Twie blondjes zitten on den toeg in een cafééken oep den dijk .
Zee tie ien: "'k zeng zjust wer men raaiexoam gon doeng."
"Allee", vroagt d 'aander: "en, oe was't?"
"Nie goe, zenne", zee ze, "k zen weer geboasd! Ik koom wer on da rongd pungt, en der stod em bord me daartig oep, dus 'k raaie kik daartig kier rongd da rongd pungt."
"Ai", zee d 'aander, " en verkierd geteld, of wa?"
Boek gelezen: Ik kende hem al twee dagen - Barbara Samson
Barabara, een zeventienjarig meisje dat door de stress die de huwelijksproblemen van haar ouders met zich meebrengen, aan anorexia lijdt, wordt ten einde raad in een rusthuis opgenomen. Ze leert er de oudere Anthony kennen en wordt hals over kop verliefd op hem. Hij verleidt haar en ze eindigen al snel samen in bed. De directie van het rusthuis laat het allemaal oogluikend toe, ook al zijn ze op de hoogte van Anthony's verleden en gezondheidstoestand.
Uiteindelijk wordt Anthony toch gevraagd om het rusthuis te verlaten en men stelt Barbara op de hoogte. Anthony blijkt een seropositieve drugsverslaafde te zijn. Haar bloed wordt onderzocht en Barabra blijkt seropositief te zijn. Nog altijd worden haar ouders niet op de hoogte gesteld en Barabara blijft haar grote liefde ontmoeten. Omdat er geen verbetering in Barabara's toestand komt, ze vermagert zienderogen, keert ze naar huis terug. Haar woede en de anorexia die erbij hoort, concentreert zich vooral op haar moeder. Gedurende de volgende maanden blijft ze Anthony ontmoeten, zelfs nadat haar ouders, jonger broertje en oudere zus op de hoogte zijn van haar toestand.
Anthony is ondertussen opnieuw zwaar verslaafd en dreigt haar mee ten onder te nemen. Mentaal is ze hier niet tegen opgewassen, maar steun van thuis kan ze ook niet verwachten ...
Dit boek is zeker geen hoogstandje, maar toch blijft het boeiend. Het blijft aan je kleven ... Je weet dat dit verhaal niet goed kan aflopen, maar toch lees je door, hopend op beterschap. Ik heb dit boekje in één ruk uitgelezen. Hier krijg je een uniek inzicht in de problematiek van een probleemjongere en haar verwarde gevoelens. Voor mij was het heel herkenbaar.
Vele mensen zijn niet in staat om te begrijpen hoe diepgaand en traumatisch de ervaringen van autistische mensen zijn. Ik zal het een beetje proberen te verduidelijken. Maar zelfs als je denkt het een beetje te begrijpen of mee te voelen, versterk dat gevoel met honderd ... Misschien dat je het dan een beetje benadert. Ik overdrijf situaties. Voor alle duidelijkheid: wij hallucineren niet. Het is alleen maar om aan te tonen welke impact gewone alledaagse dingen op ons hebben.
Stel je voor, het is ochtend. Je staat op, eet je ontbijt, kleed je aan en je vertrekt naar je werk. Maar je auto staat niet waar je hem verwacht. Je bent zeker dat je hem gisteren voor de deur hebt geparkeerd, maar niets. Je bent in paniek en je denkt meteen dat hij gestolen is. Je rent naar binnen waar manlief je doodleuk verteld dat je nooit een auto hebt gehad. Je gaat immers iedere dag met de fiets naar het werk. Terwijl je er zeker van bent dat je een rode mini - cooper hebt. Maar je hebt geen tijd te verliezen wil je niet te laat op je werk komen. Dus spring je op die fiets. Je rijdt in zeven haasten de straat uit en je bent verloren. Je herkent je omgeving niet meer. De zo vertrouwde huizen, gebouwen en straten zijn weg. In de plaats ben je in een wildvreemde omgeving terecht gekomen. Een nachtmerrie? Nee de pure werkelijkheid. Als het licht anders valt of er is een verkeersbord of bushokje verdwenen, de referentiepunten, dan loop je verloren. Weg is je zekerheid.
Uiteindlijk geraak je op van de stress op je werk. Een half uur te laat, maar kom. Je haast je naar binnen, maar in de kleedkamer vind je je kastje niet terug! Wat nu? Waar moet je je spullen nu laten? Geen tijd te verliezen, dus neem je ze mee naar je werkplek. Maar je herkent je vertrouwde colega's niet. Onbekende gezichten staren je aan. Je kan wel door de grond zakken van schaamte. Het werk is het enige waar je een beetje zeker van bent dus: hoofd naar beneden en je doet je job zo goed mogelijk, zonder een woord communicatie met je colega's. Jij durft niet, weet niet wat te zeggen of er is zoveel rumoer rondom je dat je hen toch niet begrijpt.
Alsof het afgesproken is verdwijnt iedereen plots en laat je alleen achter. Niemand zoekt contact met die rare kwiebus, ze laten je in je sop gaar smoren. Je gaat er dan maar vanuit dat het pauze is, maar daar heb je een hekel aan: socialiseren met anderen ... Ze praten een andere taal en hebben andere gewoontes die jij niet begrijpt. Iedereen staart je aan omdat ze jouw ook niet begrijpen. Een vreemde cultuur in een buitenaardse wereld. Het is alsof jij in de etalage staat en alleen maar mag kijken. Je mag niet deelnemen, want je kent de spelregels niet...
De werkdag zit erop. De zoveelste nachtmerrie in een rij heb je overleeft. Je gaat naar de fietsenstalling om met je fiets naar huis te rijden, maar weer is hij verdwenen. Je vloekt en twijfelt aan jezelf. Voor de zekerheid kijk je even rond op de parking en jawel, daar staat hij te pronken: je rood mini coopertje. Opgelucht dat er eindelijk een vertrouwt iets in je wereld verschijnt. Je puft naar huis. Verlangend naar een beetje rust. Maar zelfs dat is je niet gegunt. Thuis gekomen wacht de famlilie je op met hun problemen en noden. Je verliest je geduld en woedend vlieg je tegen hen uit. Zij zijn verbolgen, want ze begrijpen je niet. Jouw plotse stemmingswisselingen zonder schijnbare reden.
Opnieuw neem je de rol aan die van je verwacht wordt en je kropt alle machteloosheid op. Tegen een uur of acht 's avonds ben je helemaal op en je kruipt in je bed. Het enige veilige plekje in huis. Maar niet voor lang ... Zogauw het licht uit is begin je de afgelopen dag te overlopen en al de vorige die je je maar kan herinneren. Nooit gebeurt er iets zoals verwacht. Altijd kom je in onbegrijpelijke toestanden terecht. De angst bekruipt je, de angst voor de volgende ochtend. De angst voor de rest van je leven. Misschien ziet morgen de lucht roze? Of vliegen er olifanten door de lucht? Alles is mogelijk in het leven van autistische mensen.
"Never a dull moment"
Maar wat snak je naar wat verveling, een beetje sleur ... ontspanning ...
Uiteindelijk val je in slaap vol koortsachtige dromen en nachtmerries waarin je je angsten herbeleeft. De volgende ochtend wordt je doodmoe wakker. Ellendig, doodziek van angst: Wat gaat deze rotdag weer voor me in petto hebben. "Ik wou dat ik naar huis kon!" ...
Uitgegeven: 12 oktober 2006 10:28 Laatst gewijzigd: 12 oktober 2006 11:26
AMSTERDAM - De hoge bazen van Euro Disney zijn woedend over een internetfilmpje waarin Disney-figuren seksuele handelingen simuleren. Het filmpje is opgenomen achter de schermen in het Franse themapark en circuleert op het internet, zo meldt The Sun donderdag.
Op de video is onder meer te zien hoe Goofy de borsten van Minnie Mouse vastgrijpt. Ook vinden er suggestieve seksuele handelingen tussen Mickey Mouse en een sneeuwman plaats. Na al het gedartel achter de schermen gaan de Disney-karakters doodleuk het themapark weer in, om vervolgens honderden kinderen te vermaken.
");
Een woordvoerder van Disney laat weten dat de video gemaakt is op een plek die niet toegankelijk is voor gasten van het park. Hij denkt dat de video met een verborgen camera gemaakt is.
Het pretpark betreurt het incident en zegt actie te gaan ondernemen om te voorkomen dat het nog eens gebeurt. De directie zegt in de krant het gedrag niet ongemoeid te laten. Of het internetfilmpje tot ontslagen zal leiden wilde Disney niet zeggen.
Commotie over internetfilmpje met 'Disneyseks'
Uitgegeven: 12 oktober 2006 10:28 Laatst gewijzigd: 12 oktober 2006 11:26
Mijn eerste schooldag was een typisch voorbeeld van autisstisch gedrag. Niet weten hoe reageren op al doe nieuwe indrukken. Alles gebeurt zo snel. Ik blokkeerde. Reageerde op geen enkel prikkel, maar ik observeerde. Het blonde meisje waar ik naast zat leunde met haar hoofd op haar hand, ik deed haar in een reflex na. Het meisje vond dat niet fijn en zei me dat ook onomwonden. Op dat moment leerde ik dat iemand achterna doen niet hoorde. Op enkele seconden had ik mijn eerste levensles gehad. Sindsdien probeer ik erop te letten.
De juffrouw probeerde me aan te sporen om met de andere kinderen te spelen. Maar ik veroerde geen vin. Vermeed om haar aan te kijken (veel te griezeling, oogcontact maken met een vreemde), vermeed om de andere kinderen aan te kijken. Hoofd naar beneden en ik sloot me zo goed mogelijk af van al die overdonderende indrukken. Het liefst was ik ver weg in een donker hoekje gekropen, maar ik dierf me niet te verplaatsen. Bang dat iemand mij dan zou opmerken. Ik was doodsbang.
Plotseling stormde iedereen naar de deur. Ze gingen in een rij staan en de jufrouw hielp ons onze jassen aan te doen. In een lange rij werden naar de speelplaats gebracht. Iedereen stormde het grote plein op. Hier was ik nog nooit geweest. Opnieuw blokkeerde ik. Op de één of andere manier kreeg ik een grote plastic zak met chocolade eieren in mijn handjes geduwd. Ik keek naar het vreemde ding in mijn handen en vroeg me af "waarom?" Ik keek op en iedereen was verdwenen. Zomaar. Daar stond ik, voor het eerst helemaal alleen. Ik keek niet rond, ging niet op zoek ... Ik stond daar, verloren in die grote wereld ... Verloren in mijn eigen wereld ... Alleen op een vreemde planeet ...
Sindsdien verliep iedere dag op deze manier. Ik kon op voorhand niet inschatten wat de dag zou brengen. Doodsbang was ik. Ik haatte het ochtendgloren. Alweer nieuwe verschrikkingen in het verschiet. Onoverzichtelijke gebeurtenissen. Situaties waar ik niet om gevraagd had. Er galmde een zinnetje constant in mijn hoofd: "IK WIL NAAR HUIS!" Ik wist niet precies wat thuis was. In alle geval niet de plaats die ze thuis noemden. Ik had nog nergens een thuis - gevoel gehad. Een plek waar ik me veilig en geborgen voelde. Bij iemand die me beschermde en me begreep ... Een kind, amper drie jaar en ik stond er al alleen voor.
Natuurlijk werd toen de diagnose nog niet gesteld. Daar moest ik nog 27 jaar op wachten. Ik was overdreven verlegen. Een angstig kind, maar wel intelligent. En die intelligentie, die tijdens mijn kinderjaren een handicap was, werd op volwassen leeftijd mijn redding.
Leven aan de zijlijn. Observeren en leren. Dat is mijn voornaamste bezigheid. En zoals ik gisteren al zei: het is niet altijd even mooi ....
Anders zijnde wordt je niet overal gerespecteerd. Je hoort er niet bij, bent een outcast, verbannen uit de samenleving. Bij de primitieven gebeurt dit heel duidelijk. Je wordt uit de gemeenschap weggejaagd, je bestaat niet meer voor de familie. Er wordt gerouwd om je, net alsof je dood bent. Het is hard, maar je weet tenminste waar je staat. In de "beschaafde" gemeenschap is men subtieler ...
Meestal val je bij één persoon op. Meestal is dat een angstige en onzekere persoon. Iemand die bang is om zelf "opnieuw" het slachtoffer te worden en daardoor op voorhand een ander slachtoffer uitkiest. Als een roofdier zitten ze op de loer tot ze een volgende prooi zien. Zogenaamd ongemerkt en via omwegen benaderen ze het nietsvermoedend doel, tot hij een fout begaat. Meestal een triviaal iets, onbelangrijk in de ogen van de gemeenschap. Maar deze gewiekste eenling is in staat om dit klein en onbenullig voorvalletje op te blazen tot iets groots. Plotseling lijkt het of die persoon de duivel in persoon is. Dat hij de grootste misdaad aller tijden heeft begaan.
Er wordt geroddeld, gestookt en plannen gesmeed. Hij moet verdwijnen. Als een lafaard stuurt de belager zijn handlangers op hem af. In groep verandert de mens in een bloeddorstig roofdier. Het is niet meer belangrijk om wie het gaat of wat de misdaad was. Het beest is opgejut en woedend. Het beest wil bloed zien. Hun prooi is in het nauw gedreven. Vluchten of sterven ...
Vele malen ben ik het slachtoffer geweest van dit vreemde ritueel. Iedere keer denk: "Op deze leeftijd is men te oud voor zulke spelletjes". Maar niets is minder waar. Overal wordt er gepest. Overal bestaan er bullies. Zijn deze mensen alleen maar bang of is er iets loos met hun inlevingsvermogen? Men beweert dat wij (autisten) niet kunnen meevoelen met anderen. Ik zal je een geheimpje verklappen. Ik ken er velen. Je trekt elkaar aan, je herkent elkaar. En ik heb er nog niet eentje ontmoet zonder meededogen. Ik heb er nog niet eentje ontmoet die het in zijn "gestoorde" hoofd zou halen om er één bepaalde persoon uit te kiezen; als offer om zijn eigen angsten te bedwingen. Wij zijn geen groepsmensen, wij laten onze gevoelens niet zo duidelijk zien. We hebben het al druk genoeg om ze te ontcijferen en er mee leren om te gaan. Wij hebben de nood niet om anderen te koeioneren.
Als kind voelde ik me te volwassen om me met zulke onbenulligheden bezig te houden. Als volwassene begrijp ik dat mensen mentaal nooit zullen opgroeien terwijl wij mentaal volwassen worden geboren. Zelfs hier op seniorennet, is men niet veilig voor zulke kinderachtige praktijken. Ik hoop dat mijn lezers zich volwassener zullen gedragen en zich hier overheen kunnen zetten. Voor anderen die zich herkennen in mijn beschrijving en zich eraan storen: Bullies zijn hier niet welkom ....
Mensen, het zijn rare wezens. Ik kijk op de zijlijn toe. Heb het gevoel dat ik er niet bij hoor. Ik sla jullie gade en wat ik zie is niet altijd even mooi. Af en toe kom ik een soortgenoot tegen. Hoe ik ons moet noemen? Ooit heeft een man ons "Asperger" genoemd. Juist, net zoals de groente. Die man heette toevallig Asperger (zie foto) ... Voor het zelfde geld hadden ze ons "Vleminckx" genoemd.
Het Asperger - syndroom: hoogbegaafd autisitisch of in de volksmond: de dorpsgekken. Voila het hoge woord is er uit. Heb je ergens in je voorvaders een zotte nonkel of een exentrieke tante zitten? Dan kan je er donder op zeggen dat Asperger ook in jouw familie huist...
Wat maakt ons anders? Als kind leren wij niet intuïtief aan. Wij begrijpen jullie niet. Wij zien alleen feiten, lezen niet tussen de regels. Wij kunnen geen contact maken met anderen, laat staan vriendschap sluiten. Wij weten niet te reageren op vreemde situaties. Alles moet ontleed, aangeleerd en geïmiteerd worden. Jarenlange studie vergt dit.
Dankzij onze intelligentie kunnen we uiteindelijk een beetje functioneren. Aspergers met een gemiddelde intelligentie zijn niet in staat om zelfstandig te wonen. Eenvoudige taken zijn voor ons aartsmoeilijk. Afwassen bijvoorbeeld, is een onbegonnen taak voor mij. Ik weet niet hoe er aan te beginnen. Dat genie dat nog geen ei kan bakken? Het typische voorbeeld. Dat is geen luiheid. Dat is onkunde. Een band van een fiets oppompen? Een onmogelijk ideaal voor mij. Ik begrijp het gewoon niet!
Maar er is ook goed nieuws. De grootste uitvinders, kunstenaars en filosofen zijn waarschijnlijk gezegend met dit syndroom. Ik ben dus in heel goed gezelschap. Men noemt dit splintervaardigheden. In sommige dingen blink je uit. Maar dan in een extreme vorm. Zo krijg je genieën. Zij leven voor hun "ding" omdat dat het enige is waar ze goed in zijn. Het enige waar ze vat op hebben. Het enige waar ze een beetje respect voor krijgen.
Wat is vriendschap? Je ontmoet iemand en het lijkt te klikken. Die iemand heeft hulp nodig en je staat klaar, zonder verwachtingen ...
Iedere keer ben jij diegene die de problemen oplost. Zonder er iets voor terug te willen ... Misschien een beetje begrip en respect, het gevoel dat men je waardeert voor wie je bent
...
IJdele hoop, zo blijkt keer op keer Je gevoel heeft je al ettelijke keren gewaarschuwd: "Pas op, je gaat te ver! Trek een grens voor het te laat is." Maar het is al te laat
...
Uitbuiting, goedkope slavernij
...
Vriendschap: een concept dat ik precies niet goed begrijp
...
Eénrichtingsverkeer Jij moet alles incasseren, maar zelf mag je geen meppen uitdelen Zelfs geen tikje Men schreeuwt moord en brand je bent te ver gegaan, door één keer NEE te zeggen Het verboden woord bij een vriendschap
Ik ben helemaal geen fan. Integendeel zelfs. Maar sinds vanmorgen zit ik al met dit rotliedje in mijn hoofd. Ik ben ermee opgestaan, zonder radio te horen. Ik blijk zelfs de tekst te kennen. Waar ik die opgepikt heb? God mag het weten ....
Ik wordt er gek van, echt
Dus, om mijn demon te overwinnen: hij is ie dan!!!
Kan iemand mij vertellen wat er aan de hand is op seniorennet? Vanochtend geraakte ik niet op het gastenboek en kon ik ook niets veranderen. Ik kreeg allerlei vreemde woorden en tekens .... En nu zijn er zogezegd geen recente berichten meer ....
Boodschappen doen, op zaterdagnamiddag in Mol. Niet direkt mijn favoriete bezigheid. Ik ben één van die zeldzame vrouwen die niet graag shopt. Veel te druk en vermoeiend voor mij. Maar als het moet, moet het. Nu ik toch in de buurt was, snelde ik nog even naar Van den Borre om een inktpatroon voor mijn printer. Ik heb ze enkele keren laten vullen, maar de laatste keer ben ik daar slecht mee gevaren. Mijn printer herkende zijn eigen inktpatroon niet meer. Zeven euro naar de knoppen! Daar ging mijn winst!
Ik besloot om terug nieuwe te kopen en bij Van den Borre zijn ze het goedkoopst. Et voila, zo gepiept. Eerst ga ik even controleren of ze wel in voorraad zijn. Je kan ze niet zelf van het rek nemen, ze worden beveiligd met een slot tegen diefstal. Jaja, daar hangen ze. Ik wacht geduldig aan de toonbank op een verkoper. En daar komt hij aan. De typische vlotte prater met tandpasta - smile. Ik vertel hem wat ik wil. "Welk type wenst u?" Vraagt hij vriendelijk. Ik vertel het hem nogmaals. Ik beschrijf zelf het doosje.... Maar dat is niet genoeg. Ik moet hem volgen en het type printer aanwijzen, alsof ik een dom kieken ben ... Ik loop zuchtend met hem mee en wijs hem het doosje aan dat ik wil. "Je bent zeker?" Vraagt hij nog een keer aarzelend. Ik bevestig. "Waauw, dat kom je ook niet snel tegen dat iemand zo goed weet wat ze wil!" Roept hij uit terwijl hij zijn tanden bloot lacht. De doorsneevrouw zou hem een knappe jongen noemen, ik vind hem te glad ... fake.
Met een grote zwier haalt hij het haakje van het rek in plaats van met zijn sleutel één doosje los te maken. Ik haal zwijgend mijn schouders op en draai me om terwijl hij zijn fout ontdekt. "Wat doe ik nu! In plaats van het gewoon los te maken!" Roept hij uit. "Ik ben precies in mijne goeie vandaag!" Ik kon niet anders dan dit te beamen, wat hem eventjes van zijn stuk bracht. Ik wacht aan de kassa, hij komt me met zwierige pas achterna. Even moeten hij wachten tot zijn vrouwelijk colega haar klanten heeft afgerekent. Zij bedankt hem voor het opnemen van haar GSM. Hij valt even uit de lucht, begint zich daarna weer te verontschuldigen ... Enfin, een kluns. Maar hij blijft in zijn vlotte verkopersrol. Plots valt mijn oog erop: zijn gulp staat wijd open. Ik kan een glimlach niet onderdrukken. Ik denk nog even: "Moet ik het hem niet zeggen?" Maar dan bedenk ik me dat hij zich eigenlijk al genoeg belachelijk heeft gemaakt. Hij zal het zelf wel ontdekken en dan zal hij zich mijn spottend glimlachje misschien wel herinneren, maar dan ben ik er tenminste geen getuige van ... Met veel bravoure rekent hij met me af en vlot richt hij zich tot de volgende klant. Ik verlaat glimlachend de winkel.
Ik apprecieer de avonturen van Patholoog - anatoom Kay Scarpetta wel, vooral inspecteur Marino, die me qua beschrijving en karakter aan Andy Sipowitz, de rol van een dedective in de serie NYPD blue, doet denken. Ik ben gek van die man. Zijn stuursheid, zijn zwakheden die zijn grootste sterkte is. Hij heeft me doen zwichten voor deze reeks van Kay Scarpetta.
Ik lees de boeken niet in volgorde. Ik loop ze toevallig tegen het lijf in de tweedehandswinkel, kringloop, bibliotheek of gewoon via een vriendin ... En ik begin. Meestal is dat geen probleem. Alles wordt tussen de regels door nog eens verduidelijkt en beschreven, zonder in herhaling te vallen. Dat bevalt me wel. Maar nu heeft het toch wel eventjes geduurt eer ik mee was. Het vorige boek was blijkbaar geen afgesloten verhaal. Het nichtje van Kay was geïnfiltreerd in een bende en heeft daar enkele moorden gepleegd. Die hielden verband met een maffiafamilie die een verstoten en misvormde zoon hadden door een zeldzame aangeboren aandoening. Niet alleen aan de buitenkant, maar ook zijn geest werd erdoor bezoedelt. Dit monster is een seriemoordenaar die het ook op Kay had voorzien, maar de dappere vrouw had hem in haar huis kunnen verschalken door een bijtend zuur in zijn ogen te gooien, waardoor hij defenitief blind werd. Kay's voormalige overste, een vreselijke vrouw, was eerder al door deze man op gruwelijke wijze vermoord. En hier begint het verhaal...
Kay wordt beschuldigd van moord op haar voormalige bazin. Zelfs de moordpoging op haar persoon wordt in twijfel getrokken. Iedereen uit haar onmliddelijke omgeving is op de hoogte van deze beschuldigingen en werden grondig ondervraagd, zonder medeweten van Kay. Zij komt pas veel later te weten in wat voor een hachelijke positie ze zich eigenlijk bevindt. Uiteindelijk brengt een brief, van haar verloofde die een jaar eerder vermoord werd, enig soelaas in deze krankzinnige situatie.
Zogauw je alle verbanden gelegd hebt en met het verhaal mee bent, druipt de spanning ervan af.
Prille liefde ... Eigenlijk niet meer zo pril. Je kan eigenlijk zeggen dat hij een oude snoeper is die wel een lekker groen blaadje lust. Een jong ding dat de hele dag met haar verleidelijk kontje voor zijn neus staat te zwieren. Hoe kan een oude knar dat weerstaan? Die jonge snaak van hiernaast staat de hele dag te smachten aan de poort ... Maar hij is geen partij voor onze geroutineerde en ervaren Don Juan.
Hijgend loopt hij haar achterna, zij laat zich al die aandacht welgevallen. Zij is een verboden vrucht, dat is hij zich maar al te goed bewust ... Maar ze is zo mooi, ze ruikt zo lekker en haar huid is zo zacht. Wat kan je doen? Gun een man toch eens zijn pleziertje. Misschien zijn laatste kans.
Op een humorisitische manier wordt de wereld bekeken door de ogen van katten. De hoofdrolspelers zijn Kuching, een oudere wijze kater, en Sunshine, een jongere zwerver die Kuching mee naar huis heeft gebracht. Hij probeert zijn pupil voor te bereiden op het leven als huiskat.
Het boek is opgemaakt in korte verhalen die ook apart gelezen kunnen worden. Verschillende aspecten in het boeiende leven van de kat komen aan bod. Bezoek, de dierenarts, vakantie ... Hoe bekijken zij deze alledaagse dingen die hun levensritme verstoren en hoe lossen ze dit op.
Geen literair hoogstandje maar wal amusant om te lezen op verloren momenten.
Ik ben zomaar iemand, en gebruik soms ook wel de schuilnaam Fiep.
Ik ben een vrouw en woon in Balen () en mijn beroep is dromen.
Ik ben geboren op 07/10/1967 en ben nu dus 57 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: schrijven, tekenen, computeren, observeren, mijn huisdieren en mijn lief.
Ik ben herstellend CVS patient. Sinds een paar maanden durf ik opnieuw toekomstplannen maken. Via het schrijven kan ik me uiten en ik hoop om via deze blog nieuwe zielsverwanten te vinden