sprake van min of meer regelmatig schoolbezoek gedurende het hele schooljaar. Zelfs dan nog... Op bovenstaande foto is bijna de helft van de ingeschreven kinderen afwezig.
Rond 1900 kan een derde van de bevolking van Meise niet lezen of schrijven.
Vóór 1830 vinden we in Meise verschillende vormen van privéonderwijs terug. De oudste verwijzing dateert uit 1545. Enkel de rijke mensen leren lezen en schrijven.
Rond 1750 is Henricus Van Dooren meester voor Meise en Sint-Brixius-Rode. Hij is koster en geeft als bijverdienste aan een sterk wisselend aantal kinderen godsdienstonderricht (catechismus), lezen en schrijven in de Vlaemsche tael en rekenen.
Vanaf 1821 richt koning Willem II der Nederlanden overal in ons land dorpsscholen op waar les gegeven wordt in het Nederlands.
De gemeente Meise beschikt op dat ogenblik echter niet over een eigen schoollokaal. Deze school is enkel open tijdens de wintermaanden.
In de privéscholen wordt bijna uitsluitend in het Frans les gegeven.
1836 1900 wet ?
In 1834 besluyt de gemeynde raed van Meysse tot den aenkoop van een huys omtrent de kerk, voor een bekwaem school lokael ende gemeynde huys. De kostprijs bedraagt 2400 gulden (omgerekend 125 euro).
De verbouwing duurt tot 1836, het echte begin van het gemeentelijk onderwijs te Meise.
311 Napoleon Restaurant Napoleon werd overgenomen en wordt een brasserie. Vroeger was het de eerste jeugdclub van Meise in de tijd van de jeugdjaren van burgemeester Jules Van Campenhout. Het Chiroheem was toen in de schuur van Van Gijsel, op enkele tientallen meter op de Koninklijke Kasteeldreef. De A12 was er nog niet en die laan liep door tot de inkom van de Plantentuin. Daarna werd het een herberg stamënee bai bëstël uitgebaat door de familie Huygens. In Meise onder de toren van St.-Martinus staat op pag. 85 een foto van de buren uit de Boechtstraat . Hier was ook het eerste benzinestation van Meise van het merk Caltex. Daarna werd het restaurant Napoleon van tot Het gerucht deed ook de ronde dat Napoleon daar zou geslapen hebben voor zijn nederlaag in Waterloo. Hij kwam toen met zijn troepen uit Duitsland en het is n iet onwaarschijnlijk dat hij daar voorbij trok. Dat zou eens op oude kaarten moeten nagetrokken worden en in archieven van de slag bij Waterloo.
15 juni Vandaag is de oorlog in België zon goede twee jaar in gang. Dat die twee jaartjes ons deugd gedaan hebben ziet u gerust op de mensen hun gezicht en voelt u zelf aan vel en been. Hoelang het nu nog zal duren, voor die vechthanen ophouden, daar wordt nogal veel over verteld. De ene zegt : Zolang nog, en dan is t gedaan, joeng. Niks aan te doen, zeggen ze er nog bij, om t u zeker doen te geloven. De dag is daar, gaat voorbij, en vraagt u de man die zulke hoge tonen zong, voor wanneer het nu zou zijn. Ja, dan antwoorden zij : Ja, zie, dat weet niemand nie, hé, man. Maar voor enkele maanden wisten zij zeker dat het dan wel zou gedaan zijn. Het was niet gedaan en nu wist het niemand meer. En nu, na twee jaar, weet het niemand meer ook. Wordt er nu nog gesproken van gedaan , , dan haalt men eenvoudig nog de schouders op. En t triestigste van t hele zaakje is, dat ze de oorlog langs beide kanten willen winnen en hem langs beide zijden reeds gewonnen hebben. Geraak daar maar uit wijs. De enen halen overwinning op overwinning en de anderen hebben nog niet eens gevochten en schijnen nog, alhoewel met hun oren en ogen wijd open, te slapen op hun eiland. Wanneer komen die eens tegenover elkaar. Voor dat dat gebeurt zal hij, denk ik, nog zo snel niet gedaan zijn. Aan vrede sluiten valt niet veel te denken, daarvoor kunnen die hoge omes elkaar veel te goed verwijten, met liefkozingen als waanzinnige dronkaard en nog zoveel andere, dat die elkaar in t haar (als ze er nog hebben tenminste) moeten vliegen, dat staat vast. Doch wanneer ?
Ondertussen zitten wij hier op onze buik te wrijven. Om enkele kilos aardappelen te mogen halen van het rantsoen, zodus waar we recht op hebben, moet men wachten tot de kontroleurs en gendarmen, de smokkelaars en andere mensen die voor woekerprijzen enkele kilo s aardappelen gaan kopen waren bij de boeren, alles afgenomen hadden en bijeen gebracht in t een of t ander huis. Dan ging het van mond tot mond ze geven patatten. Anders kunt u er halen met een maand of twee retard. Tussen die twee maanden moet u maar zien, hoe ge uw plan trekt. En met de die 200 grammen per dag, zal men zich ook niet vet maken.
juli Vandaag begint mijn betaald verlof voor een week. Voor een maand, de 17de, kregen we nieuws dat Georges Fluyt in Duitsland gestorven was, ten gevolge van een dubbele longontsteking. Voor enkele dagen is de sterkste of een der sterkste vestingen van de wereld, namelijk Sebastopol in de handen van de Duitsers gevallen.
Werken donderdag 30 mei Vele Belgische krijgsgevangenen trokken langs de Vilvoordsesteenweg naar Duitsland. Velen liepen weg en geraakten goed thuis. van 30 mei tot 24 september een leven gehad van een koning. In de zon liggen, gaan wandelen en konijnen eten doen was het ergste wat wij te doen hadden. Werk was er niet. Op 24 september 1940, s morgens om 6 uur vertrokken naar Duitsland, om er te gaan werken voor 6 maand. De eerste dag tot in Aken gereden langs Holland rond. Daar bijna alles doen afbranden met in beddens te vechten. s Anderendaags om 18 tot 2.30 u. theater gespeeld in een cinemazaal. Vertrokken naar Kassel. In het begin ging alles daar nogal goed. Na twee maand trok de Mol terug naar huis. De dagjes kropen maar traagjes voorbij, daarbij was het er geweldig koud. Ieder morgen om 6 uur het bed uit. De eerste jaartjes zal dat nog geweldig in mijn ribbetjes hangen. Daarbij s morgens en s avonds, een kwartier ver naar de fabriek. Soms zo een lekkere soep dat we alles lieten staan. Met Nieuwjaar niet in congé geweest omdat het ons 40 Mark zou gekost hebben. Na zes maand waren we er alles al goed gewoon. Doch onze term was voorbij en ik wou zo rap mogelijk van daar, daar het mij geweldig de keel begon uit te hangen. Bijzonder die barakken. Met 20 man in een kamer. s Morgens moest men snakken naar lucht : een echt hondenleven. Om naar huis te gaan moest ik wachten tot 25 april, daar men ons wijs gemaakt had dat de grenzen gesloten waren. Eidelijk de 26 april 1941, om 4 uur stoomde het treintje met mij Kassel uit. In Kassel zelf had men mooie bergen, bijzonder Willemshöhe was heel schoon. Over de 600 m hoog. Eens voorbij Paderborn was de reis maar eentonig. Alles vlak gelijk in Vlaanderen. Tegen de middag waren wij in Keulen, waar we allen rechtsprongen, toen we over de Rijn reden. Om 13 uur in Herbestal aan de grens. Vier uur moeten aanschuiven om geld te wisselen. Om 18 uur terug aan het rollen geraakt. In Luik nog eens gestopt en dan in vliegende vaart naar Brussel. Om 21.30 u. kwamen wij in het Noordstation binnen. Met pakken en valiezen naar de tram gesukkeld en rond 22.30 uur stapte ik in Meise van de tram. Mijn verstand was te klein om te geloven dat ik terug thuis was. De eerste minuten wou het er nog niet in. Ik scharrelde maar mijn klorren bijeeen en droop af naar tante Isabel. Daar de deuren uit de hengsels getrommeld, omdat de grote heer niet te lang zou moeten wachten. Boven kwam er een slaperig koppeke uit, dat vroeg wie er nog zo laat op de baan was. Wel, kende mij niet meer vroeg Pieje. Nieëk, zaan de mensen van boven.. Wel, mensen uit Duitsland, hakkelde Pieje, omvergevallen van honger en grote vaak. Hee, hee, hoorde ik boven, bliksemsnel gevolgd door een geweldig gesloef op de trap. De ringelkens vlogen open en het volgend ogenblik stak Pieje zijn verwilderd koppeken naar binnen. De mensen wisten niet hoe zich te houden van kontentement, over zo een hoog bezoek op t laatste van de dag. Daarbij blikten ze met begerige ogen naar een paar geweldige valiezen, die Pieje van Kassel achter zich aansleepte. Wat die beruchte valiesjes mij aan plezier bezorgd hadden, daar kon geen mens een gedacht van geven. Om te beginnen van in Kassel van uit de barakken. Nog geen 2 minuutjes uit de barakken vertrokken of er brak een handvat van de grootste valies. Rapareren! Geen denken aan, daar het 3 uur s morgens was en donkerder dan in de donkerste hel. Snel mij broekband af en die rond de valies. Alles opperbest! Tot 500 meter verder mijn arme broeksband de geest gaf. Nu de valies maar onder de arm gepakt. t Gemak daarvan ondervond ik reeds van bij de eerste stappen. Bij elke stap schoof ze naar voor ofwel naar achter, zodat ik bij elke 5 stappen het boeltje eens moest dooreen gooien, om ze weer vast te krijgen. En zwaar dat dat dingske woog. Ondertussen rekte de andere bij elke stap zo vervaarlijk uit mekaar, dat ik vreesde dat er nog ongelukken zouden gebeuren. Als een harmonika ging ze uit elkaar, doch gelukkig kwam ze tot aan het station immer in haar plooien terug. Eens op de trein was het een gerepareer zonder einde. Dan nog die pleziertjes van t overstappen op andere treinen. Ja, valiesjes, t naaste maal liggen de riempjes! Goed voor éénmaal!
woensdag 29 mei Om 5 uur vertrokken naar Gent, waar we 10 à 12 km af waren. Op die 12 km telden we 7 gesprongen bruggen. Vele waren in twee gebroken, en andere staken recht het water in. In Gent zelf niet veel kapot gezien. Van Gent reden wij op Wetteren en van daar op Dendermonde, waar nog 3 gesprongen bruggen lagen. Van daar ging het in vliegend tempo, recht naar huis. In Brussegem stonden nog enkele uitgebrande tanks. Eindelijk om 13 uur bolden wij Meise binnen. Juist 14 dagen weggeweest. Wij waren van de laatsten. Nog enkelen die in Frankrijk zaten bleven achter. Twee soldaten van bij ons sneuvelden : Jean Krokaert en Frans Leemans uit Oppem.
dinsdag 28 mei Om 6.30 uur opgestaan. Om 7 uur gegeten. Een uur hard geregend. België heeft zich overgegeven. Om 10 uur kregen we de eerste soldaten te zien. Alles werd in gereedheid gebracht om naar huis te rijden. Die nacht met 30 man bij elkaar geslapen. Om 12 uur vertrokken naar Gent. Als we enkele kilometers buiten de stad waren, trokken de Duitse troepen naar Brugge. Onderweg zagen wij een tiental dode paarden liggen waar grote stukken uitgesneden waren. Een prachtig dier stond stervend naast de baan, waar velen medelijdend naar keken. In de borst getroffen door een schrapnel. Andere paarden liepen los door de velden. Rijen kanonnnen stonden eenzaam en verlaten langs de weg. Geweren lagen op hopen gegooid en kogels vond men overal. Gasmaskers, ransels, helmen lagen met duizenden langs de weg. Auto s die in gracht gekanteld waren. Radios, gamellen, velo s ...Alles lag dooreengegooid zo ver het oog reikte. Velen droegen mee wat ze dragen konden. Twee maal stonden wij voor gesprongen bruggen. Over de derde kon men over met een bootje, waar langs weerskanten balken waren opgelegd. Met honderden stond men te wachten. Men stootte en drong om er het eerst over te zijn. Met 30 vertrokken en in Gent nog met 14 bijeen, 16 verloren onderweg. Men had er zich eenvoudig op banen te plaatsen. Men werd voortgeduwd door de menigte. De Belgische soldaten hadden geen wapens meer bij en liepen vrij langs de banen met de vluchtelingen mee. Alle fietsen werden hun door de Duitsers afgenomen. De fiets van Leo De Smedt werd ook afgenomen. 2 uur moeten terugrijden voor een gesprongen brug. Op enkele kilometers voor Gent mochten wij niet meer door. Juist voor de boerderij, waar we in een schuur mochten slapen, lag een uitgebrande boot. Men moest er geweldig gevochten hebben tussen Ursele, Knesselaere en Beernem.
zaterdag 25 mei De ganse nacht horen schieten. Om 9 uur vertrokken naar Brugge. Aan het belfort ontmoetten we andere mensen uit Meise die er in een klooster verbleven. We mochten daar ook blijven. s Middags kregen we soep en aardappelen. Guido Gezelle verbleef hier van 1860 tot 1865. Hij was hier onderrector en gaf Engelse les. Dit was in het St.- Leogesticht.
zondag 26 mei In de klassen op stro geslapen. Om 6 uur opgestaan. Om 7 uur naar de mis geweest. Daarna in de stad geweest tot 11.30 u. De Duitsers zaten op 17 km van hier. Om 12 uur kregen we soep en aardappelen. In de namiddag moesten wij binnen blijven. Met de kaarten gespeeld. Om 21 uur gaan slapen. 140 vluchtelingen bijgekomen.
maandag 27 mei Om 6.30 u. opgestaan. Om 9 uur 16 Duitse vliegtuigen over de stad. Een kwartier later kwamen er drie terug welke bommen uitgooiden. Met akelig gefluit vielen ze naar beneden, gevolgd door geweldige ontploffingen. De kop van een obus op een afdak gevallen, waar we enkele meters afstonden. De splinters vlogen van het dak. Een half brood mogen gaan halen op de markt. Tegen de avond kwamen er zoveel vliegtuigen over, waar veel naar geschoten werd.
donderdag 23 mei Om 6 uur vertrokken met bestemming Meise. Enkele kilometers voor Kortrijk hoorden wij vertellen dat de Duitsers reeds langs de Leie lagen en volop aan het vechten waren. Langs daar zou men er niet door kunnen. Terwijl we daar stonden hoorden wij twee bruggen de lucht invliegen. We draaiden het stuur vlug om en wilden langs Gent naar huis. Onderweg vertelde men dat het langs Gent ook niet ging. We reden naar Ingelmunster en van daar naar Brugge. We volgden de vaart Brugge Gent tot in Sint Joris ten Distel, waar we bleven om te overnachten. Om 18.30 u. werd er geweldig naar Duitse vliegtuigen geschoten met lichtkogels. Tot 19 u. hing de lucht vol kanongebulder en vuur. Gedurig cirkelden er andere vliegtuigen rond. Velen waren bang om te gaan slapen en de valiezen werden op de fietsen gebonden, voor in het geval dat wij het er te warm zouden krijgen.
vrijdag 24 mei De ganse nacht zonder ophouden de kanonnen horen schieten. Om 8 uur opgestaan. Twee mannen wilden naar Gent om te gaan zien of we daar door mochten, doch halfweg moesten ze terugkeren door gesprongen bruggen. Over de derde mochten ze nog over, maar ze moesten zich haasten, want men bracht ze in gereedheid om ze ook te doen springen. In de namiddag zagen we een hele rij bommen uit de vliegtuigen vallen, op een kilometer afstand. Ze waren in een groot park gevallen. Enkele minuten later hing de lucht vol rook. Tegen de avond kwamen er weer een tiental over. De ene na de andere dook en mitrailleerde er duchtig op los. De lucht daverde van het vliegtuiggeronk en het schieten. Een uur later kwamen er weggelopen soldaten voorbij, welke zoveel mogelijk weggegooid hadden en de benen genomen hadden.
woensdag 22 mei Om 7 u. vertrokken naar de bareel. Er stonden er reeds honderden te wachten. Dikke rookwolken hingen over Duinkerken, dat die nacht gebombardeerd was. Tot 9.30 u. stonden wij te wachten. Niemand mocht door. Grens voor drie dagen gesloten. Terug naar de boerderij. Met enkelen naar zee geweest. Kustwachters gezien op het strand. Om 15 uur trein toegekomen met Belgische soldaten uit Frankrijk. De soldaten deelden sigaretten en chocolade uit, welke ze gestolen hadden van een Engelse trein, die gebombardeerd was en enkele wagons van blijven staan waren. Ze vertelden dat ze in Frankrijk met geld in hun handen nog geen eten konden krijgen. Men durfde er voor een glas water 0,75 fr. tellen. We kregen nieuws, dat degenen die konden, zich huiswaarts moesten begeven. We vertrokken om 16 uur met de volgende 18 man : Brouwers Emile, Dierickx Lodewijk,De Smedt Leon, Leemans Raymond, Blommaert Leon, De Cuyper Jozef, De Vadder Raymond, Versaen Jan, Silverans Marcel, Van der Veken Raymond, Van der Veken Michel, Van der Veken Lodewijk, Van der Veken Petrus, Van der Veken Julien, Huygens Petrus en Jacobs Edward uit Erps Kwerps, Van Hamme Gilbert uit Kortenberg en Van Cutsem Gilbert uit Kortenberg. We geraakten die avond tot in Zarren, waar we bleven overnachten.
maandag 20 mei s Morgens om 4.30 u. door Belgische soldaten wakker gemaakt. We moesten direct ons pakken maken en vertrekken. Aan treuzelen viel niet te denken want ze stonden met de paarden reeds naast ons, voor we goed wakker waren. We wasten ons in de vijver en vertrokken. Men had er ons liever een maand, dan de soldaten één dag. We dachten naar Ieper te gaan, doch in Menen ontmoetten wij mannen van Meise, die in een leegstaand huis sliepen. We mochten bij hen blijven. Nog nooit zoveel auto s gezien. Men sprak dat Menen die nacht ging gebombardeerd worden. De nacht doorgebracht op de planché, in een deken gerold. Planken zijn juist geen pluimen, zodus maar weinig geslapen.
dinsdag 21 mei Om 5.30 u. vertrokken. Men meldde dat de Duitsers dichtbij waren. We reden door Roeselare, Diksmuide, Veurne, waar we bijna niets dan koeien zagen en De Panne. Tegen de middag bemerkten wij Adinkerke, hetwelk op het laatste hoekje van de grens ligt. Ditmaal zou men Frankrijk in mogen. Op een lange rij, zo breed als de straat, schoof het volk naar de grens. Na een kwartier van langzaam aanschuiven werd plots de bareel gesloten en mocht niemand meer door. Het volk begon het beu te worden en velen spraken van onmiddellijk naar huis terug te keren. We bleven eten op 20 meter van de grens. Daarna trokken we weer de duinen in, om een weinig te rusten. Gedrieën gingen wij naar de zee, welke we vanop de berg zagen liggen, doch waarvoor we een uur nodig hadden, om ze te bereiken. Als we terug kwamen had men een slaapplaats gevonden bij een boer. Onder de pannen geslapen waar we het heel koud hadden. De ganse nacht zonder ophouden horen schieten.