Inhoud blog
  • 341. schip 35 brief 03
  • 340. schip 35 brief 02
  • 339. schip 35 brief 01
  • 338. schip 34 brief 03
  • 337. schip 34 brief 02
  • 336. schip 34 brief 01
  • 335. schip 33 brief 08
  • 334. schip 33 brief 07
  • 333. schip 33 brief 06
  • 332. schip 33 brief 05
  • 331. schip 33 brief 04
  • 330. vervolg brief 03
  • 329. schip 33 brief 03
  • 328b tussendoortje
  • 328. schip 33 brief 02
  • 327. vervolg brief 01
  • 326. schip 33 brief 01
  • 325. vervolg brief 07
  • 324. schip 32 brief 07
  • 323. vervolg brief 06
  • 322. schip 32 brief 06
  • 321. vervolg brief 05
  • 320. schip 32 brief 05
  • 319. vervolg brief 04
  • 318. schip 32 brief 04
  • 317. vervolg brief 03
  • 316. schip 32 brief 03
  • 315. vervolg brief 02
  • 314. schip 32 brief 02
  • 313. vervolg brief 01
  • 312. schip 32 brief 01
  • 311. schip 31 brief 10
  • 310. schip 31 brief 09
  • 309. schip 31 brief 08
  • 308. schip 31 brief 07
  • 307. schip 31 brief 06
  • 306. schip 31 brief 05
  • 305. schip 31 brief 04
  • 304. schip 31 brief 03
  • 303. schip 31 brief 02
  • 302. vervolg brief 01
  • 301. schip 31 brief 01
  • 300. schip 30 brief 25
  • 299. schip 30 brief 24
  • 298. schip 30 brief 23
  • 297. schip 30 brief 22
  • 296. schip 30 brief 21
  • 295. schip 30 brief 20
  • 294. schip 30 brief 19
  • 293. schip 30 brief 18
  • 292. vervolg brief 17
  • 291. schip 30 brief 17
  • 290. schip 30 brief 16
  • 289. schip 30 brief 15
  • 288. schip 30 brief 14
  • 287. schip 30 brief 13
  • 286. schip 30 brief 12
  • 285. schip 30 brief 11
  • 284. schip 30 brief 10
  • 283. schip 30 brief 09
  • 282. schip 30 brief 08
  • 281. schip 30 brief 07
  • 280. schip 30 brief 06
  • 279. schip 30 brief 05
  • 278. schip 30 brief 04
  • 277. schip 30 brief 03
  • 276. schip 30 brief 02
  • 275. schip 30 brief 01
  • 274. schip 29 brief 22
  • 273. schip 29 brief 21
  • 272. vervolg brief 20
  • 271. schip 29 brief 20
  • 270. vervolg brief 19
  • 269. schip 29 brief 19
  • 268. schip 29 brief 18
  • 267. schip 29 brief 17
  • 266. schip 29 brief 16
  • 265. schip 29 brief 15
  • 264. schip 29 brief 14
  • 263. schip 29 brief 13
  • 262. schip 29 brief 12
  • 261. schip 29 brief 11
  • 260. schip 29 brief 10
  • ... ik ben normaal ?
  • 259. schip 29 brief 09
  • 258. schip 29 brief 08
  • 257. schip 29 brief 07
  • 256. schip 29 brief 06
  • 255. schip 29 brief 05
  • 254. schip 29 brief 04
  • 253. schip 29 brief 03
  • 252. schip 29 brief 02
  • 251. schip 29 brief 01
  • 250. schip 28 brief 13
  • 249. schip 28 brief 12
  • 248. schip 28 brief 11
  • 247. schip 28 brief 10
  • 246. schip 28 brief 09
  • 245. schip 28 brief 08
  • 244. schip 28 brief 07
  • 243. Absurd & Zot - 13
  • 242. schip 28 brief 06
  • 241. schip 28 brief 05
  • 240. Absurd & Zot - 12
  • 239. schip 28 brief 04
  • 238. schip 28 brief 03
  • 237. schip 28 brief 02
  • 236. Absurd & Zot - 11
  • 235. schip 28 brief 01
  • 234. Absurd & Zot - 10
  • 233. schip 27 FAX
  • 232. Absurd & Zot - 09
  • 231. schip 27 brief 21
  • 230. schip 27 brief 20
  • 229. schip 27 brief 19
  • 228. Absurd & Zot - 08
  • 227. schip 27 brief 18
  • 226. schip 27 brief 17
  • 225. Absurd en Zot - 07
  • 224. schip 27 brief 16
  • 223. schip 27 brief 15
  • 222. Absurd & Zot - 06
  • 221. schip 27 brief 14
  • 220. Absurd & Zot - 05
  • 219. schip 27 brief 13
  • 218. schip 27 brief 12
  • 217. schip 27 brief 11
  • 216. schip 27 brief 10
  • 215. schip 27 brief 09
  • 214. schip 27 brief 08
  • 213. Absurd & Zot - 04
  • 212. schip 27 brief 07
  • 211. Absurd & Zot - 03
  • 210. schip 27 brief 06
  • 209. Absurd & Zot - 02
  • 208. schip 27 brief 05
  • 207. Absurd & Zot - 01
  • 206. schip 27 brief 04
  • 205. Zwangere Guy
  • 204. schip 27 brief 03
  • 203. Chantal Pattyn
  • 202. schip 27 brief 03
  • 201. Lydia Chagoll
  • 200. schip 27 brief 03
  • 199. Ruben Block
  • 198. schip 27 brief 02
  • 197. Geert Verdickt
  • 196. schip 27 brief 02
  • 195. A. Croonenberghs
  • 194. schip 27 brief 01
  • 193. Jan Bakelants
  • 192. schip 27 brief 01
  • 191. Hugo Matthysen
  • 190. schip 26 brief 18
  • 189. T. Christiaensens
  • 188. schip 26 brief 17
  • 187. Fleur Pierets
  • 186. schip 26 brief 16
  • 185. P. Vandenbempt
  • 184. schip 26 brief 15
  • 183. Michael v Peel
  • 182. schip 26 brief 14
  • 181. Ph. Herreweghe
  • 180. schip 26 brief 13
  • 179. Lo Lemaire
  • 178. schip 26 brief 12
  • 177. Pablo Piedfort
  • 176. schip 26 brief 11
  • 175. schip 26 brief 10
  • 174. Rachida Lamrabet
  • 173. schip 26 brief 09
  • 172. Piet Hoebeke
  • 171. schip 26 brief 08
  • 170. Henny Vrienten
  • 169. schip 26 brief 07
  • 168. schip 26 brief 06
  • 167. schip 26 brief 05
  • 166. schip 26 brief 04
  • 165. Anne Provoost
  • 164. schip 26 brief 03
  • 163. Stefaan Degand
  • 162. schip 26 brief 02
  • 161. schip 26 brief 01
  • 160. Martin Heylen
  • 159. schip 25 brief 12
  • 158. schip 25 brief 11
  • 157. schip 25 brief 10
  • 156. schip 25 brief 09
  • 155. Stef K. Carlens
  • 154. schip 25 brief 08
  • 153. Ivo Victoria
  • 152. schip 25 brief 07
  • 151. Julie Cafmeyer
  • 150. schip 25 brief 06
  • 149. Youp van 't Hek
  • 148. schip 25 brief 05
  • 147. Erwin Mortier
  • 146. schip 25 brief 04
  • 145. Siel Verhanneman
    'een vol jaar maart?'
    schrijfvloer 03 ~ kronieken van 31 jaar vaart, in uitvoering
    29-10-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.003. Lize Feryn

    te gast bij Wim Helsen ~ Lize Feryn,
    met een tekst uit de musical The Lion King

             (…) deze tekst is een aanpassing

                zij leeft in jou
            zij leeft in mij
            in al wat ademt 
            daarin ademt zij 
            in wens en waarheid 
            in grauw en blauw 
            kijk in de spiegel 
            zij leeft in jou

             
                Gerelateerde afbeelding

              De knop voor de ondertiteling staat rechts onderaan, het rechthoekje.
            Feryn in gesprek met Helsen, 
            https://www.vrt.be/vrtnu/a-z/winteruur/5/winteruur-s5a1/ 
            10min35

    Wat me opviel was dat ze in het begin van het gesprek in kleermakerszit op de sofa zit.
    Met haar schoenen aan. Géén schoenen op de sofa! Hoe dikwijls moet ik het nog zeggen? 
    Natuurlijk ga ik zo aan de kern van het gesprek voorbij :

    hoe iemand bij een groot verlies troost en steun vindt in een tekstfragment.

    En Wim Helsen is hier op zijn best, hij ondersteunt het gesprek zonder het te sturen. 

    Over Lize Feryn : https://nl.wikipedia.org/wiki/Lize_Feryn , wat een palmares al!
     

    29-10-2019 om 00:00 geschreven door maart


    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.002. schip 01 brief 02

    1978-04-15-za, op zee

     
    We zullen ne keer gauw verder vertellen zie, want als ik aan dit slakkentempo blijf voort doen
    geraak ik nooit bij met mijn verhaal. Het is nu 22h en we hebben zojuist film gehad. 

            Toen nog met een projector, een scherm en een film op 3 bobijnen in metalen dozen.

    Het was een domme spaghetti-western maar de commentaren van de bemanning waren plezant.
    De captain voerde het hoge woord natuurlijk.
    Nu verder met mijn relaas.

    De eerste dag na vertrek moesten we alle gangen (dat heet toch alleyways, m!) schuren.
    Yvonne had voor mekaar gekregen dat we ze tijdens de middagpauze konden doen.
    Dwz 2 overuren aan 200%. Zij is echt een gehaaide. Maar ze vaart al 10 j ook.
    Al goed dat ik bij zo iemand terecht ben gekomen. 

            Dank zij de lessen van Yvonne was ik 3 jaar later ook een gehaaide, en hoe …
            In gedachte noem ik haar nog altijd ‘ma marraine de la marine’. Zij was 52, ik 26 en
            ik slorpte als een spons alles op wat ze me zei, leerde en vertelde. 
            ’k Heb veel aan haar te danken. Methode en tenue, ruggegraat vooral. En ‘hou het fluweel’.

    Met 2 beginnelingen zou het hier nogal lief uitzien.
    Wat ik allemaal al verkeerd gedaan heb durf ik niet opsommen, de brief zou te lang worden.

    Die middag (do-13/04) passeerden we de klippen van Dover. Heel mooi.
    Witte strepen met een lijntje groen bovenop. Maar we zaten zo ver van de kust
    dat ik verder niks kon zien, huizen of torens bvb.
    Enfin, ik sta zo danig te staren naar die witte streep krijtrots met dat lijntje groene begroeiing bovenop
    dat ik vergeet de soepterrine neer te zetten.
    De kaptein vraagt heel vriendelijk wat ik zie. "Dover, Cdt" antwoordde ik.

    "Ah oui, zei hij, en aan bakboord kunt ge Oostende zien."

    Gelukkig had Yvonne me gewaarschuwd voor grappen van die aard.
    Anders was ik misschien naar bakboord gegalopeerd om naar de Belgische kust te wuiven.

    Die dag heb ik een wandelingske gedaan op het dek. (Het is áán dek. Chot wat was ik toen bleu …)
    Voor de boeg zag ik een hele grote vis zwemmen. ’k Dacht eerst dat het een haai was en toen een dolfijn,

    maar dat kan niet he, dolfijnen zwemmen in scholen en in warmere wateren. De Noordzee is te killig voor hen.
    Voor mij ook.
    De marconist zei later dat het mogelijk een bruinvis geweest was.
    Zoek eens op wat een bruinvis is en weet het me te vertellen wanneer ik weer thuis ben.
    Of beter, schrijf het mij. Dan heb ik in volgende haven post. 

            Over bruinvissen weet ik vandaag alles, of toch wat mijn kopke aan kan. 
            Dat laatste lijntje is mijn eerste verzoek om terug te schrijven. 
            Met de jaren zal het regelrecht gebedel worden. Bij momenten zelf zielig.

    De 2de stuur had me gezegd dat het schip een beetje zou rollen in de Golf van Biskaje
    omdat daar verschillende stromingen samenkomen. Allemaal ulle Atlas van het Middelbaar Onderwijs afstoffen en
    opzoeken waar de Golf van Biskaje ligt. Ik zeg niks. Ik heb hier een wereldkaart hangen maar ik zeg niks.
    Wie het eerst gevonden heeft krijgt 1 taksvrije sigaret. Ja mensen, alles is hier ± taksvrij.

    Enfin, na die waarschuwing berg ik alles weg, maak alles toe & vast. En ’s nachts begint dat schip te rollen.

    ’k Word wakker van het geknots van mijn stoel, die was tsn het burootje en mijn bed heen en weer aan het schuiven.
    ’k Leg de stoel plat en slaap verder. ’k Sta intijds op, kuis de mess, ik dek de tafels.
    Het schip rolde, maar verder was alle oké, de ontbijtservice verliep zonder brokken.
    Ik was af, ruim op en ga kotsen.
    Mensen, wat was ik plots zeeziek. Die voormiddag heb ik 5 keer moeten overgeven.
    Eén van die keren dacht ik 'en nu drink ik nooit meer' maar toen bedacht ik
    dat ik de voorbije twee weken niks gedronken had. Daar moest ik efkes om lachen
    maar toen nam het schip weer een duik. Kortom, ik voelde me ellendig en wou sterven. Of op zijn minst
    in Napels afmonsteren en een trein naar huis nemen. Géén vliegtuig – o nee – niet nog eens.
    En toen moest ik van Yvonne droge koekjes eten. Petit Beurre. Ik kon er geen meer zien.
    En ze kwamen er telkens weer uit.
    Gelukkig heeft elke cabine een badkamer + wc. Ik heb mijn ochtendtaken gedaan gekregen
    maar ik heb wel alle wc’s nodig gehad.
    Tijdens de middagpauze heb ik geslapen als een blok. Uitgeput.
    Yvonne heeft me laten slapen tot 16h30 ipv tot 15h. Lief van haar he! 

    De service aan tafel heeft ze in haar eentje gedaan, zowel hat salon als de mess.
    Ze hield me in de pantry, ik heb de twee afwassen gedaan. Daarna ging het wat beter, ± 19h.
    Dat was dus mijn entrée in de Golf van Biskaye. Ik stierf van de dorst maar ik mocht niks drinken 
    volgens Yvonne want dat 'klotst' in de maag. Ze schilde een appeltje voor mij. Vocht.
    Dat appeltje klotste toch ook hoor … 

            Hét gevaar bij zeeziekte is uitdroging, hebben we later geleerd in de cursus Survival at Sea.

    Vandaag za-15/04 is het oer-kalm, we zijn uit Biskaje.
    Het water ligt zo plat & is zo zwart dat ge er precies kunt op lopen.
    Elke ochtend om 06h breng ik een thermos koffie naar de 1ste stuur op de brug.
    Vandaar heeft men een machtig zicht.
    De 1ste doet de wacht 04h-08h & 16h-20h. Elke ochtend vraag ik waar we zijn.
    Vandaag ter hoogte van Bordeaux. Om 15h breng ik een thermos naar de 2de stuur en de marconist.
    We zitten aan de west-piek van Spanje, San Sebastian ±.
    De kust is te zien. Een streepje van 3 cm hoog. Het weer wordt warmer.

    Dag mensen, tot morgen.

            Koffie brengen naar de brug was vrij vlug verleden tijd, toen de koopvaardij
            met 20 jaar vertraging het bestaan van koffiezetapparaten had ontdekt.

     m, toen 26j en het bleuke onder de opvarenden - tekst uit de scheepscorrespondentie van toen - https://nl.wikipedia.org/wiki/Bruinvis

    29-10-2019 om 00:00 geschreven door maart


    >> Reageer (0)
    28-10-2019
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.001a memorie 01

    een woordje context bij dat eerste schip

                Hetgeen ik hier ga vertellen komt misschien moeilijk aan bij degene die het leest,
             maar als ik het hier niet vertel dan klopt de chronologie niet meer. 
             En als ik het nu niet vertel, vertel ik het misschien nooit meer. 
             Dan blijft het in de volgende brieven bij vage terloopse opmerkingen die moeilijk te plaatsen zijn, 
             omdat ik dit stuk voorgeschiedenis onvermeld gelaten heb. 
             Hieronder volgt het relaas.

    Toen ik gesolliciteerd had bij de Pool der Zeelieden, eind november of begin december 1977,
    zeiden ze daar dat ze iets zouden laten weten
    maar dat ik tamelijk gerust kon zijn: begin januari zou ik waarschijnlijk kunnen vertrekken.
    Mijn officieel adres was toen nog altijd bij mijn ouders, ook al was ik al zes of zeven jaar het huis uit.
    Dat was zo omdat ons dat het gemakkelijkste leek. Ze legden mijn post opzij en ik ging die ophalen.
    En zo bleven ze thuis het kindergeld ontvangen natuurlijk, niet dat die som iets te betekenen had
    voor een kind van zelfstandigen, maar goed. Ik bleef dus enkele maanden te lang thuis gedomicilieerd staan,
    want sinds zomer 1977 ontvingen ze voor mij al geen kindergeld meer. 

    Een aantal keren per week belde ik om te vragen of er post uit Antwerpen voor mij was, want
    ik zat werkelijk te springen om te mogen gaan varen, om te kunnen vertrekken uit dit landje.
    Heel de maand december was er geen post uit Antwerpen. Januari gaat voorbij.
    Eind februari bel ik naar de Pool. ’k Had lang genoeg met mijn ziel onder de arm gelopen.
    Ik vraag of ze van gedacht veranderd zijn, of ik dan niét goedgekeurd was, terwijl ze toch gezegd hadden … 

             Nu, ik had mijn ouders niet verteld waarover die post uit Antwerpen ging, 
             voor het geval het uiteindelijk tóch niks zou worden. 

    In Antwerpen zeiden ze, na wat geritsel met papieren, dat ik goedgekeurd was, en dat ze mij dat laten weten hadden
    in december reeds, met een brief op datum zo-&-zo, maar dat ik niet was komen opdagen voor verdere paperassen.
    Toen bevroor ik helemáál in dat telefoonkotje … ik stamelde dat ik geen brief gezien had, dat ik nergens van op de hoogte was! 

    Wel, dat was niet erg, want in maart kwam de commissie opnieuw bijeen en dan zou mijn kandidatuur
    opnieuw voorgelegd worden. Waarschijnlijk zou ik dan kunnen vertrekken begin april.
    De commissie kwam vier maal per jaar bijeen: maart, juni, september, december telkens in de loop van de maand.
    Zodoende moest ik nog wachten tot maart om bevestiging te krijgen en afwachten tot april of ik al kon vertrekken. 

    In de loop van de volgende dagen zag ik Tina en ik vertelde haar wat er gebeurd was.
    Het verbaasde haar niet dat ik wou gaan varen maar het verbaasde haar blijkbaar ook niet
    dat die belangrijke brief mij niet bereikt had.
    Ze zou het thuis eens vragen …
    Een paar dagen later kwam ze toe met de bewuste brief van de Pool, gedateerd in december.

    Toen ik de brief eindelijk vasthad trilden mijn handen, van opluchting, van blijdschap. Dus tóch? Ik was tóch aanvaard!
    Ik sneed de envelop open en daar stond het allemaal: aangeworven, aanmelden dan en dan om zo laat voor verdere dinges.
    'k Vroeg Tina hoe het kon dat die brief van december tot februari in Zellik blijven liggen was, terwijl ik toch regelmatig
    geïnformeerd had. 'k Was vaak genoeg langs gegaan, ik had tot driemaal per week gebeld … waar was de brief al die tijd? 

    En toen begon Tina een wazige uitleg die mij direct wakker schudde: "Jaaa … ons ma denkt dat de facteur die onder de deur
    heeft geschoven maar de brief is onder het tapijt van de inkom geraakt of zo …"

    Op slag was ik alert, bij de pinken. Die uitleg klopte langs geen kanten.
    Facteurs komen niet meer tot aan de voordeur voor een gewone brief. Zo’n brief gaat in de brievenbus in de voortuin.
    En áls ze tot aan de deur moeten komen, dan bellen ze. Iets onder de deur schuiven doen ze niet.
    Én de voordeur is onderaan afgewerkt met een borstelrand tegen tocht en vuil. Iets onder dié deur schuiven gaat gewoon niet.
    En dat die brief onder het tapijt zou geraakt zijn kon ook niet, de voorste tapijttegels zijn tegen de vloer gelijmd.
    En hoe komt dat ons ma nu ineens die brief gevonden had? Had ze de tapijttegels losgeweekt van de vloer?

    Nadat ik mijn vier of vijf bedenkingen opgesomd had werd Tina zeer vaag.
    Ze was mij efkes liever kwijt dan rijk, denk ik: dat ik het in Zellik allemaal zelf maar eens moest gaan vragen. 

    Ik ging met de brief mijn appartement en bleef puzzelen om te begrijpen of er toch iets kon kloppen
    in dat verhaal over de facteur en de tapijt. Er klopte just niks.

    Na een paar dagen viel het me op de dat brief nogal rommelig dichtgeplakt was. Met glooiingen in de lijmstroken,
    helemaal niet glad en strak, op de wijze van een kantoor. DIE BRIEF WAS OPENGESTOOMD GEWEEST.
    Nu volgt efkes mijn hypothetische constructie van toen. 

             Mijn ma had op die brief als afzender zien staan : Pool der Zeelieden. Waaruit volgt : haar oudste zou gaan varen? 
             Met als enige reden dat mijn varen haar niet schikte, voelde zij zich gerechtigd de brief open te stomen. 
             Toen ze achteraf zag hoe stuntelig dat openstomen en weer dichtlijmen verlopen was, 
             dierf ze mij de brief niet meer geven.

    Zo. Dat was mijn vermoeden en dat is achteraf nog ongeveer juist gebleken ook. Mettertijd.
    Time was on my side. Vroeg of laat verspreekt iemand zich, zelfs jaren later, en pas dan is het aan mij.
    Ik heb het toen niet tot een confrontatie gebracht, want men haalt geen informatie uit mensen die men in het defensief drijft.
    En ik wou weten wat haar ertoe gebracht had om zoiets ongeoorloofds te doen, post van iemand openstomen en dan achterhouden.
    'k Heb de hele situatie laten bezinken en voor lange tijd laten rusten. 

             Mogelijk was Tina al langer op de hoogte van die manipulatie van ma. 't Zou niet de eerste keer geweest zijn.
             Of mijn pa van het gedoe op de hoogte was heb ik nooit geweten, nooit willen weten. 
             Het loste niks op of ik het wist, en klaarheid verlangen zou maar olie op het vuur geweest zijn.
             Ik wou weg van heel die mentaliteit, zo ver mogelijk weg en verder interesseerde het mij niet meer.

    Enige dagen later heb ik Antwerpen gebeld om te melden wat er gebeurd was,
    dat ik niet opzettelijk weggebleven was de dag dat de administratie van de aanwerving zouden afgewerkt worden,
    maar dat mijn moeder de brief opengemaakt had en hem daarop gedurende twee volle maanden achtergehouden had.
    Aan de andere kant van de lijn bleef het stil. En het was zo al koud in het telefoonkotje.

    "Hoe oud zijt gij" vroeg de stem in Antwerpen.
    "Zesentwintig, Mevrouw"
    "En uw moeder maakt nog altijd uw post open?"
    "Nee, enkel deze brief Mevrouw, ik weet niet wat haar bezielde."
    Mogelijk had die mevrouw zelf dochters en wist zij wél wat mijn ma bezield had. 

    Mijn kandidatuur zou opnieuw voorgelegd worden aan de commissie . 'k Vroeg dame om het antwoord naar
    mijn verblijfsadres te zenden, niet meer naar het ouderlijk adres, waar ik mijn domicilie had. Dat werd genoteerd.
    'k Heb toen ook spoorslag mijn domicilie laten veranderen. Dat laatste vermeldde ik terloops in Zellik en als reden gaf ik
    'dan gaat er misschien geen post meer verloren'.
    Geen reactie, want kindergeld ontvingen ze voor mij al een zes maanden niet meer. Alsof het dáárover ging.

    Toen ik de tweede brief in handen had liet ik in Zellik efkes terloops horen dat het in orde was met Antwerpen.
    Verder zei ik niks. Niks over het soort job. Niks over varen, niks over de duur van de contracten, niks, niks, niks.
    Er kwamen ook geen vragen. Integendeel, mijn mededeling werd druk overbabbeld door mij ma.
    Ze was aan het spartelen. Laat ze maar wat spartelen dacht ik. Laat zij nu ook maar wat wakker liggen.
    Want die brief achterhouden had me wel drie maanden broodwinning gekost.
    Iemand drie maanden broodwinning beletten. Hoe zou ik dat kunnen noemen, diefstal? 

    En het gaat niet enkel over die drie maanden. Ze had gehoopt dat de idee vanzelf uit beeld zou verdwijnen.
    Dat ik dat plan zou laten varen. Maar ik zou dat plan niet laten varen, ik wou zélf gaan varen.
    Daarvoor was ik in november toch naar Antwerpen gegaan!
    Daarvoor was ik zo gretig naar die brief.
    Daarom had ik in februari Antwerpen weer gebeld.
    Ze had niet gedacht dat ik zo vasthoudend zou zijn … Jajaja, dat is wensdenken ipv nadenken hé.
    Dat ze me zo weinig kende vind ik vandaag nog altijd lachwekkend en zielig tegelijk.

    En welk soort mens belet een volwassen kind een weg te zoeken in het leven, een bestaan te vinden.
    Ik vond haar achterbaks gedoe afstotelijk.
    Wat van mijn kant voorzichtigheid was geweest ivm mijn plannen, botste op haar kortzichtigheid.
    De minachting die ik toen voor haar voelde … mijn klavier is te klein om ze te beschrijven.
    En ik voel ze nu weer terwijl ik dit typ. Waarschijnlijk is die minachting nooit meer ver weg geweest. 

             Vergeven en vergeten?
             Vergeten kan ik niet, daarvoor zit mijn geheugen te lastig ineen.
             Herinneringen springen soms ongevraagd tevoorschijn. Dat is al jaren zo. 
             Soms zijn ze zelfs te levendig of te intens naar mijn zin.
             En vergeven … och kom, zelfs een opperwezen heeft daarvoor grondpersoneel nodig.

    Gelukkig was mijn eerste collega Yvonne. Zij was twee jaar ouder dan mijn moeder, een generatiegenote dus,
    maar zij had een realistischer kijk op het leven en zij had zeer praktische prioriteiten. Eindelijk een rolmodel! 

    Yvonne zag mij als een zelfstandig volwassen wezen en niet als een aanhangsel van zichzelf.
    Zij nam mijn keuze om te varen als een vaststaand feit, niet als een idee dat uit beeld moest verdwijnen.
    Het contrast tussen Yvonne en mijn moeder had in niet groter kunnen zijn.
    Yvonne had mij nodig als collega, en liefst als een collega die zo snel mogelijk niet meer stuntelt maar functioneert.
     

    Yvonne had mij niet nodig als vehikel of doelwit voor vage affectie die eigenlijk vermomde, platte bezitsdrang was.
    Yvonne was niet egocentrisch.
    Integendeel, zij was zeer genereus in het doorgeven van haar kennis en kunde, opdat het verder
    goed zou gaan met mij. Ook op het volgende schip en op alle andere schepen waarop ik zou terecht komen.

    Ik kan niet voldoende duidelijk stellen hoeveel ik aan haar te danken heb.
    Zij heeft in de vier maanden dat we samengewerkt en gevaren hebben,
    mij klaargestoomd voor de volgende 31 jaar koopvaardij.

    Eigenlijk voor de rest van mijn leven.
    En dát, dat kan niemand anders zeggen.

    28-10-2019 om 00:00 geschreven door maart


    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.001. schip 01 brief 01

    allereerste brief naar huis 
    1978-04-14-vr, op zee, Golf van Biskaye 

    Dag lieve mensen allemaal, 

    'k Ben al 10 dagen aan boord en dit is nog maar mijn 3de dag varen.
    Het schip heeft zeven dagen in Gent tegen de kaai gelegen om kolen te lossen.
    'k Kan er echt niet aan doen dat ik nu pas schrijf.
    's Avonds ben ik erg moe, zelfs tijdens de middagpauze slaap ik. En eigenlijk kunnen we toch pas posten in Napels.

    'k Moet vaak wassen ook, want ik heb te weinig bruikbare kleren bij, te weinig bloezen en teveel truitjes.
    Binnen in het kasteel is het te warm en aan dek kom ik toe met mijn 'pelske'.
    't Is zoals we gedacht hadden, de meesten hebben 2 of 3 maal zoveel bij als ik.

    Ik heb hier 2 tenues per dag nodig, 1 voor het poetswerk en 1 voor onder de witte schort bij het opdienen.
    Die bloes wordt ook ferm vuil want er wordt met de hand afgewassen in van die diepe spoelbakken.
    Gelukkig is in Italië de kleding goedkoop, zegt de collega (Yvonne). 

    Het vertrek uit Rotterdam was een grandioos zicht.
    Dit keer heb ik het vertrek kunnen meemaken, het viel buiten mijn werkuren.
    Iedereen aan dek was erg geconcentreerd en druk bezig. 'k Stond natuurlijk overal in de weg.
    Dan ben ik maar een dek hoger gaan staan. Daar was alles beter te zien.

    Voor en achter worden 2 sleepboten vastgemaakt, 1 aan stuurboord en 1 aan bakboord.
    De commando’s van de brug worden via luidsprekertjes doorgegeven aan de bootsman
    (dat is de baas van de matrozen).
    Geen walkie-talkies want ze moeten hun twee handen altijd vrij hebben
    voor het werk. Logisch. 

            Waar was de 3de stuurman dan? Hij doet de standby achteraan, hij houdt de walkie-talkie
            en staat continu in contact met de brug. 

    Wat ik niet wist is dat een schip losmaken zo'n gevaarlijk werk is. Die metalen kabels (de springs heten die)
    moeten losgemaakt worden en daar kan men vingers aan kwijtraken, zelfs met handschoenen aan.
    Die kabels staan strakgespannen rond zo'n kegelvormig metalen ding van 1 m hoog en ½ m doorsnee
    kweeni hoe zo'n ding heet. 
           
                         Fairleads heten die dingen

    foto van ’t Net Click to view the next picture  hier staan ze nog in de fabriek, in de primer
    http://www.ccmemarine.com/html_products/Marine-Pedestal-Single-Roller-Fairlead-229.html

    Wanneer zo'n kabel terugschiet is 't gebakken met uw pollen. En soms breken er ook trossen.
    Ondertussen liggen de sleepboten te wachten op instructies van de loodsen. Die staan op de brug.
    De sleepboten doen hun motoren draaien en ze schommelen en rukken aan hun lijnen als jonge honden.
    't Is ook een gek zicht, zo'n groot schip dat zich moet laten trekken door ondertussen 4 van die mormels. 

            Chot, wat was ik toen een bleuke! Later heb ik heel anders leren denken over slepers hoor!

    En dan heel traag, maar echt héél traag, begint het schip te draaien. De scheepsmotor is bijna niet te horen
    (dead slow heet dat). In de haven staat het water omzeggens stil, dus ge voelt nauwelijks dat het schip beweegt, zwenkt.
    'k Dacht eerst dat de kade naar stuurboord ging maar 't waren wij die naar bakboord zwenkten.
    Zoiets als : tuut, zei de trein en het station vertrok. 

    Een machtig zicht, de haven in de donkerte, gezien van op het water. Hier en daar zijn nog kranen in beweging.
    De meeste hangars zijn dicht. Alles is verlicht met rode of witte lichten. En stil dat het is, erg rustig.
    Enkel het geluid van een kraan ver weg en het gedokker van de sleepboten. Mensen, dat was mooi. 

    En ineens komt er iets voorbij, een ponton zo groot als een huizenblok en zo hoog als een building
    met overal lichtjes op en aan. Alles in metaalconstructies, 3 kleine eifeltorens, 3 kranen en een gek bouwsel stonden er op.
    Het werd getrokken door 8 slepers, 4 vooraan, 2 langszij en 2 achteraan om in geval van nood af te remmen. Muisstil.
    Ik dacht dat het een ding was uit de film Close Encounter,
    dat met een escorte van sleepboten een privébezoek aan Rotterdam bracht.
    Het was eigenlijk een graanponton om te laden en te lossen bij een schip dat aan de boei ligt.
    Doodgewoon, noemt de chef kok dat. Môja, hij vaart al meer dan 30 jaar, zijn mond valt niet zo rap open als de mijne.

    Ik sta hier letterlijk naar álles te gapen hoor. 

    Wanneer we de haven uit waren maakten de matrozen ons los van de sleepboten.
    Dat heb ik niet meer gezien, ik ben gaan slapen. Nu ga ik ook slapen zie, morgen vertel ik verder.
    Het is nog licht, maar ik moet er om 05h30 uit. Erg he, ik die zo'n nachtuil ben.
    Enfin soit. Dit leven is weer eens wat anders. 

    m, toen 26j en het bleuke onder de opvarenden -allereerste tekst uit de scheepscorrespondentie van toen -

    28-10-2019 om 00:00 geschreven door maart


    >> Reageer (0)



    knop om mij te mailen.


    Archief per maand
  • 09-2020
  • 08-2020
  • 07-2020
  • 06-2020
  • 05-2020
  • 04-2020
  • 03-2020
  • 02-2020
  • 01-2020
  • 12-2019
  • 11-2019
  • 10-2019


    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!