Op drie velletjes volgeschreven papier heb ik vakes laatste blog gevonden en die wil ik jullie niet onthouden. Mijn excuses als er ergens een fout is ingeslopen. Ik ben geen fruitspecialist. Leen.
De oorsprong der appelen
Totnogtoe heb ik steeds gelezen dat de cultuurappel, Malus domestica, afstamt van de wilde appel Malus sylvestris uit de Kaukasus.
In de laatste Pomos, Lente 2020, kwartaaluitgave van de Noordelijke Pomologische Vereniging waarvan ik al vele jaren lid ben, schrijft Jan Veel een artikel. Herkomst van de appel bekend danzij de Beer. De oorsprong van de gekweekte appel is niet zo lang geleden definitief opgehelderd.
In 2012 werd zijn genoom ontsleuteld en werd onomstotelijk bewezen dat zijn oorsprong ligt in het afgelegen Tian Shan gebergte dieper in Azië. Dit gebergte beslaat een groot grondgebied dat China, Kazachstan, Kirgizië, Oezbekistan en Tadjikistan omvat.Tian Shan betekent in het Chinees 'Hemelse bergen'. Daar groeien op een hoogte van 900 tot 1600m enorme met slingerplanten bedekte appelbomen van soms wel 30m hoog in bossen die bijna helemaal uit appelbomen bestaan.
Deze wilde appelbomen vertonen grote verschillen wat betreft de groeivorm, vruchtkwaliteit en formaat van de vrucht. Er groeien allerlei exemplaren die qua vorm, zoetheid en smaak van de vrucht nauwelijks verschillen van onze geteelde appels. Al tienduizend jaar geleden werd de Malus Sieversii door nomaden uit het Tian Shan gebergte gedomesticeerd.
De gedomesticeerde appel Malus domestica verschilde aanvankelijk genetisch en fenotypisch weinig van zijn wilde voorouders. Het fenotype is het totaal van alle waarneembare eigenschappen (kenmerken) van een organisme. Het is het resultaat van de genetische aanleg (het genotype) van een individu en de invloed daarop van zijn omgeving.
De term werd in 1911 bedacht door Wilhelm Johanssen (1857-1927) om onderscheid te maken tussen de erfelijke eigenschappen van een organisme enerzijds en het resultaat daarvan anderzijds. Het woord betekent letterlijk verschijningsvorm en is afgeleid van het Griekse Phainein 'doen schijnen' of 'laten zien' (bron: Wikipedia). Een voorbeeld is de schilkleur van appels. Deze wordt deels door het genotype bepaald maar ook beïnvloed door de zon. In dit geval heeft dus ook de omgeving invloed op het fenotype.
Pas later, langs de zijderoute naar het westen, ontstonden er verschillen door gen hetrogressie. Toevallige kruising met drie zuiderse erkende appelsoorten. Malus Briccata, Malus Orientalis en Malus Sylvestris zorgden voor vermenging van erfelijke kenmerken. De Aziatische wilde appel (Malus Sieversii) werd oorspronkelijk beschreven door Duitse apotheker Johann August Carl Sievers (1762-1795).
De Russische plantkundige en geneticus Vasilov ontdekte tijdens een van zijn expedities in 1929 de appelbossen van het Tian Shangebergte. Vanwege hun grote diversiteit vermoedde hij dat hij de oorsprong van de gekweekte appel had gevonden. Toen ontbrak in zijn schrift nog het precieze bewijs. Vasilovs leven eindigde tragisch. Vervolgd door Stalin omwille van zijn verwaande "burgerlijke" wetenschapsgenetica, stierf hij in 1943 tijdens zijn gevangenschap.
Een van zijn studenten was de Kazachstaanse agronoom Aymak Djangalieo (1913-2009)die ook te lijden had onder de Stalinistische vervolging. Geschokt door de vernietiging van de appelbossen in zijn geboorteland tijdens het Sovjettijdperk en ondanks moeilijke omstandigheden bestudeerde hij de appel en hun biologie op basis van de hypothese van Vasilov. Hij toonde aan dat Malus sieversii alle overerfbare kenmerken van de gekweekte appel heeft.
Beren eten graag zoete appels. Het meest fascinerende is echter dat het onderzoek van Djangalieo een andere hypothese van zijn leermeester bevestigt: in de afgelegen bergen van Tian Shan ontwikkelde zich in de loop van miljoenen jaren een fruitsoort die belangrijk was voor de mens. Niet door onbewust en later bewust telen - maar door de vraatzucht van de beren!
De beren in deze regio eten de zachte vruchten van de Malus sieverii en zijn daardoor verantwoordelijk voor de evolutionaire ontwikkeling van de voorloper van onze gekweekte appel. De zaden van Malus sieverii ontkiemen pas nadat ze door de darm van een beer zijn gegaan. Reserve voor Resistentiegenen.
|