'PATATI PATATA
Een ontroerend verhaal over een liefdevolle relatie tussen dochter en haar dementerende moeder

The Breast Cancer Site
Klik deze site elke dag aan en help borstonderzoek betaalbaar houden

Archief per maand
  • 04-2010
  • 12-2009
  • 09-2009
  • 08-2009
  • 07-2009
  • 06-2009
  • 05-2009
  • 04-2009
  • 02-2009
  • 12-2008
  • 11-2008
  • 10-2008
  • 09-2008
  • 08-2008
  • 07-2008
  • 06-2008
  • 05-2008
  • 04-2008
  • 03-2008
  • 02-2008


    Feel good in TITI's elektronisch kletscafé waar het leven gezien wordt door een Oiljsterse vrouwenbril...en feel je niet good, dan retour à domicile!

    11-07-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Kwestie van interpretatie
    Wellustelingen....

    episode...

    46...


    Het bliksemend vuurwerk spatte vernietigend open, toen zij, onaangemeld en Eefje wegduwend  als een draak van een furie  in mijn bureau verscheen:

    “Nu weet ik wat je zinnens bent. Ons onterven! Alles voor die teef, hé? Stuk ongeluk! Al dat geld, ons geld, ons vermogen nog wel! Maar Francis en ik gaan daar een stokje voor steken. Wij laten dat niet gebeuren. Geen cent, hoor je, geen cent, krijg je. Jij…verseksualiseerde bok…’

    “Seksueel geobsedeerde bok, is correcter, Pat. Je kunt wel spreken  over de versekualisering van de maatschappij, van de media, van …”

    ‘… en je elf percent intrest hang ik voortaan liever aan mijn eigen gat. Ouwe vuile viezerik. Zie hem daar zitten met z’n onschuldige toot! Je bent zeker je smerige stoot van enkele weken geleden vergeten? Maar ik niet, hoor manneke, onthoud dat maar! Ik bijlange niet.’’

    ‘Ik heb niet the foggiest idea, maar jij gaat me dat nu vertellen, nietwaar?’

     Ha, meneer, weet het niet meer? Gebeurt het misschien regelmatig dat je ma wil omverrijden als ze ’s avonds van de kerk komt? Je wilt ervan af maar weet niet hoe. Ma heeft me alles verteld en meer nog… Ze heeft alles genoteerd in haar dagboek. Da’s schrikken, hé?  Mocht er met ma iets gebeuren, dan zal deze hier zorgen dat haar dagboeken in de juiste handen komen. Hoor je het, schoft dat je daar zit. Doe die lach van je smoel.’

     

    Haar té grote mond samengeperst in één bruine lipstickstreep, haar bolle ogen uitpuildend op maximum vielen haast uit de kassen. De ziekte van Graves-Basedow plus een uitzinnige kolere, echt geen fraai zicht mijn schoondochter, puitenogen Pat. Ik bleef zo kalm mogelijk, dacht in eerste instantie aan het personeel en schrok, eerlijk gezegd, van mijn reactie:

    ‘Kwoeaak, kwoeaak, kwoeaak,’ riep ik haar met grove spot toe.

     

    Ai, niet netjes, vriend, berispte denkduiveltje. Ook niet netjes, maar wel pijnlijk was de hete koffie, die mijn ogen en neus schroeide, mijn hemd en jas besmeurde. Ik sprong recht en duwde haar met beide handen door de openstaande deur:

    ‘ Buiten jij !’

    Ze kieperde de lege mok door de middengang van de redactie, keerde zich naar mij, spuwde en ging met opgeheven hoofd weg.

    Verdomde Francis! Opnieuw zijn belofte gebroken. Ik had beter moeten weten! Hij had me verraden, afgeschreven en de reactie van zijn vrouw was daarvan het ultieme bewijs.

    “Nee, pa, echt niet. Je moet me geloven… ze was aan het douchen toen ik met Atlanta belde…Nee, pa, ik sluit niet zoals jij de deur van mijn bureau…Wist ik veel dat ze in de traphal bleef luisteren!’


    Het telefoongesprek met Francis deed me goed.

    Mijn zoon had woord gehouden. Gewoon een samenloop van omstandigheden. Een vrij lang zakelijk gesprek met zijn collega uit Atlanta, goeie vriend bovendien. Op het einde, net toen hij mijn verzoek aan het vertalen was, moest Pat op kousenvoeten de trap af zijn gekomen. Natuurlijk begreep ik hem.  Haar kennis van het Engels  is peanuts, maar de woorden ‘My dad …one hundredfifty thousand to start …his money ’ begreep ze wél. Meer was niet nodig, wist ik, om haar oren te laten klepperen.

     

    ‘Pa, wat kon ik zeggen’, vroeg hij me drie dagen later, toen hij me kwam opzoeken in de cafetaria van het bedrijf, ‘je had haar moeten zien, ze steigerde. Ik bespaar je haar emotioneel woordgebruik, maar…’

    Met horten en stoten vernam ik het relaas van  het uitslaand betoog, dat Pat op z’n minst een halfuur had volgehouden. Eerlijk gezegd, ik vond het zelfs grappig hoe Francis zijn woorden wikte en woog om het jargon van een woeste Pat om te zetten  in zijn typisch geaffecteerd koel-zakelijk Nederlands.
     
     

    Ik zag het plaatje in Keerbergen zò voor mij, Pat  briesend:

    “Je denkt dat ik niet weet waarover dit gaat? Ik heb alles begrepen, hoor. De smeerlap moet zijn geld terug hebben. Voor wie? Voor zijn hoer, ja! En wij dan? Hoeveel is het? Hoeveel, hoor je mij. Bel meteen terug en zeg dat dit spel niet doorgaat. Sta daar niet zo onnozel, slappeling. Hem laten rotzooien met ons vermogen! Ha, de hoerenloper wil met ons geld  zijn vuil betalen. Maar die vlieger gaat niet op, lang niet. Niet met mij!”.

     

    Ik kende mijn zoon, dus ook zijn reactie. Bewegingsloos, haar niet afremmend. Alsof hij haar verwilderd gekrijs goedkeurde en het niet verhelpen kon dat ik mijn geld terugvroeg. Alsof hij, net als zij, het grote slachtoffer was. En ik het loeder dat aan banden moest worden gelegd.

     

    Ben je het al vergeten? Vraag het hem! Ik wist echt niet waarop denkduiveltje doelde. Die elf procent aan de puit haar gat, dommerik! Natuurlijk!

    ‘Francis  tijdens de monoloog van …je eega in mijn kantoor, had ze het over mijn elf  procent intrest, die ze voortaan liever aan haar …garderobe wou spenderen. Elf  procent intrest, Francis?’

    Drie, vier seconden stilte. Las ik verbazing in zijn ogen?

    ‘Ach, pa, een vrouw die in alle staten is, kraamt er alles en nog wat uit. En, mag ik er je op wijzen dat je imitatie van een…enfin, dat dierengeluid, bijzonder kwetsend was gelet op haar oogafwijking. Bijzonderlijk pijnlijk, uiterst onkies, pa. Normaal toch dat ze…raaskalt?’

    ‘Mag ik er je ook op wijzen dat mijn imitatie van… dat dierengeluid, nadien gebeurde, ná de vermelding van die elf percent ?’

    ‘Luister, pa. Je weet toch dat ik bepaalde beheerskosten niet kan uitsluiten. Je betaalt geen instap, geen uitstap zoals anderen. Je geniet uitzonderlijk voordelige voorwaarden. Ik zou niet weten wat ik nog meer voor jou kan doen. Kijk, tegen Kerst is het grootse deel van je kapitaal vrij. Informeer je gerust elders, hoor. No problem at all!’

     

    Dat geld toch, terwijl het sop de kool niet waard was. Discussie afgesloten. Francis zweeg verder in alle talen, maar hield me toch nu en dan op de hoogte van zijn verhandelingen.

    Pat zag ik niet meer. Wel hield ze haar wekelijks bezoek op dinsdag aan. Francis kwam gewoontegetrouw elke woensdag bij Gerda. En ik had mijn passionele vrijages met Marianne, mijn stilaan weer veilig gemetseld geluk met haar.

     

    Onze etentjes nu en dan, onze concert- en theaterbezoeken, ook onze eerste ruzie.

     

    Wordt vervolgd



     

    Reageer (0)

    10-07-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Alle baten helpen...


    Blote billen in de Kerkbanken…







    De christelijke naturistensite Gan Eden en naturistenpark Flevo-Natuur in het Nederlandse Zeewolde houden op zondag 28 september een blote kerkdienst. Door het grote succes van de eerste editie eind juni, hebben zij besloten er een vervolg aan te geven.

    De geestelijke die de dienst leidt, is gekleed. De kerkgangers nemen wel allemaal naakt plaats in het gebedshuis. Het idee kwam van Ilse Visser van Flevo-Natuur. Die organiseerde het Christen Naturisten Weekend voor Gan Eden in juni op het park en vond de kerkdienst wel een gepaste afsluiter.

    Luchtige dienst

    Daar kwamen zo'n tachtig naturisten op af. "Het was een niet al te zware dienst, maar met veel muziek en zang", vertelt Visser. De pastor die de dienst leidde kwam van het Bisdom Utrecht. Visser: "Zij zei gelijk ja, had er helemaal geen moeite mee."

    Het was de eerste keer dat er een naakte kerkdienst werd gehouden in Nederland. Voor de tweede editie wordt nog gezocht naar een geestelijke. "Ik weet namelijk niet of de pastor van de vorige keer nu weer kan. Maar dat komt wel goed, ik verwacht geen problemen met het vinden van iemand."


    Alle baten helpen om de ontkerkelijking tegen te gaan



    Reageer (1)

    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Schoondochter en kwelgeest

    Wellustelingen....

    episode...

    45...


    Pat van den Bruele (in tegenstelling tot de gegevens op haar identiteitskaart altijd  op z’n Hollands geschreven met kleine v en d, spelling was trouwens niet bepaald haar sterkte) was al geruime tijd met Francis getrouwd. Mijn schoondochter en ik, wij mochten elkaar niet. We dulden elkaar. Ik uit respect voor mijn zoon. Zij uit respect voor de status van mijn zoon.

     

    Ze mocht, zoals men zegt, wel gezien worden. Maar wat mij betreft,  liever op afstand.

    Pat was hyperslank, altijd perfect gekleed en feilloos opgemaakt. Gedesigned zoals haar interieur en verstandelijk even minimalistisch als haar pas gerenoveerde zitkamer.

     

    Een gesprek met Pat was een aaneenschakeling van geselecteerde rubrieken uit lifestyle-magazines. Vond ik. Maar pa moest Pat niet onderschatten, beweerde Francis, mensen verschillen nu eenmaal en hun interessedomeinen eveneens. Bovendien was Pat goed geïnformeerd. Prijs-kwaliteitanalyses? Pat maakte ze. Niet tussen Carrefour en Delhaize, maar tussen exclusieve beautyfarms in België en Nederland. Koud kunstje, tot de eurocent na en zonder machientje.

     

    Neen, ik mocht Pat niet. Ze had iets glibberigs. De waterige blik in die te zwaar opgemaakte uitpuilende ogen weerspiegelde achterdocht, schijnheiligheid en koele berekening. Koele berekening lag beslist aan de basis van hun huwelijk.

    En niet alleen bij haar! Wie was ik om mijn zoon daarop te wijzen!

    Ze konden ogenschijnlijk samen bijzonder goed opschieten. Ze bewonderden en bewierookten elkaar voortdurend. Ze waren altijd samen. In de auto, op de tenniscourts van Woluwe, op restaurant samen met Gerda en mij of met haar ouders. Samen stoeien of samen ietwat verhit en verward uit de wagen of zijn kamer komen, samen tortelduiven. Nooit gezien!

     

    Eugène, mijn oom,  87 lentes en womanizer avant la lettre had het ook meteen door:

    ‘Elle n’est pas douée, doe angt niks oen. Des fesses tristes, quel horreur !  Dau infirmière de l’année passée, gruute klas, moar da joenk doe, kiekebisj !’

    Waarschijnlijk had het uiterlijk vertoon van de Van Den Bruele’s Francis verblind en had hij zich voorgesteld met Pat een stapje in de Brusselse beau monde te zetten, kwestie zijn imago nog wat meer op te poetsen. Haar ouders hadden carrières om U tegen te zeggen, snoefde hij. Vader, grote Piet op het toenmalige ministerie van Financiën en ma kaderpositie bij de Nationale Bank.

     

    Bij onze eerste kennismaking vertelde vader me echter met weinig enthousiasme over zijn klerkloopbaan bij  Financiën en moeder Van Den Bruele had met veel zwier en plezier haar job als adjuct-chef van de sanitaire ploeg bij de Nationale Bank vaarwel gezegd! Maar ze hadden poen en een prachtig ingerichte villa. Volgens mij: een gouden kooi  met daarin twee straatmussen en een veelkleurige kwetterende parkiet.

    Een hele tijd later vernamen we, dat de villa  in Keerbergen slechts een deel was van de nalatenschap van een oud-tante en dat er dus nog veel meer te erven was geweest.

     

    Mijn antipathie voor Pat was duidelijk wederkerig. Ik verborg die nog achter afstandse onverschilligheid. Zij niet. Liet geen kans voorbijgaan om me te kleineren, cynisch proestend om dat strontblaadje, waarvan ik de leiding had, om door dik en dun Gerda te verdedigen (al keurde zij zonder  er expliciet iets over te zeggen haar religieus fanatisme niet goed). Koos natuurlijk uitdagend stelling tegen mij toen Marianne op de proppen kwam en was, in feite nog een stuk radicaler en brutaler dan Gerda zelf. Iedere dinsdag kwam zij op bezoek om haar schoonmoeder nog vileiner tegen mij op te hitsen.


    De weinige keren dat ik haar moest dulden, begon ze er steeds over. Een zinnig mens zoals zij kon niet aannemen, dat een oude, tamelijk verstandige man niet inzag aan het lijntje te worden gehouden door zo’n sujet. Dat ik met mijn ogen wijdopen in het ongeluk liep. Een chance , dat er nog geen kinderen waren met  zo’n onwaardige opa. Ik onteerde de familie. Was zelfs niet waard pa of vader genoemd te worden.


    Wordt vervolgd

    Reageer (0)

    09-07-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Promoties

    En dan…?




    Twee politietoplui hebben hun secretaresse een schitterende promotie gegeven. Met een diploma lager middelbaar naar een functie op universitair niveau… het kan. Self-made, autodidact nooit van gehoord? Akkoord afgaande op hun verschijningen zien de twee dames er niet meteen Vlerickwaardig uit, doch schijn bedriegt. Probleem is dat ze in openbare diensten zitten en al wie daar klust wordt blijkbaar afgemeten op officiële diploma’s en de dames bezitten zo’n papieren niet. Een niets promotie via een Thia Hellebautsprong, heet dat. De Decker sleurt er zelfs Mata Hari-toestanden bij. Is zijn lijstmaatje Ulla niet via tal van houdgrepen en kushi gurumas met haar poepje op het pluche terechtgekomen waardoor ze nu het vijfvoudige van voorheen verdient? Voor een zitje in de Kamers hoef je niet noodzakelijk een certifikaatje, voor een zitje hogerop bij de uitvoerders der wetten …hoho maar!

     

    Tatami of matras, what’s in a word! Ik heb in mijn jarenlange loopbaan meer dan een Thia Hellebautjump in bedrijven gezien. Tientallen zelfs en van heel, heel dichtbij. Natuurlijk ik spreek over privébedrijven. Privébedrijven draaien grotendeels op privékapitaal. In se steekt een bedrijfsleider zijn geld waar hij wil: in brains of tussen een stel zonnebankgebruinde benen. Bij de top van de politie vallen dergelijke activiteiten onder de post “ Imago Adviseuse”, in privébedrijven eveneens onder “ Personeelskosten, zoniet Algemene of onvoorziene Kosten of PR activiteiten”.

     

    In privébedrijven kan je na verloop van tijd en met de juiste knowhow dergelijke figuren gemakkelijk counteren met een perfect uitgevoerde sliding tackle. Titipoes heeft er verschillende uitgevoerd. Officieel met het oog op het behoud van efficiëntie, niveau en werktempo binnen de afdeling, officieus omdat bepaalde vormen van “samenwerking” na een tijdje serieus op mijn koordekens begonnen te werken. Jaloezie? Bijlange niet. Maar door het bijna dagelijkse Lewinskystandje van een  hoogpotige collega met mijn baas, mijn correspondentie niet tijdig ondertekend krijgen, daardoor mijn avondtrein niet halen…niet met mij!

     

    Laten wij aub niet altijd de heren de schuld geven. Geld gekoppeld aan macht scheidt voor tal van vrouwen een bijzonder afrodisiatisch geurtje af, waardoor kikkervisjes of dikkopjes hongerig worden zoals haaien. Plaats een absolute Adonis in hun midden en je hebt te maken met een school piranha’s

     

    Zo kreeg ik rond mijn vijftigste een nieuwe directeur. Een Harvardboy, klaargestoomd in de kweekvijver van de multinational. Hij kwam lachend op mij af. Geen “Mannen weten waarom” typetje eerder een “ Fleur du Male” model. Een en al glamoureuze charme: zongebleekte zijige manen, bronskleurig fluwelen huidje, nonchalant sportieve stap, driedelig maatpak Oger…een droom van een man. Een bijna twee meter hoge kruising tussen looks van Redford en de oogverblindende zwierigheid van Gere in hun beste tijd. Perfect viertalig ervoer ik later, alleen zijn familienaam verraadde zijn roots, want Dick was zo on-Hollands als wat. Een brokkenmaker wist ik meteen. En brokken heeft hij gemaakt. Water en bloed heb ik gezweet om de kantoorgemoederen te bedaren, om de meest stupide twisten te beslechten. Bijna een dankgebed gepreveld toen hij promoveerde naar een Engelse business unit. Geloof me, samen met mij, een handvol topkaders. Voor hen werd het opnieuw business as usual. Want hoe we het draaien of keren, de wereld zit nu eenmaal zo in mekaar: vroeg of laat is bijna alles en bijna iedereen toch te koop.

     

     

    Reageer (3)

    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Absolute geheimhoudingen
    Wellustelingen....

    episode...

    44...

    Enkele dagen later sprak ik met Francis af in de stijlvolle bar van het Metropolehotel. Maître Joseph zorgde voor een discreet hoekje. Het was in de late namiddag. Francis kwam met tegenzin, kon ik zo uit zijn houding opmaken. Hij scheen vermoeid. Vermoedelijk verwachtte hij dat ik steun en begrip zou zoeken voor mijn verdere relatie met Marianne. Hij vergiste zich. Ik wou de totaal andere toer op, ook al hield het wel verband met haar.

    ‘Ook een coupe?’

    ‘Nee, pa, gewoon plat water. Ik heb niet veel tijd. Was ik niet in de buurt geweest dan …’

    ‘Oké, ik zal het kort houden. Ook ik moet nog een stuk doorwerken.’

     

    De ober bracht de dranken met toemaatjes van zwarte olijven, nootjes en kaasblokjes. Francis tastte meteen toe. Weeral niets of toch weinig gegeten deze middag, vreesde ik. De kookkunst van zijn eega kennende vond ik het niet abnormaal dat hij er zo lusteloos en bleekjes bijliep.

     

    ‘Francis, dit moet strikt tussen ons blijven. Ik wil niet dat je weer je mond voorbij praat en je vrouw direct gaat klikken.’

    Hij keek bedrukt.

    ‘Sorry, pa. Dat was ongewild mijn stomme schuld. Maar vroeg of laat zou alles toch uitgelekt zijn!’

    ‘Misschien wel, ja. Maar dit is strikt vertrouwelijk. Begrepen?’

    ‘Ja.’

    ‘Luister. Ik heb gemerkt dat je moeder in mijn werkkamer snuffelt. In mijn financiële dossiers, ook in mijn bankuittreksels…Ik wil niet dat Gerda nog iets weet van mijn geld. Ik heb bij jou een stevig bedrag uitstaan.’

    ‘Je persoonlijke vermogen, ook het geld van de verkoop van opa’s huis aan dat secretaresje van jou. Hoe zat dat weer in mekaar, die overeenkomst met mijn grootouders? Eerlang ben je ook nog de vereffening van je levensverzekering te verwachten, niet?’

    ‘Nog enkele maanden! Zo’n tien miljoen oude franken, dat is 250.000 euro.”

     

    ‘Gevoegd bij je uitstaand vermogen maakt dat een anderhalfmiljoen miljoen euro plus, waaran een deel met gekapitaliseerde intresten. Niet slecht geboerd.’

    ‘Daar gaat het nu om. Ik wil niet dat je moeder daarvan nog iets weet. Zeker niet over het geld van die levensverzekering!’

    ‘Och, ma trekt zich daar echt niets van aan. Ze heeft haar eigen kapitaaltje…’

    ‘Waar ik niets van wil, maar zij krijgt evenmin iets van het mijne. Later, komt het jou toe en niet haar. Geen cent mag naar dat obscure clubje van Serge gaan!”

     

    ‘Dat gebeurt niet, pa. Toe, zeg, ma is niet zo gek!’

    ‘Francis, ik houd met alles rekening. Met alles! Je moeder schudde nooit mijn portefeuille leeg. Neusde nooit in mijn uittreksels. Nu doet ze het wel. Enfin, ik vermoed het.’

    ‘Pa, je geld is safe bij mij. Wat stel je dan voor?’

    ‘Ik herhaal: je moeder mag geen sikkepit weten van mijn persoonlijk vermogen. Daarom dit: jij stort al mijn geld terug…’

    ‘Dat gaat zomaar niet. Binnen een goed halfjaar misschien en telkens in schijven. Je vermogen is voor het grootste deel in het buitenland belegd’

     

    ‘Oké, in schijven dan. Van het ogenblik dat ik het volledige bedrag hebzoeken we een andere formule. Iets met een driemaandelijkse of halfjaarlijkse intrest .Wil ik om de een of andere reden mijn geld gedeeltelijk terug, dan geef je het me. Ik hoef daarvoor geen papierwinkel. Ik heb alle vertrouwen in jou. Zo eenvoudig is dat!’

    ‘Ik begrijp het nut van die transactie niet. Het hoeft toch niet…’

     

    ‘Geen commentaar, Francis, doen, ja?’.

    ‘ Zoals je wil, maar ik garandeer op die wijze niet de hoge intresten, die je nu geniet.’

    ‘So what!’’

    ‘Tja, vermits jij erop staat, pa. Ik zal mijn best doen. Wees niet wrevelig omdat het enkele maanden in beslag zal nemen.’

    ‘Ik heb geduld, Francis.Ik heb alle geduld van de wereld, jongen.’

     

    Hij keek me bevreemdend onderzoekend aan, terwijl hij rechtstond en me de hand toestak. Ik raadde wat hij dacht: die wil zijn poen aan zijn lief geven, maar dat laat ik niet toe, nooit.

    ‘Francis!’

    ‘Geen woord tegen Pat. Akkoord?’

    “Ik zweer het op mijn scoutszieltje, pa.’

     

    Zijn scoutszieltje! Jij gemelijk ventje! Ik was zojuist heel oprecht en openhartig geweest en met dat ene woord wist hij me terug de boom in te jagen.

     

    Zijn scoutsleven! Nog zo’n streek van Gerda. Het duurde amper twee kampen. Een beenbreuk in Bouillon en een ernstige voedselvergiftiging ergens in de Kempen. Nadien nam hij deel aan vakantiekampen onder toezicht van mijn mutualiteit. Gedaan met haar scouts.

     

    Van de Metropole wandelde ik terug naar de redactie. Het was een schitterende dag. Wolkenloze ijlblauwe lucht. Weldoende temperatuur. Ideale vochtigheidsgraad. Nu en dan een zacht briesje. Geen te druk verkeer. Geen overvolle terrasjes. Een paar straatmuzikanten. Een ruige kerel zong een Ierse ballade.

    Een koppel op leeftijd waagde een dansje. Ik applaudiseerde. Het dametje dankte. Heerlijk die lachkuiltjes rond de felrood gestifte mond. Ik herkende Marianne in haar. En ik was haar partner op de Brusselse Grote Markt. Terwijl ik mijmerend bij een verkeerslicht wachtte, snorde Pat in haar auto voorbij.

    Reageer (0)

    08-07-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Money, money altijd money...
    Wellustelingen....

    episode...

    43...


    Met al dat geflikflooi rond een afgeschreven en herkerkte paus werkte Gerda me nog feller op de zenuwen dan ooit. 

    Bovendien vermoedde ik dat zij in mijn privézaken snuffelde. In mijn werkkamer duldde ik haar niet. Niet zij, maar ik zorgde ervoor dat documenten, dossiers, tijdschriften en boeken netjes geordend bleven. En dus merkte ik meteen dat zelfs een papierklem of een balpen niet of verkeerd op de gewone plaats lag.

     

    Ik vermoedde dat ze vooral in mijn financiële gegevens zocht. Die bewaarde ik op een bijzondere plaats in een farde. Ik wist tevens dat zij in mijn portefeuille keek. Adreskaartjes, zelfs bankkaarten zaten in verkeerde vakjes.

    Van dan af deed ik telkens de deur van mijn werkkamer
    op slot. Zonder enige tegenspraak te verwachten, zei ik:

    ‘Van nu af aan geef ik je elke maand huishoudgeld. Trek er je plan mee. Voor mij hoef je niets meer te doen. Op alle gebied ieder voor zich.!’

    ‘Dat neem ik niet, schoft’ ,en boos dreigend, ‘jouw geld is ook het mijne. Of wil je het allemaal aan die hoer hangen?’

    ‘We hebben reeds een afzonderlijke bankrekening, dus…’

    ‘En de volmacht die ik je vroeger heb gegeven?’

    ‘Wordt vernietigd. Je doet volledig je zin met je geld. Van mij hoef je buiten die alimentatie niets meer te verwachten. Verstaan?’

    ‘Een bagatel!’

    ‘Zestienhonderd euro is ruim voldoende voor een heremiet zoals jij. De vaste kosten blijven voor mijn rekening. Zijn er bijzondere uitgaven, dan kan daarover gesproken worden.’

     ‘God, ons Heer, als Francis dit hoort!’

    ‘Je vertelt hem wat je wil. Dat doe je toch al. Over geld wil ik nu zwijgen. Ja?’

     

    Ze siste als een slang in het nauw. Maar haar ogen leken in triomf te baden.

    Hoe Gerda nadien tegenover onze zoon haar nood klaagde weet ik niet. Francis sprak er niet over. Ik evenmin. Sinds ik hem over Marianne had verteld, kwam hij niet zoveel meer langs. Alleen de woensdagnamiddag bleef zijn vast bezoek.

     ‘Om ma wat te troosten in de lege uren’,zoals hij het noemde.

    Dat ze dan over mij zeurde en haar dodelijkste gifwapens gebruikte, stelde ik me goed voor. Het kon me niet schelen. Of toch wel en eigenlijk meer dan ik wou toegeven.

     

    Laat me eerlijk zijn, waarde lezer, het deerde me verdomme wel. Ik werd er me beetje bij beetje van bewust, dat haar houding en dat voortdurend geweeklaag over mijn’ smeerlapperijen met dat wijf’, mijn zoon van mij hielpen vervreemden.

    Ik heb het u al verteld, erg close waren we in feite nooit geweest. Francis bepaalde de grenzen.

    Maar nu werd hij radicaal afstands. Een soort elastisch muurtje, dat niets doorliet. Zelfs geen inviterende glimlach terugkaatste.

    Goed, als hij definitief de kant van zijn moeder koos, was dat zijn zaak. Voor mezelf had ik duidelijk uitgemaakt wat mijn keuze was. En ook die was definitief.

     
    Wordt vervolgd

    Reageer (0)

    07-07-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Van Monthy Pyton naar het vaticaan...
    Wellustelingen....

    episode...

    42...

    Terug naar het leven van alle dag.

    Mijn stemming ging in die dagen op en af. Ik kon van een namiddag mariannen thuis komen in een soort trance van opstandige neerslachtigheid. Mocht dan geen verkeerd woord horen van Gerda of ik ontplofte tegen haar als een granaat. Hakkend in vlees en gevoel. Dan weer arriveerde ik met een jongensachtige air. Studentikoos neuriënd of à la Monty Python  zingend van de bright side of life.


    En precies op zo’n late namiddag had ik in de hal nauwelijks mijn jas uitgetrokken of Gerda dook  waanzinnig furieus uit de keuken op.

    ‘Vermaledijde’, gilde ze, ‘de heilige vader is stervende. De poorten van de hemel gaan open voor hem! Zwijg! Zwijg!’

    Als ik terugdenk aan de dagen, die de dood van Johannes Paulus II voorafgingen, jongens, jongens!

    En hoe ze te keer ging toen ik me liet ontsnappen:

    ‘Voor wie het bestaan op aarde een paradijs werd, lijkt jouw hiernamaals een lege doos!’

    Had ze toen een dolk gehad, ze had het ding zonder pardon in mijn borst geploft.

    Meestal zat Gerda die week in verdoofde aanbidding roerloos geknield op haar bidbank ( een 17de eeuws prachtstuk, geërfd van haar ouders).

    Nooit eerder een gigantischer megashow gezien dan die pauselijke semi-comateuze toestand. Nooit eerder genoot het Vaticaan een zo magistraal georchestreerde wereldwijde mediabelangstelling. Roomse marketing op topniveau, zo welgekomen voor het wegebbend katholicisme in West-Europa, en… snoepreisjes voor het journaille.

    En Gerda, samen met die duizenden andere misleide zielen, maar naarstig bidden en smeken. Gekluisterd aan paternoster, missaal, bidbank of televisie ( die dagen nog katholieker dan de paus zelf!). En tranen omdat zijne heiligheid nu Jezus’ lijden bijna evenaarde. En hopen dat de hemelramen wat sneller zouden opengaan om hem voor eeuwig op te nemen in alle heiligheden.

    Ze gilde:

    ‘Wel, Neukermans! Haar klauwen zijn zo vroeg gelost vandaag? Wie weet, wie of wat stond er nog op haar agenda! Ellendeling, terwijl de heilige vader…Kijk! Twaalfduizend gelovigen staan daar al uren te bidden voor zijn venster. Die arme zusterkens, zie ze wenen. Och arme toch! Nu beginnen ze juist rond te lopen  en het regent .’

    ‘Natuurlijk moeten ze rondjes lopen. Stel je voor dat ze nog enkele uren staan te staan, de benen van die besjes schieten vol flebitis’


    Haar verwijten raakten mijn kouwe kleren niet. Dit circus liep de spuigaten uit. Ik ging zelfs duimen voor een snelle verkiezing van die paarse rakkers onder druk van hun lobbyisten. Het hielp nog verdorie! De koning is dood, leve de koning!

     

    Woytila ging, Ratzinger kwam. De gedoodverfde kandidaat. Oerconservatief, ultrarechtser dan zijn Poolse voorganger. Hij begroette minzaam lachend en met open armen de wereld, hoog op het balkon. Opus Dei lachte beslist mee, in het vuistje

     De wereld, vooral de westerse - misschien met uitzondering van het new-born-christian babes en boys-randgeval in de USA- reageerde vrij koeltjes, met een wenkbrauw omhoog. Waarom? Waarom plots  zwaar tillen aan het Hitlerjugend lidmaatschap van de 17-jarige Ratzinger, zoon van een politieman nog wel? Vergiffenis schenken staat toch hoog  in het roomse vaandel geschreven? Gerda was er meteen toe bereid:

    ‘Dat manneke deed met de rest mee. Hij zal het niet beseft hebben, meer nog, hij is nadien uit eigen beweging opgestapt!’

    Ik verduidelijkte:

    ‘Nauurlijk heeft hij de plaat gepoetst! De grote Duitse droom lag voor negenennegentig percent aan diggelen. Hij wist dat er geen prijzen meer te rapen vielen. Hop, ’t seminarie in, de perfecte cover. Slim ventje, die Ratzinger, toen al!’

     Ook Pius XII deed destijds helemaal niet of zijn neus bloedde, zelfs bij de ontruiming van de kampen. De omvang van de holocaust? De zes miljoen doden? Die mens besefte dat zogezed gewoon niet. Benedictus XVI, marcherend met swastikaband rond de arm en zwarte laarzen? Jeugdzonde! Kruis erover. Het is niet moeilijk, ze moeten alleen aan hun god verantwoording afleggen, beaamde denkduiveltje,  niet aan ons.

     

    ‘Ik weet niet of hij de ideale paus is,’ hoorde ik Danneels omzichtig zeggen. Die kleine Belg was dus blijkbaar niet bezweken onder de “minzame” druk van de Ratzinger-clan! Anderen wel. Ze kozen voor traditionalisme, conservatisme, voor een kerk die zich mordicus wil blijven opsluiten in zichzelf en haar geschiedenis.

    Niet te verwonderen dat het hard begon te regenen toen de nieuwe paus op het balkon verscheen. Zelfs de hemel treurde. En die is al een stuk ouder dan onze planeet. Ook mijn denkduiveltje werd er filosofisch bij.:

    Geloven, zei hij, in een onzichtbare god is het niets aanbidden. Mocht er een echte god bestaan, dan zou hij toch de mensheid verplichten samen te leven in rechtvaardigheid en liefde.’

    De mensen desnoods een geweten schoppen, nietwaar  Boontje?

     

    Wordt vervolgd.

    Reageer (0)

    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De woordbrouwerij


    CURLINGOUDERS

     

     

    Een groeiend aantal ouders ziet de wereld als een plek waartegen hun kind beschermd moet worden en stelt zich daarom overbeschermend op. De Deense psycholoog Bent Hougaard bedacht in dit verband het woord curlingouder. Net zoals in de curlingsport, waarin met bezems de baan van de schijf op het ijs wordt beïnvloed, borstelen ouders alle oneffenheden op het parcours van het kind weg, zodat het met de minst mogelijke weerstand zijn doel kan bereiken. Dat kan ertoe leiden dat een kind zich niet volwaardig kan ontplooien.

     

    Huisgemaakt brouwsel hierbij aansluitend:

    Bufferpapa eentje van het kaliber van mijn schoonzoon bijvoorbeeld (1m93 en 110 kg) en bumpermama,  moederkloek voorzien van goeie voorsteven.

     

    Aldi-patiënten

    Nogal raar opgekeken toen ik vorige week uit de mond van een geneesheer-specialist dit woordje hoorde. Pejoratief? Echt niet beweerde hij. Eerder een artsenjargon gebruikt om dat soort van patiënten aan te duiden, die helemaal geen of weinig weet hebben van hun medische voorgeschiedenis, geen eigen huisarts hebben en zich geen moer aantrekken door wie, waar of hoe ze behandeld worden. “Als ze maar met een minimum van en bij voorkeur helemaal geen kosten van hun pijn of ongemakken verlost worden, daar komt het op aan.”

     

     

    Rock ‘n Rollkok

     

    Heeft niets te maken met een Piet Huysendingens die aan het aanrecht ten behoeve van een VTM-diva een kniezwengel of heupswing maakt. Het gaat hier om een kok die, gevraagd ter gelegenheid van de passage van een of andere overbekende percussieroffelaar of microhijger, geen flauw idee heeft voor wie hij eigenlijk hoeft te koken en achteraf zijn unieke werkervaring met plezier aan de meestbiedende gazet prijs geeft en daarom geprezen wordt.

     

    Bij uitbreiding is het een nieuw scheldwoord voor een idioot die in de belangstelling staat. Volgens Christophe Vekeman (columnist) beantwoordt ene Jan Van den Bossche, presentator van het gloednieuwe VTM-programma “Chef vs Vlaanderen” perfect aan deze definitie. Meer nog om in culinaire termen te blijven, afgaande op wat en hoe hij alles uitkraamt: prima voer voor logopedisten. De herhalingen van herhalingen op de staatszender beu? Overschakelen want VTM kleurt je lach.

     

    Screwballcomedian

     

    Stand-upcomedians kennen we. Mannen meestal. Zelfverklaarde humorgoden (lees: dioten) als Canvasvulsel. Op enkele uitzonderingen na, grofgebekt dus voor mij niet te pruimen. Weten jullie  echter wat  screwballcomedians zijn?. Ook nooit voorheen gehoord? Klinkt toch niet slecht, uitdagend, tikkeltje frivool, terwijl het in feite een reeds lang gehanteerde filmterm is. Eentje uit de oude doos, uit de tijd van  zwart-wit. Hepburn en Tracy waren screwballcomedians bij uitstek, want tegengestelde personages die door omstandigheden buiten hun wil om een gemeenschappelijk pad bewandelen en finaal ondanks hun botsende naturen komt het tot een happy end. Moderne versies zijn bv. Pretty Woman en Notting Hill.

     

    Vanavond kijken dus. Terzake en de dagelijkse screwbalcomedy in de Wetstraat “Quand les extrèmes se touchent”. Hoofdrollen: Yves en Laurette of wordt het Bart met Joëlle?

    Reageer (2)

    06-07-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.One night with you...
    Wellustelingen....

    episode...

    41...


     

    Thuis werd er echter niet gezwegen. Gerda, strijdvaardiger dan ooit, snerpte me honend toe:

    ‘Wel, is ‘t uit met je madam? Heb je haar eindelijk haar zaligheid gegeven? Eens goed de waarheid in haar gezicht gewreven? Ja, ja, madam is haar gouden ezeltje kwijt.’t Zal haar gat varen. Mam’sel kan terug de boulevard op. Een andere ezel zoeken. Zo’n zotten lopen overal en een hoer zoals zij weet goed waar!’

     

    Mijn eerste reactie was: die ploert van een Serge heeft dan toch zijn smoel niet gehouden. Ik reageerde niet. Ik liet haar onbewogen voort hameren en lamenteren. Het raakte me niet langer. Mijn persoonlijk onweer was overgedreven.

    Ik ging naar mijn werkkamer. Een neut cognac, benen op het bureel, ogen dicht en alleen maar denken aan Marianne.


    Aan onze ‘gestolen’ lange weekends in het buitenland. Marianne  in Firenze, haar  Beatrice Portinari-mime voor het standbeeld van Dante, haar extase in de Galleria dell’Accademia  toen ze Michelangelo’s David  zag en haar gegiechel om wat zij “zijn petieterig geval”vond. Marianne dansend tussen de bloemen in Kent. Marianne in Trier, kletsnat door de regen en hoog op de Porta Nigra. Marianne jurkje omhoog, dijbeen ontbloot, lokkend  in de donkere traboules van Lyon. Marianne in Rome, samen met honderden vrouwen protesterend tegen de Forza Italia. En lang voordien, augustus 2001, mijn meest hemels exclusiefje, met Marianne in Luxemburg en  meteen onze eerste nacht samen.


    Francis had toen met mijn  Luxemburgse bank afspraken gemaakt. Enkele documenten ondertekenen, meer hoefde ik niet. Marianne had geen zin. Heen en terug, ergens een hapje, de voorspelling van broeierig weer en vooral de behang-en schilderwerken thuis. Nee, toch liever niet. Ik kon haar niettemin overtuigen:

    ‘What about one night with me, baby? Turkse baden, indoor zwembad, buffetontbijt met champagne in de tuin, pianobar, souperen bij kaarslicht  in  Le Bouquet Garni, een  absolute culinaire topper vlakbij het paleis, en nadien een weelderige suite just for the two of us?’

     

    ‘ Max, kan dat? Eén ganse nacht met jou? Inslapen in je armen en samen ontbijten? Ik spreek vanavond direct met Jenneke en bedenk wel iets voor vader.’

    ‘Bedoel je dat die dame weet heeft van onze relatie?’

    Ik was echt verbaasd. Marianne had me hier niets van verteld. Meer nog ze stond erop in alle talen over ons te zwijgen tegenover iedereen.

    ‘Ja, maar Jenneke weet niet alles. Net voldoende om met plezier akkoord te gaan en te komen overnachten.’

     

    Ze liet haar stem zwoel-hees klinken:

    ‘Lieverd, vrouwen vertellen nooit alles. Een vrouw zonder mysterie is geen vrouw, capice!’

    En wat gebeurt er tijdens een lange autorit met mysterieuze vrouwen die niet alles vertellen? Juist, ze slapen. Ook Marianne. Ik wekte haar pas vóór de oprit van Le Royal in Luxemburg-centrum.

    Ze stapte slaapdronken uit. Keek verdwaasd rond. Gaapte zeer expliciet en zeeg neer in een van de grote lederen fauteuils in de hal. Nog tien minuten wachten aan de balie en ze rijst onderuit, dacht ik.

    ‘Max, ik ben gebroken, kapot, doodop. Daar gaat onze eerste nacht samen!’

     

    Ook haar stem leek gebroken. Marianne rolde met het hoofd over de schouders. De spiegels in de grote lift weerkaatsen drievoudig de pijnlijke grimas op haar gezichtje. Nee, kindje, het resultaat van je behangen en vooral plafondschilderen maakt mijn eerste nacht met jou niet stuk:

    ‘Zal ik zoetje bewijzen dat ik haar beste medicijn ben?’

    Ze glimlachte flauwtjes. Ik hielp haar uit haar kleed. Behaatje weg. Slipje uit. Legde haar op het bed. Ontkurkte de champagne en zette de glazen, samen met de “enjoy your stay” - fruitmand op het nachttafeltje.

    ‘Even geduld, mevrouw!’Ik glipte de badkamer binnen en mijn kleren uit. Badhanddoek rond de lenden. Inspecteerde de flesjes rond de jacuzzi. Vond wat ik zocht. Legde het kleine witte gastendoekje op haar blote bips en stelde mijn taak voor:

    ‘Le fameux massage Royal pour Madame !’

     Mijn handen zochten de pijnpunten in haar hals, schouders en rug. De geur van de bodymilk, de draaiende bewegingen van mijn duimen, mijn zacht knedende vingers, haar genotskreetjes en het wiebelend kontje van mijn schitterende vrouw veroorzaakten flik-flak bewegingen onder mijn lendendoek.  

     

    ‘Niet stoppen, Max, verder doen! Zalig!  Waar heb je dat vandaan? Dit is haast professionele massage!’

    ‘Ik bak!’

    Marianne draaide zich met een ruk om, keek me meer dan verbaasd, zelfs heel ongelovig aan:

    ‘Hoezo, je bakt?’

    ‘Brood, dus ik kneed deeg. Tweemaal per week, vandaar.’

    ‘Max, dat meen je niet?’

    ‘Jawel, uit noodzaak. De goeie warme bakker is immers  met uitsterven bedreigd en die industriële troep van de warenhuizen krijg ik niet door de keel. Dus bak ik zelf, al jaren. Geleerd bij mijn nicht Liliane.’

     

    Een brokkelig deeg, geduldig en behoedzaam kneden tot een elastisch geheel, de veredelde smaak van  goudgele knisperende korstjes, mals en toch vast kruim en de onovertroffen geur van versgebakken brood doorheen het  huis, een fantastisch zinnelijk genot en compensatie om het kerkelijk gejemineer van Gerda in mijn vrije tijd door te komen.

     

    ‘En wat bakt meneer zoal?”

    ‘In feite alles. Wit brood, volkoren, zeven granen, scones, sandwiches ook ciabatta. Name it, I’ll bake it. En mijn specaliteit! Baguettes, stokbrood op terra-cottasteen, een tip van collega Desmet van “De Morgen”. Moet je echt proeven, schat!’

    ‘Graag en meteen!’

    Ze maakte mijn lendendoek los en keek hongerig naar wat zij noemde “la baguette de Marianne”.

     

    ’s Avonds na het souper wou ze nog een halfuurtje nagenieten in de pianobar. De steelse en ook openlijk bewonderende blikken van de heren, de smalende mond van hun dames, ach, ik raakte er gewend aan. Dit soepele, warme lichaam in mijn armen op de dansvloer, de gloed in haar ogen, haar pittige lachkuiltjes, daar kon ik echter niet aan wennen. Nooit genoeg van krijgen.


    Ze maakte zich zachtjes los uit mijn armen, liep elegant naar de pianist, fluisterde hem een en ander toe. Hij knikte. Glimlachte en zette in. Marianne, een arm nonchalant steunend op de piano, strekte  de andere  sensueel langzaam naar mij uit. Haar hand nodigde me alweer ten dans terwijl ze zong:

    “The more I see you, the more I want you. Can you imagine…”

     Neen, beste lezer, een Turks bad zat er niet meer in. Ook geen duik in het zwembad. Het ontbijtbuffet met champagne in de tuin dan? Dat wel, vierentwintig uur later.


    Wordt allicht vervolgd




    Wordt vervolgd

    Reageer (1)

    05-07-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Keuzes maken...aartsmoeilijk!
    Wellustelingen....

    episode...

    40...

    Marianne veerde recht, keek me verbaasd aan:

    ‘Wat wil dat zeggen dat …maar niet alles!

    Stelde ik me voor dat haar stem een ietsje bitsig klonk?

    “Of je zeker weet dat je oprecht van mij houdt, Marianne. Kan je je liefde voor mij meten of vergelijken met gevoelens, die je voor vroegere vriendjes of …mannen  had? Ik veronderstel dat die er toch geweest zijn, zo’n prachtvrouw als jij?’

    ‘Natuurlijk, toch niet abnormaal? Als tiener werd ik om de haverklap verliefd, soms voor één dag, soms wat langer.  De kleur van een brommer of een originele leren jekker, meer hoefde het niet te zijn en ik was vertrokken. Verliefd, weet je wat dat is?  Stoeien in het voortuintje van geluksdromen, tussen de madeliefjes en de pisbloemen, tot de poort van het grote huis opengaat, en je binnentreedt en  weet dat je thuis bent. Dat, Max, dat is  liefde,  allez, dat denk ik. En ja, er zijn ook wat jij bedoelt… mannen geweest. Later. Vluchtige, waardeloze, stomme contacten, die me zelfs geen herinnering lieten. Moet je weten waarom? Iedereen knapte af omwille van vader. Ik wist nooit vooraf of ik een afspraak kon nakomen, juist door vader. Mezelf verwennen, gewoon een bezoek aan de kapper, kon niet zonder de buren op te trommelen. En zo voort en zo verder. Ik wou ook iets anders weten, Max, ik wou ontdekken en begrijpen, vooral begrijpen waarom mijn moeder destijds...  Het moet toch een uitzonderlijks iets zijn, die drang, die niet te onderdrukken wil, om je man en vooral je kind op te geven, begrijp je?’

    ‘Volkomen. En Marianne, weet je nu door mij wat die liefde is?

    ‘Ja en nee.’

    ‘Hoezo ja en nee?’

    ‘Ja, voor jou zou ik mijn man verlaten, denk ik. En nee, ik weet niet of ik dat als moeder zou kunnen. Ik weet verdorie niet wat moederliefde is, zal het nooit weten. Je kent de afspraak. Eerlijk gezegd, ik maal er niet om.Wat ik de laatste jaren op kantoor heb meegemaakt, heeft geen naam! Milou van de boekhouding is op een kleine acht jaar aan haar derde vriend toe. Het is altijd la vie en rose met elke p’tit ami. Voor haar toch! Voor haar twee dutsen, een drama. Die sukkels. Van het ene appartement naar het andere, van de ene school naar de andere. Hoe kunnen die kinderen de zo nodige stabiliteit en hechting vinden? De oudste is er al een paar keren vanonder gemuisd. Enkele weken geleden twee volle dagen zelfs. Michèle heeft dan Child Focus gealarmeerd. Hij zat bij zijn papa en wou niet meer naar Milou. En Milou maar foeteren over die gosse impossible van haar en patati en patata. Een manneke van negen! Met al negen levens achter de rug! Zonder jou, Max, is het echt ondenkbaar voor mij. Maar stel dat ik een kind zou hebben. En door mijn liefde voor jou zou dat kindje met zijn papa, om de twee weken, hooguit twee dagen en één nacht kunnen samen zijn. Is dat niet je reinste egoïsme? Dat mag toch niet, Max! Van éénoudergezinnen kan ik meespreken.  Ik was in feite gezinshoofd, oppas en verpleegster. Moest koken. Alles rustte op mijn schouders. Hoe wil je dat ik je een sluitend antwoord geef?’

    Ik keek haar verstomd aan.?’

     

    Haar dubbelzinnig antwoord, haar motieven, hoe gegrond mischien ook, voldeden me niet. Ik was toch geen p’tit ami? Waarom kon Marianne niet eenvoudig zeggen: ja, ik hou van jou. Waarom zo balanceren op een koord van onzekerheid en ambiguïteit, die me plots op stang joeg?

     

    Omdat zij een Weegschaal is, tiens, en een balans balanceert, beet denkduiveltje terug. Omdat de uitlatingen van Serge constant je hersenen pijnigen. Omdat hij je straks nog zotter dan Gerda maakt. Altijd maar stel dat, stel dat... Meneer wil “Ja, ik hou van jou”  horen. Woorden die elk Janneke en Mieke gebruiken. Je  zal dan maar een vrouw hebben, die door de aparte, humoreske, subtiele en fijngevoelige omschrijving van haar diepste gevoelens, elke normale man vleugels geeft en meneer durft niet te vliegen. Meneer heeft vliegangst!

     

    Ik geloofde haar. Ik snakte er opeens naar, meer dan ooit en ondanks alles, haar mijn wettige echtgenote te noemen. Mijn zelfoverwinning. En de rest, al die roddels, al die kletskoek om mij de dieperik in te duwen, te begraven en te vergeten.

     

    Grimmig sneerde ik tegen mezelf: if so, je bent toch niet de eerste die een hoertje gaat trouwen. Om te beginnen Marianne is geen hoer. Laat ze naar bed gegaan zijn met anderen, dan heeft ze het met klasse gedaan, niet bij de rode lichtjes in een peeskamertje. Dat bestaan is voorbij voor haar. Er zijn nu geen andere mannen meer. Ze heeft voor jou gekozen. De enige, de ware voor haar!

    Daarom zweeg ik over Serge.

    Wordt vervolgd.

    Reageer (1)

    04-07-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Le baiser de Brancusi
    Wellustelingen....

    episode...

    39...

    Pretlichtjes verschenen in haar groene ogen. Playtime dus. Wou ze mijn vraag ontwijken? Ze ging zitten op het vloerkleed en nam de houding aan  van “De Denker” van Rodin.


    ‘Moeilijke vraag, vreselijk moeilijke vraag. Even denken! Hou ik van hem? Ik hou van zijn donkere ogen, ook van zijn neusvleugels, de drieëneenhalve rimpels op zijn voorhoofd. Ik hou beslist van zijn iets te grote oren, vooral de linker, van de twaalf haren op zijn borst, ook van het bruine wratje boven zijn navel, niet van het litteken door blindedarmoperatie en ook niet van de knobbel op zijn rechter middenteen. Maar veel, veel, verschrikkelijk veel van la baguette de Marianne . En  ’t meest van al  hou ik …”


    Ze wipte recht, besprong me in de sofa en zoog  mijn tong met alle kracht in haar mond. Beet. Slurpte. Kreunde. Ging nog heftiger en gulziger te keer.

    ‘En na le baiser de Brancusi, la poitrine à la Marianne !’

     Ze bestreek haar tepels met cognac en liet mij  een dronken zuigeling zijn.


    Laat me liever  een  Goya of een Modigliani worden! Laat me de borsten van Marianne, een zeldzaam juweel, in een vloeiend lijnenspel van houtskool schetsen of die prachtig donkerroze gezwollen tepels borstelend uitdeinen in hun fragiel roze ‘tempelhof’. De boezem van Marianne  was een feest, dat me telkens weer overrompelde, me benevelde van bewondering. Om haar trots. Haar heerlijkste sieraad. Mijn glorieweg naar ons paradijs.


    Toen ik me oprichtte, bleven haar handen door mijn haar woelen. Ik keek haar aan en zag een ander beeld. Ik, als Camille Claudel, in trance haar borsten koesterend met handen en ogen, en haar boetserend tot een vereeuwigd levend beeld. Ik murmelde:

    ‘Camille, ja de kleine Camille.’

    ‘Welke Kamiel?’

    ‘ Camille Claudel, schatje, het buitengewoon begaafd liefje van de grote Rodin. Had ik maar haar talent om uit één  klomp smeuige klei deze twee parels te kneden! Camille Claudel, Musée d’Orsay, Parijs, vorige zomer! Remember?

    ‘Tuurlijk, wij hebben daar op z’n minst twintig minuten voor dat kastje gestaan. En toen je me plots kuste, de gezichten van  die dikke, Amerkaanse trutten! Jongens toch, shame and scandal! Ik denk dat Camille en wij hen op dat moment meer van Parijs hebben getoond dan alle gidsen samen.

    Ach, Max, Parijs!  La ville des amants en dat met jou! Dansen op de boule’ Mich om middernacht en nadien pootje baden in de tuinfontein van het hotel.
    Zingen bij  het graf van Gainsbourg :’Tu vas, tu vas et tu viens entre mes reins’. Onze déjeuner sur l‘herbe, Max, achter die zuilengalerij in dat prachtig parkje. Hoe zou ik dat kunnen vergeten? En in Londen bij Harrods, toen ik van jou die afzichtelijke paardenrenhoeden op mijn hoofd kreeg. De verkoopster kon er niet om lachen en ze moest  zwijgen, verdorie, natuurlijk met al onze volle Harrods-zakken op haar toonbank. Elke plaats, waar jij me gekust heb, zit veilig opgeborgen in de klepjes van mijn hart. Heb jij me al laten genieten, venteke! En bijgebracht, veel bijgebracht.’


    ‘ Dat, liefje, is hét grote voordeel een oudere man als minnaar te hebben. Die weten héél wat… maar niet alles!’
     
    Wordt vervolgd.

    Reageer (1)

    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Een bijzondere avond...
    Wellustelingen....

    episode...

    38...

    Toen, een schemeravond  en het regende flink, in de auto vlakbij de laan naar mijn huis zag ik Gerda op het fietspad vóór mij uit stappen. Niet met haar typische tante Sidonia-stap. Ze liep als op wolkjes. Met kleine pasjes, beslist nog gebeden en psalmen prevelend, paraplu ongeopend, beslist in trance van haar obscuristisch kransje bij Serge. Zodanig aan het zweven dat ze zich nauwelijks van iets bewust was. Ik vertraagde, stond bijna stil.

     

    Wat mij toen overviel, begrijp ik nu nog altijd niet.Wat ik wel wist, wat ik verdomd goed wist, was dat ik dat mens haatte. Zij was er te veel! Jubelen wou ik, zou ik, als ik dat ding daar op het asfalt zag creperen, doodbloeden als een nutteloze slak.

    Ik startte bruusk, reed recht op haar af, zag haar ontdaan opschrikken en een paniekerige blik achterom werpen. Een fractie van een seconde. Toen was het voorbij. Ik gaf het stuur een ruk en reed, gevoelloos, leeg en ontredderd, niet langer mezelf, langzaam naar huis.

     

    In bed vroeg ik me ijzig kalm af of het werkelijk in mijn bedoeling gelegen had Gerda dood te rijden.

    Ja! Ik had dat -in een fractie van een seconde maar- echt gewild. Dat creatuur was er te veel. Een mestkever die moest vernietigd worden. Haat kan niet dieper of killer zijn.

    Die nachtmerrie ging weer voorbij. Ik wou er nooit meer aan herinnerd worden. Gerda bleef. Live. Bedreigend. Me op alle mogelijke en onmogelijke manieren kwetsend, vernederend, uitdagend en uitlachend. Marianne nog schandelijker afschilderend en me daardoor nog meer pijn doend. Ik wou haar de strot dichtsnoeren. Ik had meer dan genoeg van dat wijf. En wie geeft me ongelijk? Wie?

    Ik, zei denkduiveltje. Redelijk blijven, vriend. Duw al die demonen weg. Leef je leven met Marianne. Zij is je houvast, je enige baken. Laat haar ongekrenkt, onbeschadigd en schuldeloos voor jou blijven wat zij is. Zij is het overwaard. Stoor je niet aan de kwalijk gonzende rest. Keep cool!

    Nee, verdomme, ik liet me niet bemodderen door dat serpent, noch door haar pastoor en zeker niet door die haai van een schoondochter. Tijd bracht raad. Wijsheid en aanvaarden.Was die tijd nu misschien gekomen in het jaar na Walters dood?

     

    Niettemin bleef ik de eerstvolgende weken dag en nacht aan Serge’s verhalen terugdenken. Het stond duidelijk op mijn gezicht te lezen. Marianne merkte het. Stelde pertinente vragen. Maakte haar Max zich zorgen? Gerda? Het werk? Francis? De schoondochter?

    Ik schudde het hoofd. Gaf soms ontwijkende antwoorden (Ja, het werk. “Jool’s” bleef zakken. Boze gezichten bij de raad van bestuur. Vragend-angstige gezichten op de redactie. En ja, ook Gerda met haar sektegedoe en…kom, dat raakt ons toch niet), sneed vlug een ander thema aan of ging over tot de daad, waarna we beter ons evenwicht terugvonden.

    Maar het bleef knagen. Het hield niet op.

    Als om van Marianne ongevraagd klaarheid te krijgen over haar ware bedoelingen, had ik het af en toe over trouwen.

    “Ja, ja, ja en graag, graag, graag, maar Gerda, Gerda, altijd Gerda.  Alsjeblief, Max, niet weer’ ,weerde ze mijn vragen wrevelig af.

    ‘Stel dat zij in een aanval van heilig vuur toch toehapt in een scheiding of dat zij er niet meer zou zijn, lieveling?’

    ‘Ventje, gaat het nog, ja? Zij is er èn Keerbergen is er ook. Ik zou alles geven om zelfs met jou samen te wonen, nu meteen. Maar ik ben bang, Max. Je weet het. Gerda is tot alles in staat. Hoe vaak heb je me dat al gezegd. Ze is gek, knettergek. Stel je voor dat ze haar kuren krijgt, op de Keizerinlaan aan kantoor of in mijn straat, voor mijn deur. Ze is ertoe in staat, hoor! Ik kan dat niet aan, lieverd, ik mag er niet aan denken. Plaats je even in mijn situatie. Jarenlang een zwaarzieke vader. ’s Morgens wakker worden met slechts één vraag: welke problemen vandaag? Nu eindelijk de man van mijn leven bij mij, maar met een serieus zwaard van Damocles boven zijn kop en boven de mijne.’

     

    ‘Lieveke, breek je hoofdje daar niet over. Zij is het niet waard’

    ‘Denk je echt dat ik blind ben? Dat ik niet weet hoe jij je voelt als je naar huis moet? Sedert die hufter van een Francis zo opzettelijk indiscreet is geweest, opzettelijk ja, ben je veranderd. Niet altijd, maar toch vaak. Afwezig, gespannen. Je loopt soms op de toppen van je tenen. En waarom? Omwille van die gekkin thuis. Als je me ’s avonds belt vanuit je werkkamer, hoor ik haar krijsen. Kippevel krijg ik ervan. En dan weten dat  mijn venteke zoiets moet meemaken, dag na dag. Ze is bezeten, Max, en niet alleen door haar kruisbeelden. Ze is bezeten door één gedachte: jou eronder krijgen, je geestelijk kraken en mij ook. En het doel heiligt vaak de middelen, nietwaar!’

    ‘Maar zoetje toch…’

    ‘Zoetje heeft Röntgen-ogen en weet je wat die zien?  Een man die lijdt, een man die niet alles vertelt, een man die bewust veel verzwijgt om zoetje geen verdriet aan te doen. Dat ziet zoetje en ze houdt daar helemaal niet van.’

    ‘Marianne, in alle ernst, hou je oprecht van mij?’

    Wordt vervolgd

    Reageer (0)

    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Niet te doen!

    ’t Houdt verdorie niet meer op…







    Voetbal, koers, Olympische Spelen, tussendoor tennis, jumping en formule 1. In het naseizoen start de Jupiler League en dan de prijsuitdelingen: de beste ci en de beste là. Dure grappen voor de zenders, maar ja, voor elk wat wils en sport is toch synoniem voor vermaakindustrie. Daardoor maatschappelijk gezien van immens belang doch binnenskamers...olala! Wie is daar de dupe van? Wij, de vrouwen, de sportanalfabeten. Daarom krijgen wij avond na avond   heruitzendingen van heruitzendingen van heruitzendingen geserveerd. Volgend jaar smeren ze  gegarandeerd “ Schipper naast Mathilde” op ons brood. De “Paradijsvogels” zijn al aan de beurt geweest. Nu laveert de VRT tussen het zoveelste “Kampioenen”gezwam, “Flikken” en “Witse”. Of met Jan voor de tweede keer naar Mekka. Spirituele tussennoot heet dat.

     

    Ja; ik heb het EK voetbal gevolgd. Van moetens. Kwestie van rust in het kot te houden. Die man van mij heeft twee buitenechtelijke passies: zijn Klara en zijn pottenstampers. En neen, die voetbal heeft mij niet bekoord. Scoringsdrift? Bij vlagen gezien dankzij de talloze replays, voornamelijk door de Russische jochies, Kroaten en de Spanjaarden. De laatsten zogezegd met de hulp van hierboven aan hun manieren te zien. God aan de cornervlag of in het strafschopgebied, waarom niet? Oogstrelende dribbels? Nauwelijks. Braziliaanse finesses? Vergeet het. Smerige tackles des te meer. De Mannschaft heeft er een patent op. Aanvoerder Ballack en Schweindingens hebben geluk dat de FiFa-spelregelementen haaks staan op de wetgeving inzake vrijwillige slagen en verwondingen. Nederland, daarentegen, was braver, enfin, tijdens het napraatje in het perslokaal toch. Haast niet te herkennen het clubje van Marco tijdens de eerste week! Oranje zwaailichten alom buiten,  maar voor de camera  Terneuzenaren op een zondag: ingetogen, uiterst voorzichtig met woorden, de  moeizaam ingehouden pretentie droop eraf. Bescheidenheid is niet langer van deze wereld en zeker niet van Holland, toch? Conclusie van dit EK: meer elleboogstoten, been - en voettrappen dan doeltrappen. Voetbal een feest!? Tarara. Big business, dat wel.

     

    Morgen vangt het pedaalcircus aan. In alle media slechts een vraag: spuitvrij of niet? Met wie komt het journaille eigenlijk lachen? Ze staan allemaal op scherp, hoorde ik de reporter zeggen. Scherp!? Och gottekens toch, kadavers met truitje aan reden voorzichtig het trapje af. Mueslivreters zo te zien. Veganisten. Catwalklatten gelijk en dat moet op eigen krachten de Mont Ventoux op! Waar is de tijd van een Ballerini, de dikbil van het peloton? Spieren als gevlochten scheepstouwen op de glimmend geöliede, gebruinde dijen. Natuurlijk was het opgespoten. Juist, Van Impeke was een berggeit, een lichtgewicht, doch naar verluidt volgde Ritaatje met een peertje cleane pipi. Merckx, Indurain, Delgado, Hinault da’s de amfetaminegeneratie en de laatste vijf jaar zijn de Epo-boys aan de beurt. Mio marito heeft ooit in zijn journalistieke beginperiode pistiers gezien met teelballen ter grootte van  bergappelsienen. De oude Schotte, vader aller Flandriens, die man geneerde zich echt niet:

    “Als den doktoor iets geeft is de tammigheid weg. Ge wordt veel agressiever en ge gaat als de beste demarreren. Het is just als bier drinken. Na drie pinten komt de tong los en na de vierde weet ge van geen ophouden meer!” Hoeveel jaren geleden den Briek? Doping… so what!?

     

    Wij vrouwen, moeten zeker niet met vermanend vingertje naar de renners wijzen. Want van hormonenbommen gesproken…eigen gewin grotendeels aangevuld met pharmaproductie. Onze dochters slikken al jaren de pil en wij profiteren van een menopausale behandeling. Wat is het verschil tussen de ene die geen kinderen en vapeurkens wil en de andere die en danseuse een berg op wil?

    Al eens aan gedacht wat er ons, vrouwen, te wachten staat indien die rondegasten niet “begeleid” worden? Nu duurt een etappe tussen de drie en de zes zenduren, zonder “iets” zitten ze rond het avondjournaal nog niet op een col. Valverde en Co, no dudes, mannen.  Geneer jullie niet, por favor!

    Reageer (0)

    03-07-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Een vergeten bestaan roept vragen op, veel vragen...

    Wellustelingen....

    episode...

    37...


    Ik ontsloot de deur. Duwde hem bruusk het portaal op en wierp de deur met een smak achter hem dicht.


    Toen was ik heel alleen met mijn snerpende stilte. Mijn wezenloze leegheid. Mijn armoe. Loog Serge? Knoopte hij Marianne’s naam aan een andere? Opzettelijke, kwetsende en schaamteloze fantasie van een gewetenloze bemoeial, die zich alles meende te mogen veroorloven omdat hij priester was, in zijn meute van aartsdomme volgelingen ongenaakbaar, een  oppermachtig rechter.

     

    Natuurlijk was het opgemaakt spel. Natuurlijk zat Gerda er tussen. En misschien ook Pat. Natuurlijk hadden zij in de vals-gewillige pastoor Serge de gedroomde go-between gevonden om hun loslopende vertelsels gestalte te geven.

    En natuurlijk hadden zij erop gerekend dat hun verhaal me knock-down zou slaan. Natuurlijk…Maar…

    Nu kropen de stekels te voorschijn. Als heimelijke betweters, die weten waar te prikken om pijn en bloed te zien. Die lispelden en hamerden, zongen en schroeiden, doodden om in de smart nog dieper te kerven.

     

    Er bestaat geen rook zonder vuur!

    Ik had van het begin af aan vermoed, dat Marianne nog tal van andere mannen had gekend. Daarom was zij te stielbedreven, te ervaren in de finesses van un amour parfait. Daarom was ik me eerst domme, overbodige vragen gaan stellen om te besluiten dat, wat voorbij was, geen verschil meer uitmaakte; dat ik maar een geluksboer was, die lekker smulde van wat anderen voor mij vlijtig hadden geprepareerd.

     

    Doch de stekels wilden niet wijken. Bleven pijn en bloed zoeken.

    Ik herinnerde me dat Marianne heel vaag vertelde over de start van haar loopbaan. Secretariaat op een notariaat, een openbaar ambt dus! Waar, hoe, wanneer precies? Losse antwoorden. Deed er niet toe Begraven tijd. Alleen het nu telde en dat was een hemel…

    Nee, die angels moesten eruit.

     

    Laat ze dan, verdomme, een vetbetaalde hoer zijn geweest, een sluwe meid, die alleen op poen en heertjes op leeftijd jacht maakte.

    Laat er haar dan, vóór mij, maximaal van geprofiteerd hebben, tot heil van haar vader (voor wie zij het misschien in de eerste plaats deed), tot heil van een uitpuilende kleerkast, juwelen, een wagen en misschien een wekelijkse peperdure kapper aan het Stephanieplein.

    Laat haar verdomme ook een suite genomen hebben in het Conradhotel en zich daar enkele uren echt in het zweet getrimd hebben met de een of andere deftig-devoot opgevoede rijkeluisgluiperd, die nu als de eerlijkste en zedigste  notaris of  advocaat door het leven ging.

     

    Mij niet gezien, verdomme, niet. Het was haar keuze geweest. Even goed een manier om makkelijk aan de kost te komen als de soms bedrieglijke beurstransacties van een gewiekste speculant. Had ik het recht haar daarom ter verantwoording te roepen, haar verleden om te spitten?

    Nee, duizendmaal nee.

    Ik kreeg een misselijk gevoel.

    Het beeld van Serge kwam op mij af als een aasgier, me innerlijk stuk bijtend en dood vretend. Die schoft, want hij deed me dit allemaal aan, maakte me ziek. Het zweet brak me uit. Verdomme, daar waren ze weer, die kolieken. Ik hapte naar lucht, trachtte de pijn in de buik weg te duwen en kwakte mijn ellende, twijfels, angst en zelfs zekerheden als een hoopje groenachtig slijm op het tapijtje in mijn werkkamer. Ik mocht niet toegeven aan de plotse duisternis.


    Marianne bleef voor mij wat ze was.

    Ik kon trouwens niet meer zonder haar. Haar wild lijf was vergroeid met het mijne. Zij kwam mij de porieën uit als een weldoende levensdronk. Ik zou met haar tot mijn honderdste verjaardag kunnen neuken. Feestelijk, triomfantelijk, vreselijk woest en goed neuken.


    Sedert wanneer hecht jij geloof aan de woorden van een pastoor, fluisterde denkduiveltje.Gebruik je klein verstand!  Ben je vergeten dat Marianne de eerste maanden van jullie relatie altijd dezelfde kledij droeg? Oké, ze is een kei in het combineren.  Ze kan met een prul de catwalk op. Je weet toch wel dat vrouwen met plezier de inhoud van hun kleerkasten showen, vooral op kantoor? Uitpuilende kasten bij Marianne! Hoe krijg je het in je hoofd!
    A propos, niet overdrijven, vriend. Je bent wel goed in bed, maar tot je honderdste met een vrouw als Marianne? Met de hulp van  een stalen verpleegster, ja!

     



    Wordt vervolgd

    Tav Gazel: Alora Madame, content nu? Twee vliegen in één klap
     vandaag. Braaf van Titi hé?


     

    Reageer (2)

    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De kleine kantjes van serviceclubs


    Wellustelingen....

    episode...

    36...


    Zijn woorden kwamen nu heel behoedzaam, tergend luid en toch als omfloerste klanken, die tussen ons bleven hangen in een aureool van valse medeplichtigheid:

    ‘Max, Marianne Dries vertoefde ooit graag in het gezelschap van oudere, steenrijke heren. Je hoort mij niet beweren dat ze een soort call-girl of een goedbetaalde hoer was, om het platjes te zeggen. Nee, dat niet. Ze frequenteerde wel die kringen, waar discretie…op prijs werd gesteld en gezelschap …royaal gehonoreerd.’

     

    Ik verstrakte. Werd marmer. Marmer dat zweette. Begon te bloeden binnenin. Smolt van ongeloof, verbijstering, woede, onmacht en opstandigheid. Kolkende en versmachtende opstandigheid, die dat klerikale loeder naar de keel wou grijpen..

    Hij verwachtte het en stond snel op. Kaarsrecht en brutaal afwachtend. De vuisten klaar en zeker nog leniger dan ik om mij meteen zonder pardon in mijn eigen huis nog wel, in elkaar te timmeren.

     

    ‘Jij schurftige vlegel, jij, jij…’

    ‘Max, blijf kalm. Het is mijn plicht je dit alles te zeggen. Niet zozeer om Gerda of het redden van je huwelijk, maar om jezelf, Max, je mag niet het zoveelste slachtoffer worden van die vrouw.’

    ‘Maar het is verdomme niet waar!’

    ‘Het is wél waar, Max. Een man, vraag me geen naam, een zeer welgestelde man uit de omgeving heeft me over haar gesproken. Hij was ten einde raad. Wilde mijn advies inwinnen. Weigerde zich nog langer te laten pluimen door die vrouw, die alleen geld op het oog had, hem chanteerde en ten slotte dreigde zijn carrière om zeep te helpen.’

     

    ‘En dat kwam hij je allemaal vertellen zo…”

    ‘En hij was niet de enige, Max. Een tweetal jaren later vertelde de persoon in kwestie me dat een vriend van hem, lid van dezelfde service- club, een industrieel….”

    “Ook die kwam bij jou langs om even te biechten …Hou op, man!’

    ‘…en ook client bij hem, Max. De persoon in kwestie oefende een openbaar ambt uit, een vertrouwensman in familiezaken. Die industrieel kwam als client advies inwinnen en, de wanhoop nabij, als vriend zijn hart uitstorten. Ik heb hem ontvangen in de pastorij…’

    ‘…en geluisterd. Ze waren beter meteen samen naar de politie gestapt.’

     

    ‘Ik heb die industrieel ontvangen op verzoek van mijn parochiaan, Max. Een priester is alles in één persoon: geduldige luisteraar, milde raadgever, psycholoog en soms psychiater, dokter zelfs.’

    ‘En wat ben jij nu voor mij, smeerlap?

    ‘Op dit moment ben ik een echte vriend, Max’, klonk het zeer beheerste, bijna plechtstatige antwoord.

    ‘Je ogen moeten geopend worden, Max. Keer met beide voeten op aarde terug of je loopt blind in je ongeluk’

    ‘Leugens, leugens!’

    ‘Max, ik wil je helpen, je waarschuwen, je behoeden voor de totale val. Wat ben ik er ten andere mee je leugens te verkopen? Ik lieg niet. Ik wil je alleen helpen.Vraag me niet hoe het er in die kamers van dat rendez-vous huis aan toe ging. Van die twee mannen weet ik zeker…’

     

    ‘Noem hun namen!’

    ‘Vraag ze aan die vrouw. Natuurlijk heb ik hen gesuggereerd de politie in te lichten. Doch zo’n dekseltjes hielden ze liever gedekt. Voor jou ligt het anders. Voor jou is misschien nog niets verloren. Eis verantwoording. Dwing haar de volle waarheid te zeggen. En breek met haar. Breek nog vandaag met haar, Max.’

    ‘Ik weet niet meer hoe ik je noemen moet!’ stootte ik  klagend uit ‘Je bent geen zieleknijper, maar een farizeeër in de echte zin van het woord.’

    ‘Je vriend ben ik, Max, je vriend!’

    ‘Trap het af, buiten! Ik wil je hier nooit meer zien, zelfs als Gerda het je vraagt. Buiten!’

    ‘Nos jungit amicitia’, prevelde hij nog, ‘vriendschap verenigt ons, Max!’

    ‘Buiten, smeerlap!’

     




    Wordt vervolgd

    Reageer (0)

    02-07-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De waarheid
    Wellustelingen....

    episode...

    35...


    Hij wees naar de deur en ging weer zitten, wiste met zijn witte zakdoek de zweetdruppels van zijn voorhoofd en bleef me aanstaren met die glazige naar binnen gerichte blik. Een man in twijfel. Duidelijk bang voor zichzelf. Moeite doend om beheerst te blijven.

     

    Ik haalde de cognac. We nipten. Nog een poos zwijgend. Er scheen plots veel meer tussen ons dan een twistgesprek van een schuinloper met een alles-begrijpende priester.

    Wat wist hij van Marianne? Wat betekende véél? Was dat misschien de ware reden waarom hij me onder vier ogen wilde spreken en me zelfs gevraagd had de deur van mijn werkkamer op slot te doen?

     Ik slokte de cognac in één brandende teug naar binnen en beet:

    ‘Wel?’

    ‘Nu je me eerlijk hebt opgebiecht wat die vrouw voor jou betekent - en dat blijkt heel wat - valt het nog moeilijker de waarheid te zeggen.’

    ‘Welke waarheid?’

    ‘Wie en wat Marianne in werkelijkheid is.’

     

    ‘En dat weet jij?’ hoonde ik.

    ‘Ja.’

    ‘Van horen zeggen, roddels en leugens vergaard door jullie kliek met Gerda als eerste viool.’

    ‘Nee, Max. Dit alles is uitsluitend tussen ons. Toevallig weet ik veel over je zogezegde fantastische vriendin. Een biechtvader verneemt heel wat.’

    ‘En biechtgeheimen mogen niet geschonden worden!”

    ‘In dit geval vind ik het nodig. Ik wil je redden, Max.’

    ‘Ach, hoepel op met je zalfbus.’

    “Max, ik denk dat je niet goed luistert. Ik herhaal dat ik toevallig heel wat heb vernomen over die vrouw.’

    ‘Die vrouw heeft een naam!’

    ‘Juist. Marianne Dries. Woont al lang alleen met haar invaliede vader, destijds bierhandelaar, uit de echt gescheiden en hartpatiënt. Klopt ja?’

     

    Ik knikte. Nu was het mijn beurt om hem wazig aan te kijken. Mijn hand greep automatisch de fles cognac. De alcohol bleef zuinig in zijn glas geelbruinen.

     ‘Max, jongen, nu moet je eens goed luisteren. Bij twee of drie gelegenheden viel in mijn biechtstoel de naam van Marianne Dries. Ik spreek nu niet van gisteren of eergisteren, wel van zes, zeven jaar geleden.’

    ‘Komaan, zeg!’

    ‘Ik begrijp dat je het zonderling vindt, dat een naam me na al die tijd zomaar weer te binnen schiet. Maar het is geen verzinsel. Ik ga je zelfs iets meer zeggen. Vroeger maakte ik, als het strikt nodig was, aantekeningen na de biecht. Geloof me, ik ben echt niet de enige priester die zoiets doet.’

    Hij zweeg even. Hernam daarop bedaard:

    ‘Herinner je je die fameuze traffic in gestolen auto-onderdelen? Kleine vier jaar geleden op de as Luik, Antwerpen en Rotterdam? De politie heeft de kopstukken gevat, omdat de biechtvader een tip gaf zonder de naam van een van de chauffeurs te noemen.’

     

    ‘Met Marianne gaat het niet om gestolen onderdelen.’

    ‘Ik had wel reden om haar naam te noteren. Zij stal op haar manier.’

    ‘Wat?!’

    ‘Max…’ Zijn woorden kwamen nu heel behoedzaam, tergend luid en toch als omfloerste klanken, die tussen ons bleven hangen in een aureool van valse medeplichtigheid.


    Wordt vervolgd

    Reageer (5)

    01-07-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De aap komt stilaan uit de mouw...
    Wellustelingen....

    episode...

    34...

    En nu zat hij tegenover mij. In mijn werkkamer. Met de deur zelfs op slot. Op zijn aandringen nog wel!  

     

    Hij grijnsde:

    ‘Kijk, Max, wij zijn geen goede vrienden. Je biedt me wel uit beleefdheid een glaasje Pomerol aan. Maar je zou me liever de deur wijzen’.

    ‘Dat zeg jij. Ik niet.’

    ‘Kom, laten we niet schijnheilig doen en de koe meteen bij de horens vatten. Je weet waarom ik je alleen wil spreken!’

    ‘Absoluut keine Ahnung, Serge.’

    ‘Over Gerda en jou uiteraard. Vooral over jou.”

    ‘Kom je ronselen, Serge? Ik treed niet toe tot jullie clubje, man!”

    ‘Doe niet belachelijk, Max.Onze kleine gebedsgenootschap bestaat uitsluitend uit dames en dat wil ik zo houden. Je bent beter af met  een beperkte, intens overtuigde kring dan met een hoop onverschillige meelopers. Maar dit terzijde. Je gedrag, Max.’

     

    ‘Daar heb jij je niet mee toe bemoeien.’

    ‘Toch wel, Max.’

    ‘Jij hebt je kerk, je waanzinnig kliekje theomanisten en…’

    ‘Hoe noem je dat?’

    ‘…en wat er daarbuiten tussen Gerda en mij gebeurt, gaat jou geen moer aan!’

    ‘Je beseft niet hoeveel ellende en wat een verdriet je je vrouw aandoet.’

    ‘Ik heb haar een scheiding voorgesteld. Zij wil niet. Ze wil me alleen kloten. Niet mijn woorden, de hare!’

    ‘Dat zal Gerda wel op een andere manier gezegd heben.’

    ‘Ach wat! Als ze gelanceerd is, stort zij nog meer verbale vuilnis over mij uit.’

     

    Serge zuchtte diep, fluisterde:

    ‘Tendit in ardus virtus.’

    “Hou op met die zever!’

    Zijn stem zalfde vergevend:

    ‘Kloekmoedigheid zoekt het moeilijke om het te overwinnen, Max. blijf je vrouw trouw. Duw haar niet in de miserie. Zij heeft je nodig. Denk aan je zoon, zijn reputatie, de jouwe.’

    ‘Wat kan mij die reputatie schelen, man!’

    ‘In dit kleine dorp, de mensen…’

    ‘Luister goed, Serge, ik ga open kaart met jou spelen en dan wil ik dat je het meteen aftrapt. Is dat klaar?’

     

    ‘Ik heb je nog veel te zeggen. Max, véél.’

    ‘Ik wil Gerda verlaten. Scheiden. Voor goed. Wenst zij dat niet, dan zijn er andere oplossingen. Ik blijf in geen geval bij haar. Gesnapt?’

    ‘Die zogezegde minnares van jou… Gerda heeft me verteld wat zij weet en dat is niet veel om fier over te zijn!’

    ‘Wat weten zij en jij over Marianne! Wat weten Francis en Pat over haar. Pat mag dan nog de speurhond spelen!’

    ‘Max, die vrouw is slecht!’

    ‘Slecht? Omdat zij van mij houdt. Omdat zij en ik seks hebben waar jij in je natste dromen nog niet kan naar smachten!’

    ‘Dit gaat te ver, Max.’

    ‘Ik was net eenenzestig toen ik Marianne leerde kennen. Ga het Gerda maar vertellen. Een tsunami van een vrouw; als je in je impotentie kan snappen wat dat inhoudt. Een vrouw, die je oppeuzelt of verslindt. Een vrouw als een gordel van smaragden. Verblindend, passioneel, verrijkend. Een fenomeen met daarenboven  een hart van goud, mijn…’

    ‘Max…’

     

    Hij stond op. Hij transpireerde. Zijn ogen waren glazig. Zijn mond halfopen. Hij trilde als een espenblad. Als kreeg hij een wilde en onbeheerste zaadlozing, giechelde denkduiveltje.

    ‘ Max, mocht je me nu een cognac inschenken, ook voor jou, onze laatste samen!’

    ‘Ik wil dat je weggaat, nu!’

    ‘Neen, ik moet je nog véél zeggen.’

    ‘Houd je preken maar.’

    ‘Het gaat over Marianne!’

    ‘Wat?’

    ‘Haal de cognac!”



    Wordt vervolgd 

    Reageer (0)

    30-06-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Theomanistenclubje
    Wellustelingen....

    episode...

    32...

    Hij was een boom van een vent, die pastoor. In feite een dorre boom die zichzelf overleefde en het duidelijk een loodzware last vond. Hij leek vergroeid met het dorp. Een jaar of zestig schatte ik hem. Nooit naar zijn leeftijd of achtergronden gevraagd. Interesseerde mij geen bal.


    Vroeger, zo werd verteld, was zijn kerkje tijdens de zondagsmissen goed gevuld geweest. Dan konden hij en Bernard, de onderpastoor die hij deelde met de parochies uit naburige dorpen, hun salaris tegenover de gemeenschap verantwoorden. Doch met het uitvlakken van de geloofstrouw en de steeds uitdeinende kerkontvolking, verdween eerst Bernard en verloor -vreemd genoeg- pastoor Serge de belangstelling voor zijn afvallige parochianen, om zich meer en meer toe te spitsen op een handvol koppig verslaafden aan het kruisbeeld.

     

    Tot hen behoorde uiteraard Gerda. In mijn ogen vormden ze een nieuwsoortige sekte. De sekte van de theomanisten.

     Ze vergaderden een drietal avonden per week in de kerk. Er werd verteld dat ze zich daar opsloten, in een nauwe kring bij het altaar zaten, met alleen het flauwflikkerend licht van een enkele  hoge kaars op hun van aanbidding gespannen witgrijze gezichten.

    Gerda slofte, als een oude vrijster, iedere ochtend naar de kerk. Ze woonde trouw elke vroegmis bij. Maar als tempel had de kerk voor haar toch een beetje afgedaan. De kerk leek meer bij- dan noodzaak.

    De spirituele symbolieken met al de nieuwe, vreemdsoortige rituelen en eigen gezangen, die Serge van een kort verblijf in Salt Lake City had meegebracht, overtuigden de theomanisten méér dan het gewone bijwonen van een mis of het samen voorlezen uit de bijbel.

     

    Pastoor Serge, die zichzelf rechtstreeks afgezant van de Heer was gaan noemen - in feite nog tamelijk braafjes vergeleken bij zestig ministers   in Kongo,  die  “ambassadeur de Jésus-Christ” op hun visitekaartje vermeldden-  oefende  fysiek en psychisch een hypnotiserende invloed uit op Gerda en die enkele andere oudere vrouwen.


    Twee van haar clubgenoten hingen elke zaterdag, bij het piepen van de dag, rond in de stationsbuurten van Brussel. Daklozen opsporen, verworpenen, het gruis van de aarde, die tussen hun vodden, plasticzakken en kartonnen dozen lagen te vegeteren. Ja, ze werden gevoed, de sukkels. Geestelijk voedsel toegediend door twee begijnen: het noodzakelijk heil van hun Heer doorspoelen met een slokje leidingwater, gewijd door Serge.  

     

    Hoe de vork met Gerda’s sekte juist aan de steel zat, heb ik nooit willen weten. Ik vermoed alleen dat Serge sluw genoeg was (en dat was hij zeker) om er vooral eigen belang aan vast te knopen.

    Doorgewinterde kerkcommercant als hij was en gelet op de explosie van de rijkmakende geloofsbedrijvigheid in de States, was het hem vóór alles om de poen te doen. Dat zijn theomanisten hem niet in de steek zouden laten, wist hij zeer goed. Die brave besjes waren door hem zorgvuldig geselecterd: goedgelovig en goed bij kas.


    Twee ongehuwde  zussen  (hun vader was destijds gekend als welgestelde veeboer dus grootgrondbezitter), de weduwe van de notaris, een drietal dametjes, dat Serge graag en vaak met zijn wagen  naar Nederland en Luxemburg voerde. Buurvrouw Adrienne, manusje voor alle kerk- en pastorijwerk. En Gerda niet te vergeten. Gerda, die na het overlijden van haar moeder, laatstlevende ouder, meteen het huis had verkocht en de elf miljoen oude Belgische franken zéér voordelig bij Francis had belegd

    Ze deed met haar geld wat ze wou, maar ik was bijna  zeker van dat zij een deel van haar halfjaarlijkse intresten (en tegen 7.25%  was dat in die tijd beslist niet te onderschatten  aan Serge’s werken spendeeerde.Wat zou die zich dan bekommeren om vijftig of honderd parochianen meer of minder in zijn missen! Hij boerde op zijn eentje stukken beter met zijn dames van Maria en Inri. Die zaten op bankrozen stuk voor stuk.

    Reageer (2)

    29-06-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Diplomatie en hysterie
    Wellustelingen....

    episode...

    31...

    En ze deed het. Ze schakelde niet alleen Francis en zijn vrouw in. Ook haar zielenherder en hartenbroeder pastoor Serge, werd erbij betrokken.

    Later ontdekte ik, dat Pat me op een woensdagnamiddag in haar vlammend rode Honda als een oorlogsschip volgde. Ze deed volstrekt geen moeite niet op te vallen. Integendeel.

    Toen ik uitstapte bij het villaatje en achterom keek, stond ze al vlijtig het adres te noteren. Och, om dat “huiveringwekkend” woord van Gerda te gebruiken: dat ze allemaal naar de kloten lopen!

     

    Francis legde het diplomatischer aan boord. Eerst met verontschuldigingen ( ‘Echt, pa, ik meen het, dat was niet mijn bedoeling. Maar ja, die insinuaties van Freya. Ik wou je geheim helemaal niet verklappen. Ik wist wel wat een storm dat bij ma zou ontketenen. Maar je moet ook inzien dat er door die toestand opeens bepaalde zekerheden voor mij wegvallen’).

    Dan met een soort wijselijk overleg (‘Pa, ik weet het, het vlees is zwak en  zeker met een vrouw zoals je beschrijft. Elkeen kent al eens een avontuur, een langere of kortere relatie. Echtscheidingen zijn de doodgewoonste zaak van de wereld. Maar ma is geen, tja, hoe moet ik het zeggen, ma is geen normale vrouw. Dat overdreven religieuze heeft haar omzeggens teruggebracht naar de Middeleeuwen. Je moet haar ontzien. Laat haar je naar de brandstapel wensen. Verdraag haar gemeenste stemmingen. Zij is nu eenmaal een hysterica’).

     

    Ja, dacht ik erbij, noem haar maar zo. Dat is de best passende omschrijving. Een hysterica, een vrouw, die in een bestendig verkrampte en verlammende zenuwtoestand verkeert, toestand die meestal voortkomt uit storingen in het geslachtsleven. Voeg die afwijking bij haar erg overdreven godsdienstwaanzin en je hebt het perfecte schrikbeeld van iemand, die niet meer van deze wereld is en er toch haar gif wil blijven spuiten.

    En dan was er natuurlijk pastoor Serge! Ik zie hem nog die avond op de drempel van mijn huis staan. Weifelend een verboden hand naar de mijne uitstekend. Dan zorgvuldig de schoenen vegend en tussen de tanden mompelend:

    ‘Mole ruitsua.”

    Hij begroette me af en toe met een Latijns gezegde. Deze keer haalde hij Horatius aan: Het stort in puin door zijn eigen gewicht.

    ‘Amen’, knikte ik,  ‘Ze zit boven. Ga maar. Je kent de weg.”

    ‘Nee, Max,  ik kom niet voor Gerda.’

    ‘Als je niet voor haar komt,  dan kom je beslist voor een van mijn rode diamanten. Clos l’Eglise zevenennegentig! Perfect gechambreerd. Die goddelijke voorzienigheid toch! Chapeau!”

    ‘Deze keer geen wijn, niks. Ik wil slechts met jou praten, Max, onder vier ogen.’

     

    Reageer (0)

    28-06-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Met de mond vol tanden staan...

    Eindeschooljaarblues




    Neen, ons ventje heeft ze niet gehaald, zijn beloofde 85%. Nipt 80.

    “Niet slecht, toch beduidend minder dan verwacht, vriend.”. Hij antwoordde dat de juf dit jaar ook stukken minder was dan verwacht. Daar sta je dan als grootouder.

     

    Vooral die 7 voor “Frans” stoorde ons. Lang niet zoveel als hem beweerde hij en trouwens het was onze schuld. De schuld van zijn mama en van mij. Hij had ons toch met handen en voeten eerder uitgelegd en bewezen dat het Frans dat de juf sprak anders wat dan dat van ons. “Schoolfrans” en “thuisfrans” da’s een serieus verschil. Trouwens Sévérine, met haar Franssprekende mama had maar 8 gehaald. Indien het zo iemand niet lukt wat zou het hem dan gaan lukken! Hoe vaak had de juf aan Sévérine niet hoeven te vragen of de uitspraak wel juist was? Rolde de juf met de “R” zoals mama en meme? Neen! Vlaamse kinderen hoeven dat niet van haar, alleen Fransozen doen dat! Om het apezuur te krijgen zo'n mentaliteit, zou Theaatje zeggen. Daarbij de juf raakte nooit uit die Franse accenten uit en als ze een zin voorleest is het net kipkap. Begin er dan maar aan als het dictee is. Natuurlijk kon hij de woordjes en zinnen precies schrijven, doch hij moest nadenken door die verkeerde accenten en kipkap-taal. Nadenken vergt tijd, dat weet meme toch, door na te denken raakte hij soms een ietsiepietsie achterop en zo was hij een woordje of een deeltje van de zin kwijt.

    “Niet flauw doen, vent, een dictee wordt steeds herlezen” liet ik opmerken.

     

    Natuurlijk en ja, bij het herlezen trachtte hij de ontbrekende woordjes erbij te schrijven, doch dat vond de juf dan weer heel slordig van hem. Meme mocht niet vergeten dat 12 leerlingen “eronder “ zaten voor Frans. De directrice kon er niet mee lachen. Stom van haar! Ze wist toch dat de ouders van Nele en Sam reeds na de kerstvakantie haar over  de juf hadden aangesproken. De papa van Jeroen geeft Nederlands en Engels aan de grote jongens in de humaniora en die meneer had ook al van zijn oren gemaakt over de taallessen, vooral de zinsontledingen. Jeroen had het hem verteld. Daarom dat Jeroen het niet meer leuk vond in de klas en vaak weende. De juf lachte hem steeds weer uit om zijn meisjesmaniertjes en omdat hij zwak was in probleemstellingen. Om haar te foppen had ons ventje zijn vriendje geholpen, hem laten even spieken en ja…ze werden betrapt.

     

    Vandaar ook dat papa niet akkoord ging, toen mama de juf wou voorstellen om haar even bij te werken.

    “Stel dat ze zich beledigt voelt en de kleine daar de dupe van wordt” had papa gezegd. Ja, hij had het gesprek van zijn ouders afgeluisterd terwijl hij op het toilet zat. Af en toe gebeurde dat nog, luistervinkje spelen, doch alleen wanneer het over hem ging. Vroeger, toen hij nog klein was en hij iets niet mocht weten, bijvoorbeeld over mij, zijn meme of over peter, ging het er in het Frans of Engels aan toe. Dat kan niet meer, dus is het nu Duits geworden. Wat zijn ouders niet weten is dat hij op Runscape met Duitstalige jongens speelt!

     

    “En weet je wat, meme? Volgend schooljaar, zit ik in het zesde. Ik hoop dat ze onze klas gaan splitsen want die juf daar is ook niet veel zaaks!”

    Dat had hij opgevangen, tussen het spelen door, van de ouders van Dina omdat mama ernaar gevraagd had.

     

    “Bon, het is simpel” concludeerde opa “volgend schooljaar doe je gewoon zoals de juf het wenst in de klas en thuis zoals het hoort!”

    Kleinzoon keek mio marito aan en schudde onbegrijpend het hoofd. Zo’n onzin had hij van opa nooit voorheen gehoord. Neen, dat kon ons ventje niet maken, zie.

    “Waarom niet?” vroeg mijn man.

    “Omwille van mama” ,antwoordde hij beteuterd, “ met jouw systeem ga ik beslist alles verwarren. En weet je wat mama krijgt van dat schoolfrans? Grijze haren, zegt ze en dat wil ik niet!”

    Reageer (3)

    Inhoud blog
  • Zomaar
  • Liefst van hetzelfde laken een broek !
  • Kinderen of beestjes?
  • De duivel zit erop!
  • De nakomelingen van Boer Bavo
  • NJET
  • Ontmoetingen na bijna een halve eeuw
  • Olala
  • Op de vooravond van 21 juli...
  • 20-07-2009
  • 't Bakkerietje
  • Hilarische realiteit
  • Jammeren
  • A final curtain
  • Kamwielpaniek
  • Moederdagen
  • Impossible mais vrai!
  • Een zaterdagochtend
  • Omtrent Sarah en DeeDee.
  • Met de E van evolutie
  • In de nasleep van WO-lessen...
  • Mijn gedacht
  • Voor en spellen!
  • Smoelentrekkers
  • Titi is boos!
  • 't Groot Zot
  • Ik zie, ik zie...
  • Valentijn
  • Viva Leterme!
  • 18/12/2008
  • Voilà...
  • Sintje Merten in het land van Aalst
  • Vorstelijk eten.
  • Achtergesteld!
  • Voor mama

    Laatste commentaren
  • zeeppoeier-reclame (maart)
        op Wellustelingen 2
  • WO-16/05/2018 wordt het verhaal hernomen (maart)
        op Wellustelingen 1
  • sterk geschreven (maart)
        op Valentijn
  • paf (maart)
        op For every problem there's a solution...
  • Op wandel (Myette)
        op Zomaar
  • Levensverhalen (Joël)
        op Theomanistenclubje
  • kus (miekemuis en maatje)
        op Zomaar
  • Hoeraa... (ERnst)
        op Zomaar
  • Finalemente !!!!! (Chris (lilac))
        op Zomaar
  • Nogmaals ... (ERnst )
        op Liefst van hetzelfde laken een broek !
  • ....kus (miekemuis en maatje)
        op Liefst van hetzelfde laken een broek !
  • Jou ook... (jacqueline)
        op Liefst van hetzelfde laken een broek !
  • ? (miekemuis en maatje)
        op Kinderen of beestjes?
  • hallo titi, (redpoppy54)
        op Kinderen of beestjes?
  • Weet je Titi (thea)
        op Kinderen of beestjes?
  • Ja, (ERnst)
        op Kinderen of beestjes?
  • Grrrrr (Titi)
        op Kinderen of beestjes?
  • Hoi Titi (thea)
        op Kinderen of beestjes?
  • knuffel (miekemuis en maatje)
        op Kinderen of beestjes?
  • En ja... (ERnst)
        op De duivel zit erop!
  • dat mont er van (hercule)
        op De duivel zit erop!
  • weg en verdwenen (miekemuis en maatje)
        op De duivel zit erop!
  • varen ??? (Chris)
        op NJET
  • de slager (Chris)
        op 't Bakkerietje
  • Vele groetjes uit Zonhoven (sloefke)
        op De nakomelingen van Boer Bavo


  • Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!