"Het verhaal van Zuster Kat Fael." Of hoe een gevonden poezennestje nog goed terecht komt! (klik op bovenstaande foto) ---------------------
Growing old is mandatory. Growing up is optional. ----- Ouder worden is onvermijdelijk. Volwassen worden niet!
Als je op de groene button klikt kom je op de site van het baby-poezen-opvangcentrum van "Den Dierenvriend". Hét adres om een jonge poes te adopteren! Ga eens kijken en zeg het voort aan andere dierenvrienden aub!
Zoek je een speciaal onderwerp waarover ik ooit iets schreef? Tik dan hieronder een trefwoord in!
Zoeken in blog
Klik op het envelopje om mij een mailtje te sturen
We don't stop playing because we get old... We get old because we stop playing! -------------- We stoppen niet met te spelen omdat we oud worden... We worden pas oud als we stoppen met spelen!
Je kan maar 1 week tegelijk bekijken op mijn blog. Anders gaat het te traag open. Wil je zien wat er vorige week op stond? Klik dan op de data hier onder!
In elke 50-plusser zit een verbijsterde teenager die zich afvraagt wat er gebeurd is.
Leonardo da Vinci (1452-1519)
Italiaans kunstenaar
Als ik in de hemel kom, dan wil ik
daar graag een kat op schoot hebben.
Jan Wolkers (°26-10-1925)
Nederlands schrijver en columnist.
Katten haten dichte deuren; het
maakt niet uit aan welke kant ze staan. Als ze buiten zijn willen ze naar binnen, en
als ze binnen zijn willen ze naar buiten.
Lilian Jackson Braun (1916)
Amerikaans schijfster
Laten we eerlijk blijven; de meesten van ons
vinden het wel leuk als onze katten een tikje gemeen zijn. Ik zou me in ieder geval niet echt op mijn
gemak voelen in het gezelschap van een kat die in huis rondliep met een heilige
uitdrukking op zijn snuit.
Beverly Nichols (1898-1983) Engels
Schrijfster
Eén kat
leidt tot de volgende.
Anoniem
Katten bereiken
moeiteloos wat wij mensen niet kunnen: door het leven gaan zonder lawaai te
maken. Ernest Hemingway (1898-1961) Amerikaans
schrijver
Er zijn twee
manieren om de ellende te ontvluchten: muziek en katten. Albert Schweitzer (1875-1965) Theoloog,
filosoof en dokter.
Katten schijnen uit te gaan van het principe
dat het nooit kwaad kan om te vragen wat je
wilt.
Anoniem
Katten zijn
delicate wezens en ze kunnen de meest uiteenlopende kwalen krijgen, maar ik ben
nog nooit een kat tegengekomen die aan slapeloosheid
leed. Joseph Wood Krutch(1893-1970)
Amerikaans schrijver
Als u in een
gracht valt kunt u best angstig miauwen, want een kat willen we wel eens
redden. Toon
Verhoeven
Lang geleden werden de katten als goden
gezien. Dit zijn ze nooit vergeten.
Anoniem
Cat Proverbs
You will always be lucky if you know how to make friends with
strange cats. Colonial
In a cat's eye, all
things belong to cats. English
No matter how
much cats fight, there always seems to be plenty of kittens. Abraham Lincoln
Dogs come when they're called; cats take
a message and get back to you later. Mary
Bly
There are two means of refuge from the
miseries of life: music and cats. Albert
Schweitzer
Settling a dispute through the law is like losing a cow
for the sake of a cat. Chinese
A cat goes to a
monastery, but still she remains a cat. Congolese
The cat is a saint when there are no mice
about. Japanese
The cat is a lion to the
mouse. Albanian
A house without either a cat or
a dog is the house of a scoundrel. Portuguese
The kind man feeds his cat before sitting
down to dinner. Hebrew
Handsome cats and fat
dung heaps are the sign of a good farmer. French
Beware of people who dislike cats. Irish
Who cares well for cats will marry as happily as
he or she could ever wish. French
An old cat
will not learn how to dance. Moroccan
A cat
will teach her young ones all the tricks, except how to jump backwards. Netherlands Antillean
When the mouse laughs at the cat,
there's a hole nearby. Nigerian
As every cat
owner knows, nobody owns a cat. Ellen Perry
Berkeley
If you play with a cat, you must not mind her
scratch. Yiddish
To live long, eat like a cat,
drink like a dog. German
A cat has nine lives;
for three he plays, for three he strays, and for the last three he
stays. English-American
A cat with a straw tail
keeps away from fire. English
Those that
dislike cats will be carried to the cemetery in the rain! Dutch
After dark all cats are leopards. Native American (Zuni)
If stretching were wealth, the
cat would be rich. African
One should not send
a cat to deliver cream Yiddish
The cat--moon
eats the gray mice of night. Western
Europe
When the cat's away, the mice will play. Western Europe
It's for her own good that the cat
purrs. Irish
Cats don't catch mice to please
Khoda(God). Afgani
Fat cats and thin birds can
share a yard, but thin cats and fat birds no way! Rosicrucian
Like the cat in the tree, getting caught up
in the chase can leave us in an awkward place. Rosicrucian
The cat laps the moonbeams in the bowl of
water, thinking them to be milk. Zen Saying
If
men were now to turn their hostility towards the cat, it would not be long
before the domestic cat became a wild animal. Nigeria
In even a cat the Buddha-nature exists. Japanese Buddhist
It is useless to show the gold piece
to a cat. Zen Saying
Nature breaks through the
eyes of the cat. Irish
It's a brave bird that
makes its nest in the cat's ear. Hindi/Indian
A
rat who gnaws at a cat's tail invites destruction. Chinese
He who does not feed his cat will feed rats.
Dogs are
dogs, but cats are people.
When the cat and mouse agree, the grocer is ruined. Iranian
Beware of the cat that licks from the front but claws from
behind. Old English Proverb
A trapped cat becomes a lion. Old English
Proverb
Life's like cat vomit; if you don't clean it up right away,
you're going to step in it. Xnterna
Drowsing, they take the noble attitude of a great sphinx, who,
in a desert land, sleeps always, dreaming dreams that have no end. Charles Baudelaire
Of all God's creatures, there is only
one that cannot be made slave of the leash. That one is the cat. If man could be
crossed with the cat it would improve the man, but it would deteriorate the
cat. Mark Twain
One cat just leads to another. Ernest
Hemingway
The cat is nature's beauty. French
The dream of cats is all mice. Egyptian
I have studied many philosophers and many cats. The wisdom of
cats is infinitely superior. Hippolyte Taine
No heaven will not ever Heaven be; unless my cats are there to
welcome me. Scottish
Dogs see people as companions; cats see people as staff.
It is better to feed one cat than many mice. Norwegian
The cat does not negotiate with the mouse. Robert K. Massie
You see, the wire telegraph is a kind of a very, very long cat.
You pull his tail in New York and his head is meowing in Los Angeles. Do you
understand this? And radio operates exactly the same way: you send signals here,
they receive them there. The only difference is that there is no cat. Albert Einstein
When the cat is not home, the mice will dance on the
table. Dutch
When a Cat adopts you there is nothing to be done about it
except put up with it until the wind changes. T.S.
Eliot
A cat in her house has the teeth of a lion. Somali
A kitten can catch only a baby mouse. Ghana
The naming of cats is a difficult matter. It isn't just one of
your holiday games. You may think at first I'm mad as a hatter when I tell you a
cat must have three different names... T.S. Eliot
I love cats because I enjoy my home; and little by little, they
become its visible soul. Jean Cocteau
God is really only another artist. He invented the giraffe, the
elephant and the cat. He has no real style, He just goes on trying other
things. Pablo Picasso
The man who carries a cat by the tail learns something that can
be learned in no other way. Mark Twain
What greater gift than the love of a cat? Charles Dickens
Katten laten pootafdrukken achter op je hart. Uit "Citaten voor een katten liefhebber."
Het begrip rust komt tot uiting in een zittende kat. (Jules Renard)
Het enige mysterie aan katten is waarom ze ooit besloten hebben huisieren te worden. (Compton Mackenzie)
Als een een hond op je bed springt, doet hij dat omdat hij graag bij je wil zijn. Als een kat op je bed springt, doet ze dat omdat ze je bed zo lekker zacht vindt. (Alisha Everett)
Het is onmogelijk om niet vertederd te raken bij de aanblik van een of meer kittens. (Cynthia E. Varnado)
De kat zou's mans beste vriend kunnen zijn, maar ze zou zich nooit verlagen om dat toe te geven.
Probeer nooit koppiger te zijn dan een kat. (Ropbert A Heinlein)
Laat iets van de rust van een kat op mij overgaan. (David Harold Rowbothom)
Je bent pas iemand als je door een kat bent genegeerd.
Katten : net zo soepel als hun schaduw, de wind krijgt geen vat op ze.
Ze glippen slank en stil, door spleten, kleiner dan zijzelf. (A S J Tessimond)
Het verschil tussen katten en honden is dat honden komen als ze geroepen worden, terwijl katten een boodschap aannemen en later contact opnemen.
Ik meen het oprecht als ik zeg dat ik van katten hou... Een kat is een dier dat meer menslijke gevoelens heeft dan de meeste andere dieren. (Emily Bronte)
Vrouwen en katten doen waar ze zin in hebben, en mannen en honden kunnen daar maar beter mee leren leven. (Alan Holbrook)
Eén reden waarom kattenliefhebbers volgens mij katten bewonderen, is hun superioriteitsgevoel. Het lijkt alsof ze overal een meester in zijn, ongeacht wat ze doen of pretenderen te doen. Zelden zie je een kat die in verlegenheid verkeert. Ze hebben geen geweten, en ze hebben nooit ergens spijt van. Misschien zijn we stiekem jaloers op ze. (Barbara Webster)
Katten zijn bedoeld om ons te leren dat niet alles in de natuur een functie heeft.
Als je de beste zitplaats in huis wilt, zul je de kat moeten verplaatsen.
Katten zijn slimmer dan honden. Je krijgt acht katten nooit zo gek dat ze een slee door de sneeuw gaan trekken. (Jeff Valdez)
Onlangs heeft iemand me een schattig katje gegeven... en nu is het katje van mening dat iemand mij aan hem heeft gegeven. (Evelyn Underhill)
Het viel als snel op dat de kat nergens te bekennen was als er iets gedaan moest worden. (George Orwell)
Katten die een goed tehuis hebben, zijn eraan gewend dat er de hele tijd tegen hen wordt gepraat. (Lettice Cooper)
Van alle schepselen Gods is er maar 1 dat zich niet laat onderwerpen. Dat is de kat. Als de mens gekruist zou kunnen worden met de kat, zou dat voor de mens een verbetering betekenen, maar voor de kat een verslechtering. (Mark Twain) Katten zijn net als mannen : enorme charmeurs. (Walter Savage Landor)
Het is nauwelijks te geloven, maar sommige mensen beweren dat hun katten bijna menselijk zijn - en dat bedoelen ze dan als een compliment.
Wat katten het belangrijkst vinden aan mensen is niet hun vermogen om voedsel te produceren (want dat vinden ze vanzelfsprekend), maar hun amusemenstwaarde. (Geoffrey Household)
Ik zou een kat nooit kunnen kwetsen, ook al kan ik tegen mensen soms ronduit agressief zijn. (A.L. Rowse)
Geen huis is compleet zonder het getrippel van kleine kattenpootjes.
Is het niet prachtig hoe katten vrienden kunnen maken en mensen kunnen beïnvloeden zonder ook maar ooit een boek te lezen.
De kat heeft honger als zij met een broodkorst genoegen neemt. Katten zijn mysterieuze wezens. Er gaat meer in die hersentjes om dan we beseffen. (Sir Walter Scott)
Als ik met mijn kat speel, dan is het niet echt duidelijk of ik me nu met haar amuseer, of zij met mij. (Michel Eyquem De Montaigne)
Mijn poezenverhalen vinden jullie door in de linkerkolom op de foto van de betreffende poes te klikken. En als je op "Poezenstrips" klikt kan je lezen wat mijn poezen onderling allemaal zitten te roddelen... Mijn reisverhalen van Thailand, Egypte en Noorwegen staan ook in de zijkolom. "Mijn Jeugdherinneringen" beschrijven de jaren 60 in Antwerpen. Veel plezier!
21-01-1995
Het eenentwintigste deel van het reisverhaal. (Al de vorige afleveringen vinden jullie in de linkerzijkolom)
Vrijdag, 24 november 2006.
Central Krabi Bay Resort.
Een zekere discrepantie in de hotel-accomodaties.
Na ons laatste ontbijt op het lieflijke Koh Ngai gingen we even terug naar onze hut om de tandjes te poetsen en ondanks dat Wee een verlofdag had kwam ze speciaal naar boven om toch nog eens afscheid te nemen. Ze bleek uit Rangoon, Birma, te komen en was zeer verheugd dat wij hun Shwedagon de mooiste tempel ter wereld vinden. En ik heb dat zelfs zonder pantomime uitgelegd gekregen!
Ze liep mee naar de receptie en daar hebben we een foto genomen met al de meiskes, de manager en Mek - de snorkelman - de grote getijdenkenner.
Mek liet me zeer trots twee grote inlegbokalen zien waarin in elke pot een viske zat.
Is fighting.
Then you should put them back in the sea!
No, is fighting
(Ja seg, die twee piepekleine viskes hebben toch genoeg plaats in zee dat ze daar niet gaan vechten zeker! Wat is dat nu!)
No Mek, those fish no good in pots, fish must swim in sea!
No possible, is fighting!
Where are you going to put them in then?
Hij wees vaag in de richting van de kikkerpoeltjes.
Toen kwam de manager ter hulp.
Is no sea-fish, is sweet-water-fish.
Ah, I see, you are going to put them in the frogpools! Theyll be happy there.
No, no, is fighting!
But the frogpools are big enough! You cant keep them in these little pots!!!
Toen wees hij een beetje verder naar een vies vuil aquarium-achtig iets dat naast de kikkerpoelen stond. Wat ik ook al zon zielig recipiënt vond om die beestjes in te steken.
Uiteindelijk geraakte de zaak opgelost.
Is fighting fish! Must fight! Like cock-fight!
Ah, and then you gamble on it?!!! Oh youre so Chinese
Hoe kunnen die dat toch met hun boeddhistische geest in overeenstemming brengen, dat als ze dieren niet mogen laten lijden dat ze ze toch altijd tegen mekaar moeten opzetten en ze laten vechten, zodat zij hun onbedwingbare goklust kunnen botvieren?! Zoetwaterboeddhisten!
Enfin, tijd om hem te bekeren had ik toch niet meer want we moesten vertrekken. De meiskes van de receptie pakten allemaal een klein stukske van onze handbagage om mee te kunnen lopen tot op t einde van de pier om ons tot op t laatste moment te kunnen uitzwaaien. Ontroerend lief.
En toen stoven we weg in de speedboat samen met de vuile was van t hotel.
I
Vanzelfsprekend zat ik daar weeral met tranen in mijn ogen naar mijn kleiner wordend paradijsje te staren. Ik ben dan maar rap op t uiterste topke van de boeg gaan zitten - ge kunt beter uw blik op de toekomst richten - en trouwens op die plek waaien tranen op zon speedboat rap weg. Toen ik daar zo zat, twee meter boven t onder mij doorflitsende water, met mijn kop in de stevige bries, niets dan lucht boven mij, en af en toe een voorbijschietend rotseiland, wist ik hoe de vogels zich hier moeten voelen. Zalig gewoon!
Op t vasteland stond een luxueus minibusje ons op te wachten en we vertrokken onmiddellijk richting Ao Nang waar we eerst moesten gaan inchecken en dan met een bootje naar het Central Krabi Bay Hotel zouden gevoerd worden. Het super-de-luxe-hotel waar we onszelf eens mee gingen verwennen voor de laatste dagen van de vakantie...
Het werd een eindeloos saaie rit van twee uur over een drukke baan. Toen we langs een lange strandboulevard - midden in een toeristische nederzetting met souvenirs- en kledingwinkeltjes, en hopen kleermakers en massagesalons aankwamen - stopte onze chauffeur en mummelde zijn eerste woorden van de rit : Is Ao Nang.
Ja, en dan? Hij vond blijkbaar dat hij met de woorden Is Ao Nang. al voldoende had gesproken voor deze dag en daar stonden we dan. In een auto met draaiende motor, een chauffeur die niet t flauwste benul bleek te hebben waar we naartoe moesten en die ook nog geen woord Engels verstond.
We hebben dan met onze gsm naar dat hotel gebeld en gevraagd of ze die mens in t Thais konden uitleggen wat de bedoeling was, en hem de weg naar dat incheck-centrum van hun hotel te wijzen. Dat lukte vrij aardig. We sloegen een zijweggetje in dat leidde naar de voet van een hoge rots en daar doemde een sjiek gebouw op. Dat bestond uit niets anders dan enkele sjieke luchtige paviljoenen met een receptie, wachtsalons met tv, internet en bar, en twee tennisvelden. Meer niet.
We kregen ijskoude handdoekjes om ons te verfrissen en een lekker drankje terwijl de receptioniste de formaliteiten vervulde. Maar ze snapten blijkbaar nog altijd niet dat wij gewoon een dubbele kamer geboekt hadden en geen twee singles.
You wait for your friend now?
No, we have no friend.
(Ik had bijna mijn treurzang aangevangen die ik ooit eens tegen een opdringerige winkelier in Bangkok heb afgestoken toen die ons persé juwelen wou aansmeren voor heel mijn familie. No sir, I have no children, not even a sister or a brother, even my parents are dead. Im completely alone in the world Maar ik heb dat dus in dit geval maar zo gelaten, want deze gelegenheid leek me toch iets te sjiek om al direkt zo onnozel beginnen te doen.)
There is NO friend coming. We only booked ONE room for the TWO of us. We are a couple, a married couple. We expect noone else.
Goddank verstond dat wicht vrij goed engels, begreep ze dat De Derde Man nooit ging opdagen en konden we vlug in een volgend busje stappen dat ons heel die strandboulevard terug afreed en ons op t einde daarvan naar een steigertje bracht waar een deftige speedboat op ons lag te wachten. Luxueus, bekleed met tapis-plein.
Het incheckgebouw.
De boot vertrok in de richting van waar we gekomen waren Hélemaal terug langs die strandboulevard! Dat was dus de derde keer dat we die zagen. Straffer nog, we voeren gewoon voorbij die incheck-nederzetting naast die rotswand waar we juist vandaan kwamen! Maar vlak achter die rotswand, die in zee uitstak, lag een kleine baai en daarin lag het hotel genesteld in een enorme inham van de reuzerots.
Een duur sjiek ding maar zo op 't eerste zicht niet direkt uitgesproken mooi van stijl. We werden met onze bagage in een golfwagentje naar onze kamer gereden. Overal in het complex waren watervallen maar die waren gemaakt van nep-rots uit beton. Een beetje sneu als ge hier tussen al die echte karstrotsen zit. Dat zou ik nu toch anders aangepakt hebben.
Op deze foto zie je het linkse deel van het hotel. Ongeveer een vierde van het totale complex.
Het hotelcomplex - maar liefst 190 kamers verdeeld over meer dan 20 blokken die aan de voet van de karstrotsen in een tuin verspreid liggen - is dus volledig omsloten door een halve cirkel van haast loodrechte rotsen van meer dan 100 meter hoog!!! Als ge aan komt gevaren lijkt het hotel erg klein omdat die rotspartij zo indrukwekkend is. Maar dat is dus een vergissing. Het hotel is groot, de rotswand is reusachtig.
Toen we eindelijk aan de kamer kwamen was t even schrikken van t formaat. Eerst komt ge binnen in een soort patio waar een chaîse-longue, een tafel en stoelen staan. Allemaal in openlucht, maar met elektrische stoffen rolluiken aan de zijkanten om eventuele zon of regen buiten te houden. Het monsoon-terras dus. Daarachter ligt het ruime zonneterras met kingsize ligbedden. In dit L-vormig geheel staat een grote glazen kamer met een salon met tv, een groot bed, en een bureau. Daarachter ligt een gangetje waarin zichde minibar en de thee-zet toestand, en enkele ruime kasten - waarvan de binnenverlichting automatisch aanspringt als ge ze opent - bevinden. Op t einde van dat gangetje is een toilet met glazen wanden en uitzicht op de bergen achteraan via een raam van de vloer tot het plafond. Gelukkig hangen er overal jaloezieën die dicht kunnen getrokken worden. Naast de toiletkamer (met telefoon, voor als uw wc-papier op is waarschijnlijk) ligt de lavabokamer. Zeer mooi, alles in marmer, met alle voorzieningen, tot en met een weegschaal. De achterwand is volledig van glas en ziet uit op de rotsmuur. De tegenoverliggende muur is eveneens uit glas en daar doorheen ziet ge de badkamer.
Dit is dus de achterzijde van onze villa die even licht en luchtig is als de voorzijde. Tussen die twee delen ligt de bad- en douchekamer. Met ligbad, gewone douche en regendouche. Ze is ook volledig in glas gemaakt en de wanden kunnen opgeschoven worden. Een erg geslaagd concept want ge kunt de wind door heel uw gedoe laten spelen als ge alle glazen wanden van heel t spel tegen mekaar open zet. In elke kamer, en ook op de beide terrassen, hangen plafondventilators en binnen is er airco. t Is groot genoeg om in rond te lopen en mekaar niet tegen te komen als ge wilt. Paul liep er als een eierenverkoper in rond want die was als de dood om tegen een openschuifbare glazen wand op te botsen die hij nog niet als dusdanig herkend had. Een oprecht sjieke kamer. Nog een heel pak straffer dan het Conrad Hotel in Hong Kong. Mag ook wel voor 9000 baht per dag natuurlijk. Maar voor die prijs zou ik dan toch ook wel zeezicht willen in plaats van het unieke zicht op de airconditioning op t dak van de kamer op de rij voor ons
Dus maar naar de receptie gebeld en gevraagd of we geen kamer op de hoogste verdieping konden krijgen. Want zoveel geld betalen om in de avondzon te liggen genieten van het uitzicht van de ondergaande zon, achter een dak, in plaats van boven zee, vind ik wat tegen veel. Ik wil best af en toe eens onzinnig veel geld uitgeven maar dan moet ik er ook de volledige show voor krijgen.
We hebben er twee uur op moeten zitten wachten maar t is dan ook gelukt. (Dat wachten in zon luxueuze kamer is trouwens niet echt een marteling. Ik zat in de luwte van het monsoonterras te typen en een theetje te drinken en Paul lag op de sofa naar t voetbal op TV te kijken.)
De kamer linksboven op de hoogste verdieping van het gebouw vooraan werd ons nieuwe "thuisje".
De nieuwe kamer die we ter goedkeuring kregen aangeboden heeft een superligging! Ze is nog iets groter dan het vorige appartement want ze heeft in plaats van één, twee kingsize bedden. Ze ligt op de hoogste verdieping op een hoekske van een gebouw dat helemaal aan t uiteinde van de baai staat, vlak aan t strand. We genieten dus zowel van t zicht op de zee, de ondergaande zon, én de gigantische rotswand die ons aan de rechterzijde omsluit en die s avonds indrukwekkend verlicht is. Dit is een van de "goedkope" kamers, de dure hebben ook nog een bubbelbad op een van hun terrassen, en ik kan me niet voorstellen hoe de suites er moeten uitzien. Ik veronderstel dat die mensen in hun kamer kunnen voetballen én basketballen tegelijkertijd. Wel opletten met al dat glas natuurlijk.
E
Eerst hebben we de design-lavabo laten repareren want die liep niet door. Morgen zullen we het toilet eens laten reviseren want het water blijft lopen Onbegrijpelijk toch dat zoiets kan in zon duur spel. Dan hebben we handdoeken moeten vragen en een theekoker want die stond er ook niet, en eens alles dan eindelijk in orde was - de snelheid van de service laat héél veel te wensen over - zijn we afgedaald naar zee.
Die was zich aan razende snelheid aan t terugtrekken omdat het strand hier zeer geleidelijk afloopt. De uitgevreten onderkant van de grote karstrots, die voor ons strand in zee ligt, rees helemaal uit het water. Het leek alsof de rots een reuzepaddestoel werd die uit de zee begon te groeien. t Is een rots van de grootte van een flinke kerk.
We zijn in zee gaan zwemmen, t is te zeggen, de eerste honderd meter gaan wandelen alvorens we water genoeg hadden om te kúnnen zwemmen.We zagen bijna direkt een magnifiek kwalletje. Intens jammer dat ik mijn duikbril en mijn fotoapparaat niet bij had. t Zwemmen zelf viel tegen. Hoewel t water glashelder is zitten er pikkedingen in zoals destijds in Langkawi. Heel uw lichaam wordt konstant gestoken door duizenden onzichtbare dingetjes. Ge krabt u onnozel. Dan maar snel naar t zwembad gelopen om van de irritaties vanaf te geraken.
Onderweg kwamen we enkele poolboys tegen maar die konden weer op geen enkele vraag antwoorden. Goddank riepen ze er een heel fancy kereltje bij met een flashy zonnebril, eentje dat dacht dat hij goed engels sprak. En inderdaad hij was bij momenten verstaanbaar. Hij kon ons een zinnige uitleg geven.
De kayakken die hier liggen zijn gratis en ge moogt er hier telkens een uurtje in de baai mee gaan rondpeddelen. Qua snorkelen is hier vlakbij niks te zien, daarvoor zouden we naar een eiland een uurtje verderop moeten. Maar bovenal wist die mens van het bestaan van een getij af!!! Hij zag er zelfs een regelmaat in!!! Nóg straffer : hij had een blad met de getijdenuren! Ik viel bijna plat achterover. Ik wou er direkt een foto van nemen zodanig dat ik voor de volgende dagen ook weet hoe de uren van het tij liggen (kwestie van te weten wanneer ge te voet langs die rotswand tot in t dorp kunt waden) en tot mijn opperste verbazing gaf die kerel me één van zijn fotokopieën mee. Ik heb nu begot een getijdenlijst!!! Stel u voor dat onze Mek zich daar ooit bewust van zou worden dat er zoiets bestaat als een getij voorspellen! Dan denkt hij dat hij kan toveren!
De tuin staat vol van de beste zetels met de dikste handdoeken maar iedereen ligt kop aan staart. Ze hebben zo gewoekerd met ruimte om reuzekamers te bouwen en 4 restaurants in deze baai te foefelen dat ze serieus hebben ingeboet aan tuin. De zetels staan zelfs tot op de wandelpaden! Das een grote stommiteit.
Het grootste zwembad bestaat uit verschillende niveaus die met watervallen in mekaar overlopen, wat een heel geraas geeft maar dat is ook nodig om t lawaai van de voorbij varende longtailboten in de baai te overstemmen. Overdag is dat gebrom van al die talloze boten storender dan dat ge in een hotel aan een luchthaven logeert. Zeker omdat al het lawaai nog extra weerkaatst wordt door onze gigantische rotswand, die werkt als een klankbord, als een oud Grieks theater. Maar ja, misschien ben ik als notoire stilte-liefhebber wel hopeloos verwent geweest op Koh Ngai...
De beide zwembaden zijn ook niet echt groot, en hoewel ze zeer imposant zouden moeten lijken zijn ze dat niet. Maar dat komt waarschijnlijk omdat wij t in het westen tegenwoordig zo goed gewoon zijn. Vroeger was bij ons een zwembad een stomme rechthoek. Meer niet. Maar nu heeft elke Center Parcs zijn landschapszwembad met nep-palmboomkes en nep-rotsen en watervallekes. Dus als ge hier nu in zoiets zwemt met nep-rotsen, tja, dan geeft dat ineens een beetje een Center Parcs-gevoel vind ik. Trouwens er zijn veel te veel gasten voor dit formaat van zwembad en van tuin. Ge hebt geen privacy.
Toen we daar naar de zonsondergang lagen te kijken ging Paul twee blikjes bier kopen aan de bar. Die twee lauwe blikjes waren op zich al duur, maar toen kwam er nog 17% salestaks bij, en dan nog eens 10% BTW, tegen dan hadden we dus twee lauwe pintjes voor 500 bath (11 Euro)!!! Dit is gewoon belachelijk!
Aan de zwembaddouche kwamen we in gesprek met een Engels koppel en die vertelden ons leuke wetenswaardigheden. Onder andere dat s avonds t hotel leeg liep omdat iedereen dan ging eten in t dorp achter de rots, Ao Nang. Het was ons al opgevallen dat we zoveel mensen in een short en op blote voeten met grote draagtassen zagen verdwijnen achter de rotspunt die ons scheidt van het dorpje. Ik vond het al vreemd dat al die mensen in zon sportieve kleding s avonds nog gingen wandelen. Maar als ge de prijzen van de hotelrestaurants in dit complex bekijkt dan wordt ineens wel veel duidelijk. Ze vertelden ook dat er een gevaarlijk paadje over de rots liep zodat ge ook te voet terug kon geraken als t vloed werd. Maar dat had ik ondertussen zelf al uitgevogeld. Een derde manier om uit onze rotsarena te geraken is met het bootje van t hotel. Om de twee uur kunt ge gratis mee en dan wordt ge helemaal aan de andere kant van Ao Nang aan dat piertje afgezet waar wij vanmiddag ingestapt waren. Er is geen enkele andere plek waar een boot kan aanmeren blijkbaar, t is overal veel te ondiep. Van daaruit moet ge dan een taxi nemen tot aan t dorp... dat dus in feite in vogelvlucht, of vissenvaart, op 100 meter van ons hotel ligt...
Na onze aderlating van die twee blikjes bier besloten we om de rest van de kudde te volgen en onze inkopen te gaan doen in t dorp en de mini-bar in onze villa braaf ongerept te laten en in t dorp te gaan eten.
Wij die dus gedacht hadden van hier s avonds in lange kleding en sjieke witte broeken rond te paraderen, liepen dus weer in zwembroek en short met zeesloefen naar een restaurant te djompelen. Mijn zwart handtasje bleef alweer in de kast. Het was hilarisch!!! Net toen we aan onze zeewandeling wilden beginnen bleek het hotelbootje te vertrekken. Dus wij rap naar t einde van de vlottende pier, maar nee, we mochten niet mee. t Was weliswaar gratis voor hotelgasten maar ge moest eerst een ticketje gaan halen aan de receptie en op voorhand zeggen met welk bootje ge terug wou varen. Ja seg, dat ze t dan al lang zo laten. We zouden wel door t water stappen. Maar toen bleek dat we onze pillamp op de kamer hadden laten liggen, dus is Paul helemaal terug gelopen om die te gaan halen terwijl ik wat zonsondergangfotos heb gemaakt.
Vol goede moed zijn we dan aan onze waterwandeling langs de rotswand begonnen en op nog geen 5 minuten.waren we aan t volgende strand en het dorpje. Echt een makkie want het water kwam amper tot aan onze knieën.
Op dat hele lange grote strand lagen eerst tientallen overdekte maar muurloze massageafdakjes. Allemaal in volle aktie. Geluidloos werden er in de duisternis dikke toeristen in zwemkleding gemasseerd. Vervolgens kwamen we aan een reeks luxe-hotels die allemaal leuke en goedkopere restaurants in hun grote tuinen hadden liggen. In sommige speelde zachtjes een orkestje. Na een halve kilometer wandelen kwamen we aan de drukke strandboulevard van Ao Nang waar wel verkeer toegelaten was. Hier was t gedaan met de rust en begon de klassieke Thaise wespennest van boetiekskes, supermarktjes, souvenirstalletjes, restaurantjes, reisbureaus en hordes toeristen.
In een supermarkt enkele blikjes drinken en lunch voor morgen gekocht (Instant noodles! Nog nooit gegeten, ben zeer benieuwd! In t slechtste geval wordt het de absurdste souvenier die ook meegebracht zal hebben. Voor de veiligheid toch ook maar noten en bananencakejes meegenomen voor t geval dat die zwel-noodles oneetbaar blijken). Dan zagen we in een stalletje een tros bananen liggen maar eer we die konden kopen moesten we er eerst mee naar een andere winkel wandelen want de madam sprak geen Engels, de madam van de volgende winkel wist niet wat de bananen kostten, dus die moest weer aan iemand anders gaan vragen wat ze moest doen. Uiteindelijk kregen we vier bananen voor 10 bath, maar omdat we er 8 wilden hebben vonden ze dat weer een zeer moeilijke berekening. Heel de aankoop heeft 10 minuten geduurd en dan hadden we nog niet eens de moeite genomen om te pingelen.
Met onze zak mondvoorraad voor morgenmiddag zijn we dan terug naar die mooie rustige verkeersvrije strandweg gewandeld en hebben daar overheerlijk gegeten in een proper en heel mooi verzorgd restaurant. Linnen servetten (niet die fluffy papierkes die al wegrotten als ge ze nog maar vastpakt van op Koh Ngai), knappe tafels (glazen platen op bakken die gevuld waren met zand en schelpjes, zodat uw bord precies op een heldere zee met een bodem van zand drijft), géén muziek en verkoelende plafondventilators. t Voorgerecht werd zelfs netjes vóór het hoofdgerecht geserveerd! We konden zelfs met zijn tweetjes gelijktijdig eten!
Met drankjes, voorgerechten en hoofdgerechten waren we evenveel geld kwijt als voor die twee blikjes bier in ons hotel daarstraks. (Redelijk belachelijk dat er in onze lavabokamer een weegschaal staat! Precies of iemand gaat in dat hotel verdikken!) Kan niet missen dat heel ons hotel hier op deze plek zit te eten! t Was dan bovendien ook nog goedkoper dan op Koh Ngai en honderd keer lekkerder.
Maar dan moesten we wel terug naar onze afgesloten baai natuurlijk. Over een pikdonker strand onder een lucht vol sterren die gelukkig regelmatig opgelicht werd door bliksems boven zee.
Het paadje over de rots bleek helemaal niet zo gevaarlijk als de Engelse madam ons gezegd had. (Na de jungle van Koh Ngai lijkt voor ons nu waarschijnlijk alles een wandeling over de Meir)
Ze hadden zelfs een plankier over de rotsen aangelegd. Allemaal ongelijke planken, schots en scheef, en al eens eentje vergeten hier en daar, maar vrij stevig. Ge krijgt het gevoel alsof ge te voet over de houten roetsjbaan van Bobbejaanland loopt. De hoogte en de afstand van de plankskes zal zo ongeveer t zelfde zijn. Als opperste luxe brandde er om de 10 meter zelfs een lamp! Het was wel een zware klim want het pad liep veel hoger over de rots heen dan we verwacht hadden, maar toch waren we op een half uurtje van t restaurantje weer tot op onze kamer aan t uiteinde van ons baaike. Dat valt dus goed mee.
Het paadje over de rotsen.
Paul zit nu op het ene terras in de chaîse-longue zijn sudoku-puzzeltje te maken en ik zit op de ligbedden van t voorste terras verhalen te typen. Beide terrassen hebben zijdelings zicht op die indrukwekkend verlichte rotsmuur en aan de andere kant zien we t bliksemen boven zee. Een waanzinnige ervaring!
Van t ontbijt morgen verwachten we héél veel. Want we hebben de prijs er al van gezien. Zo maar eventjes 1000 bath per persoon Al een chance dat we een kamer met ontbijt inbegrepen hebben. Maar wat ik nu moet verwachten weet ik niet want voor die prijs moeten hun eieren niet alleen warm zijn maar vind ik ook dat ze hun kiekens eerst nog moeten masseren en de eieren met een gouden voddeke opblinken alvorens ze in een zilveren panneke te bakken. Ik ben eens curieus
Nu ga ik onder mijn regendouche staan - vooral zien dat ik zonder bril niet tegen een van al de glazen muren loop - en dan kruip ik in een van de kingsize bedden.
Ja, t is wel een once in a lifetime-ervaring zon hotel, maar ik denk toch ook met weemoed terug aan eergisteren toen om 10 uur s avonds, als alles donker en gesloten was in t hotel op Koh Ngai toen wij onze laatste mail in t bureau zaten te versturen, een van de receptionisten al heel gezellig in een bollekes-pyama rondliep. Dat zie ik hier niet zo direkt gebeuren.
Mja, er is wel een zekere discrepantie in de aard van onze logies deze reis.
Alleen al qua verlichting! Van drie zielige lampkes in de boomhut naar de 17 lichtpunten en een reeks indirecte verlichting in dit paleis. Soit, ik ga ze nu toch alle 17 uitdoen, mijn drie terrasdeuren op slot doen, mijn twee ventilators afzetten, en een ontelbaar aantal jaloezieën laten zakken.
Dus : Hep koe nai!, zoals de madam in t restaurant mij daarstraks zo lief toewenste.
Waarmee ze eigenlijk wou zeggen : Have a good night!"
De openschuivende wanden van de badkamer, met achter het bad de "lavabokamer, alweer gescheiden door een glazen wand. Links zie je de toegang tot het toilet en de gang met de ingemaakte kasten en de bar. Heel de achterwand bestaat dus ook uit ramen maar op deze foto zijn al de jaloezieën neergelaten. Alles is in prachtig hout afgewerkt.
Lees verder : 22. "Paul schrikt zich een floeren aapke!" Klik hier.
Het twintigste deel van mijn reisverhaal. Donderdag, 23 november 2006.
De eerste dag van de schepping van de wereld.
Onze laatste dag op Koh Ngai breekt aan en 't is triest deze rust te moeten verlaten, die mooie eindeloos veranderende wolkenluchten, dat prachtige huisrif, ons zalig boomhutje dat een waar nest geworden is. Het enige dat we zeker niet zullen missen is t eten. (t Begint op te vallen dat de hotels met de mooiste uitzichten altijd t slechtste eten hebben. Food en View zijn omgekeerd evenredig. Een nieuw axioma voor de reiziger.)
Alvast afscheid genomen van ons kamermeisje, Wee. Ze was heel blij met haar flinke fooi, ze had ook prima voor ons gezorgd. Ik heb haar ook mijn lipstick gegeven, want die heb ik hier toch niet gebruikt. Ik heb hier zo ongeveer altijd in dezelfde lap stof en een bos natte, ongekamde haren rondgeparadeerd. t Zal varen om morgen naar dat luxe-hotel te moeten en terug echte kleren en meer van die onzin te moeten dragen. k Heb zon spijt dat ik dat hotel op voorhand betaald heb, anders hadden we gewoon die laatste vijf dagen hier kunnen blijven.
Afscheid van lieve Wee.
Na t ontbijt ben ik nog een laatste keren tussen mijn geliefde rotsen gaan klautaren. Op het junglepaadje naar de zuidpunt van t eiland is een heel klein tempeltje van één of ander zeer mysterieus godje. Ik denk een Chinees. Het ligt verscholen in t bos .
Ik ben rustig wat aan dat tempeltje blijven zitten, heb wat wierrook gebrand en heb met de Chinese stokjes die er stonden mijn toekomst voorspeld. t Zag er niet echt rooskleurig uit. Maar ja, ik ben dan ook geen vakman.
Iets verder ligt een klein inhammetje van een meter of 10 breed met een vierkante meter strand tussen de meest veelkleurige en vreemd gevormde rotsen Op die plek kwam toch geen mens voorbij dus als ik het te warm kreeg kon ik gewoon efkes tussen de rotsen in zee gaan liggen zwalpen met zicht op die magnifieke eilanden en mijn fotografiespullen laten liggen.
Ondanks het feit dat het plekje nog geen 100 meter van t hotel ligt waant ge er u alleen op de wereld toen hij nog maar net geschapen was. Heerlijk!
Er kwam dan ook nog ineens een leguaan vanuit zee aangezwommen en ze kroop aan land. Ik had zelfs de tijd om haar te filmen. Toch wel praktisch die T1-fotoapparaatjes. Fotograferen én filmen. Onder én boven water.
Het zicht werd hoe langer hoe dramatischer want elke dag pakken zich tegen de middag grote cumulus-wolken samen boven t vasteland in de verte en die evolueren dan stilaan naar hier. Met of zonder regen. Vandaag alweer zonder.
Terug op ons strand had ik t heel moeilijk om naar de kamer te gaan want de lucht bleef maar veranderen. Betoverend gewoon! Ik had echt verdriet dat ik t strand moest verlaten.
De tuinmannen kennen me heel goed want ik kom daar altijd gerief en bloemetjes voor mijn geknutsel halen en ze hadden twee superdikke kokosnoten voor ons geplukt. Dus hadden we ineens een heel lekkere lunch op ons terrasje. Gisterenmiddag had Wee, het kamermeisje, ons ook al zon sappige reuzekokos gebracht. Voor mij is dat eten en drinken, ik laat er zelfs mijn picknick voor staan, waar de parelhoen van t hotel me dan weer heel dankbaar voor is.
De tuinmannen kweken heel zorgvuldig jonge plantjes om de hoteltuin te kunnen verfraaien.
Rond vier uur was t water laag genoeg om een interessante snorkel te kunnen gaan doen. Ik wou van al mijn vissen afscheid nemen. Ik had ze allemaal kunnen kussen, de zeeëgels en de kreeften incluis. t Was weer heel erg mooi.
Het kopje van een 2cm klein visje dat uit zijn holletje in zijn koraal komt piepen.
Een harde laag groene koraal die over een uitstekende rots gegroeid is. De steen lijkt er wel door overgoten.
Een leeuwevis. Maar heel diep gefotografeerd daarom is zijn rode kleur amper zichtbaar.
Een featherstar op wandel.
De laatste fotootjes nemen...
Allerlei soorten koraal.
Het lichaampje van een gestreepte zeeëgel.
Een witte featherstar komt uit haar koker.
We zijn weer helemaal tot aan de twee rotsen gezwommen. Daar groeit koraal dat ge normaal pas op 15m diepte vindt. Het is echt een aards paradijs onder water. Het ene zachte koraal verdringt het andere. En die kleuren!!! t Was er vandaag zelfs vrij makkelijk zwemmen, er stond amper stroming. Terug uit het water geraken was natuurlijk weer niet simpel want de zee was op haar allerlaagste. Het is weer met het nodige gestrompel en gescharrel gebeurd op hoogst onelegante wijze. Maar we zijn er toch nog relatief ongeschonden uit geraakt.
Onze laatste zonsondergang bij de "Goddess of Mercy", vanuit het water getrokken.
Dan werd het tijd om in te pakken om morgen te verkassen naar Krabi. Maar dit is een makkelijke inpak want dat komt niet zo nauw, we moeten gewoon maar met de speedboat naar Pak Meng Pier en vandaar gaan we met een taxi naar Ao Nang, vanwaar we met een bootje naar dat luxehotel gevoerd worden. Als ge niet moet vliegen moet alles niet zo compact ingepakt zijn. Trouwens, driekwart van mijn kleding is nog niet uit de plastic zakken geweest. Ik heb hier hooguit vier bikinis en drie pareos versleten. Ja, die scherpe lava teistert niet alleen uw lichaam maar ook uw kleding als ge zoals ik overal onder en tussen kruipt om fotokes te nemen.
Ondertussen was Paul op t bureau de reisverhaaltjes gaan versturen en de rekening gaan betalen.
Can I pay the bill please?
Pi???
Onze boomhut had 2800 bath per dag gekost met ontbijt inbegrepen, dus dat vind ik een heel redelijke prijs voor zon paradijselijk plekje. Over de telefoonrekening met de UPS-kantoren over heel de wereld zullen we maar wijselijk zwijgen. Jacky belde ondertussen vanuit Trang om nog een knuffel te geven en te zeggen dat, waar we ook in Thailand zijn en als we ooit met iets problemen hebben, we hem altijd mogen mailen en dat hij ons graag wil helpen. Daarna kwam de manager een babbeltje doen in zijn schabouwelijk Engels, als ik hem mijn onderwaterfotokes doormail dan gaat hij ze op zijn website gebruiken. Hij vertelde dat het hotel 103 kamers heeft en dat het vanaf volgende maand volgeboekt is. Dus wij hebben in deze periode wel heel veel chance gehad dat we hier altijd maar met iets tussen de 20 en de 50 gasten gezeten hebben.
t Doet wel pijn van heel die plezante bende personeel afscheid te nemen.
Toen we aan tafel gingen kwamen ze als bedankje twee reuze kokosnoten brengen.
Paul vroeg daarstraks aan een van de tuinmannen die de kokospalmen aan t snoeien was en de noten aan t oogsten, hoeveel keer per jaar ze een oogst konden binnenhalen.
How many time in year you pick coconut? (Ja, ge moet hier kinnekes-Engels spreken want als ge volledige zinnen vormt dan slaan ze helemaal tilt.)
???
Two times a year? Or three times?
???
OK. Now november. When you pick new coconuts?
Oh! Tomorrow at 9 oclock.
Dit formaat van kokosnoot is voor mij wel eten én drinken...
Soit, veel wijzer was hij dus weer niet geworden. Maar Paul geeft niet op, die blijft proberen tot hij zijn antwoord heeft, dus vervolgens moest de kelner er aan geloven en na een minuut of vijf, een vraag of twintig, en mijn pantomime die groeiende, dikker wordende en vallende kokosnoten moest voorstellen zijn we aan de weet gekomen dat ze drie oogsten per jaar hebben. Ondertussen genoten wij van onze zalige aperitief! En t leukste is dat ge aan zon grote kokos ook ineens een portie stevig eten hebt. Altijd interessant als wat ge als eigenlijk avondmaal besteld hebt weer oneetbaar blijkt te zijn. Als bij wonder was dit echter deze keer niet t geval. Noedels met een soort onkruid, maar best te eten.
Toen kwam de maître dhotel ons nog twee polo-hemdjes met t logo van t hotel, netjes ingepakt, als kado brengen. t Zijn toch zon schatten!
Pandorake stond op tafel en we hebben hen enkele onderwaterfotos en filmkes op t scherm laten zien. Ze konden niet geloven dat dat zich hier allemaal onder t wateroppervlak voor hun voordeur afspeelde.
Tot opeens de kelner vroeg: Where your dog?. Ik dacht dat de mens gisteren op t scherm per toeval fotos van onze poezen gezien had. Een Thaise garçon is nu geen Einstein maar het verschil tussen een hond en een kat zouden ze toch moeten kennen vond ik. Maar ik liet het maar passeren, want om nu nog een pantomime te moeten gaan spelen die duidelijk maakte wat t verschil tussen die twee beesten was, vond ik nu ook wat tegen veel op dit uur van de avond.
Na nog enkele fotos bekeken te hebben vroeg hij weer Where your dog?
We have no dogs, we have cats.
Yes, but were your dog?
Toen was t mijn beurt om met grote vraagtekens in mijn ogen te staan. Maar hij verklaarde zijn vraag zeer behulpzaam :
You at swimming pool with your dog in the sun!
En toen viel mijn euroke natuurlijk! Die mens had mij mijn beer zien fotograferen aan 't zwembad en hij had gedacht dat dat een hond was!
Dus liet ik hem wat berenfotos zien. Die vond hij dus helemaal t einde. Nog véél leuker als al die stomme vissen. Vandaar dat die dus maar bij elke superbe anemoonfoto was blijven vragen Where your dog?
Ge ziet, ik verzin al die communicatieproblemen niet hé! Dat gebeurt hier allemaal in t echt. Erger nog, das hier zelfs normaal.
Alles staat ingepakt klaar. Nu ga ik slapen want morgen is t vroeg dag. Ik hoop dat het in Krabi even tof is als hier, maar dat kan ik moeilijk geloven. Ik vraag me ook af of er gaat gesnorkeld gaat kunnen worden, of het alleen een rustverblijf in een luxe-hotel gaat worden... Anders is deze foto, met mijn geliefde steenvis naast mijn hoofd, wel de laatste onderwaterfoto van deze reis... Als hij niet zo giftig was geweest had hij een kus gekregen...
Lees verder : 21. "Een zekere discrepantie in de hotelaccomodaties." Klik hier.
Het negentiende deel van mijn reisverhaal. Woensdag, 22 november 2006.
19. God schept den dag (en het getij). En moeder de soep (de rauwe ajuinsoep).
Vanmorgen ontdekte Paul bij t nakijken van onze reservatie voor dat sjiek hotel in Krabi dat die per vergissing twee single kamers in plaats van een dubbele geboekt hebben. Gelukkig hebben we dat nog kunnen rechtzetten. Want zo rap kunnen we nu ook de derde man niet vinden.
Tavorn, een van de receptionistes, was zo blij dat we nog wat langer op Koh Ngai bleven dat ze me spontaan vastpakte. Mek en de bootsman liepen ook rond aan de receptie dus dachten we dat zij de ideale mensen waren om te vragen naar de exacte uren van t getij, zodat we die ambetante stroming bij de avondsnorkel zouden kunnen vermijden. Maar dat was weer een gesprek in "kindjes-Thai-Engels" dat op niets uitliep.
Mek at what time exactly is the tide at his lowest tonight?
Poeh, maybe four oclock? Maybe three? Maybe 15 past three? Yes, think so
De bootsman mengde zich in t gesprek en maakte een zwaaiende beweging met zijn hand : Sea comes, sea goes Maybe high now, maybe high later
Yes, we know, but do you have a timetable of the tides?
Poeh, sometimes comes at three oclock, sometimes comes now. Water high, water low. Depends
En dat allemaal met zon verveelde en tegelijkertijd gegeneerde blik van Ja, die onregelmatigheid van die zee die hangt ook soms ons voeten uit zenne, maar das iets waar ge moet mee leren leven hé
Ge zoudt toch denken dat de mensen die hier verantwoordelijk zijn voor de bootexcursies - die haast allemaal om snorkelen draaien - toch een getijdentabelleke bezitten. Of er maandelijks eentje van t internet afplukken. Ik weet wel, de getijden en de stromingen in de straat van Malacca zijn niet te onderschatten, dat hebben we op de zeiltochten met de Star Flyer ook ondervonden, maar er moet toch een officiële uurtabel van uitgegeven worden, dat kan toch niet anders?
Maar nee, sea comes, sea goes, God schept den dag en moeder de soep zoals ze bij ons zeggen, en voor de rest zullen ze wel zien
Ik ben in afwachting van het laagste tij dan wat gaan snorkelen tegen de rotsen aan t strand, die later op de dag (god weet dus wanneer) boven water gaan komen liggen en de meditatie-poeltjes zullen vormen.
Als die keien en stenen onder water liggen zijn ze nog mooier, dan komt hun kleur nog beter uit. Sommigen zijn glad als babybillen en er is precies een laag gestolde pudding over gesmost. Ronde stenen met een andersgekleurde laag er bovenop die er dreigt af te sijpelen. Heel raar. Vlak ernaast liggen dan scheermesscherpe stukken rode of zwarte lava. De pasteltinten van de dooraderde stenen lijken onder water feller. t Moet hier ook echt een aards paradijs voor een geoloog zijn denk ik. Ik begrijp nog altijd niet hoe hier zoveel verschillende steensoorten samen gekomen zijn. Een vraag die ik hier maar aan niemand ga stellen, want hoogstwaarschijnlijk is de vreemdsoortige samenstelling van het eiland hun nog nooit opgevallen
Bij valavond dan toch maar naar de twee rotsen gezwommen en een flinke barracuda tegengekomen met een bek vol tanden. Ik hing ook wel even met mijn bek vol tanden. Indrukwekkend gebitje als ge dat zo van dichtbij voor ogen krijgt!
De rotsen waren vandaag omringd door wolken van vis. Alle soorten, groot en klein.
t Was precies de wekelijkse marktdag aan de rots. Iedereen kwam snoepen en grazen.
We zagen ook een heel platte vleermuisvis. Een flinterdunne schijf vis. Even dun als een pladijs maar dan in verticale positie. Een vis met anorexia. Maar schoon! Met lange sierlijke gekrulde vinnen. t Zal een fotomodel geweest zijn.
De vleermuisvis. (Het moet wel een beroemd fotomodel geweest zijn want hier zijn al twéé fotografen aan 't werk! Ik nam deze foto en ge ziet ook nog een stukske van Paul, mijn collega fotograaf, in de rechterbovenhoek...)
Nog even gaan dag zeggen aan de schorpioenvis! Veel zegt hij niet terug natuurlijk, want hij hoopt nog altijd dat wij hem voor een steen aanzien
"Oh, mijn anemoon is al dicht, en ik ben mijn sleutel vergeten!"
"Ja, wij zijn ook te laat uit geweest..."
Giftig, maar o zo mooi. Rechts zie je al enkele poliepjes die open staan.
Ik denk dat God de onderwaterwereld gemaakt heeft vlak nadat hij de snoepwinkeltjes geschapen had. Dit zijn toch écht wel zuurstokkleurtjes!
t Was weer indrukwekkend om in zee te dobberen onder dat dak van dikke cumulus-wolken. De zon bescheen nog juist de eilanden voor ze onderging en die kregen allemaal zon groen-geel kleurbad dat maakte dat ge ze nog helderder kon zien dan overdag. Magnifiek is dat hier s avonds.
Toen ik met veel pijn en smarten en gescheurde knieën uit t water sukkelde - of wat er van over was - ben ik gewoon nog wat op t zand blijven zitten om te genieten van t schouwspel van wolken en licht. Heel de dag heeft de dramatische lucht hier voor andere tableaux vivants en regenbogen gezorgd en toch is hier geen druppel regen gevallen. Wat een prachtige dag toch weer.
Ik ben echt stapelverliefd op deze plek. Het is lang geleden dat ik ergens nog zo genoten heb op zo'n klein plekje. Normaal ben ik na enkele dagen alweer op pad om andere, nieuwe dingen te gaan bezien, maar hier is niets anders dan mijn klein stukje natuur en ik word er met de dag gekker op. Ik zou de luchten kunnen blijven fotograferen...
Het avondeten stond weer in hevig contrast met de perfectie van de dag.
Rauwe ajuinsoep met fritten. t Is zo weer eens iets anders.
Vanavond hebben we voor de eerste keer "Pandorake" op t netwerk van de receptie aan kunnen sluiten om t eerste reisverhaal door te sturen. Nu maar hopen dat de Vijgen na Pasen ook inderdaad gaan aankomen bij de vrienden thuis die al zo lang op hun honger zitten Maar ja, eigenlijk is dat niks te veel. Wij hebben hier ook al dikwijls op "onzen honger" gezeten nietwaar?
Nee, nee, niet wanhopen, die heb ik niet in mijn soep gevonden. Die zat in onze kamer gezellig een hels lawaai te maken. Zo'n krekel is ook weer zo'n schepsel waarvan ik niet begrijp dat er uit zo'n nietig dier zo'n kabaal kan komen. Dus die heb ik voor 't slapengaan even terug in de tuin van de buren gezet
Lees verder : 20. "De eerste dag van de schepping van de wereld." Klik hier.
Hieronder het achtiende deel van mijn reisverhaal.
Dinsdag, 21 november 2006.
De offergaven voor "God Stofnest.
En elke ochtend vertrek ik weer altijd hoopvol uit onze boomhut op weg naar 't ontbijt...
Op t ronduit zielige ontbijt stonden vanmorgen weer de twee potten met confituur. Ze worden belegerd door insecten en niemand van de gasten wil er nog van eten. Dat is 't personeel blijkbaar toch opgevallen, want ze hebben er niet beter op gevonden dan permanent een meisje naast die potten te zetten met een lepel. Telkens er een beest in valt schept ze het er uit en smeert ze het netjes naast de pot. Maar eerst probeert ze wel te verhinderen dat er slachtoffers vallen door over die potten heen en weer te staan zwaaien met een plumeau! Smakelijk wel.
Een klein vliegennetje over die schaaltjes zou wonderen doen, maar begint ze zoiets maar uit te leggen Maar kom, die oplossing zou toch niet geaccepteerd worden want dat zou waarschijnlijk geen Thai Technology zijn
Het Franse koppeltje dwaalt op de meest hulpeloze manier door Thailand rond. Het meisje spreekt geen woord Engels, en de jongen snapt geen snars van Thai-Engels. Het is een hopeloze sukkelreis voor die mensen. Ze vonden vanmorgen ook weer niets zinnigs bij t onbijt en Paul stelde hen voor om Verloren Brood te bestellen. Gebakken boterhammekes in eikes gedompeld. Dat is hier best eetbaar. En ja, zij lustten ook heel graag Pain Perdu maar ze hadden dat hier nog nooit op een menukaart zien staan. Ah nee, natuurlijk niet! Dat noemt hier French Toast! Het kind plooide bijna dubbel van t lachen. Hadden ze door dat stomme misverstand al heel hun reis hun favoriete ontbijt gemist. Mais enfin, pourquoi appellent-ils Pain perdu Toast à la Française?!!!" gierde het meisje. Als ge uw talen niet een klein beetje beheerst moet reizen inderdaad geen simpele onderneming zijn, ge loopt zelfs verloren in menukaarten, wat moeten zon mensen niet meemaken in busstations of luchthavens?
Maar blijkbaar spreek de modale Fransman alleen Frans, de Amerikaan enkel Engels en de Japanner slechts Japans. t Zijn alleen de inwoners van relatief kleine landjes die de moeite nemen om zich te leren behelpen in verschillende talen. Al de toeristen uit de Scandinavische landen weten zich in haast perfect Engels te redden.
Tijdens t ontbijt werd de stookolie voor de hotelgenerator geleverd. (Toch weer zo zonde voor t milieu dat ze hier geen gebruik maken van zonne-energie!) Allemaal olievaten die per boot aankomen en dan met een jeep 200 meter de berg opgereden worden tot aan het generatorenafdak, door de enige auto op t eiland en over de enige weg die hier ligt. Er werd zeer slordig mee omgesprongen, ik hoop van harte dat hier nooit een vat olie kapot valt op de steiger want dan kunnen ze hun huisrif wel vergeten.
Paul vond dat het nu toch wel hoog tijd werd dat ik eindelijk eens aan een schijfje citroen geraakte voor in mijn thee. Hij zag een Thaike dat bezig was met vers fruit en verse groenten netjes op een schaal te ordenen en ging er op af. Gelukkig dat zijn euroke rap viel en dat hij niets van die schaal pikte, want het betrof de offergaven voor het Chinees Godje dat hier in een hoekje op de grond in een huisaltaar staat. Het zou weer een schoon godslasterend incident kunnen opgeleverd hebben! Die arme God heeft tenandere al pech genoeg want al t vuil wordt in hoekskes bijeengekeerd en zijn tempeltje staat op een zeer ongelukkige plek. Maar misschien hoort het zo en is t God Stofnest en is dat weer iets dat Westerlingen met hun beperkt bevattingsvermogen niet begrijpen. 't Zal wel zoiets zijn.
Misschien richt ik thuis ook wel een altaarke op voor "God Stofnest". I k denk dat die zich hier bij momenten heel gelukkig zou kunnen voelen. Zou er geen "God Kattenharen" bestaan?...
Aangezien de onderwaterfotos van mijn lievelingsrots zo slecht zijn wou ik het nu eens anders aanpakken. Ik ging haar filmen! Ik legde eerst mijn schone grote schelpen die ik op 't strand gevonden had op zijn plaats, propte die vol toast in de hoop zo vissen te lokken, maar tegen dat ik dat allemaal gedaan had dreef alles vol zand en opgelost brood zodanig dat ik weer niets dan troebel water overhield. Ondertussen was de camera dan ook nog aangedampt en heb ik het project maar stopgezet. Tijdens al dat gesukkel was ik er dan ook nog in geslaagd om Paul zijn snorkelpijp te verliezen, maar goddank werd het vloed en vond ik ze iets later aangespoeld terug. Ja, iets "in scène" proberen te zetten onder water is iets waar ge beter niet aan kunt beginnen. Dat hebben we dan ook weeral bijgeleerd.
Hier probeer ik nog heel naïef grote schelpen in rotsen te plaatsen om eens een romantisch decor te maken... Een noodlottig plan dus. Een mens mag niet aan de natuur zitten prutsen Verbeteren kunt ge ze toch niet.
Ik was heel zenuwachtig tegen dat de boot van 1 uur ging aankomen dus besloten we om maar even te gaan snorkelen om onze gedachten te verzetten. De boot kwam echter een kwartier te vroeg dus ben ik maar direkt volle gas van t rif naar t einde van de steiger gezwommen om te zien of mijn "Pandorake" meegekomen was. En ja!!! Ze sleepten meerdere dozen aan land en daar zat een grote kartonnen doos op met Fragile en onze naam erop! Ik had kunnen dansen!!! De bootsjongens snapten er niets van. Ik heb dan geduldig gewacht tot ze haar op een karretje naar de receptie reden want ik wou hun niet - in bikini, drijfnat, en met mijn snorkelgerief onder mijn arm - die doos gaan afpakken want hoe had ik dat in boedhasnaam weer moeten gaan uitleggen?
Gelukkig stond er in grote letters diverse malen "Fragile" en "Handle with care!" op de doos...
De lieve blije receptionistes!
Aan de receptie was iedereen dolblij! Paul en ik kregen de doos overhandigd, maar wat bleek die doos rammelde Op van de zenuwen maakten we haar open en tot onze ontzetting bleek Pandorake daar los in te zitten. Geen isomo-korreltje of plastic luchtzakje of propje krantenpapier om haar tegen de schokken van de reis te beschermen!!! Weer bijna een hartaanval! Paul heeft haar terplekke aangesloten om te zien of ze nog werkte, ik trilde zo hard dat ik zelfs haar deksel niet openkreeg.
En o wonder - de batterij viel er weliswaar, boenk, direkt uit - maar nadat die terug geplaatst was ging haar lichtje branden en lichtte haar scherm op! Ze had die wonderlijke tocht langs 7 luchthavens overleefd!!! Zaventem, Keulen, Dubai, Pampanga, Singapore, Bangkok, Hat Yai, én een speedboattrip, in die gammele doos en ze werkte nog!!! Van een mirakel gesproken!
De mensen van t hotel stonden in volle bewondering mee naar de fotos van onze poezen thuis te kijken.
We zijn er dan mee naar onze hut gegaan en daar heb ik een massieve huilbui gekregen. Een ontlading van de spanning, de UPS-miserie van de afgelopen twee weken en van het schrikken van haar zo hulpeloos slecht ingepakt te zien aankomen. Hoe kunt ge nu zon kostbaar ding waar mensen zoveel moeite voor doen om haar te laten nazenden zo zorgeloos inpakken? Al het materiaal om haar degelijk in te pakken lag in onze winkel voor t grijpen! Ik was er zo van aangedaan dat ik bijna stikte in mijn tranen. Ik had op t eerste beste vliegtuig willen springen om de dader van deze misdaad de nek om te gaan wringen.
Ik was zo overstuur dat ik efkes moest gaan liggen. Kwaad, maar tegelijkertijd heel gelukkig. Niet simpel zenne
Met moeite een beetje eten door mijn keel kunnen wringen en dan gaan snorkelen.
De zee stond zo laag dat er delen koraalveld boven water uitstaken. Het was een prachtig zicht! Al die uitstekende puntjes met daarachter de vier eilanden waarvan er twee verbonden waren door een regenboog!
Regenboog die ontspringt achter Koh Ma. Laat de natuur maar zijn eigen decors maken, die zijn al mooi genoeg...
We zwommen naar onze rotsen maar t viel tegen, de stroming was heel sterk omdat het tij juist aan t keren was. We gingen eens achter de hoek van ons eiland kijken, aan de voet van de Goddess of Mercy om te zien of daar ook mooie koralen groeiden maar er was niets te zien. Al t moois situeert zich duidelijk aan onze twee rotsen. Waarschijnlijk tieren al die planten daar zo welig omdat ze twee keer per dag een flinke stroming over zich heen krijgen.
Even opgedoken op aan de voet van de Goddess of Mercy. Hier zien jullie de witte linten die de mensen er rond komen binden als offer voor vruchtbaarheid.
Groene koraalpotjes.
De grote steenvis zat weer op zijn uitstekende schaal van koraal. Die mannen schijnen dus echt op vaste plaatsen te wonen.
Rechtsonder boven het roze koraal zien jullie hem liggen als je goed kijkt...
Hier zien jullie de zogenaamde "steenvis", die in feite, volgens de boekskes, een "schorpioenvis" is, van dichtbij! Maar ja, ge kent mij en namen van al die onderwaterdinges...
We vonden ook een magnifiek fijn groen koraalbosje waar minuscule harige bruine krabbetjes in huisden. Ze waren amper te onderscheiden want ze waren nog geen twee centimeter groot, maar t waren wel perfecte krabben met alles erop en eraan. Het was onmogelijk om er een goede foto van te nemen zonder t risico te lopen de plant te beschadigen dus hebben we dat maar wijselijk zo gelaten.
De foto is onduidelijk, maar de twee bruine harige dingen met de spierwitte oogjes zijn de krabbetjes.
De stroming was zo hevig dat ge, als ge het rotsje waar ge u aan vastgeklampt had om een foto te maken, 1 seconde loste, 10 meter verder gesleept werd. Heel vermoeiend en hopeloos om in deze omstandigheden zinnige fotos te maken. Het was echt alsof ge door een wervelstorm moest zwemmen.
We hebben de zonsondergang met zijn prachtige bewolking van in zee meegemaakt en bij t terug naar huis zwemmen waren de zeeëgels al op pad en begonnen de anemonen zich op te zakken.
Lekker moe in t restaurant een poging gewaagd om t zelfde gerecht als gisteren te pakken te krijgen. You can but try, nietwaar? Het was een moeilijke bevalling want ik had wat last toen de kelner zijn vraag Noedeu with kettibeu? zong. Maar dat lag aan mijn eigen domheid want de mens vroeg gewoon Noodles with vegetables?
Ja schat, noedels met groenten is heel goed, dat klinkt heel veilig, zolang er maar niet ineens een vissekop tussen de slierten onderuit komt piepen ben ik al lang tevreden. En moge god verhoeden dat er ook niet van die zwammen tussen zitten -gelijk eergisteren - waarvan ik nog altijd niet weet of het inderdaad wel paddestoelen waren of dat het ingewanden van een rubberachtig beest waren of een vreemdsoortig zeewier dat ik toen onverrichterzake toch maar naar binnen gespeeld heb
Maar kom, de bestelling viel mee, t was niet direkt wat ik verwacht had, maar zolang ge er niet te lang bij stilstond wat sommige ingrediënten moesten voorstellen, of wat ze in een vorig leven geweest waren, was t best eetbaar. Verteerbaar zelfs.
Een pas aangekomen groepje van 5 Zweden nam volle 20 minuten van de garçon in beslag om hem met hand en tand uit te leggen wat ze nu in feite écht op hun bord wilden krijgen. Dappere mensen die Zweden. Beetje naïef ook wel.
Ze wilden persé als voorgerecht (dus zon bord dat ge in normale landen krijgt alvórens dat ge de rest van uw eten op tafel gesmeten krijgt) twee "springrolls". Twee porties dus. Dit alleen al zorgde voor een Babelse spraakverwarring want de garçon bleef bij hoog en laag beweren dat op een bord springrolls altijd 4 stuks lagen. Maar aangezien zijn klanten er blijkbaar twee wilden was hij, zoals elke behulpzame Thai, best bereid om de portie te halveren en er in plaats van vier, twee te geven. Twee mini-loempiakes voor een tafel van 5 grote Zweden Terwijl die mensen dus probeerden te bereiken dat ze twee porties bestaande uit 4 springrolls gingen krijgen. Acht in totaal dus, en zeker geen twee. Alleen al om dat voorgerecht besteld te krijgen zijn die volle 5 minuten bezig geweest. En zo is dat de rest van hun bestelling verder gegaan. Ik heb het restaurant verlaten voor ze hun eten kregen, dus ik weet niet hoe t afgelopen is. Maar goed kan dat niet gegaan zijn.
Thuis gekomen ben ik dan voor t eerst op "Pandorake" beginnen typen. De grote inhaalbeweging kan nu beginnen. En ik weet op dit moment echt niet hoe
Moet ik nu alles van de eerste dagen beginnen overtypen - dan kom ik nu weer hopeloos achterop - of begin ik over de dag van vandaag te schrijven?... Ik heb dan maar voor t laatste gekozen, en besloten om per dag te proberen 1 oud reisverhaal op Pandora over te typen én dat van de dag zelf. Dan kan ik vanaf morgen beginnen met het verhaal van dag 1 te versturen. t Is wel spijtig want mijn vrienden thuis gaan dan altijd "Vijgen na Pasen" opgediend krijgen. Maar kom, das toch nog altijd beter dan een vissekop met vettige noedels.
Vanaf nu is 't dus gedaan met mijn onleesbare gekribbel in mijn notaboekskes! Hoera!
Lees verder : 19. "God schept den dag (én het getij). En moeder de soep (de rauwe ajuinsoep)." Klik hier.
Het zeventiende deel van mijn reisverhaal. De avondsnorkel van maandag 20 november 2006.
Mondjes of poepekes?
Na onze picknick, die ik elke dag toch gevariëerder weet te maken god zij dank voor dat tupperware-dooske dat zo perfect in mijn smokkelzak past! is Paul de foto-oogst gaan saven zodat we klaar stonden om bij super-laag water terug op snorkeltocht te vertrekken.
Diverse soorten koralen met visjes.
Het was dan al tegen de avond dus de nachtbewoners werden wakker en kwamen stillekesaan al geeuwend te voorschijn. Tenminste ik denk al geeuwend, er van uit gaande dat die opening hun mond is. Anders staan ze al kakkend op. Dat kan ook natuurlijk.
De zwarte zeeëgels gingen op pad, maar ook grijze, en zwarte met witte streepkes. Middenin hun nest van lange, scherpe stekels die als levende mikado-stokskes in alle richtingen heen en weer priemen, groeit een klein zacht bolletje. s Avonds ziet dat eruit als een lantaarntje dat licht geeft. Oranje licht! Betoverend! Op dat lantaarnbollletje van nog geen centimeter groot staan dan ook nog stipjes en boebeltjes en precies enkele oogjes. Maar dat kunt ge pas thuis tegoei bekijken als ge er in geslaagd zijt om een echt scherpe foto te maken. En te bedenken dat vanop t strand zoiets er uit ziet als een stomme zwarte zeeëgel. Een mens mag toch nooit van iets aannemen dat iets eenvoudig of lelijk is zonder het eerst eens echt heel fijn en langdurig te bekijken.
Er waren ook zeeëgels met een blauw lantaarntje waarop kleine zwarte stippen zaten rond een beweeglijk mondje. Zo complex en zo fijn allemaal!
Ik heb dus verrukkelijke macro-opnames kunnen maken van de mond (of de poep?) van een zeeëgel en de lichaamsopeningen van een featherstar. Moeilijk te fotograferen wel. De stekels van de egels zijn scherp en breken rap af. Eens ze in uw huid zitten zijn ze moeilijk te verwijderen. En ik denk echt niet dat ze in 't hotel een pincetjes hebben
Het "lantaarntje" van een zwarte zeeëgel.
"Lantaarntje" van gestreepte zeeëgel.
Een sneeuwwitte featherstar zet zicht uiterst langzaam op de bovenkant van een rots. Deze foto was ook een kanshebber voor mijn kerstkaart. Maar ik denk dat dat mijn nieuwjaarskaart gaat worden want ze lijkt een beetje op vuurwerk.
Een gekleurde featherstar.
Het fijne hartje van de gekleurde featherstar. Dit gedeelte is amper een duimtop groot!
Er zaten hier ook weer van die lange platte schelpen in de rotsen ingebed waarvan ge alleen een 3cm lang spleetje ziet. Als ze de vriendelijkheid willen hebben om te poseren en hun spleetje te openen tenminste. Die rand is fluoblauw met een gelijkmatig patroon van karteltjes en blaasjes en tentakeltjes, precies een versiering van een kroonlijst van een Griekse tempel! Of een biezeke van een schilderijkader op Kreta. Op t eerste zicht lijkt dat blauw gewoon blauw, maar als ge t van heel dichtbij ziet is dat maar een idee. Dat blauw wordt gevormd door tientallen andere kleurtjes. Om dat echt goed te zien probeer ik mijn fotos zo scherp mogelijk te maken zodat ik ze flink kan uitvergroten.
Maar ik hoef ze zelfs niet uit te vergroten, zelfs zo ziet ge hoe fijn ze getekend is!
Anemoonvissen bestaan in vele kleuren. Het zijn niet allemaal oranje-witte Nemo's. Deze woont aan een gevlekte anemoon. Tja, niet iedereen zijn huisstijl is 't zelfde.
"Weg gij papparazzi! Ik wil enkel tegen betaling op de foto!"
Een koffervisje van 4 cm groot verschuilt zich onder een rots.
"Toch eens even komen kijken naar die reuze witte vis die hier voor mijn hol ligt te flitsen..."
"Help! Ik ben de weg kwijt! Wie helpt me uit dit doolhof?!"
Nemo wentelt lekker met zijn poepeke in zijn anemoon.
"Vindt gij uzelf niet een beetje indiscreet?! Mij zo ongevraagd in mijn slaapkamer komen fotograferen!"
Paul tracht in het soms troebele water toch nog een foto te nemen.
Toen kregen we de dagelijkse regenbui over ons heen. Zalig die harde, koele druppels op uw rug terwijl uw buik in een zachte, lauwe zee bengelt. Enfin, zacht, zolang ge uw buik niet tegen zon zeeëgel laat bengelen natuurlijk. Een mens moet al zijn kwabben hier goed onder controle houden.
Elke keer ik mijn kop boven water stak zag ik een prachtige regenboog die uit Koh Ma leek op te stijgen! Magnifiek zicht! Koh Cheuk zag eruit als de paddestoelwolk van een atoomontploffing. Dreigend in een grijze lucht. Indrukwekkend.
Die blaaskes op de turqouise zee, die donkere lucht en dan die kleuren van de regenboog!!! Zoiets zegt op foto spijtiggenoeg heel weinig. Dat is een sensatie die ge moet zien en voelen tegelijk, zelfs een beetje ruiken, want zee en regen hebben een andere geur. Maar ja, eigenlijk is dat niet meer als eerlijk, want anders konden jullie daar allemaal thuis in een gemakkelijke zetel zittend, met een colake mét een schijf citroen, het volledige reisgevoel hebben zonder alle nadelen én nog eens met alle voordelen ook. Dat kan niet hé! Diegenen die voor de reisverhalen moeten afzien die mogen al eens een onbeschrijfelijk extraatje krijgen ook vind ik.
Tijdens het onweer aan land gesukkeld tussen al die half boven water uitstekende rotsen en koralen en toch een foto kunnen maken van de opspattende regendruppels die het zeeoppervlak herscheppen in een poel van kristallen parels. Ge ligt precies in een grote grijsblauwe oesterschelp die boordevol glinsterende, bewegende parels ligt!
"Pandora" is vandaag in Hat Yai geland, een luchthaven op een hondertal kilometer van ons eiland, en per wagen naar Trang gevoerd, Jacky heeft haar in ontvangst mogen nemen en toen hij vroeg wat hij nog moest betalen (die 5200 baht dus) zei die kerel dat er niets meer bij te betalen was Vreemd, waarom hebben wij dan vrijdag al die uren verloren met faxen te versturen waarin we ons akkoord moesten verklaren met dat bedrag? Wat een flauwekul toch allemaal. Jammergenoeg kwam "Pandorake" pas op Jackys bureau aan om 4 uur zodat hij haar niet meer naar de pier kon brengen want de boot naar Koh Ngai was al vertrokken. Ze zal hier dus morgenmiddag met de boot van 1 uur aankomen. Gelukkig weet ik nu al dat ze in de goede handen van Jacky is.
Toen Tavorn, de hoofdreceptioniste, ons het goede nieuws meldde kirde ze heel lief : Oh nice! Your face suddenly different! You look happy! All smiling! Hope Jacky will pack box very carefully! Me so afraid of boattrip! Hope all goes well! Ik was ontroerd door haar bezorgdheid en heel blij dat die spanning er nu af gaat zijn, dat mijn laptopke terecht is en die helletocht overleefd heeft.
Naar omstandigheden hebben we vorstelijk ge-"dineerd". We hadden nog eens geprobeerd om weer t zelfde ontbijtnoedelgerecht te bestellen en hebben vanzelfsprekend weer iets totaal anders gekregen. Noedels met tofu en groentjes in citroensap. OK, dat klinkt misschien wat bangelijk maar dat valt best mee. Ofwel zijn onze smaakpappillen zich stillekesaan aan t harden. Dat zou ook kunnen. Trouwens aan vreemde combinaties geraakt een mens ook wel gewoon, het helpt al veel als ge er de humor van inziet, dan begint het alvast beter te smaken. Qua vertering helpt het niet veel, maar op gebied van smaak dan toch al.
Ik bestelde een colaatje en toen vroeg de kelner heel voorkomend : Teekoedááá?
Nu had hij me toch weer liggen. Ik ben er al heel goed in om voor Paul een grote pint te bestellen Wa láááá bi, no móóóó bi! ("I want a large beer, not a small beer"). Thais-Engels is zo moeilijk niet, eens ge door hebt dat ge alle laatste lettergrepen over boord moet gooien en alles lieflijk zingend moet uitspreken. Maar dit vond ik toch weer een moeilijke en daar heb ik toch wel enkele minuten over gedaan eer ik mee was.
t Bleek anders heel simpel, als steeds. Teekoedááá? is gewoon : Take with ice?
Natuurlijk wil ik ijs in mijn cola schat, ik heb hem hier toch nog nooit anders gedronken? En ooit word ik dapper genoeg om ook te proberen een schijfke citroen te bestellen Maar voor die onderneming voelen mijn zenuwen zich nog niet sterk genoeg.
Naar onze hut gewandeld in een koor van kikkers. Er zitten nu ook al enkele baritons en bassen bij. De Fransmannekes in t puitenkwartier zullen weer goed slapen vannacht Lees verder : 18. "De offergaven voor 'God Stofnest'" Klik hier.
Het zestiende deel van mijn reisverhaal. Maandag, 20 november 2006.
Vazen met vissen en pluimen in de zee...
Er waren vanmorgen zo weinig gasten in t hotel dat ze t weer niet de moeite gevonden hadden om een ontbijtbuffet te zetten. Dus werden we aan tafel bediend door een meisje dat haar naam op haar badge had staan met daaronder haar functie : Horstress. Dáárom dat wij hier stress krijgen van dat eten, 't is paardeneten!
Iedereen vertrekt, zelfs een deel van t personeel stapte op de ochtendboot naar t vasteland. Ziet er iemand een tsunamike aankomen dat wij niet opmerken ofzo?...
We bleven achter met amper 4 koppels en een baby Lekker rustig.
In t zwembad zaten we te praten met een jong koppeltje uit Parijs dat zijn eerste low-budget-reis in Azië maakt. Zij logeren dus in die goedkopere, ellendige kikkerkamers. Hun verrukkelijke en rampzalige verhalen deden ons heel erg denken aan onze eerste reizen toen wij ook met rugzakken met t openbaar vervoer moesten reizen en elke cent eerst een keer extra omdraaiden alvorens hem uit te geven. Moest ik nog zo jong zijn ik zou t direkt opnieuw doen!
Voor de middag hebben we een snorkeltje gedaan vlak voor de deur. De drop-off is hier heel mooi. Onderaan de koraalmuur groeien dikke, bruine vaaskoralen waar viskes in en uit zwemmen.
De zijkant van een vaaskoraal. Deze foto's zijn een beetje troebel en donker, maar vaaskoralen groeien nu eenmaal vrij diep.
Vaaskoraal met groene visjes.
We vonden ook een school piepekleineke visjes die zich schuilhielden in een ros waaierkoraal.
Schelpen die zich op een waaierkoraal genesteld hebben.
En soms fotografeer ik ook al eens een vis
Een hersenkoraal.
Pluimenbosjes onder water. En de witte reflectie van de zeespiegel erboven lijken wel wolken... Wat een wondere wereld toch...
Levende schijven van koraal.
Detail van de poliepen van zo'n koraalschijf.
Er zit ook weer een subliem binnenkijkje in t kleurige lichaam van een doopvontschelp bij. Mijn lievelingsobject. Ik word lyrisch van de kleuren en de vormen die ge binnenin zon schelp ontdekt! Ge kunt er maar door een klein gaatje naar binnen kijken, dat maakt het allemaal zo mysterieus. En dan alleen nog als ge geduldig genoeg wacht tot ze zich terug opent dus tot ge zelf haast gestikt zijt door daar zonder lucht aan uw rotske te hangen...
De intieme delen van de doopvontschelp...
Van zoveel moois moet een mens af en toe op adem komen... Best voor de tropische bui begint...
t Was een korte maar een wreed lastige snorkel want de cameras dampten weer aan en we lagen te sukkelen aan 100 per uur. Ongelofelijk dat dit tripje nog zoveel mooie beelden heeft opgeleverd.
Lees verder : 17. "Mondjes of poepekes?" Klik hier.
Het vijftiende deel van mijn reisverhaal. Zondag, 19 november 2006.
Mirakels bestaan nog. Zelfs in deze uithoek.
Na t ontbijt zijn we naar t luxeterras van ons buitenverblijf getrokken. Mij als een echte toerist proberen te gedragen en wat in de zon liggen bakken. Toch weer 20 minuten volgehouden. Ik ga het nog leren...
Toen t water terug laag genoeg stond zijn we met zeer hoge verwachtingen gaan snorkelen in een spiegelgladde zee met t idee de fotos van gisteren toch nog een streepke beter te gaan maken. Maar dat project viel flink tegen.
Onderweg naar de rots sloeg de zee ineens om, er kwam stroming en golven, mijn camera dampte aan, ik kreeg die van Paul want hij kent een truukske om hem te ontdampen onder water, en om t dan helemaal mis te laten lopen heb ik een verkeerde instelling gemaakt zodanig dat mijn flash geblokkeerd raakte. En ik maar duiken en 't eerste uur al mijn fotos maar mislukken. Van een rampzalige expeditie gesproken. Toch zijn er met heel veel moeite nog enkele redelijke foto's overgebleven.
Toen ik dit witte kerstboomwormpje op dat paarse koraal zag zitten wist ik direkt dat dit mijn kerstkaart voor dit jaar ging worden. Uit die reeks heb ik er inderdaad ook eentje gekozen.
Een waaierkoraal langs onder bekeken.
Nog nooit gezien : een knalrode sliertkoraal! Waarschijnlijk bij een punk-kapper geweest.
Zweven door een veld van witte sliertkoralen. Een beetje griezelig maar toch ook een unieke ervaring.
Een bos zachte, witte veren die meedeinen met de stroming.
Een bol koraal waarvan de poliepjes open staan om plankton te kunnen opnemen.
Groene koraal met gesloten poliepen.
Twee soorten zachte koralen. Ik blijf me er telkens over verbazen hoeveel verschillende soorten er bestaan!
Groene, harde koraalstekeltjes met paarse uiteinden.
Een koffervisje!
Zachte, doorschijnende blaasjeskoralen.
Toch even lucht komen happen. Deze foto is half boven-, half onderwater getrokken.
Onderweg ontdekte Paul een barracuda in nood. Hij dacht dat hij met zijn lange snuit klem zat in een rotsspleet. Ik ben dan gedoken om hem te gaan verlossen maar er was geen redden meer aan. De vis was in zijn rug gebeten, waarschijnlijk door een haaike.
Tegen de tijd dat ik eindelijk aan de rots gekomen was, was ik kompleet uitgeput van mijn gevecht tegen de stroming en tegen mijn camera. Het waren frustrerende uurkes. Gelukkig stond bij t terugzwemmen naar ons strand de stroming in onze richting en ging t zwemmen moeiteloos.
Paul had wel een krab gezien en enkele kreeften, zelfs een klein haaike. Hij kwam thuis met een paar magnifieke filmkes van spelende Nemos in anemonen. Ik had met moeite 10 goede fotos en voor de rest een hoop donkere vlekken die onmiddellijk gewist konden worden. Triestig.
Paul zijn kreeftje!
Omdat door al t gedoe met dat verbod op vloeistoffen in de handbagage, mijn neusspray-fleske in mijn valies was leeggelopen zat ik al een week met een verstopte neus. Toen Paul dat hoorde besloot hij die medicijnen hier te bestellen. Ik verklaarde hem voor gek. Maar Paul houdt van hopeloze expedities dus ik liet hem maar doen.
Hij stuurde een sms naar Jacky en vroeg hem mijn Flixonase Aqua bij een apotheek te gaan kopen en hem met de volgende boot mee te geven. Ik vond zijn project echt wel heel hoog gegrepen. Maar mirakels zijn de wereld niet uit.
Toen wij vanavond langs de receptie kwamen zei Koi dat er een pakske voor ons was! Ik deed het open en wat kwam er uit? Mijn neusdruppels! Exact dezelfde als die ik hier thuis koop (weliswaar 4 keer zo duur, maar toch)! Ongelofelijk! Het hospitaal van Trang is niet voor één gat te vangen! Ik heb Jacky direkt met een open neus een sms gestuurd om hem te bedanken en te feliciteren dat zijn service 100% efficiënter is dan die van UPS.
Ik had beter aan Jacky gevraagd mijn Pandorake te voet bij ons thuis te gaan ophalen, dan was ze zeker al hier geraakt.
Onze loodgieterij is weer eens gerepareerd dus was het vanavond onze laatste kans om de foto-oogst van de dag op t groot terras in ons buitenverblijf te liggen bekijken. t Was best geestig om enkele dagen een weekendhuisje te bezitten maar ik ga met evenveel plezier terug boven mijn berg op en mijn jungle in.
Daarstraks waren er maar vier tafels bezet in ons restaurant. De vakantie in Zweden schijnt gedaan te zijn en de rest van de gasten zal zich een weg naar t Fantasy Hotel-restaurant geworsteld hebben. Het hotel is hier al altijd voor drie kwart leeg geweest, behalve in t weekend als de locals komen, maar nu wordt het hier wel echt leeg. Hoe langer hoe paradijselijker dus!
We vonden het dus het ideale moment om onze Fried Noodles Thai Style in Soy Sauce te bestellen just like ones you make for breakfast. Maar dat project is eveneens jammerlijk mislukt. We kregen weliswaar noedels, maar niet van die fijne, wel van die hele dikke, ze leken in niets op die van s ochtends, en op de koop toe waren ze dan ook nog gefrituurd. Ze plakten van t vet en iets onbestemds glibberigs. Nu twee uur later zijn ze nog altijd een poging aan t doen om van mijn maag in mijn darmen te geraken. Ik had al evengoed stopverf kunnen eten.
Ik begin me vandaag eindelijk een klein beetje ontspannen te voelen. En als morgen "Pandorake" hier nu ook nog zoals beloofd zou arriveren kan ik eindelijk al mijn inspiratie gaan intikken Als... Lees verder : 16. "Vazen met vissen en pluimen in de zee." Klik hier.
Het veertiende uittreksel uit mijn reisverhaal. Nog altijd zaterdag 18 november dus...
14. Spartelen, dabbelen en verdrinken voor de goeie zaak...
Het snorkeltripje was bij momenten wel een beetje een uitputtingsslag want sommige van de grootste anemonen zaten op 6 meter diepte en als ge dan een paar keer een verkeerde instelling op uw camera gemaakt heb en ge komt daar telkens voor niets beneden aangesparteld, merkt dat het met deze belichting echt niet gaat lukken, moet dan hangend aan een rotske met uw knopkes zitten frutselen, en moet dan weer heel de weg zonder lucht naar boven dabbelen wel, dat is een verdraaid vermoeiende bezigheid. Dus mijn foto's op grotere diepte zijn niet echt goed geworden.
Gele waaierkoralen met papegaaivissen.
Donkerbordeaux waaierkoraal.
Clownsvisjes.
Zachte groene sponsachtige minikoraaltjes.
Clownsvisjes met op de voorgrond een geel groene zachte koraal.
Een paarse koraalschotel midden tussen de witte sliertkoralen. Bemerk rechts aan haar voet de zigzag-opening van een dode doopvontschelp.
Vaaskoraal.
Een zachte witte koraal die op een dode doopvontschelp gegroeid is.
Zachte bruine koraaltjes in de vorm van bloemen.
Harde groene takjes met purperen uiteindjes.
Detail van de purperen topjes.
Harde bruine koraal. Zie hoe fijn al de poliepjes zijn. Ze lijken wel op gebitjes! Als die naar de tandarts moet... Ocharme...
Ik begin toch een beetje moe te worden...
Na twee uur kwam er wat golfslag en begon ik helemaal te verdrinken, (ik was per vergissing vertrokken met een verkeerde luchtpijp. Deze was 6cm korter en dat scheelt u bij een wilde zee toch wel een literke zeewater dat ge per ongeluk langs boven binnengeklotst krijgt). Ik was ook echt moe, mijn bril dampte konstant aan, dus die moest ik om de paar minuten uitdoen en poetsen en ondertussen maar proberen om niet tegen die scherpe rotsen gesmakt te worden. t Was dus wel een beetje lijden en afzien maar de foto-oogst is verrukkelijk!
Ik hoop dat het morgen bij laag tij weer zo zalig zonnig is, dan kunnen we hier terugkomen. Enkel bij eb is t hier te doen anders moet ge om de mooiste dingen te zien veel te diep duiken.
Toen we terug in de hut kwamen waren we zo enthousiast over ons fotokes dat Paul mijn boterhammekes gesmeerd heeft, want anders had ik zelfs niet gegeten en was ik blijven kijken naar mijn superscherpe anemoonvisfotokes! (Waarvoor ik elke keer mijn lenzen uit mijn ogen moet prutsen om ze eens goed te kunnen bekijken. Oud worden )
Na de picknick (maar dan was t al wel vier uur!) besloten we naar de noordpunt van het eiland te wandelen omdat we toch zo graag dat nieuwe Chateau Hill Resort eens wilden gaan bekijken.
Het eerste stukje van de tocht, om langs de rotsen te klauteren die onze baai scheiden van het lange strand, is lastig, maar daarna wordt het een eenvoudige strandwandeling.
Langs onze stevige liaan naar beneden. Zo eens iets anders als de tram of de metro moeten nemen om ergens te geraken.
Flink bezweet, maar we zijn er toch alweer geraakt!
Er is hier nog weinig gebouwd : enkele goedkope bungalowhotels, twee restaurantjes, twee massagehutjes, meer niet. Hun verlichting bestaat uit een lampje dat in een staketsel van stokken hangt die in t zand gestoken zijn en waarrond een kleurige lap stof gewikkeld is. Net zoals op Koh Lanta. Sfeervoller en eenvoudiger kan niet.
De rest van het strand is wild en verlaten, en de begroeïng erachter nog ongerept.
Jammergenoeg gaan ze er toch nog een nieuw hotel bijbouwen... Ik hoop dat het hier bij blijft...
In de tractorsporen voor de aanbouw van 't nieuwe hotel.
Opspattende golfjes met longtailboten onder een prachtige avondhemel...
Een van de eenvoudige restaurantjes.
Na een eindeloze wandeling door t zachte zand met prachtige avondluchten boven Koh Ma kwamen we eindelijk in de pikdonkere aan dat Chateau Hill Resort aan.
De inkom van dit prachtige resort.
In de lobby.
Het zag er feeëriek uit. De bomen waren versierd met lichtslingers, en de inkom van het hotel was een stenen poort met daarachter een lange laan met fakkels, stenen waterbakken met watervallen en planten en beelden en basreliëfs. Heel knap. Het roept een beetje de sfeer op van het eilandraad-decor in Expeditie Robinson.
Een Australiër kwam ons begroeten en we kregen direkt een rondleiding door t complex in een golfwagentje aangeboden. Ja, t hotel is nog maar 3 weken geopend en ze zoeken dringend gasten natuurlijk.Eerst reden we door schitterende decors, met beelden en waterpartijen, en dat alles prachtig uitgelicht helemaal tot boven waar op 45 meter hoogte hun zwembad gelegen is. Overdag moet ge er een magnifiek uitzicht hebben!
In de tuin, tussen vijvers, en te bereiken over een stapstenen-paadje staat een geestenhuisje dat zo fijn afgewerkt is dat het het mooiste poppenhuis overtreft. Het is zelfs bevolkt met kleine monnikskes! Het heiligdom komt recht uit een sprookje. Elk gebouw heeft hier zijn eigen "geestenhuisje". Om de geest die de grond bewoonde voor iemand er zijn woning neerplantte. Die plek wordt zeer zorgvuldig door een priester bepaald want de geest moet gelukkig zijn anders brengt hij ongeluk. De arme mensen bezitten zeer kleine en sobere geestenhuisjes waar dagelijks geofferd wordt. Maar een sjiek hotel als dit kan zijn geest een beetje extra verwennen natuurlijk...
Zijpaviljoen van 't geestenhuisje.
Inkijk in het geestenhuisje. Zeg al maar geesten-"villa".
De Australiër liet ons dan drie types van kamers zien, maar die vielen eigenlijk tegen. Ze waren wel groot, en ze hadden ruime terrassen met ligbedden, maar er was weinig typisch Thais aan. Het enige echt speciale was dat de douchekamer (er was niet eens een bad!) met een glazen wand gescheiden was van een mini-binnentuintje waarin een watervalletje stond, en door de volgende glazen wand keekt ge dan uit op t terras en de zee, zodat ge al douchend de zee kon zien.
De slaapkamer zelf was heel sober gedecoreerd, het enige typische was eigenlijk een groot Thais schilderij boven het bed. Maar de ramp waren de kasten! Die waren precies gekocht in een Stock Americain, het leken wel oude ijzeren kazernekasten. Niet te doen. Hoe prachtig het hotelgebouw en de gemeenschappelijke delen zelf gedecoreerd waren, zo mislukt waren de kamers. Ze hadden totaal geen persoonlijkheid. Ik had veel spectaculairdere kamerinrichtingen verwacht.
De man probeerde ons natuurlijk zon kamer te verhuren aan een soft opening- prijsje. De startprijzen lagen tussen de 2000 en de 3000 bath, maar ge had er zeker en vast nog af kunnen pingelen, want er waren nog maar 3 van de 30 kamers verhuurd. Maar het interesseerde ons echt niet omdat onze boomhut, hoewel veel primitiever, toch veel charmanter is, en trouwens voor enkele dagen nog gaan verkassen dat vinden we toch de moeite niet.
We zijn er wel blijven eten. Helemaal alleen in een groot open restaurant halverwege de heuvel met zicht op zee en op al de verlichte beelden op de helling. Onmiddellijk kregen we gezelschap van twee stompstaartpoezen en een hond van t laag model met grote kop. (Bangelijke inteelt van honden is dat hier, het zijn precies allemaal tempelmonsterkes. Ze zijn dik en stevig maar staan op heel korte pootjes, hebben een lang robuust lijf en een kop die twee maten te groot is voor t geheel.)
Diner in goed gezelschap!
Geef toe, aan zo'n hondeblik kunt ge toch niet weerstaan?... Dus de helft van ons eten is weer in de poezen- en hondenbuik verdwenen. Dat wordt hier echt een gezondheids- en vermageringskuur. Geweldig, want meestal is 't op vakantie kompleet het tegendeel
Het eten was goedkoper en lekkerder dan in ons hotel (maar dat laatste kan ook moeilijk anders natuurlijk.) De cola werd desalniettemin toch weer geserveerd in een fleske met een rietje. Merkwaardig want het begrip "linnen servet" was hier al wel doorgedrongen.
Na t eten zochten we al onze moed bijeen om die kilometers terug over dat pikdonkere strand te gaan dabbelen. Er zat niets anders op want dit hotel had geen boot, dat hadden we bij t binnenkomen al aan de Australiër gevraagd.
We hadden het plan opgevat om tot aan het Fantasy Hotel te stappen en daar te vragen of we een taxiboot tot achter onze rots konden krijgen. We waren dan ook nog onze pillamp vergeten dus ik zag heel erg op tegen dat laatste stuk hoe we in godsnaam in t stikdonder over die rotsrichels gingen moeten sukkelen om terug in onze eigen baai te geraken
Die moest ik toch even knuffelen. Hij trok zo erg op onze Ming. Die heeft, als Vietnamees, ook een stompstaartje.
We betaalden de rekening en ik poseerde nog even met de Ming-achtige poes in mijn armen en opeens stond de Australiër voor ons : Ive arranged a boat for you!
Ik had de kat én de man kunnen kussen!!! Die kerel was er ongevraagd in geslaagd om van t Fantasy Hotel een longtailboot te laten komen (beide hotels zijn van dezelfde eigenaar) waarmee hij ons efkes als gratis service naar huis ging laten varen!!! Ge kunt niet geloven hoe kontent ik was om niet over dat donkere strand en die boomwortels te moeten gaan sukkelen op den tast!!!
De Australiër en de hond begeleidden ons tot beneden aan t strand en inderdaad daar lag een longtailboot op ons te wachten! Ondertussen was het hoogtij dus de boot lag vooraan in t water en ze hadden zelfs een tafeltje als opstapje in zee gezet zodat we vrijwel droog aan boord konden klimmen! Wat een luxe, wat een onverwachte verwennerij!
De binnenkant van de longtailboot, op de achtergrond zie je nog net de feeërieke lichtjes van 't Chateau Hill Resort.
Lang droog zijn we niet gebleven want er stonden hoge golven en binnen de minuut waren we al helemaal nat gesproedeld. t Was een zalig tochtje onder de sterren! De bootjongens begrepen echter niet dat we niet naar t Fantasy Hotel moesten maar naar t Koh Ngai Resort. Dus hebben we hen toch eerst moeten laten aanleggen aan de Fantasy alvorens we met een pantomime konden gaan uitleggen dat we nog een baai verder moesten zijn. Geen probleem, wij werden enkele minuten later netjes gedropt aan onze pier. Het uitstappen was heel moeilijk door de golfslag en de wind maar we geraakten met een grote sprong toch veilig op t droge. (In uitgaanskledij moet ge hier zeker niet op stap gaan.) De jongens rijkelijk beloond. (Ah ja, in den donkere kunt ge toch niet zien welk geldbriefke ge ze geeft.)
Op de hotelcomputer zijn we dan onze mail gaan lezen en bleek dat Paul een fout heeft gemaakt in de data van de reservering voor ons super-de-luxe-hotel op Krabi. We kunnen er pas een dag later dan gepland terecht. Maar daar gaan we niet om treuren, dan blijven we gewoon een dag langer op deze paradijselijke plek. Ik denk niet dat dit hotel al ooit gasten heeft gehad die langer dan 16 dagen gebleven zijn. De meesten houden het na een dag of drie voor bekeken. Ofwel dood door verveling ofwel door de honger.
En nu gaan we na deze eerste echte rustdag (dit wil zeggen dat we eens niet hebben moeten zitten bellen met UPS) lekker slapen in onze groezelige, rommelige, knusse boomhut.
De temperatuur is hier goddelijk! Ge kunt snorkelen - zonder wetsuit - in een warme zee, de hele dag in bikini of pareo rondsleffen, s avonds nat op een boot zitten zonder kou te lijden, en toch kunt ge s nachts slapen zonder de airco op te zetten. Wat wilt ge nog meer?! Ja, OK, lekker eten misschien. Maar och, een mens kan toch niet alles hebben?
Lees verder : 15. "Mirakels bestaan nog in deze uithoek." Klik hier.
Het dertiende uittrekseltje uit mijn reisverhaal. Zaterdag, 18 november 2006.
Een kamer én een buitenverblijf.
Toen we opstonden was de lucht bewolkt en de zee vrij wild zodat we maar besloten om niet mee te varen naar Koh Rok Nok. Vier uur van de dag spenderen op harde houten banken naast een brullende motor van een longtailboat wilden we onze poepkes en onze zenuwen besparen. Tenandere we hebben twee jaar geleden Koh Rok Nok nog bezocht en 't is er inderdaad prachtig onder water maar hier is 't ook onbeschrijfelijk mooi. Dus waarom 't nog verder gaan zoeken? Ja, ik word lui op mijn oude dag.
We zijn op de pier de viskes gaan voeren met onze overgebleven toast van gisterenmiddag en zij blijken even enthousiast over mijn lunchkes als wijzelf. Honderden geel en wit-gestreepte sergeant-majorkes en enkele papepaai-vissen kwamen afgespurt op de stukjes brood. Soms leek het of er een fractie van een seconde een hoop vissen bovenop de zee gestapeld lag! Een wild geworstel en gespartel van jewelste.
Het ontbijt was lekker, ze hadden een buffetje gezet omdat het weekend is en er veel Thaise gasten zijn. Er stond onder andere een kom met lekkere, heel fijne noedels. Ernaast stonden talloze potjes kruiden en groentekes - look, korreltjes look gebakken in olie, gember, pijpajuintjes, koriander, pepers, soyasaus, en nog een boel ondefiniëerbare dingen om de dunne sliertjes mee te veredelen. Zalig!
We hebben direkt pogingen ondernomen om de naam te weten te komen van dit gerecht zodat we dit s avonds ook zouden kunnen bestellen. Het bleek heel simpel, we moesten gewoon vragen naar Fried Noodles Thai Style in Soy Sauce. We denken dat vanaf nu onze avondmaaltijden gered zullen zijn. Want hun kok kan dus heus wel iets lekkers bereiden. We moeten alleen zien duidelijk te maken wat we écht willen krijgen
Van goed eten word ik goed gezind. Dat merkt ge hé
We mogen de sleutel van het strandhuis ook overdag houden (ze krijgen onze waterleiding toch niet gerepareerd, er komt nog maar een straaltje van 2mm uit ons kraantje) en das wel leuk want dan kunnen we van dat luxeterras gebruik maken wat plezanter is dan aan t zwembad liggen zonnen. Met enkele strategisch geplaatste stoelen waarover ik wat grote strandlakens drapeer creëer ik zo een plekje waar ik lekker in mijn blootje kan gaan liggen. Het luxeverblijf ziet er dan ineens wel een beetje uit als een zigeunerkamp maar t is het comfort dat telt, niet hoe t er uit ziet.
Het terrasje aan onze boomhut heeft geen zon omdat wij helemaal tussen de boomkruinen zitten en t is wel eens een fijne afwisseling om gewoon thuis te kunnen liggen zonnen. Nu niet dat ik dat langer dan een half uur volhoud, maar kom, een beetje bruin worden hoort toch ook bij vakantie. t Is grappig, dit is de eerste keer dat we een hotelkamer én een buitenverblijf hebben.
Toen het bakken me teveel werd zijn we wat tussen de rotsen gaan wandelen om naar de kleine fijne dingskes die daar leven te gaan kijken. De plekjes zijn niet altijd even simpel te bereiken. Poseren, foto's nemen, en zelf rechtop blijven staan in die gevaarlijke rotsspleten is ook geen sinecure.
Gewacht tot het tij op zijn laagste was om naar de twee rotsen aan de zuidpunt bij de Goddess Of Mercy te zwemmen. Het is een prachtsnorkeltje geworden! Dit is toch echt wel een van de schoonste en gevarieerdste huisriffen die ge u kunt voorstellen.
Paul op pad naar onze favoriete rotsen.
Anemonen in soorten, met hun bijpassende viskes; bruine, oranje en knalgele ragfijne waaiers precies kantwerk in steen; witte koraalslierten die een meter lang kronkelig uit de zeebodem steken; zachte broccolis in fluo-kleurtjes; vazen en breinen en reuzeschalen; gedetailleerde lila takjes met nog fijnere purperenbegroeiïngskes op; slaperige anemonen in hun fuchsia pyjama-zakken (een middagdutje veronderstel ik?) waaruit nog enkele tentakels in de stroming staan te wiegen waarboven hun huisvis verweesd rondzwemt; en daartussen massas vissen in alle soorten en maten!! Ook de trouwe steenvis zat op zijn zelfde plek op een rotsrichel.
Voor 't geval jullie hem niet zien liggen heb ik lijntjes rond zijn onderdelen getrokken. Ja, ik weet het, hij is niet makkelijk te zien. Waarom denkt ge dat hij "steenvis" noemt?
Dit is een vooraanzicht van zijn lieflijk gezichtje. Maar nu moeten jullie maar zelf zijn twee ogen en zijn mond zien te vinden Ik ga 't u niet allemaal met de paplepel serveren hé! Ik moet hem ook altijd onder water zien te ontdekken, dus doe ook maar eens uw best!
Clownsvisjes boven hun anemoon.
De witte sliertkoralen.
Zachte roze koralen die wuiven in de stroming.
Giftige gele zachte koraaltjes.
Een prachtig ros waaierkoraal naast een knalroze zachte koraal.
Het fijne witte slakje naast een donkerpaars koraal.
Ros en geelgroen waaierkoraal met visjes.
Meer dan twee uur hebben we rond die rotskes gesnorkeld. Zelfs weer zon wit-zwart slakje gezien met die vertakte antennekes, en nog een heel grote steenvis, (een voorarm lang!!!) die parmantig op een halfrond koraaltablet dat uit de rotswand stak roerloos lag te poseren. Wat een zicht! En dat allemaal in volle zon! Sommige fotos zijn dan ook zo goed dat ze bijna in een onderwatermagazine zouden mogen. Ik ben er toch zo blij mee!!
Natuurlijk zijn die fotos nog altijd voor verbetering vatbaar want het is wel een beetje sukkelen met mijn slechte ogen. Als ik mijn lenzen in heb dan zie ik van dichtbij geen steek. Dus ik moet voor elke foto de afstand en de belichting goed vooraf inschatten, de camera zo goed mogelijk instellen en dan hopen dat de foto haarscherp gaat zijnwant ik kan dat onder water dus onmogelijk controleren op dat kleine schermpje van mijn T-1tje. Uiteindelijk is mijn fotoapparaatje even klein als een pakje sigaretten, dus het scherm kan ook onmogelijk groter zijn. Heel ambetant. Maar moeilijk gaat blijkbaar ook, want als bij wonder heb ik nog niet 1 op de 10 fotos moeten wissen achteraf. Ik was zo blij als een klein kind met mijn fotootjes!
Lees verder : 14. "Spartelen, dabbelen en verdrinken voor de goeie zaak." Klik hier.
Hier volgt het twaalfde uittreksel uit mijn reisverhaal. Vrijdag 17 november 2006.
De dagelijkse hoge verwachtingen en diepe desillusies.
"Pandorake" zit in Bangkok! Via Keulen, Dubai, Pampanga, Singapore, Bangkok en Hat Yai zal ik mijn geliefd laptopke binnenkort dus toch in mijn armen kunnen sluiten! Ze heeft al een flink stukske meer van de wereld gezien dan wij. En ze is nog zo jong Amper een half jaar geleden werd ze geboren in den Aldi
Aan t zwembad waren twee stompstaartpoezen een poging aan t doen om klein poezen te fabriceren. Maar de kater had er helemaal geen kaas van gegeten. Hij beet het kattinneke volgens de regels van de kunst in de nek, sleepte haar bij haar nekvel zelfs voort over de grond, maar van de eigenlijke aktie kwam niet veel terecht.
Soms stond hij met allebei zijn poten aan de ene kant, dan weer kroop hij erover en stond hij aan haar andere zijde te koekeloeren, soms stond hij er diagonaal over. Hij wist duidelijk de klepel niet hangen. Of toch niet wat hij met zijn klepel moest doen.
De beste momenten waren als hij er helemaal bovenop klom en hij met zijn achterpoten balancerend op haar rug stond. Misschien heb ik het verkeerd begrepen en was t geen paringsgedrag, maar gewoon een Thaise massage.
"Ligt nu eens stil seg!!! Zo kan ik niet mikken! Ik heb geen ogen op mijn gat zenne!"
"Meiske, schuif eens een beetje naar mij toe want zo gaat dat lukken zenne!"
"Ah,... nu gaan we er geraken denk ik..."
"Oh, gij zijt een echte macho! Gij zijt toch zóóó goed in bed! Sorry, zóóó goed op de vloer!" Het zeer happy kattinnetje ligt na de paring - of wat er voor moest doorgaan - te rollen over de grond. Sommige vrouwen zijn toch rap content hé?...
Ge zoudt nu toch denken, als ge alletwee zon kort stompeltje staart hebt, dan moet die activiteit toch vlotter verlopen dan bij onze poezen waarvan die lange staart altijd in de weg steekt. Maar nee, zelfs die korte staart maakt het voor een Thaise kater nog altijd niet makkelijker. En t meiske was toch zó gewillig. Ze lag te koeren en te kirren en kroop op haar buikske achter hem aan over de grond. Terwijl t beestje nog maar net een nestje op de wereld had gezet want haar tepeltjes waren nog heel groot. Ja, een echt taai Thaike.
Het piepsignaal van de zwembadpomp is ondertussen terug in gang geschoten. Toen onze Paul er nog eens een opmerking over ging maken kreeg hij te horen :
Many tourist complain. But must let "beep" from manager. Is Thai technology. You not understand.
Misschien was dat dekgedrag van die kater ook wel Thai technology, een fenomeen waar wij westerlingen niks van snappen?
Vanmorgen lag er een breedpoepig donkerhuidig madammeke aan t zwembad met een roze zwembroek waarop vanachter de tekst Billobang gedrukt stond.
Weer een van die schone Aziatische misdruksels. Het had natuurlijk Billabong het Australische surfmerk moeten zijn. Maar Billobang was voor deze bilpartij inderdaad beter van toepassing. Spijtiggenoeg kreeg ik niet de kans om daar een fotoke van te nemen. Ik kon toch moeilijk vragen : "Madam can I take a picture of your lovely poepke?"...
Net toen we helemaal klaar waren om te gaan snorkelen kwam de receptioniste achter ons aangehold!
Er was een fax van UPS Bangkok aangekomen met de vraag hen direkt op te bellen. Bleek dat er 4000 baht (zo maar even 100 euro) importtax moest betaald worden om "Pandorake" te krijgen. Puur losgeld in feite, want het was gewoon ons eigen ding dat over een anderhalve week mee terug naar België ging genomen worden, het was toch geen produkt dat hier ging verkocht worden! Enfin, keuze hadden we niet, dus dat kon er ook nog wel bij.
Eén telefoon later bleek dat de 4000 bath al naar 5000 bath was opgelopen en dat we een fax moesten ondertekenen en terugsturen waarin we ons bereid verklaarden dat geld op te hoesten. Aangezien t nu vrijdagnamiddag was en mijn laptopke nog naar Hat Yai zou moeten gevlogen worden, en UPS in t weekend niet werkt, zou ze hier dan woensdag aankomen. Alweer een dag later! Stel dat ze hier woensdag ook niet is dan hebben we wel een probleem want het hotel in Krabi is geboekt en vooruitbetaald, dus daar moeten we echt wel naartoe. Jacky, de lieve "sales manager" van 't gedoe hier, heeft alleszins al gezegd dat we ons geen zorgen moeten maken, dat waar we ook heen trekken, hij er wel voor gaat zorgen dat hij ze ons opstuurt zo snel ze in zijn kantoor in Trang aangekomen is. Dat is wel een geruststelling maar t neemt niet weg dat ik me door heel die zaak en t vreselijke tijdverlies elke dag heel ongelukkig voel.
Geprobeerd de zaak te bespoedingen door onze snorkeltrip te laten vallen en aan de receptie te gaan zitten wachten op die madam haar fax. Om t uur belde ze zelf op dat we hem elk moment konden verwachten. Uiteindelijk kwam na twee uur en een half haar faxke en had ze er nog 200 bath extra kosten voor overtime (overuren!!!) bijgerekend.
Soit, door deze verloren namiddag gaan we mijn bereisd laptopke nu toch zeker aankrijgen alvorens we hier weg moeten.
Maar voor al dat geld dat dit avontuur gaat kosten (UPS, al die internationale telefoons, en nu die importtax er nog bij) had het veel goedkoper geweest om gewoon in de taxfree van Zaventem een nieuwe laptop te kopen...
Ik wou toch zo dat ik toen niet dat zot idee van dat opsturen had gekregen. Maar ja, toen we in Zaventem naar die kwiet van UPS belden beloofde hij dat hij haar binnen 6 dagen hier ter plaatse ging krijgen. En dan zou ik er toch nog twee weken plezier van gehad hebben. Want de helft van de fun van een reis zijn voor mij om verhaaltjes te kunnen schrijven. Op een gemiddelde vakantie van drie weken produceer ik meestal een dikke honderd bladzijden tekst...
(Enfin, door deze gemiste snorkeltrip hebben jullie het geluk om wéér geen eindeloze reeks doopvontschelpen te moeten bekijken. Ge ziet, "den ene zijn dood, is den andere zijn brood.")
Goddank ben ik iemand die zich in de meeste omstandigheden nog weet te amuseren, en heb ik daar niet veel nodig. Geef me enkele kiezels en een takske en ik maak er wel iets mee. Moest ik die gave niet hebben dan denk ik dat ik nu zot werd.
We zijn weer naar de zonsondergangplek bij de Goddess of Mercy gaan kijken.
t Was niet zon mooie zonsondergang als ik verwacht had toen ik overdag die super bloemkoolwolken zag, maar t is toch wel een indrukwekkend plekje om s avonds alleen op zon rots te staan in dat prachtige avondlicht. t Is de klimpartij ruim waard.
Onze waterleiding is nog altijd een beetje kapot dus hebben we voor vannacht al een heuse beachbungalow gekregen. t Wordt elke nacht sjieker! Maar echt gaan slapen doen we er niet, we douchen er gewoon en kruipen dan lekker in onze eigen hut in bed. Veel gezelliger. No place like home. Lekker bij de grote beer die ik in Bangkok gekocht heb en Ngai genoemd heb. Prinses.
Wee, ons kamermeisje zet hem elke dag anders, heel mooi op een stapel kussens.
Ngai ligt te zonnen... Ze wordt veel rapper bruin dan ik.
De vorige nacht zijn we wel beneden gaan slapen. Moet wel een grappig zicht geweest zijn toen ik in nachttenue met mijn grote, dikke beer onder mijn arm heel de tuin doortrok op weg naar mijn nieuwe slaapkamer. Maar zelfs de receptionist heb ik al in zijn pyama door de receptie zien lopen, dus vind ik dat ik dat ook maar moet kunnen Het is hier een zalige huiselijk eiland. I love it!
Lees verder : 13. "Een kamer én een buitenverblijf." Klik hier.
Elfde uittreksel uit mijn reisverhaal van donderdag, 16 november 2006.
Een godje op uw gat en Boeddha naast de pyramide van Cheops.
Om twee uur vannacht piepte een sms ons wakker. Onze poespasser heeft thuis op 't internet op de site van UPS tot zijn grote ontzetting gezien dat mijn "Pandorake" in Pampanga zit!!! En waar ligt in godsnaam Pampanga??? In de Filippijnen Alsof dat nog niet erg genoeg was liet hij ons iets later weten dat er nu op de website ook al bijvermeld stond dat de verzending vanuit de Filippijnen is uitgesteld tot 20 november! Dus nu komt er nóg een week van spanning bij! Ik ben gewoon beginnen huilen, heb er een snotaanval aan overgehouden en de halve nacht op t terras zitten kettingroken. t Is een rampnacht geworden.
Hoe kan dit nu toch allemaal gebeuren? Er zijn dagelijks vluchten naar Bangkok, hoe komt mijn arm laptopke toch in al die obscure luchthavens op de gekste plaatsen van de wereld terecht? Waarom ben ik toch akkoord gegaan met dat stompzinnig idee om haar te laten opsturen. Ik had best alles in schriftjes kunnen zitten noteren. Daar had ik me trouwens al direkt op ingesteld. Nu zit ik hier al 10 dagen in de spanning wanneer, en of, ze ooit nog gaat aankomen. Stel dat ze niet hier geraakt voordat wij terug vertrekken, wat dan? Moeten we dan nog eens zoveel betalen om haar opnieuw naar huis te laten sturen? Ik snap het allemaal niet meer en ik word er bij momenten echt heel triest van.
Na t ontbijt heb ik me in de boomhut teruggetrokken om wat te zitten naaien. Ge moet hier wel zien dat ge uw naald niet laat vallen anders kunt ge heel de jungle onder uw terras gaan afspeuren. Ik denk dat dat iets lastiger is dan een naald in een hooiberg zoeken.
Mijn goed humeur en mijn fotogerief bijeen gepakt en naar mijn lievelingsrots getrokken. Ik moest wel nu gaan omdat ik rekening moet houden met het tij. Maar t licht was veel te fel en alleen kon ik geen goede schaduw maken. Ik drapeerde een handdoek als zonnescherm over mijn kop en over een rotspunt maar dan moest ik met 1 hand fotograferen en kreeg ik mijn scherpte niet goed. Kortom t werd een sessie van niks.
Ik ben dan maar iets dieper onder de bomen aan de rotspoeltjes gaan fotograferen, daar was t licht fijn gefilterd. Daar heb ik een mooi fotootje kunnen nemen van een krab in een poeltje. Ze lijkt wel in een gouden druppel gevangen te zitten. Het geheel leek een edelsteen om in een sjieke ring te monteren.
Je moet wel goed kijken. De bruine krab zit rechtsonder in het poeltje.
Maar toen t eindelijk goed begon te gaan barstte de bui los en moest ik me reppen om mijn fotogerief droog thuis te krijgen. En dan overheerlijk in zee geploft!
Zalig om te liggen drijven in de regen! Al die druppels die op ooghoogte kristallen stalagtietjes vormen met een levensduur van een halve seconde Miljoenen kristallen tepeltjes die opspringen uit een zee van turquoise zover het oog reikt. Magnifiek.
Paul was ondertussen heel de ochtend met zijn kapotte knie aan t zwembad blijven liggen maar daar piept al twee dagen een machientje. Heel enerverend! De "missionaris in hem" was aan de poolboy gaan zeggen dat als zon ding blijft piepen dat er dan duidelijk iets mis is met de filters.
Sir, what is the constant beep?
Do know. Is OK.
No, is not OK. Is red light that says is problem!
No, is normal.
No, it means filter of pool is blocked.
Is normal.
Must take filter out. Clean filter. Otherwise filter break.
En toen die jongen inzag dat het gepiep toch misschien iets zou kunnen willen zeggen - dat niet al wat piept een muis of een Russische hamster is, en dat flikkerende rode lichtjes niet alleen in de hoerenbuurt van Patong een betekenis hebben - is hij inderdaad de filter gaan nakijken. Die vanzelfsprekend vol vuil zat.
Maar hij werkt eigenlijk veel liever aan zijn hobby-huisje dan aan de zwembadmachinerie...
Kanunsaa, de zwembadjongen met zijn zelfgetimmerd huisje.
Zicht vanop de steiger naar de ontbijtzaal (rechts) en 't restaurant (links)
Samen in t restaurant gaan zitten kijken naar de regen. Het water was laag en de eilanden lijken dan door hun uitgemergelde basis als paddestoelen uit zee op te rijzen. Dan beginnen ze precies boven de zeespiegel te zweven. Het is telkens een prachtig tableau vivant. De eilanden verschijnen en verdwijnen al naargelang waar de bui hangt. Op een bepaald moment waren ze alle vier in een egaal grijze lucht totaal verdwenen, één voor één kwamen ze langzaam terug te voorschijn.
Elke minuut ziet het er anders uit. De rotsen komen bloot te liggen, de wolken veranderen steeds van vorm, het licht en de zee van kleur, bij een soundtrack van donder en vallende regen.
Al deze foto's zijn op dezelfde plek genomen (in het restaurant) met een tussen pauze van telkens een kwartier.
Eens de bui over was naar onze kamer gewandeld (onze neus noteerde dat Phra Phrot door de regen weer zeer aktief is geweest!) en van ons slaatje met hesp gesmuld. Paul ging dan op de receptie vragen of de hotelcomputer al gerepareerd was omdat die zijn geest gegeven had toen de generator het liet afweten. Die bleek gelukkig terug tot de levenden te horen en hij kon onze fotos saven. Toen hij keek waar "Pandorake" ergens uithing bleek dat ondertussen Singapore te zijn. Weer even naar UPS gebeld en ze begrijpen ook niet wat er aan de hand is met hun fameuze Express Plus-zending. Ondertussen hebben we al wel de direkte nummers van enkele zinnige mensen in plaats van die trezen van t call-center.
Ik ben ondertussen eens het winkeltje binnengestapt dat ze vandaag geopend hebben. Ze verkopen er de mottigste beeldjes. Boedhakes, Ganeshas, Chinese godjes, maar even zo goed het Parthenon, de pyramide van Cheops en twee worstelende Oude Grieken. Er liggen ook pareos waarop Ganeshas gedrukt staan. Ze zullen u hier graag zien lopen met hun godje op hun gat. Van een godslastering gesproken
Ik zat daarna wat aan de receptie te schrijven en de boot leverde op dat moment het drinkwater. Heelder paletten plastic fleskes. Triest voor t milieu toch weer. De jongens vormden een lange rij, en de pakketjes werden naar mekaar verder geworpen tot in de opslagkamer. Af en toe knalde er een pak tegen de grond en spatten de flesjes kapot. Alsof er nog niet genoeg water was...
Hoewel het een indrukwekkende grijze dag was bleef het strand toch altijd mooi levendig geel oplichten tussen al die donkere tinten. Ik heb op mijn vast plekje in de lege ontbijtzaal al uren zitten schrijven, t is mijn vaste plek als Paul op t bureau zit. Op dat moment had ik de hoop dat mijn laptop maandag zou aankomen. En dat ik van dan af alles zou kunnen beginnen overtypen. Gesteld dat ik al mijn minuscuul gekribbel nog kan lezen.
Maar nog geen uur later kwam t volgende slechte nieuws. Hoewel ze al vlakbij in Singapore zit gaat het toch weeral een dag later worden. Ze zou ineens pas dinsdag aankomen. Ik gok dat ze nog eens langs Jakarta en Kuala Lumpur gaat vliegen. Maar langs Deurne of Charleroi kan natuurlijk ook... Al een chance dat die in die speciale pc-verpakking van UPS verpakt zit want anders zou ze zelfs geen kans maken om al die luchthavens te overleven.
Naar goede gewoonte was het eten bangelijk, dus we hebben ons maar laten afleiden door de stille muziek die hier op de achtergrond speelt. Goeie oude nummers. Tom Dooley, Vincent, Let it be, Without you, Yesterday, Whiter Shade of Pale, Sounds of Silence. Weliswaar allemaal covers door een Thais groepke. Maar toch niet slecht. En t voornaamste, vooral heel stil. Ge hoort wel elke avond hetzelfde bandje maar das niet erg, het eten zorgt altijd voor de verrassing en de afwisseling. En in dit geval zorgde Paul voor de humor : Can we bill the sign?. En t strafste was, de rekening werd nog gebracht ook. Dus het maakt voor een Thai totaal niet uit of ge wat woorden weglaat, ge hoeft ze zelfs niet op juiste volgorde te zetten. Zolang ge ze maar "kwek-zingt" zijt ge al op de goede weg om begrepen te worden.
De loodgieterij in onze hut heeft het nu definitief opgegeven en daarom geven ze ons voor vannacht een bungalow aan t zwembad. We mogen gelukkig al onze rommel boven laten, t is alleen om te gaan slapen zodat we een badkamer met water hebben.
De zwembadbungalows.
t Is sjieker dan ons ding, echte parket, maar och, ze hebben ook geen kasten en een al even gammele douche. Het enige dat de moeite is is het erg grote zonneterras. Ik ben er zeker van dat moest ik Jacky vragen of we hier mochten blijven hij t OK zou vinden, maar onze boomhut is eigenlijk veel knusser en heeft zoveel meer privacy. Ik blijf wel de aap uithangen.
Op t bureau nog even een mail getypt op dat én Thais én qwerty-klavier - een werkelijk onmogelijke opgave als ge gewoon zijt 10-vingerig-blind azerty te tippen en net voor we konden verzenden viel t internet plat. t Is ook altijd wat.
De enigen die vandaag écht gelukkig waren!
Lees verder : 12. "De dagelijkse hoge verwachtingen en de diepe desillusies." Klik hier.
Tiende uittreksel uit mijn reisverhaal van woensdag, 15 november 2006.
De lantaarntjes van de egels en de ochtendgaap van een nachtbewoner.
Het eerste bericht van de dag was een zeer vroeg ochtendlijke sms : Pandorake zit in Dubai. In Dubai?!! Waarom niet in Johannesburg of Ouagadougou of Foum Tatahouine of zelfs Pluto? Wat een ontstellend slecht nieuws toch weer om de dag mee te moeten beginnen.
Voor dag en dauw onze wondjes verzorgd. Paul zijn knie is niet in form. De snee is diep en zou in feite moeten gehecht worden... De vingertoppen van mijn linkerhand zijn allemaal nogal pijnlijk en opgezwollen omdat ik mij te lang aan de rotsen heb vastgehouden om mijn fotos goed scherp te krijgen, en door altijd te wachten tot de doopvontschelpen zo vriendelijk waren om terug open te gaan en schoon te lachen voor mijn foto.
Na t ontbijt waren we aan t zwembad gaan liggen en ik ontdekte dat de poolboy een klein Thais houten huizeke aant bouwen was als bezigheidstherapie. Hij heeft duidelijke dezelfde houtafvalstapels ontdekt als ik. Gisteren had ik die goudmijn ontdekt bij de nieuwe hutjes die ze aan t bouwen zijn. Toen ik de poolboy zijn huizeke bewonderde vroeg ik hoe ik aan een zaag kon geraken en hij toverde onmiddellijk een oud, krom, versleten zaagbladje tevoorschijn. En ik mocht het gebruiken!!! De koning te rijk trok ik naar mijn goudmijn en verzaagde daar een oude bamboe borstelsteel en wat triplex-plankjes om zelf wat te knutselen. Maar door al de restjes hardhout die er lagen geraakte ik met dat zaagblad zonder zaag onmogelijk door. Mijn rechtervingertoppen waren er nu al bangelijk aan toe omdat ik zo hard op dat ijzeren randje van dat zaagblad moest drukken om de triplex verzaagd te krijgen.
Dus besloot ik om de bouwvakkers te zoeken, die moesten volgens mij een wipzaag hebben. Niet dus. Maar één van hen snapte mijn bedoeling en troonde mij mee naar de werkplaats waar een grote, oude, verroeste jefzaag lag. Samen hebben we dan met veel moeite de pootjes voor mijn tafels kunnen zagen. t Was precies een slapstick gelijk we daar met die grote zaag aan die piepkleine blokskes bezig waren.
Ik was dus overgelukkig want nu had ik ineens een bakske vol timmerhout. Een emmerke groter dan t EHBO-potteke van t hotel! Int vervolg toch best een klein figuurzaagske in de bagage steken. Een tang heb ik al maar een zaag is toch echt iets onmisbaars voor een toerist.
Net toen al mijn geknutsel terug in zakken was gestoken viel de eerste druppel en moesten we zo snel mogelijk weg zien te komen. Moesnat met pak en zak in t restaurant binnengestoven en daar alles neergepoot. Ik ben dan even in zee gaan dobberen in de gietende regen want ik was echt moe en bezweet. Paul kon jammergenoeg niet mee door zijn kniewonde.
De regenbuien zijn hier ordelijk. Meestal duren ze maar een half uur en dat is dan een goede moment om onze lunchpicknick te houden.
Ik ben daarna dan maar alleen gaan snorkelen in t avondlicht. De nachtbewoners van t rif begonnen te ontwaken. De zeeëgels waren in volle opmars! Ze kwamen traag uit alle spleten en hollekes. Ge hebt er met lange zwarte stekels, die allemaal zachtjes in beweging zijn alsof ze het water aftasten, en met stekels die zwart en wit gestreept zijn. Maar allemaal bestaat hun lijf uit een prachtig getekende bol waarboven een zacht tepeltje uitsteekt. Dat is soepel en beweegt mee met de stroming, het is oranjegeel en geeft precies licht, zodat het er s avonds op lijkt alsof ze een lantaarntje meedragen. Een feeëriek schouwspel!
Bedtijd voor paarse anemoon.
Zachte koralen bij valavond.
Featherstars.
Dubbele featherstar.
De zeeëgels rukken op.
Zwart-wit gestreepte zeeëgel met gespikkeld "lantaarntje".
Zwarte zeeëgel met oranje "lantaarntje".
Denneboomwormpje. Als je niet heel voorzichtig nadert dan trekt hij zijn "boompje" in en schiet er niets dan een hol kokertje over.
Ik heb ook een foto van een donkerblauwe gevlekte tandbaars met fluo purperen stipjes die net zijn bek uitstulpt en zijn mond opent. De ochtendgaap van een nachtdier. Wat een wondere wereld is dat hier toch onder water
De donkerblauwe tandbaars stulpt zijn mond uit.
Vanavond waren er wel veel sublieme blauwe vissen met een geweldig gedetailleerde tekening die me aanvielen en beten. Ik kon hen jammergenoeg niet fotograferen want t waren allemaal supersnelle en uiterst wendbare kereltjes die veel te dicht bij mijn lens kwamen.
Toen ik terug boven water was zijn we naar de zonsondergang gaan kijken op t zuidpunt bij de Goddess of Mercy-rots. Het is minder dan 10 minuutjes sukkel-klauteren van bij ons, en t loonde de moeite. Ge ziet de zon achter de godsbeeldrots verdwijnen. Maar dan moet ge wel zien dat ge direkt aan de terugtocht begint want als ge die in de volslagen duisternis moet doen dan zoudt ge nog wel eens een paar andere details dan alleen maar een knie kunnen beschadigen. Dan zijt ge filet pur eer ge thuis komt.
Kwam dan nog bij dat ook ineens het licht in ons hotel uitgevallen was, dus dat was ook geen baken meer waar we ons op konden richten. Net op tijd in t café geraakt (dat dus ook de eetzaal is) en daar zaten we dan allemaal in de pikkendonkere. Er was geen noodverlichting, geen pillampen, zelfs geen kaarsjes. Heel geestig. Behalve waarschijnlijk voor de sukkels die op deze moment in hun kamers zaten want die konden moeilijk buiten komen zonder hun nek te breken. Voor ons was t heel romantisch want wij zagen één voor één de eilanden volledig in de zwartheid oplossen tot alleen hier en daar nog een lichtje van een bootje overbleef. Voor de rest niks. Duisternis.
Maar ik kon nog zitten schrijven bij de schermverlichting van mijn fotoapparaat, en een garcon is met de pillamp van t hotel beginnen rondlopen. 1 stuks dus.
Ineens duikt uit de duisternis een van de receptionistes dolblij aan ons tafelke op (met dè pillamp!), kirrend : Pa! Have baneet!! (Paul! Ik heb de band-aids!!) Ze had tien grote pleisters bij, opgepikt in Trang Hospital. De prijs stond er nog op, ze kosten 35 bath het stuk (1 Thaise bath is ongeveer gelijk aan 1 oude Belgische frank, dus dat rekent hier heel makkelijk). Het waren europese want de tekst stond er zelfs ook in t nederlands op. Heel goed spul! We hadden haar kunnen kussen!!
Ze kregen de generator terug aan t werk dus konden ze beginnen koken. Ik kreeg een Spaghetti Napolitana, bestaande uit een klein hoopje spagetti met een hoop rauwe groenten in mayonaise en met look doordrenkte toast. Als combinatie niet zon succes, maar alles apart was best eetbaar. Toen de meeste mensen aan hun hoofdgerecht bezig waren kwamen ze plots zeggen dat ze t licht nog even voor 10 minuutjes gingen uitdoen. Plof! En daar zaten al die mensen in volslagen duisternis trachtend hun vis vol graten in hun mond te krijgen. Ze zagen nog zelfs hun bord niet meer staan! En ze hadden dan al zoveel moeite moeten doen om t juiste besteld te krijgen en toch iets anders voorgeschoteld te krijgen. Sommigen zagen de humor van de zaak niet meer in en begonnen te zagen. Als ge luxe wilt moet ge maar een luxehotel betalen en niet op dit lieve knusse basic-gedoe komen zitten. Flauwerikken.
Maar aan de andere kant, zit nu rustig een soepke te eten, en krijg ineens zon vissekop in uw mond... Echt geestig kan dat niet zijn. Ge hebt wel één voordeel : niemand ziet dan dat ge hem pardoes terug zou uitspuwen.
We zijn dan stillekes moeten blijven zitten tot er terug licht was. Maar in de rest van t hotel was t nog donker. Op de bureau was er nog geen electriciteit, dus ook geen internet. De meiskes zaten met hun handjes in hun verzorgde kapseltjes want nu moesten ze met de hand de rekeningen maken en dat was nu toch wel echt veel gevraagd. Bovenal : ze konden nu niet zitten mochelen op de pcs. Iets wat ze t meeste deel van de dag doen, samen met de resultaten van hun loterij nakijken en spelletjes spelen. Ja, nu waren ze op de receptie wel echt zwaar gehandicapt.
Toen er nog wat extra licht was konden we naar de kamer. Gezellig de wondjes verzorgd. Mijn vier linkse vingertoppen zijn gekoraald, pijnlijk en opgezwollen, met kleine sneetjes, en twee toppen van mijn rechtse hand zijn nogal gehavend door het zagen met een zaagblad zonder zaag. Dus bij mij valt de schade goed mee. Vanavond ben ik wel zo slim geweest om met een latex handschoen te gaan snorkelen. (Nee, natuurlijk heb ik die niet hier gevonden. Die heb ik gewoon in mijn EHBO-doos zitten!)
We zijn dan maar na de avondlijke wondenlikking gaan slapen, een beetje ambetant want doordat er geen internet was weten we nu helemaal niet waar "Pandorake" zich ergens op deze grote wijde wereld bevindt
Lees verder : 11. "Een Godje op uw gat en Boedha naast de pyramide van Cheops." Klik hier.
Hier volgt het negende uittreksel uit het verhaal van dinsdagnamiddag 14 november :
Toen Paul terug wakker was van zijn middagdutje aan 't zwembad besloten we om naar het Fantasy Hotel te klauteren (scherpe rotsen, lianen, ge kent het verhaal ) om daar misschien een winkeltje met pleisters te vinden. Gesteld dat ze dat niet hadden zou een sjieker hotel alleszins een zinnigere EHBO-kit hebben en konden we daar misschien enkele grote pleisters uit overkopen. We konden er alleen maar beter van worden. Dáchten we alweer.
(Eigenlijk zou die kniewonde genaaid moeten worden. Maar ik denk dat we dat maar best vergeten. Ik zie ze hier al met een borduur-kitje afkomen...)
Dus begonnen we aan onze Tarzan-tocht en een half uur dabbelen later bleek dat het Fantasy Hotel weliswaar een winkeltje had met enkele beeldjes, pareos, condomen en zeesloefen (in allemaal dezelfde maat). Maar pleisters, nee hoor. De receptie dan maar aangepakt. Makkelijk want ge hoeft niets uit te beelden gewoon Paul zijn knie omhoog te houden en plooien, en dan sijpelt het bloed en de zooi er zo uit.
Met typisch Thaise zin voor dramatiek en zorg werd hij direkt verplicht in een stoel in de lobby te gaan zitten en werd hij omringd door een tiental Thaikes waaronder de manager himself. Ze lieten de EHBO-kit direkt aanrukken!
In dit geval wat het een plastic doos (ongeveer van t formaat als de mijne) waar buiten wattenstaafjes, ontsmettingsspul en de piepkleine plakkerkes ook een windel in zat. Zon rafelig dingetje dat ons echt niet vooruit kon helpen. Want onze bedoeling was enkel om enkele grote waterdichte plakkers te kunnen kopen om over die snee van 7 cm te plakken zodat Paul terug kon gaan zwemmen de volgende dagen. Maar ze wilden van geen ophouden weten, die knie moest en zou met die windel ingepakt worden. Dus met zijn allen begonnen ze zich van die taak te kwijten, overgelukkig dat hun zorgzame inborst nog eens in al zijn volheid een toerist kon overstelpen. Toen de knie omzwachteld was kwamen ze tot de constatatie dat ze geen pleisters hadden om de windel dicht te maken, dus besloten ze daarvoor het plakband rolleke van de receptie te gebruiken. t Werd er hoe langer hoe mooier op! Paul zijn been begon waarlijk om een modern kunstwerk te lijken. Natuurlijk mislukte dat project met die cello-tape grandioos. Uiteindelijk is t kunstwerk dan maar dichtgeknoopt met de windel zelf. Ze weigerden zelfs centen te aanvaarden want ze waren al meer dan dankbaar genoeg dat ze hun behulpzame boeddha-natuur nog eens hadden kunnen laten stromen.
Jammergenoeg konden we daar niet blijven eten want dan moesten we daarna in den donkere terug met een boot. En om op die boot te kunnen geraken moet ge ver door t water sukkelen want t was eb en die knie mocht niet nat worden Dus moesten wij zien dat we voor de zon onder was terug onze Tarzan-tocht achter de rug hadden. Of onder de knie, t is maar hoe ge t beziet. Wat perfect lukte, want we beginnen stilaan de hoeven van bergbokken te krijgen en de handen van apen.
Klaar om de klautertocht te beginnen...
Even rust voor de gewonde... Enfin, niet zozeer voor gewonde als wel voor de windel waarvan ik vreesde dat die de toch niet ging overleven.
Terug in ons hotel op t internet eens op de UPS-tracking-site gekeken waar "Pandorake" op dit ogenblik zou kunnen zitten. En dat blijkt in Keulen te zijn. Daar zit ze al van vrijdag voor een of andere misterieuze reden vast. Wisten ze ons te vertellen aan de telefoon. Op de duur gaat onze communicatie-rekening hier duurder worden dan de hotelrekening. UPS zelf weigert naar ons te bellen, want zij doen geen internationale gesprekken. Ze vinden dat te duur...
Em zijn vervanger was ondertussen aangekomen en wie bleek dat te zijn?!! Jacky!!! De persoon waar ik altijd mee gemaild had om deze kamer te boeken en info te vragen. Ik was er in de mails nooit achter gekomen of ik nu met een jongen of een meisje te maken had, maar dat werd direkt overduidelijk.
Met een zachte, vriendelijke stem, die mooi Engels zong, legde hij uit dat hij met liefde en plezier Pauls knie wou verzorgen maar hij bezat dus enkel die piepkleine plakkerkes en die konden natuurlijk niet op tegen het fantasievolle kunstwerk dat de jongens van 't Fantasy Hotel van Paul zijn knie had gemaakt. (Als bij wonder hing die windel na onze klimpartij naar huis dus nog altijd op zijn plaats!) Toen kwam de manager langs, maar die zijn Engels is nog maar weinig ontwikkeld. Met de hulp van Jacky kreeg hij ons gezegd dat hij morgen in Trang Hospital grote plakkers ging gaan kopen en dat ze morgenavond met de boot mee zouden komen. Ik hou mijn hart dus vast (en Paul zijn knie) aan wat we ons nu weer kunnen verwachten
Jacky was ook zo lief dat hij direkt voorstelde om zo vlug "Pandorake" in Bangkok zou arriveren dat hij de telefoonqueeste zou overnemen in de hoop alles wat sneller te kunnen laten gaan. Dat kan dus meevallen, als ze vandaag uit Keulen zou vertrekken dan zal ze morgen wel in Bangkok zijn, dus in t beste geval heb ik haar dan toch overmorgen hier. t Zou zo fijn zijn moest heel die zever eindelijk eens gedaan geraken, en ik terug zoals op elke reis verhaaltjes op mijn laptopke kon typen.
Gisterenavond had ik fritten als voorgerecht en soep als hoofdgerecht, als ik me goed herinner. Vanavond was het eerst kokosnoot, dan fritten, gevolgd door lekkere springrolls en dan franse uiensoep, of wat daar voor moest doorgaan. Ik heb misschien niet echt lekker gegeten maar dan toch vanalles.
Paul had een whisky besteld, had er al eens van geproefd, en toen kwam de garcon terug, mummelde Sorry is wrong one, pakte het glas terug weg en zette het enkele tafels verder voor een andere hotelgast zijn neus. Moet kunnen.
Jacky en Paul.
Jacky kwam gezellig wat bij ons zitten en dat bleek echt een toffe kerel. Hij wist er al van dat Paul mee geholpen heeft de tempel voor Phra Phrom te bouwen en gaf wat meer uitleg over de religie hier in t hotel. Hindoes, boedhisten en moslims werken hier vlot samen, ze eten ook gezamenlijk. Er staat zelfs varkenvlees op tafel en de moslims eten daar dan gewoon niet van. Zo simpel blijkt dat hier te gaan. Zelf is hij boedhist maar I offer and pray for everything that is good zei hij met een schattige glimlach.
Phra Phrom blijkt een hindoegod en door zijn vier gezichten beschermt hij alle kanten van het hotel. De naam van het eiland is Ngai en dat betekent prinses in de taal van de moslims hier. Jacky is wel een beetje bezorgd want er bestaat hier in de buurt ook een Kiekeneiland dat op dezelfde wijze wordt uitgesproken en hij hoopt dat dat niet voor verwarring bij UPS gaat zorgen. Wat een geruststelling toch weer. Stel u voor dat "Pandorake" van Bangkok eerst nog naar dat Kiekeneiland verzonden wordt! Ik mag er niet aan denken!
Phra Phrom met zijn vier gezichten.
Op een honderdtal meter van ons hotel, helemaal op de zuidpunt van t eiland steekt een heel hoge rots uit het water. Dat is voor hun de Chinese Goddess of Mercy, ze gaan die beklimmen en witte linten rond binden om er vruchtbaarheid af te smeken. Ge ziet hier is voor alles wat wils. t Is trouwens een rots, die moest ze bij ons staan, waarschijnlijk zou aanzien worden voor Onze Lieve Vrouw.
We konden jammergenoeg ineens niet meer mailen want door de hoge luchtvochtigheid is de satelliet-antenne nat geworden en die blijkt uit papier te zijn dus die werkt niet bij nat weer. Die uitleg die we dus destijds telkens in Khaolak kregen van Is rain, is no internet today! blijkt dus wel degelijk te kloppen.
De bereikbaarheid is hier niet alles. Want als de golven te hoog zijn kan hun grote speedboat niet aanleggen aan hun steiger. Dan worden de toeristen eerst in de luwte van een rotsinham van Koh Chuek overgeladen in een longtail, waarmee ze dan wel tot hier kunnen sukkelen. Moet boeiend zijn als ge groggy van de jetlag nog eens met al uw valiezen door hoge golven kunt gaan beginnen djampelen.
Jacky heeft aan Paul een papier laten schrijven zodat hij in onze plaats Pandorake in ontvangst kan nemen als ze bij hun op t bureau in Trang aankomt. Voor de veiligheid hebben we hem ook nog onze kleurenkopieën van onze paspoorten meegeven. Zo rap hij iets weet gaat hij ons een sms sturen want morgen verlaat hij alweer Koh Ngai om terug naar kantoor te gaan. Ik vond het spijtig dat hij zo rap weg gaat want ik had er heel graag veel langer mee gepraat, van hem kunt ge echt veel bijleren omdat hij perfect Engels spreekt.
Mijn eigen bijdrage tot het kniekunstwerk. Een verpakking om de windel niet nat te laten worden onder de douche...
Lees verder : 10. "De lantaarntjes van de egels en de ochtendgaap van een nachtbewoner." Klik hier.
Hieronder het achtste deel van "Uittrekseltjes uit mijn reisverhaal". Dinsdag, 14 november 2006.
Het veldhospitaal.
Vannacht om 4 uur ineens een sms van UPS. De export-manager schrijft dat "Pandorake" sinds vrijdag vertrokken is! Wie van die kerels zit er nu te liegen?! Want gisteren had iemand haar nog in t pakhuis in Zaventem zien staan! t Was alleszins geen leuk begin van de dag. Waar op deze grote wereld zit mijn arme laptop nu toch?...
Vanmorgen hebben we de truuk gevonden om zelf onze pannekoeken en onze French Toast - wat wij verloren brood - noemen, op te warmen. Ge legt ze gewoon op de broodtoasterplaat!!! Een mens wordt toch slim hé!
We waren met Mek afgesproken om naar de achterzijde van t eiland te gaan snorkelen maar ze hadden hun longtail nodig om een excursie te doen. Dus stelden ze voor dat wij dan maar met een kanootje zouden varen. Ah nee, daar had ik nu echt geen zin in, want gesteld dat ge met zon prutsbootje in zon tropische bui terecht komt is weer heel uw boeltje nat.
Op de duur waren ze wel bereid om ons even met de longtail weg te brengen en ons drie uur later terug op te komen pikken op dat strand. Dat leek me best een leuk idee. Dan konden we gezellig onze spullen op t strand leggen in een plastic zak en rustig gaan snorkelen en als onze batterijen leeg waren konden we makkelijk even uit t water komen en ze verwisselen en als we moe waren eens efkes lekker op 't zachte zand in de zon gaan liggen.
Had ik gedacht dus.
Maar
De bootsman kon niet landen aan dat strand wegens te laag water, dus voer hij ons naar de griezeligste, venijnigste rotsen die ge u kunt voorstellen, Mek begon heel onze hebben en houden in een grote plastic zak te bergen en we konden met al onze rommel aan land beginnenzwemmen. Dat was nog niet zo erg. Maar dan moesten we blootsvoets aan wal kruipen. En ineens hoog genoeg omdat het vloed werd en onze rommel anders t risico liep om weg te spoelen als 't water ging opkomen terwijl wij aan 't snorkelen waren. Een zéér pijnlijke 10 meter voor voeten, knieën en handen want het waren van die lavarotsen waar dan ook nog eens, als extra geseling, dode oesterschelpen op gegroeid waren. Niks dan puntige, messcherpe dingen Goed dat wij een harde training op de vloer van onze boomhut hebben gekregen
Dan die 10 meter terug naar 't water met onze vinnen en brillen en cameras... Wat een gesukkel... Mek stuurde de boot terug weg en bleef gezellig bij ons om mee viskes te kijken. Vanzelfsprekend bleek de interessante plek 500 meter verder te liggen. Dus, flink sprintje getrokken, maar wat we daar te zien kregen was mooi. Niet te vergelijken met de zachte koralen aan de twee rotskes aan onze kant maar wel de moeite. En 't was lekker laag water dus we zaten met onze neus echt boven op de koralen.
Grote platte ovalen schijven bezaaid met ontelbare bloemvormige topjes, ronde bollen met putjes als honingraten, ingewikkelde spiraalvormen, voorhistorische monsterschelpkes, blauwgrijze groepjes die eruit zien als termietenheuvels met zachte afgeronde toppen, een enkel eenzaam breinkoraal, waarvan het oppervlak lijkt op menselijke hersenkronkels, en mijn favoriete doopvontschelpen, in álle kleuren!
De voorhistorische monsterkes.
En ja, sorry, weer een reeks van mijn geliefde doopvontschelpen... Ik kan 't écht niet laten Ze hebben hun naam te danken aan 't feit dat ze vroeger in de kerken als doopvont werden gebruikt, ge ziet ze ook nog veel als wijwaterbakje.
Hiervoor drie foto's van mondjes, en nu het poepeke...
Beloofd, nu stop ik weer voor minstens twee dagen met u doopvonten te laten zien. Maar ze zijn echt een verslaving voor een macro-fotograaf. Voor Japanners zijn ze ook een verslaving maar dan voor hun tong. Maar ja, wat spelen Japanners en Chinezen nu niet binnen?... Ik heb er ooit eens soep van gegeten in Florida, maar het smaakte naar niks. Dus ik moet die beesten niet in op mijn bord hebben, voor mijn lens is zovéél leuker!
Hier ziet ge een doopvontschelp die zich vastgezet heeft op een bol koraal met daarrond die mooie schijvenkoralen (waar ik toch dringend de naam eens van ga moeten opzoeken...)
Mek had zonder dat ik het wist een doopvontschelp losgewrikt om het vlees (of moet ik zeggen "de vis"?) aan de vissen te kunnen voederen. Ik ben hier niet zo'n voorstander van. Maar kom, er groeien er hier echt wel heel veel.
Een breinkoraal. Heel vergelijkbaar met de krulletjes van onze hersenen.
Een koraaltje waarvan de poliepjes openstaan. Iets wat je zelden overdag ziet.
Weer weinig vissen gezien maar mooie fotos gemaakt van de interieurkes van de doopvonten. We moesten wel zuinig zijn op onze batterijen want we konden niet efkes een kilometerke over en weer zwemmen en rap aan land stappen om te gaan wisselen.
Na drie uur plezant ploeteren moesten we onvermijdelijk dus terugzwemmen en weer die rotsoever op sukkelen om ons gerief te gaan halen. En toen liep het mis, Paul gleed uit en viel met zijn knie op één van die scheermesstenen. Een diepe brede snee, net onder zijn koraalwonde van gisteren. Mek had een koelbox met ijs en fleskes water mee genomen en dus konden we de wonde wel een beetje zuiveren en koelen tegen de pijn. Al snel kwam de boot eraan en konden we terug maken dat we aan boord sukkelden met al onze rommel. Ik zit altijd te zeggen dat duiken voor mij een te groot gedoe en te vermoeiend is maar dat snorkelen is eigenlijk toch ook niet altijd zo simpel als ge er bij stilstaat. (Gesteld dat ge op die moment op die rotrotsen de kans had gehad om ook maar érgens bij of op stil te staan.)
Bij mij vallen de kwetsuren nogal mee op dit moment. Op de meeste reizen zie ik er rond deze tijd al veel erbarmelijker uit. Gisteren heb ik mezelf een beetje beschadigd omdat ik per ongeluk een pirouette tijdens t fotograferen maakte omdat ik te lang onder was gebleven en ik wist dat ik onder een rotsrand zat, dus ik wou mijn kop beschermen om daar niet tegen te knallen bij t boven komen en ik kwam er, knots, met mijn elleboog tegen terecht. Op zich niet erg, maar t is een ambetante plek om een wondje te hebben want ge steunt er altijd per ongeluk op. Zeker tijdens 't genot van diner in 't restaurant...
Paul zijn snee is een heel stuk bangelijker. We hadden een héle grote plakker nodig en die had ik niet in mijn medicijndoos zitten. Dus zijn we na de picknick maar even naar de receptie gegaan in de naïeve veronderstelling dat die wel een serieuze EHBO-kit zouden hebben voor al die kindjes die hier tussen die rotsen rondsukkelen en toch ook al wel eens zullen toegetakeld geraken kan, dat toch niet anders! Dacht ik dus.
De lieverds kwamen voor de pinnen met een klein emmertje, waarin een flesje met een bodempje alcohol zat, een flesje met tinctuur, enkele heel kleine pleisterkes en waar op de bodem twee onverpakte proppen watten rondslingerden. Dat was dus de Eerste Hulp-doos van t hotel. Meer was er niet. Voor een hotel met in t hoogseizoen 300 gasten!!!
Ik mag er niet aan denken als hier ooit iets ernstigs gebeurt Gaan ze dat dan repareren met hun ondoorgrondelijk glimlachje of een gebedje voor Phra Prot? Meer mogelijkheden zie ik hier echt niet.
Lichtspiegelingen op 't zwembadwateroppervlak. Er is toch zo veel moois op deze wereld als ge er maar even bij stil wil staan...
We hebben ons dan maar t aan t zwembad geploft maar voor mij was t niet boeiend want er zaten een paar kinderen kabaal in te maken. Paul daarentegen sliep binnen de minuut als een roos. Ik wou wat op t strand gaan liggen maar ik ben er niet zo gerust op dat er geen zandvlooien zitten. Ik heb hier een baby-tje gezien dat zo erg gebeten was dat het eruit zag als een vliegenzwam. t Kunnen ook mazelen zijn, zon kenner ben ik niet. Maar de mama zegt dat t beten zijn.
Dus ben ik maar wat stenen en planten gaan fotograferen. Ik geraak op al die vormen en kleuren toch niet uitgekeken.
Hier volgt het zevende stukje uit mijn reisverhaal. Maandagnamiddag, dag vier op Koh Ngai :
Mek, de bootsjongen die zo veel van vissen kende, vroeg of hij niet best de boot zonder ons zou terugsturen en dat we onderwater terug naar huis zouden zwemmen. Natúúrlijk zijn we daar op ingegaan! Het was schitterend dat hij ons deze plek gewezen had want vanaf nu kunnen we daar dus altijd op eigen kracht naartoe zwemmen! We waren de jongen heel dankbaar en hij was blij dat hij ons zo gelukkig gemaakt had. Zeker toen we hem vanavond de fotokes toonden op de receptiecomputer.
(Goddank dat we die mogen gebruiken want anders hadden we zonder ons laptopke, "Pandorake", om onze fotos op te slagen, maar een minumum aantal fotos van deze reis kunnen bewaren.)
Ons huisrif zag er vandaag trouwens goddelijk uit, heel helder en niks zanderig. Op honderd meter van t strand is een drop-off en op die rotsmuur groeien de mooiste koralen en leven leeuwenvisjes en papegaaien. Ik heb er zelfs een sublieme slak kunnen fotograferen. Drie centimeter groot, een wit lijf met zwarte oogjes en antennetjes in de vorm van mini-waaierkoraaltjes op haar kopke.
Met deze foto was ik héél gelukkig! Hier zie je het witte slakje. Let vooral op die fijne zachtje takjes op zijn, heu, "voorhoofd?"
Een dikke zeester. Zoals je ziet hebben niet alle zeesterren vijf scherpe punten. Bij dit model zie je wel de vijf indelingen maar totaal geen armen.
We hebben voor morgen alvast met Mek afgesproken (die ik per ongeluk "Kwek" noemde) om ons naar de oostkant van ons eiland te varen (nee, dat gevecht tegen die ondoordringbare jungle gaan we écht niet nog een keer over doen!)
Het is hier heel fijn om te snorkelen omdat t water lekker warm is, ge kunt er uren in rond dartelen zonder kou te krijgen, ik draag hier zelfs geen wetsuit. Heel wat anders dan blauw verkleumd en rillerig uit de Rode Zee te kruipen na een uurke snorkelen. En als t regent is t helemaal zalig om te zwemmen want dan lijkt de zee nog lekkerder en voelt ge de koele druppels op uw rug terwijl uw buik in een warm bad lijkt te liggen.
Na een ochtend van 4 uur zwemmen en duiken kwamen we doodmoe op ons strand aan, en zijn na een verfrissende zwembadplons naar onze hut getrokken, en dat bleek een perfecte timing. De dikke wolken naderden, Koh Ma en Koh Chuek verdwenen kompleet in de regennevels, en wij konden lekker droog picknikken op t terras.
Toen we na onze picknick wat bekomen waren van onze snorkelochtend zijn we na t eten even pardoes in slaap gevallen. Wat niet zo erg was, want het bleef toch grijs en t dutje deed deugd. We hebben zelfs door t geluid van een Boeing-krekel doorgeslapen! Kunt ge u indenken hoe moe we nog zijn.
Even adem komen happen!
Gisteren hadden we zitten praten met een Zweeds koppel dat vandaag naar Koh Kradan vertrokken is, ze stuurden nu al een sms dat we daar zeker niet moesten gaan logeren want dat ze er zelf niet gingen blijven. Het enige pluspunt van het zeer basic hotel daar was dat er al dag en nacht electriciteit was wat daar vroeger niet het geval was. Dus besloten we om, zelfs nadat Pandorake aangekomen zal zijn, toch maar lekker knus op dit eiland te blijven. Ik denk niet dat we t beter kunnen treffen.
Die Zweden zijn toch een dapper volk! Die island-hoppen hier met heel hun kindertrossen. Die verhuizen om de drie dagen van eiland met heel hun hebben en houden. Daar is moed voor nodig vind ik. Ze komen hier totaal onvoorbereid aan en trekken gewoon hun plan, ze reserveren niet, ze trekken gewoon rond. Het zijn best fijne mensen, ze zijn erg op zichzelf, maar toch heel vriendelijk, beschaafd en t zijn geen strekenverkopers of druktemakers. Althans toch diegenen die we hier ontmoeten.
Paul is dan de fotos gaan saven en ik heb wat zitten schrijven. Tijd voor verveling is er niet maar ik mis mijn Pandorake toch zo erg! Zoveel inspiratie en alleen twee mini-notablockskes om alles te noteren
Bomvolle notaboekjes, en geen enkele winkeltje om er eentje bij te kopen...
Volgens de tracking-pagina op t web staat "Pandorake" nog altijd op Zaventem hoewel ons beloofd was dat ze vandaag écht ging vertrekken. Van een Express Plus-zending gesproken! En dat kost dan meer dan 200 euro!
Die laptop-historie wordt hoe langer hoe bangelijker! Het is echt ontmoedigend aan t worden. Blijkt nu dat die trienen van het call-center van UPS ons het verkeerde faxnummer gezegd hebben waarop de faktuur van Pandora moest doorgefaxt worden. En dat die fax dus nooit aangekomen is en ze nu, na een week, nog altijd in Zaventem staat, terwijl ons beloofd was dat ze vandaag hier zou aankomen.
Paul heeft dus weer een kwartier met UPS zitten bellen. Dat is altijd behoorlijk stressy want internationaal bellen kost 3 euro per minuut. En ge moet dus elke keer terug helemaal opnieuw met uw uitleg beginnen tegen een onwetend en dikwijls onwillend personeelslid.
Toen bleek dat die fax op de verkeerde verdieping is terecht gekomen en niet op het exportbureau. Ondanks het feit dat op die fax in grote letters Heel dringend!!! stond hebben die ellendelingen van dat verdiep toch vertikt om onze fax naar het juiste bureau te brengen. Maar eer we dit allemaal aan de weet kwamen, waren we alweer enkele gezellige uren van faxen, bellen en mailen later.
Sommigen beweren dat ze toch vertrokken is en iemand anders zegt dat hij ze daar voor zijn neus ziet staan. Ik begin stilaan te vrezen dat ze verloren gegaan is. Ik probeer me dat niet aan te trekken want ze is verzekerd en er staan geen dingen op die ik thuis niet op mijn grote pc heb staan, maar toch Echt van me afzetten kan ik het niet, het blijkt door mijn hoofd spoken. Heel die affaire zet toch een zware domper op de pret. Alhoewel er hier zoveel goeie dingen zijn.
Wij hebben echt chance met de ligging van dit hotel. Helemaal ingesloten, dus geen passage van gasten van andere hotels, een mooi zandstrand en geen puntige stenen ervoor zodat ge op een vrij grote plek ook nog gewoon kunt in t water spelen en dobberen zonder u te beschadigen. t Moet er wel hoog water voor zijn.
t Superhuisrif is helemaal onbetaalbaar. Om nog te zwijgen van de zalige rust en het majestueuze uitzicht dat minuut na minuut verandert. t Is hier zeker geen luxehotel, en t eten is een verschrikking, de reuk van Phra Prot is soms hinderlijk, maar dat neem ik er op de koop allemaal graag bij. Dat weegt echt niet op tegen al de positieve aspecten van deze wonderplek.
t Is heel praktisch om op een eiland in een National Marine Park te kunnen logeren zonder er altijd met een boot naartoe te moeten. Ge stapt s morgens uit uw bed en ge staat direkt in t paradijs. Ferm gemakkelijk. Ik hoop dat deze plek nooit door t massatoerisme ontdekt wordt zoals Koh Phi-Phi met zijn doolhof van opeengeplette winkeltjes en lawaai-bars. Ge moet er hier wel tegen kunnen om vrij basic op een stukske eiland vast te zitten, dus misschien is dat wel een reden waarom het hier lang zal gevrijwaard blijven van t groot toerisme. De meeste mensen blijven hier maar een dag of twee, drie, dan schijnt de verveling onherroepelijk toe te slaan.
In t hotel is t nog altijd heel rustig. Zweedse gezinnen met beschaafde kinderen. Ge kunt er altijd gewoon in een pareoke rondhossen, opkleden hoeft niet. Uw kleding zou het trouwens ook niet overleven met al die puntige rotsen.
Als we gaan eten in t Fantasy Hotel hiernaast, in dat toch wel een streep sjiekere restaurant dan onze refter, dan krijg ik zelfs daar mijn cola toch ook nog altijd geserveerd in een blikje met een rietje. Vanzelfsprekend komt ook heel de bende van ons hotel daar aan in slechte kleren om over die rotsen te kunnen klimmen, de ene in al wat gehavendere toestand dan de andere. Maar in avondkleding ben ik hier nog geen mens tegengekomen. Ik ziet al gebeuren om met een lange rok opgestroopt tot onder uw oksels struikelend naar een boot die diep in zee ligt te waden. Met een sjacoche balancerend op uwe kop!
Ik heb dus, ondanks het grondig wieden van mijn kledingpakket op t laatste moment, toch weer veel te veel kleren bij.
Zicht vanop onze steiger naar het lange zandstrand waar het Fantasy Hotel met zijn relatief lekkere restaurant lag. Helemaal links op de foto zie je een klein deeltje van de rotsen waar we steeds over moesten klauteren om er te geraken.
Sinds Em gisteren naar t vasteland vertrokken is, is de receptie in handen van Tavorn en das best een vrouw van goede wil maar Ems Engels was veel beter. Dus nu loopt alles nog een beetje meer op stenen want nu is er helemaal geen verstaanbaar aanspreekpunt meer in ons hotel.
Vanavond ben ik dus maar gaan inbreken in t werkhuis om een hamer te gaan pikken zodat we zelf de uitstekende nagels in de vloerplanken van onze boomhut dieper kunnen kloppen want Paul heeft zijn voet weeral opengehaald. Ik denk dat die Thai denken dat wij de voeten van een fakir hebben. Toch liever zelf even klussen dan dat allemaal aan Tavorn te moeten gaan explikeren!
Ge krijgt veel op een dag gedaan als ge altijd om 5 uur uit de veren zijt hé?!
Zesde uittreksel uit mijn reisverhaal van maandag, 13 november 2006 op Koh Ngai.
In de groententuin van de onderwaterkabouters.
Aangezien op t ontbijtbuffet de hesp in een bak heet water bewaard wordt, en de warme gerechten op een koele plaat gelegd worden, gaan we met onze pannekoeken - of die dikke dingen die er voor moeten doorgaan - naar de eierbakker en laten we hem die in zijn panneke opwarmen. Vervolgens fileert ge ze dan gelijk een vis, zodat ge twee dunne bruine vellekes over houdt en de binnenste dikke plakkeboel verwijdert. Een intensieve bezigheid maar dan houdt ge iets vrij smakelijks over waar ge wat siroop overheen kunt gieten.
t Is niet erg om wat langer aan t ontbijt te zitten prutsen want ge hebt een overheerlijk zicht op de eilanden waarvan ge weet hoe mooi het er onder water is maar die jammergenoeg alleen te bereiken zijn met een boot. Die dus kapot is. Maar ze hebben vandaag voor een vervanging gezorgd! Dus kunnen we eindelijk toch naar Koh Mah en Koh Chuek gaan snorkelen. Het eigenlijke doel van deze reis.
Er ging nog een ander koppel mee die nog nooit gesnorkeld hadden. Die mensen zijn dus voor de rest van hun leven bedorven want t zal moeilijk worden om later nog mooiere zachte koralen en anemonen te kunnen vinden dan diegene die ge hier ziet.
Net zoals twee jaar geleden waren we dus op weg naar Koh Mah maar nu vanuit een andere richting. Het grote verschil was dat we nu al op voorhand wisten welke pracht ons te wachten stond.
De jongen van t hotel die met ons mee vaarde, Mek, was een fanatiek snorkelaar en hij zwom gezellig mee en toonde ons waar de leukste dingen te zien waren. t Was weer fantastisch! Al die zachte snoepjes-kleurige koralen stonden er nog, en het hele veld met zacht wapperende anemonen lag er nog even ongerept bij als toen. Het lijkt er wel op de vreemdsoortige groententuin van een onderwater-kabouter. Vervelend genoeg begonnen onze cameras aan te dampen en zijn de fotos niet geweldig.
Pal op de middag waren we aan Koh Chuek en al de anemonen stonden natuurlijk in hun volle pracht open, er waren er maar weinig die zich in hun fluwelen, purpere zak teruggetrokken hadden. En zo in hun pyama-outfit vind ik ze eigenlijk wel op zijn mooist. Als ze eruit zien als exotische bloempotten waar wiegende plantjes uit lijken te groeien. Maar zo kan je ze enkel s avonds aantreffen. Nu was het een wapperende zee van tentakeltjes waar vele variëteiten clownsvisjes boven zwommen. De klassieke oranje-wit-gestreepte Nemo-visjes, maar ook zwart-witte, oranje en bruine. Sommigen al schuchterder dan anderen die heel dapper de camera aanvallen. Paul heeft een prachtig filmpje waarop een Nemo gewoon met zijn neus enkele keren tegen zijn lens komt tikken en ge hoort hem botsen! Héél geestig!
Een visje wentelt zich knus in zijn anemoon. (Diverse soorten anemoonvissen leven in symbiose met deze planten. De anemoon haar tentakels zijn giftig en doordat de vissen zich hierin wentelen worden zij oneetbaar voor andere vissen. De anemoon is bij deze "huurders" gebaat doordat deze kleurrijke vissen (Nemo's!) andere dieren aantrekken die de plant dan weer als voedsel kan gebruiken. En ze leefden samen nog lang en gelukkig )
's Avonds plooien de anemonen zich in een zak. Op deze foto zien jullie de middenste al zijn pyama aantrekken.
Bovenaanzicht van een anemoon in slaperige toestand.
Paarse anemoon diep in dromenland. Een middagdutje waarschijnlijk want al haar collega's stonden nog volop open. Die hun shift zat er duidelijk nog niet op
Aan de zijkanten van de rotsen groeiden grote waaierkoralen, ragfijn kantwerk in bruin of oranje. Daartussen nog wat witte of zwarte heen en weer wuivende pluimengroepjes van featherstars, en dieper stonden de indrukwekkende vaaskoralen in de vorm van grote bekers waar viskes in spelen. De vertikaal gegroefde zijkanten van de bruine vazen zitten vol dikke sneeuwwitte wormen die zich in die spleten heel happy schijnen te voelen. Knap om van dichtbij te fotograferen. Maar laat me op t vasteland geen pier zien want dan schiet ik op de loop natuurlijk.
Even naar lucht happen bij Koh Cheuk. Ik was even buiten adem door diverse redenen!
Op de terugweg naar ons hotel liet Mek de boot stoppen aan de twee kleine kale rotskes die enkele meters voorbij de zuidpunt van ons eilandje boven water steken.
Mens! Daar was het even prachtig als op Koh Mah en Koh Chuek!!! Ik zag er zelfs onmiddellijk een steenvis op een richel zitten. Ik wees hem aan Mek en die was er helemaal niet zo gelukkig mee. Hij is er duidelijk wat bang van. Ze zijn ook heel giftig.
Waaiers, broccolis, anemonen, veel vissen, murenen die hun happende monden uit rotsspeeltjes staken, lange witte sliertkoralen die ik nog nergens gezien had en die als witte slangen van anderhalve meter lengte uit de bodem lijken te kronkelen!!! Een sprookje! Op nog geen 10 minuten zwemmen van onze boomhut!!!
Featherstars
Een kleine steenvis. Dit dier is zeer moeilijk te herkennen omdat hij op een stukje rots lijkt. Ge moet dus heel goed kijken. Hij zit met zijn snuit naar links en hij steekt zijn neusje naar omhoog. De vertikale witte streep is zijn mond, rechts daarvan zit een groot rond zwart oog. Hij ligt op zijn vinnen. Ja, ik weet het, het is een beetje een zoekplaatje maar als ge uw best doet zult hem zeker kunnen onderscheiden.
De lange witte sliertkoralen waarvan ik natuurlijk de naam weer niet weet...
Lees verder : 7. "Het huisrif van Eden." Klik hier.
Vijfde uittreksel uit mijn reisverhaal : Koh Ngai, zondag 12 november 2006.
Een mengsel van zweet, zonneolie en geplette mieren.
De longtailboot van het hotel is kapot, de kanos zijn nog niet klaar en t pad naar de overkant is nog niet uitgehakt. Maar we kunnen ons toch niet laten blijven tegenhouden hé seg?! Er zijn autos, fietsen, noch wegen op dit eiland. En als de boten nu ook nog wegvallen
Dus besloten we dat pad maar zelf te gaan zoeken na t ontbijt in alle vroegte als t nog niet te heet is. Uiteindelijk is het eiland daar misschien maar een paar honderd meter breed, dus zo lang kunnen we daar toch niet over doen? We zouden eens een klein stapke in de wereld gaan zetten. Dachten we zo.
In zwemkledij met shirts en shorts er overheen, stevige sandalen en anderhalve liter drinkwater begonnen we het spoor te zoeken. In t begin ging het redelijk want we volgden gewoon de buizen van ons watercitern dat op een hoogte ligt, soms zagen we een oud pad, dikwijls was het geblokkeerd en moest de ene blijven staan terwijl de andere door de jungle een nieuwe weg zocht om terug op t oude pad te komen. Dan kon de andere de ene inhalen en zaten we weer op de juiste weg. Soms zat er echter ook niet anders op dan met stokken de takken en lianen weg te slagen omdat er echt geen doorkomen meer aan was, maar dan vonden we natuurlijk t originele pad ook niet meer zo moeiteloos terug en stonden we daar keer op keer midden in de jungle.
Varens op een rots.
Ik stond stil om een foto te maken van een groepje zwammen en ineens zag ik een hond op mij afkomen. Traag, maar grommend. Ik hield me heel stil, stopte rap mijn fotoapparaat terug veilig in mijn tas, maar ondertussen was er een roedel van 5 honden aan t naderen. Ik riep Paul dat hij moest oppassen want hij was ondertussen al wat verder gesukkeld en had die beesten nog niet kunnen opmerken. Hij greep rap een dikke stok, we gingen allebei met onze stokken, enfin, halve boomkes, dreigend rechtop staan en de honden dropen af. Goddank, want ik vond dat eigenlijk best griezelig. Ik snap ook niet goed waar die vandaan komen want hier wonen geen mensen op dit eiland en in ons hotel heb ik nog nooit een hond gezien. Laat staan een hele roedel.
Zwammen op boomstammen.
Onze stokken hebben we maar niet meer losgelaten en we zijn dapper voortgesparteld door die groene hel waar maar geen eind aan bleek te komen. Allemaal takken met pinnen en doornen. Van die ellendige bomen waarvan de schors brandplekken op uw benen achterlaat als ge er per toeval tegen wrijft.
"Pikkedoornbomen"
Soms zagen we in de verte de zee, maar opeens verdween die dan weer. Aan de stand van de zon zagen we wel dat we ongeveer de juiste richting uit evolueerden, maar waarom geraakten we dan niet aan de overkant??? Elke keer dat ik mij bukte om iets te fotograferen zat ik vol mieren. Bruine, zwarte, kleine, grote, dikke, dunne. Om zot te worden. We plakten van onder tot boven van de gesmolten zonnecrème vermengd met zweet, vuil en fijngeplette mieren. We begonnen ons ook te realiseren dat we veel te weinig drinkwater mee hadden genomen op ons wandelingske.
Heelder kolonies mieren...
Eindelijk weer een open paadje gevonden!
Opeens vonden we terug een soort pad en konden we weer een beetje doorstappen en dan opeens op ooghoogte een prikkeldraad!!! Levensgevaarlijk! Ge ziet amper t verschil tussen lianen en al die wilde pinnekesbegroeïingen en ineens spant daar dan iemand een pinnekesdraad!!! Ge zou er zo met uw hoofd ingelopen zijn.
Het enige goede teken hieraan was dat dit dan wel de afbakening van het terrein van het Fantasy Hotel moest zijn en dat we zeker wisten dat er vanaf dat hotel wél een redelijk onderhouden pad was naar de overkant. Dat hebben we dan ook snel gevonden en dat was toch een beetje vrijgekapt. t Was alleszins goed zichtbaar en dat was al veel. De volgende keer steek ik een Gardena-snoeischaar in de bagage. Daar had ik deze tocht serieus mee kunnen vermakkelijken.
Twee zeezigeuners komen water putten uit een bron die zich in de jungle bevind.
Na twee uur kwamen we dus als vettige smoutebollen op dat strand aan! Paul wou direkt gaan zwemmen maar het was laag water en er was niets dan scherp koraal, droge rotsen en ondiepe poeltjes Uit de grond staken allemaal jonge scheuten van mangroves. De rotsen leken daarom wel erg op mini-grottekes van Han met stalagmieten.
Aangezien we dus op t verkeerde strand beland waren moesten we naar t volgende zien te geraken. Op het einde van de baai zagen we enkele vissersboten liggen. Dus wij, stap stap, door dat zand geploegd en aan de mannen die in de schaduw lagen gevraagd hoe we naar de volgende baai konden geraken. Ze verstonden geen woord. Op de duur wezen ze wel al lachend liggend vanuit hun schuilplaats dat we nog een rotskam over moesten. OK, dan moest het maar zo, er bleek geen andere weg te zijn. Het was steil, glibberig en gevaarlijk maar het bleek gelukkig maar één enkele rots van een meter of 50 te zijn die we over moesten zien te geraken. En toen zagen we dus het juiste magnifieke snorkelstrand liggen en konden afdalen naar ons doel. Eindelijk
Longtailboten van de vissers. Ze noemen "langstaartboten" omdat hun schroefje op een lange stok bevestigd is om door ondiepe wateren te kunnen varen.
Wij legden onze zak onder een boom en wandelden vol hoge verwachtingen het water in. Het was er ondiep en ik bleef maar zwemmen om eindelijk wat leven te vinden. Uiteindelijk zat ik vrij ver van t strand, ik stak mijn kop eens boven en zag Paul niet meer. Wat regelmatig gebeurt, want zowel de ene als de andere hangt al eens meer dan een minuutje op de bodem rond. Regelmatig kwam ik terug eens kijken maar ik zag hem nooit. Het enige dat ik zag was dat ik helemaal alleen in een heel grote zee was met ineens een gigantische donderwolk boven mijn kop.
Paul bleek die al langer te zien aankomen hebben en was al lang naar de kant gezwommen om onze zak waarin de videocamera zat droog te kunnen houden.
Ondertussen waren er verscheidene longtails met toeristen op dat strand aangekomen en ik hoopte dat één van die mannen ons een lift naar onze kant van t eiland zou willen geven. Maar noppes. Geen enkele van die Thai snapte zelfs wat ik bedoelde. De toeristen waren in feite nog erger, want die waren De 4-Eilanden-Excursie aan t doen en die beseften zelfs niet eens dat ze nu op Koh Ngai waren.
Uiteindelijk heb ik wel van iemand een plastic zakske gekregen om de video te kunnen beschermen.
Helemaal aan t einde van de baai waren ze nieuwe hutjes aan t bouwen voor een zeer basic hotelletje en daar zaten ook een hoopje Thai bijeen te schuilen voor de regen. Uiteindelijk werd er 1 jong kereltje aangewezen dat zogezegd Engels verstond. En inderdaad die snapte de vraag, vroeg 300 bath voor het tochtje, en was bereid om direkt met ons weg te varen. Geweldig! Ik was toch zo blij dat ik niet met heel ons hebben en houden (o.a. twee grote loodzwaar geworden doorweekte handdoeken) terug over die zompige, gladde rotsberg moest gaan klimmen. Op 10 minuutjes waren we thuis en konden we in t zalige zwembad springen en dan heel onze rommel gaan drogen in ons hutje.
Door onze kleine ochtendwandeling smaakte onze picknick nog beter dan gisteren. Boterhammekes met hesp en sla en tomaat met dressing. Na t eten brak de zon terug in volle glorie door en ben ik braaf aan onze kant van t eiland tussen de rotsen fotos gaan maken.
Tegen 5 uur kwam Koi, een van de lieve receptionistes, ons zeggen dat de sunset-cruise vanavond wél doorging! Heerlijk. Bleek dat wij de twee enigen waren die mee in een longtail rond het eiland vaarden.
Paul en ik op de boot tijdens onze "sunsetcruise".
Eerst zijn we langs de achterkant gevaren, zodanig dat we onze noodlottige strandjes van vanmorgen er nog eens vredig en zonnig bij zagen liggen. De rest van de westkust is zeer ontoegankelijk. Rotsen steil tot in zee. Beschenen door de zon was t indrukwekkend. Aan de einder zagen we Koh Lanta liggen. Dan draaiden we rond de noordpunt van het eiland langs een groep scherpe hoge rotsen waarachter we de zon dramatisch konden zien wegzakken.
De scherpe rotsen aan de noordpunt van Koh Ngai.
Langs het lange strand aan de oostkant zagen we het sjieke nieuwe Chateau Resort liggen. Dat ligt helemaal afgezonderd op t allerlaatste deel van t strand waar ook dat Fantasy Hotel en nog een vijftal andere kleintjes op liggen. Het zag er best indrukwekkend uit gelijk het daar als een arendsnest tegen de rotsen plakte. We zouden het eens een keer te voet moeten gaan bekijken. t Lijkt leuk, t heeft maar 30 kamers.
De tocht langs deze zijde was ook mooi want nu zagen we Koh Ma, Koh Mook, Koh Chuek en Koh Wei mooi in t zachte avondlicht liggen glinsteren.
Op een uurtje waren we rond en terug aan t hotel maar t was echt gezellig geweest. Nu weten we tenminste hoe de rest van t eiland er uit ziet.
Omdat we nogal moe waren zijn we maar in ons hotel blijven eten. Kwestie van na t eten wéér niet wadend naar een boot te moeten strompelen.
t Was als gewoonlijk een ramp. Als ge salt vraagt komen ze met ketchup. En de fritten kwamen als voorgerecht, terwijl ze normaal alles tegelijk brengen. De wet van Murphy regeert in al zijn glorie in ons restaurant.
Om 1 pint bier te bestellen is er soms overleg nodig tussen 4 garçons eer ze begrijpen of ge een grote of een kleine wilt, en welk van de 4 merken dat ge gekozen hebt. Zelfs het woord tea lukt niet, ook daarover gaan de toponderhandelaars even de koppen bij mekaar steken, wordt er eentje verkozen om nog eens te komen vragen wat we nu juist bedoeld hebben. Ik heb hier zelfs nog nooit citroen bij mijn thee durven vragen. Gewoon omdat ik vrees dat mijn thee toch al op zou zijn eer ze heel die uitleg zouden begrepen hebben. Tenandere, ik weet ook niet goed hoe ik de pantomime van de citroen zou moeten brengen. Uiteindelijk heb ik nooit een opleiding aan Herman Teirlinck gevolgd. Mijn acteerprestaties hier zijn pure plantrekkerij. Method Acting in feite.
Mijn avondmaal bestond dus uit een schoteltje (lekkere!) fritten mét mayonaise (!!!), gevolgd door een schaal noten en komkommers. De kip kwam als dessert maar was oneetbaar. Paul was ondertussen de vettigste scampi-sla aller tijden aan 't verorberen.
Alweer een onvergetelijk avondmaal...
Op de terugweg naar onze hut passeerden we Phra Phrom en aangezien het weer geregend heeft en de riooltjes op de plek achter dat tempeltje t hardst stinken noemen we hem nu Phra Prot.
Hun nieuwe project is blijkbaar een winkeltje dat ze gaan openen een van de dagen. Weer een nieuwe stap richting hoogseizoen. Laat ons hopen dat ze daar buiten souvenirs ook iets eetbaars gaan verkopen. Al ist maar een droog koekske!!! Of stel u voor... een notaboekske...
Toen we langs de kikkerpoelen liepen waren de beestjes blijkbaar heel tevreden met de dag. Ze lieten het overduidelijk horen. Ik heb er zelfs weer enkele kunnen fotograferen! Ocharme toch de mensen die in dit gedeelte logeren Lees verder : "In de groententuin van de onderwaterkabouters." Klik hier.
Hieronder volgt het vierde uittreksel van mijn reisverhaal :
"De Kinderen van de Zoutkreek" in actie.
Na de "oprichting van de tempel voor Phra Phrom" in t zwembad gedoken want het was een gloeiend hete dag vandaag en tijdens het filmen van het tempelbouwproject was ik zo ongeveer geroosterd geraakt. Ze hadden mij al even goed bij de andere gebraden kiekens op dat altaarke kunnen leggen. Maar de god zou zich aan zo'n flinke brok verslikt kunnen hebben
De snorkeltrip was wel plezant maar t water was zanderig en dan kunt ge moeilijk scherpstellen. Tussen de rotsen zaten van die voorhistorische mosselen. Die beesten met gelede pantsers die zich op de rotsen plakken. Ik heb ook weer, mijn lievelinsonderwerp, de kleurige doopvontschelpen van dichtbij kunnen fotograferen.
Zo zien ze er uit als je er naar duikt, ze schrikken dan en sluiten zich. Pas langzaam doen ze hun schelp terug open. Maar wat je dan te zien krijgt...
Deze schelpen kunnen tot 1 meter groot worden, en wel 200 jaar oud!
Ik kan niet stoppen met ze te fotograferen, het zijn echt mijn favoriete fotomodellen, ik word er helemaal lyrisch van. Ik heb er nog véél foto's van. Maar beloofd, ik stop er nu efkes mee hoor. Anders krijgen jullie een "doopvont-indigestie"
Dit zijn visjes die altijd vertikaal zwemmen. Het lijken wel aardappelschillertjes of zakmesjes. De foto is slecht want 't was heel zanderig en wild op die plek maar ik vind het zo'n grappige visjes dat ik ze jullie toch eens wou tonen.
We waren blij dat we in de koelte van ons boomhutterras onze gepikte picknick konden gaan oppeuzelen. Boterhammekes met tomaten, komkommers, sla, een heerlijke dressing en bifis uit België! Het smaakte overheerlijk.
Toen we de fotos zaten te saven bij de zotte meiskes op t bureau kregen we de stortbui over t eilandje die we al een hele tijd, in de vorm van grote dikke bloemkolenwolken, hadden zien aankomen. Kort maar krachtig. De regen was lekker warm en de hitte steeg in damp van de grond omhoog. Natuurlijk ging ook vanavond hun sunset-boattrip weer niet door. Begrijpelijk wel door gebrek aan zon en dus ook aan sunset.
We zijn dan maar over de rotsblokken naar t grote strand gekropen, gesukkeld en geslingerd. Hier liggen toch zon prachtige stenen! Ik zou er heelder brokken van willen meenemen om thuis op de vensterbank te leggen. Elke steen is hier echt uniek! Maar stenen verzamelen is nogal een zware hobby. Zeker voor Paul, die ze allemaal moet dragen ocharme. Ik heb er toch alvast enkele heel speciale in een holleke opzijgelegd dat ik ze de volgende keer mee naar mijn hut neem, als is t maar om er een foto mee te kunnen maken.
Het groene deel is het terrein van ons hotel. De oranje stippen zijn de rotspartijen waar we telkens met veel moeite moeten zien over te klauteren om iets te gaan eten in 't Fantasy Hotel. De zwarte stippellijnen zijn zogezegd paadjes door de jungle. Maar die zijn kompleet overwoekerd. Het witte deel van het eiland is ondoordringbare jungle. De onderzijde van het eilandje bestaat uit steile kliffen met twee kleinere, per boot bereikbare, stranden.
Gelukkig zijn er enkele "hulpmiddelen", zoals lianen, om het strand van het Fantasy Hotel te bereiken... Wees gerust, je hebt wel eetlust tegen dat je aangekomen bent...
In het Fantasy Hotel, dat aan het 3 kilometerlange zandstrand ligt, lekker gaan eten. Veel beter, goedkoper en verzorgder dan bij ons. De meeste mensen van ons hotel komen s avonds tot hier gesukkeld om hier te eten. We konden ons voor 50 bath per persoon laten terugvaren naar ons hotel met een longtailbootje. Dat was wel fijn natuurlijk want dan moesten we niet meer in den donkere over die levensgevaarlijke rotspunten terug sukkelen. Dus wij dachten dat we t pijnlijke deel van de dag achter de rug hadden. Was dat toch weer een vergissing!
Bij een beeldje aan de inkom van 't Fantasy Hotel.
Maar... het tij was zo laag dat de boot op 100 meter van t strand moest blijven liggen, dus moesten we op onze blote voeten heel dat stuk door zee en ineens bleek dat het hier geen zand is maar koraal en rotsen, en die ziet ge in de duisternis niet liggen natuurlijk Het waren een zeer pijnlijke 100 meter. Er waren nog twee Zweedse koppels die met ons meegingen (want die hun boot was kapot gegaan) en die sukkels hadden dan nog een nest kleine kindjes bij die dus ook allemaal naar die boot gedragen moesten worden. Het was toch weer een evacuatie ja! Eens efkes een avondje uit gaan dineren
Aan boord zaten we met de Zweden gezellig te praten over onze geliefde jeugdserie De kinderen van de Zoutkreek. Die mensen waren dolverbaasd als ze ons hoorden vertellen over Bootsman, Pelle, Tjorven, Stina, Malin, Melker en de rest van de bende. Zij zelf krijgen die reeks nog om de 5 jaar op tv te zien, maar ze hadden nooit beseft dat die in de rest van Europa ook zon succes was geweest.
Thuis hebben we gelukkig de luxe van een aanlegsteiger dus daar was t gewoon uit de boot stappen op t droge. Onderweg naar onze kamer passeerden we de nieuwe tempel en wat hing er s avonds al in zijn fijn, schoon versierd tempeltje, vlak boven Phra Phrom zijn kop te schitteren? Een spaarlamp. Een mottige, niet afgeschermde spaarlamp.
Als ze iets schoons kunnen verknoeien dan zullen ze 't ook niet laten...
Om half negen lagen we doodmoe in bed. Een mens bouwt niet elke dag een tempel.
Het is hier lekker om te slapen. Voor alle ramen zit muggengaas en s nachts is het koel genoeg dat ge geen airco hoeft op te zetten.
Lees verder : "Een mengsel van zweet, zonneolie en geplette mieren. Klik hier.
Derde uittreksel uit mijn reisverhaal van mijn verblijf op Koh Ngai.
De kathedraalbouwer van Phra Prohm.
Om half vijf waren we alweer present. Het weerbericht opgevraagd per sms maar dat was niet direkt goed nieuws. Heel de golf van Thailand is bewolkt. Showers, thunderstorms, 25° tot 30°. Dus t zag er weer goed uit : geen boottochtjes, en te donker onder water om leuk te snorkelen de golven zijn ook te wild en t is te zanderig om iets te zien, zonnen aan t zwembad is er vanzelfsprekend ook niet bij. Om over gezellig zitten typen op Pandorake nog maar te zwijgen.
Een kayak huren kan ook niet want die blijken nog niet klaargemaakt voor t seizoen Gaan wandelen gaat ook niet want de junglepaden zijn ook nog niet vrijgehakt Wel vreemd dat we hoogseizoen-tarief betalen maar dat alles voor t hoogseizoen nog in orde gebracht moet worden.
Onze paalhut stinkt nog altijd als de achterbuurt van Bangkok. Wat blijft er dan over?... Boeken lezen en schrijven met de hand. In de stank. Al een geluk dat Paul zijn diarrhee beter is en dat die op die manier de zaak nog niet verergerd. Het eten is hier wel een rampke. En ik die bang was om weer te verdikken door s middags en s avonds langs te lopen bij de eindeloze dessertbuffetten Er ís zelfs niet eens een buffet. Alles is à la carte. Een boek met fotokes. Maar ge krijgt nooit wat er op de foto staat.
Uiteindelijk werd het 7 uur en konden we gaan ontbijten. Ik liet mijn eieren opwarmen en hamsterde een flinke voorraad tomaatjes, sla, ajuin, paprikas en toast om s middags zelf een lunch in mekaar te flansen. Als voorzienige vrouw had ik daar mijn tupperware-pot voor in mijn draagtas gestoken waar normaal de onderwaterhuisjes van de fotoapparaatjes in bewaard worden om ze niet te beschadigen. Ik moet me wel op deze manier redden want er is hier zelfs geen winkeltje waar ge iets eetbaars kunt kopen
Tijdens t ontbijt brak plots de zon door en begon heel de omgeving te stralen!
We zijn dan direkt een wandeling gaan maken over de rotsen aan t einde van ons baaike. Dat was prachtig! Nog nooit zon gevarieerde verzameling stenen bij mekaar gezien. God heeft al zijn overschot van de schepping hier bij mekaar gekwakt.
Hier ligt echt alles! Prachtig geaderde marmerachtige schijven, gevlekte stenen, met stipjes, met horizontale lagen die eruit zien als schilderijen van landschappen, donkere keien die precies gedeeltelijk overgoten zijn met een laag dikke pudding die versteend is, puimstenen met gaatjes en hollekes, zeer puntige blauw zwarte lavabrokken, dikke schilferachtige rotsen die dooraderd zijn met blauwe, groene, gele, roze en rode lijntjes, formaties met allemaal vierkante en rechthoekige kamertjes die eruit zien als een grondplan van een huis in 3D, lange groeven die opeens van kleur verspringen, groen bemoste gladde bollen, brokken die helemaal bedekt zijn met de scherpste oesters
En overal tussen die stenen zijn piepkleine getijdenpoeltjes. Bij eb komen die bloot te liggen en zijn het allemaal mini-aquaria met visjes en kreukeltjes en schelpjes, krabbetjes, springvisjes en garnaaltjes. Dat wriemelt en zwemt daar dan allemaal is zijn spiegelgladde privé-zwembad tot de zee het water zes uur later weer komt verversen.
Magnifiek!!! Er was zoveel te zien!
De inspiratie borrelde bijna langs mijn oren naar buiten en ik zit hier zonder mijn "Pandorake" dus zonder mijn trouwes laptopke moet ik al mijn herinneringen in een piepklein notaboekje kribbelen... Als ik dat later nog maar ga kunnen lezen...
Toen we terug kwamen van onze wandeling (langer dan 100 meter is die niet geweest, want zo simpel is t niet over al die rotsen te kruipen) waren ze in t hotel bezig met het oprichten van een nieuw tempeltje. Ze hadden al de lagen uit stevige beton gegoten en nu was de truuk die allemaal op mekaar te stapel tot ze een pièce-montée hadden van een meter of vijf hoog waar ze hun godje op konden zetten.
Ze hadden al die onderdelen schoon geschilderd maar ze nogal zwaar gemaakt. (Stukken van wel 150 kilo! Wie denken ze dat ze zijn? Oude Egyptenaren?)
Ze waren blijkbaar vergeten dat zij kleine, fijne Thaikes zijn en geen stevige brokken van Westerlingen. (Maar ja, van dat eten hier zou ik ook niet dik worden.)
De bloemenoffergaven staan al klaar, voor de plaats waar de tempel moet komen.
Terwijl de tempelbouwers voortsukkelden maakten de meisjes de offertafel klaar. Ze werd gedekt met twee varkenskoppen, gebakken eenden, vissen, mosselen, kokosnoten, garnalen, blikjes Sprite en Cola, sigaretten, bananen, bloemekes!
De tafel met de offergaven.
(Alleszins goed gekeken wat er aan voedsel op dat altaar lag, zodat we zeker voor t diner geen eend, varken of vis zouden bestellen, want achteraf zullen wij die offergaven, die heel de dag in de zon hebben liggen broeien, wel in t restaurant geserveerd krijgen. Ik kan me indenken dat dat stenen beeld die niet tussen zijn kiezen gaat steken.)
Ondertussen was de offertafel klaar en zat de priester erachter te wachten met zijn toverstaf, zijn dikke gebedenboek en een taske koffie. Maar er kwam maar geen schot in de zaak. De mannen kregen al die betonnen terrassen niet op mekaar gestapeld. De priester verloor zijn geduld, pakte zijn staf en nam een paar wichten mee die wat extra offergaven droegen en ging 100 meter verder, waar ze enkele nieuwe kamers aan t bouwen zijn en waar ook een nieuw tempeltje gezet is, om alvast dat al maar te gaan inwijden met veel geknal van vuurwerk.
Ondertussen had ik medelijden gekregen met die sukkelende zwoegende Thaikes die probeerden met touwen die stukken beton omhoog te trekken, maar ze konden zelfs nog geen fatsoenlijke knopen leggen Aangezien onze Paul toch zo graag fitnesst en gewichten heft heb ik hem aangespoord om die sukkels te gaan helpen. Hij vond dat ongepast omdat het hun heiligdom was en hij in hun ogen toch maar een goddeloze was. Maar daar heb ik rap een mouw aan gepast.
Allez schat, hoeveel mensen op deze wereld krijgen nu de kans om te helpen een tempel voor Phra Phrom te helpen bouwen?! Dat is toch een unieke ervaring?!! Ge hebt nu al de tijd van de kathedraalbouwers gemist, ge gaat deze gouden kans nu toch ook niet laten voorbij gaan!
Goddeloos of niet, manpower is manpower redeneerden de mannen en Paul zijn hulp werd met graagte aanvaard.
Hij ontpopte zich direkt tot werfleider en eindelijk kwam er schot in de zaak. Terras per terras werd opgestapeld. Op de duur met de hulp van een gammele tafel waar ze af en toe efkes de zware brokken op konden laten rusten. Uiteindelijk zijn er nog twee stevige Zweedse toeristen komen meehelpen en die hadden ook duidelijk zicht op de zaak. Binnen het uur stond het geheel recht, kon de god in zijn kot, en kon de priester eindelijk zijn ceremonie voltooien.
De god zijn optrekje is klaar, het beeld kan er in geplaatst worden. (De man links op de foto is dus niet de god hé, das mijn echtgenoot, de tempelbouwer )
Phra Phrom werd met slingers, kleurige repels voile en bloemekes versierd, bepreveld, gezalfd, besmost met vanalles, en toegezongen langs alle vier de zijden van zijn kopke. (Ja hij heeft 1 lijf met vier gezichten).
Spijtiggenoeg had ik aan één van die bloemenslingers geroken toen die voor de ceremonie begon klaarlagen op een tafeltje en de "misdienares" had dat gezien. Ik zag haar, in lichte paniek, tegen een andere misdienaar teken doen van Ooooh die heeft aan de slinger van Phra Phrom gesnoven! Nu is die niet meer heilig! Kan ik die nu nog wel gebruiken???! Goddank trok die andere "misdienaar" zijn schouders eens op en maakte geen punt van mijn onbewuste heiligschennis. Ik zag die kerel denken Als die hare vent zo goed helpt met sleuren dan mag zijn madam wel eens aan die bloemekes rieken ook hé seg. Moeilijk mens, doet nu niet lastig. Zijt al maar heel blij dat de Phra zijn kot af geraakt is dankzij die toeristen!
Die priester moet dus tegen die zijkanten van die tempel omhoog klauteren als een bergbeklimmer om aan dat beeld te geraken. (Ik zie het bij ons een pastoor al doen! Met zijn zwarte rokken wapperend langs de buitenkant naar t topke van de kathedraal klimmen zonder klimijzers of touwen.) Ik stond dat natuurlijk te filmen en ik had weer niet gezien dat ze vlak voor mijn voeten de vuurwerkslierten al aangestoken hadden. Dus ik ben weer filmend en al achteruit moeten springen. t Deed me een beetje denken aan die lijkverbranding in Jaffna waar ze me ook zo liggen hadden.
In t zwembad gedoken want het was een gloeiend hete dag vandaag en tijdens het filmen van het tempelbouwproject was ik zo ongeveer geroosterd geraakt. Ze hadden mij al even goed bij de andere gebraden kiekens op dat altaarke kunnen leggen.
Lees deel 4 : "De Kinderen van de Zoutkreek" in actie! Klik hier
Een tweede uittreksel uit mijn reisverhaal. Dag twee op Koh Ngai:
De "stilte" van de jungle.
Vanmorgen was ik weeral om half zes wakker. Ik hoorde een zeer vreemd en diep geluid. Ik ben dan maar opgestaan en op zoek gegaan naar de bron. Blijkt nu dat er in de vijverkes, die voor de goedkoopste kamers liggen, honderden puiten liggen te kwaken! Ik durf het niet in decibels uit te drukken! Het is een hels lawaai! De beestjes zijn niet groter dan een vingertop maar er komt een kabaal uit waar zelfs onze Phineas nog jaloers op zou zijn. Ocharme de mensen die hier een kamer hebben. Ge moet zelfs tegen mekaar roepen om verstaanbaar te zijn.
Toen ik op de grond tussen de planten aan t kruipen was om zon kikkerke eens grondig te kunnen bezien met mijn pillamp kwam er een kamermeisje voorbij (die ook dagelijks wakker gekwaakt wordt bij regenweer waarschijnlijk) en ze vroeg in een soort van "Thai-Engels" heel bekommerd :
You loose? You look something?
Now Im just looking at the frogs!
Oh you loose?!!
Nee schat, ik ben echt gene puit kwijt, ik zou die zelfs veel liever kwijt dan rijk zijn!
Im looking at little animals round water.
Weer niks. Nog geen glímp van begrip. Dus ben ik maar om kwart voor zes s morgens de pantomime van de kikker beginnen opvoeren. Thailand is een heel interessant en leerrijk land voor beginnende acteurs. Ge kunt u hier op de zotste momenten trainen.
Hier ziet ge goed hoe klein de diertjes zijn, hij zit om mijn hand en er kleven enkele blaadjes op zijn rug.
We zijn nog voor zonsopgang de berg achter ons huizeke opgewandeld helemaal tot aan de hotelgenerator en de personeelsverblijven. Die trouwens heel verzorgd zijn, er zijn toiletten en douches, zelfs wasmachines. Achter de hoek ligt natuurlijk weer hun stort. Ze schijnen al hun eigen vuilnis gewoon van de berg te kieperen. Ze leren het ook nooit.
Hier was het alleszins niet stiller als beneden want hier zaten enkele Boeing-krekels van hun oren te maken. Ge weet wel die krekels die zo hard loeien dat ge denkt dat ge naast een opstijgend vliegtuig staat.
De zonsopgang was waardeloos. Heel wazig en veel wolken, maar t heeft vannacht ook erg gedonderd en gebliksemd, ik heb nochtans geen regen gehoord. Maar die kan gerust overstemd geweest zijn door het duizendkoppige kikker- en krekelkoor.
Om 7 uur ging de ontbijtzaal open en deze eierbakker is ook weer een specialleke. Hij bakt zijn spiegeleieren op voorhand en laat ze op een koude plaat koelen. Is me dat smakelijk! Ik heb hem geleerd gekoelde spiegeleieren terug op te warmen. De missionaris in mij is duidelijk al weer wakker. Maar smakelijker wordt het er niet op, zon dubbel opgewarmd ei Gelukkig was er ook nog een noedelgerecht waar stukjes inktvis in verstopt bleken, massas look in verwerkt was en ook nog wat groen onkruid. Nu niet direkt mijn droomontbijt maar toch beter dan die mishandelde eieren.
Aan t zwembad was t miezerig grijs. Paul ging dan maar eens op t bureau op t internet kijken op de site van UPS waar we de reisroute van ons Pandorake (onze laptop die nagezonden wordt) konden volgen. Tot onze grote ontsteltenis bleek ze nog altijd in Zaventem te staan!!! Ze was nog niet eens vertrokken en wij hadden verwacht dat ze al minstens in Bangkok zou zijn! Toen is een eindeloze reeks internationale telefoons begonnen naar UPS België die ons vrolijk meedeelden dat ze ze niet gingen verzenden eer we er een faktuur bijvoegden. Paul heeft hier terplaatse dan maar een faktuur voor ons Pandorake gemaakt en doorgefaxt. Volslagen belachelijk want het ding is niet voor de verkoop bestemd maar dat wou geen mens begrijpen.
Op de langen duur zei een meisje van t call-center van UPS (ge krijgt er altijd een andere aan de lijn en dan moet ge dus heel uw uitleg opnieuw doen, aan 3 euro per minuut) dat het ding vastzat bij de de douane in Zaventem en dat we daar naar moesten bellen.
Paul begon aan de douane-queeste maar na een paar uur bleek dat het wicht het verkeerde nummer gegeven had.
Uiteindelijk bleek weer een andere werknemer van UPS te zeggen dat ze helemaal niet bij de douane zat, maar dat ze direkt ging verzonden worden zo rap die zogenaamde faktuur bij hun op de fax aankwam. Veel tijd en telefoons verloren voor niks. Gelukkig was t slecht weer.
In de namiddag ben ik in de tuin wat planten en insecten gaan fotograferen, maar daar was het zelfs te donker voor. De foto's trekken op niet veel. 't Waren teleurstellende resultaten, maar ik had me wel goed geamuseerd. En ik was lekker opgefrist met mijn ruggetje in de regen
Groot groen blad met donkere streepjes.
Blad met regendruppels.
Afgevallen rood blad waar het weinige zonlicht doorschijnt.
Het avondmaal was weer plus-que-dramatique. Paul zat zijn soep te eten en plots ving hij een vissekop, met ogen en al, op zijn lepel. Toen was zijn goesting ook ineens over.
Door de regen stinken de goten nog erger dan anders. Zelfs in de kamer. We hebben al een zandzakje gemaakt en op de afvoer gelegd (de truk die we in Paros geleerd hebben en dat meestal een goed stankbeheersingssysteem is) maar zelfs dat haalde niet veel uit omdat de geur door de spleten van onze plankenvloer komt. Ons kotje staat op palen, dus waarschijnlijk komt de riolering gewoon onder onze hut uit
Van loodgieterij hebben ze in Azië nergens veel kaas gegeten.
Paul is dan met vliegende diarrhee - ja die reuk kon er ook nog wel bij, dat zou t verschil niet meer maken - op t toilet geëindigd.
Om de dag helemaal vreugdevol te maken zijn er in de twee boomhutten naast ons een gezin met vier kinderen in getrokken, en ze hebben hun kinderen in de hut naast die van ons gestoken. Gelukkig liggen er tussen de hutten wel een meter of zes. Maar leuk is t toch niet. Niet echt een lollige dag geweest moet ik zeggen. Och, vakantie is als 't ware leven, de ene dag is niet even leuk als de andere. Dat kan ook niet. Dat moet zelfs niet, want als er geen "mindere" dagen zouden zijn dan zouden de "fijnere" er niet tegen kunnen afsteken.
De avond valt over Koh Ngai.
Lees deel 3 : "De Kathedraalbouwer van Phra Phrom." Klik hier