Foto
Zoeken in blog

Beoordeel dit blog
  Zeer goed
  Goed
  Voldoende
  Nog wat bijwerken
  Nog veel werk aan
 
Inhoud blog
  • praktisch
  • bloemen
  • vogel
  • de jonge
  • lied
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Foto
    Altijd in beweging met van alles en nog wat...

    14-06-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.afscheid
    Een gedicht van Frederik Hemkes 1854-1887

    GOÊNACHT, VAARWEL!

    Goênacht, vaarwel! want ik moet gaan,
    Vaarwel en reik mij nog de hand;
    Een vreemdeling bood me in 't Zuiden aan,
    Wat ik niet vond in 't Vaderland;
    Wanneer ik u voorheen verliet,
    Dan was 't: "Ge ziet mij spoedig weer!"
    Thans luidt de groet, die ik u bied:
    "Vaarwel, zo 'k nimmer wederkeer."

    Goênacht, vaarwel! - Goênacht, vaarwel! -
    Goênacht, vaarwel ten allen tijd;
    Ten allen tijde ga 't u wel,
    Waar 't lot u voere en waar ge zijt;
    Steeds valle er in uw huis en hart
    Een zonnestraal, die u verblijdt
    En die u troost bij kruis en smart -
    Goênacht, vaarwel ten allen tijd!

    Hier mocht ik wonen tot mijn dood;
    Is 't wonder, zo mijn harte klaagt:
    "'k Ben als een vogel, die de nood
    Door koude en storm naar 't Zuiden jaagt!"
    Had ik een eigen huis en haard
    Gevonden in mijn Vaderland:
    Dit smartlijk uur was mij bespaard -
    Vaarwel en reikt mij nog de hand.

    Goênacht, vaarwel! - Goênacht, vaarwel! -
    Goênacht, vaarwel ten allen tijd;
    Ten allen tijde ga 't u wel,
    Waar 't lot u voere en waar ge zijt;
    Steeds valle er in uw huis en hart
    Een zonnestraal, die u verblijdt
    En die u troost bij kruis en smart -
    Goênacht, vaarwel ten allen tijd!

    ---------------------------------------

    Dit gedicht schreef Frederik Hemkes toen hij naar Zuid-Afrika zou vertrekken, waar hij een baan als leraar Nederlands kon krijgen.

    Veertig gedichten, De Beuk, Amsterdam, 1957(1883)

    schrijver

    14-06-2011 om 11:10 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    13-06-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.morgenliedje
    Een gedicht van G.W. Lovendaal 1847-1939

    Morgenliedje

    Sta op en kom, de nacht is om,
    De morgen is gekomen,
    De velden zijn vol zonneglans
    Vol lichtjes zijn de bomen
    En 't vinkje groet met luide slag
    De morgen van de nieuwe dag.


    Naar buiten, kom! daar buiten ligt
    Een gouden schat verborgen;
    Je vindt hem heel de dag niet meer,
    Verslaap je een mooie morgen,
    En wie hem 's morgens vinden mag,
    Die heeft geluk de hele dag.

    Kindergedichten (1914)

    schrijver

    13-06-2011 om 10:30 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    12-06-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.gestorvene
    Een gedicht van Johan Danser 1893-1920

    DE JONGGESTORVENE

    Gij moest zo vroeg van deze wereld scheiden
    Die gij beminde schoon haar smaad u sloeg,
    Van al de dromen die uw jong verblijden
    Nog ongerept en woordloos in zich droeg.

    En toch toen dood u 't koele bed kwam spreiden
    Sprak gij geen woord dat om een troostwoord vroeg, -
    Bereid als een die lang en schoon mocht strijden
    Zeidet gij zacht: 'Ween niet, het was genoeg.'

    Gij wist: - wij zwerven door dit vreemde leven
    Bij vreugdes dag, bij droefheids duistre nacht,
    Zoekend het woud waar liefdes klanken beven;

    Maar eens vermoeid van aller dingen pracht
    Vinden wij wat ons streven is gebléven:
    Stiltes vallei daar 't vredig is en zacht.

    schrijver

    12-06-2011 om 10:29 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    11-06-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.zomermorgen
    Een gedicht van Frans Bastiaanse 1868-1947

    Zomermorgen

    Wit als tulpen zijn haar handen,
    Rood als rozen haar gezicht;
    Warmer dan op morgenlanden
    Ooit de zon, haar ogen branden
    Liefdevol op mij gericht.

    Ja! haar ogen tintlend stralen!
    Venus' licht heeft minder gloed,
    Waar zij laat in 't West gaat dalen,
    Maar ... de zaligste verhalen
    Zijn het, die haar stem mij doet,

    Als ik tot haar neergebogen
    Zeg, dat háár mijn hart begeert,
    En, door zelfde drang bewogen,
    't Hart haar 's werelds zoetst vermogen:
    't Kussen van liefs lippen leert.

    Ik weet ook wel meerder dingen
    Waar ik niet van spreken mag;
    Zilverwitte Mei-seringen,
    Die de lucht van geur doordringen
    In de zoele voorjaarsdag,

    'k Zag ze in 't bos, een zomermorgen,
    Bloeie' op hals en schouderblond;
    't Maagdlijk hart had duizend zorgen,
    Toen, wat ieder bleef verborgen,
    't Oog van de geliefde vond.

    Wonder, wonder om te aanschouwen
    Lichaamsblank in 't witte kleed,
    "Schoner" dacht ik toen zijn vrouwen
    "En wat zij verborgen houen
    "Dan welk werelds schoon ik weet."

    "Schoonst" — maar 'k vrees: zij mocht dit lezen:
    Is mijn woord te ver gegaan?
    Heb ik, wat voor mij moest wezen,
    't Teederst van haar schuchter wezen
    Roek'loos anderen verraân?

    'k Denk: zij zal het mij vergeven,
    Dat ik het niet zwijgen kon;
    Wat mijn hart van vreugd deed beven,
    'k Heb het bevend neergeschreven,
    'k Moest het in mijn lied doen leven
    Zó als vogels in de dreven
    't Lief bezingen voor de Zon.

    schrijver

    11-06-2011 om 11:55 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    10-06-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.wenken

    Een gedicht van Jacob Winkler Prins 1817-1908

    Wenken

    Witte wolkjes met doorgloeide randen,
    boven zee,
    wenken als een zacht paar blanke handen
    Kom toch mee!

    Blauwe plekken, in de blaadrenbogen
    van 't prieël,
    wenken als een zacht paar vriendlijke oogen
    Min haar veel!

    Reuzenletters, in de kristallijnen
    schaatsenbaan,
    wenken als een beeldspraak door haar lijnen:
    Wil toch gaan!

    IJzelpluimen, die aan takken klemmen,
    stijf van kou,
    fluistren als een zacht paar feeënstemmen
    Blijf haar trouw!

    schrijver

    10-06-2011 om 09:57 geschreven door Dora


    >> Reageer (1)
    09-06-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.lied
    Een gedicht van Frederik Hemkes 1854-1887

    WILHELMUS

    Over de zee, aan het westelijk strand,
    Ver van mijn Hollandse duinen en velden,
    Sterkt gij mij, krijgszang van Nederlands helden,
    Zing ik u, lied van mijn land!

    Eens waart gij leuze van oud en van jong;
    Veel werd gewonnen en veel ging verloren,
    Sedert ge in de ure van strijd werd geboren,
    't Volk van den Zwijger u zong!

    Machtige stem tegen dwang en geweld,
    Lentzang der vrijheid, triomfmars der Geuzen!
    Nooit boven 't lied mijner vaadren, hun leuze,
    Heb ik een ander gesteld!

    Zal 'k hem weer aanschouwen, de heerlijke dag,
    Als gij weer davert langs velden en stromen,
    Alom met geestdrift uw stem wordt vernomen,
    Geestdrift en - heilig ontzag?

    Over de zee, aan het westelijk strand,
    Ver van mijn Hollandse duinen en velden,
    Sterkt gij mij, krijgszang van Nederlands helden,
    Zing ik u, lied van mijn land!

    In Engeland geschreven(1881)

    schrijver

    09-06-2011 om 10:13 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    08-06-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.berusting
    Klik op de afbeelding om de link te volgen Een gedicht van Hendrik Marsman 1899-1940

    Berusting

    Tussen dit ogenblik en mijn dood
    ligt misschien een lang leven;
    ook een groot?
    de hoop daarop heeft mij allengs begeven;
    maar is het groot of klein niet om het even
    voor wie gelooft dat wij pas met de dood
    gaan leven?

    Verzamelde gedichten (1941)

    08-06-2011 om 10:12 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    07-06-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.minnelied
    Een gedicht van Hadewijch 1225-1275

    Minnelied

    Al zijn het seizoen en de vogels triest,
    toch kan de echte minnaar zich wijden
    aan de liefde, gepaard met lijden:
    Hij weet maar al te goed
    -Zoet en wreed,
    lief en leed-
    wat de liefde met hem doet.

    De trotsen, die daartoe neigen
    om ongeremde liefde te bedrijven,
    zullen op elke wijze
    stout en moedig zijn,
    en gerede ontvangen
    de troost en de tegenslag,
    die de liefde schenkt.

    De liefde beleven is wonderlijk
    voor wie haar kent en wordt bekoord,
    omdat zij het alledaagse verstoord.
    Hij kan het amper verduren
    wie door liefde wordt geraakt:
    Hij smaakt
    vele onnoemelijke uren.

    Somtijds heet, somtijds koud,
    somtijds bang, somtijds boud;
    Haar ongedurigheid is veelvuldig.
    De liefde zadelt ons op
    met schuldbesef
    omdat zij de macht heeft
    die ons beheerst.

    Somtijds lief, somtijds leed,
    somtijds ver, somtijds gereed;
    Wie de liefde goed verstaat
    weet maar al te goed
    dat de liefde taant
    en kan omslaan
    in haat.

    Somtijds geloofd, somtijds gehoond,
    somtijds verborgen, somtijds getoond;
    Eenieder die door de liefde wordt gelaafd
    beleeft een groot avontuur,
    als hij wordt gegrepen
    en de smaak proeft
    van de ware liefde.

    Somtijds licht, somtijds zwaar,
    somtijds donker, somtijds klaar;
    In vrije hoop, in bedwongen vrees,
    in nemen en in geven
    moeten de zinnen,
    die dolen in liefde,
    hier altijd leven.

    Hertaling van Minnelied, http://users.telenet.be/gaston.d.haese/hadewych.html

    Uitgave:
    Hadewijch, Strophische gedichten, 2 delen (ed. J. van Mierlo). Standaard-Boekhandel, Antwerpen/Brussel/Gent/Leuven z.j. [1942], internet http://www.dbnl.org/tekst/hade002stro01_01/

    Hadewijch, Liederen, Uitgegeven, ingeleid, vertaald en toegelicht door Veerle Fraeters & Frank Willaert, met een reconstructie van de melodieën door Louis Peter Grijp, Groningen (Historische Uitgeverij) 2009, inclusief 4 CD's

    Strofische gedichten(13e eeuw)

    schrijver

    07-06-2011 om 10:44 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    06-06-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.avond
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Een gedicht van Aart van der Leeuw 1876-1931

    De avond

    Ik heb mijn kleedren uitgetogen
    Bij 't dwarlen van de lampeschijn ;
    Nu balsemt duisternis mij de ogen,
    Ik voel dat wij gescheiden zijn,

    Ik en de dag, dat kind, die jongen,
    Die vogel met gebroken wiek,
    Dat hijgend hert der watersprongen,
    Die speelman en zijn fluitmuziek.

    Hoe heeft hij mij gelokt, belogen,
    Hoe achter wolken week zijn grens,
    Hoe ben ik om zijn bloem bedrogen,
    Die dorde, en 't eind werd van een wens.

    Maar als ik 't hoofd schik op mijn kussen,
    Weet ik mij veilig en bevrijd ;
    Ook hij, de dag, ligt rustig tussen
    Bleke papavers neergevlijd ;

    Hij slaapt en droomt, straks zal hij sterven,
    Want doodlijk is de kus der maan,
    Misschien mag ik nog jaren zwerven,
    Doch hij zal nooit meer naast mij gaan.

    Het aardsche paradijs (1927)

    06-06-2011 om 10:35 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    05-06-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.herfstdag
    Een gedicht van Frederik Hemkes 1854-1887

    HERFSTDAG

    Het kerkje heft zijn toren
    In 't nevelig verschiet
    En uit den hagedoren
    Trilt zacht een vogellied.

    Er bloeit op veld en wegen
    Geen enkel bloempje meer;
    De zwarte najaarsregen
    Sloeg 't laatste knopje neêr.

    Een grijsaard gaat al hijgend,
    Met wankelenden voet
    Het smalle pad bestijgend,
    Het kerkje tegemoet.

    De blaadren vallen neder,
    De grijsaard zucht vermoeid;
    'k Vrees, dat er nimmer weder
    Voor hem een bloempje bloeit!

    De Banier(1879)

    schrijver

    05-06-2011 om 17:39 geschreven door Dora


    >> Reageer (1)
    04-06-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.anjelier
    Een gedicht van Johan Michiel Dautzenberg 1808-1869

    De Anjelier

    In een potje voor de ruiten
    Kweekt een knaap een anjelier;
    Stengels stijgen, knoppen spruiten,
    't Bloemke staat in volle zwier.

    't Bloemke houdt hem vele dagen
    Aan zijn geur en kleur geboeid;
    Daar alleen kan 't hem behagen,
    Waar zijn anjelier hem bloeit.

    Doch eens valt door de open schijven
    's Knapen oog op 't wijd verschiet:
    Dat, ten berg op, lauwers drijven
    Heeft zijn blik al dra bespied.

    En hij wil een tak bezitten
    Uit het verre lauwerbos,
    Wil een lauwertak bezitten
    Bij een angelierentros.

    En hij snelt en hijgt er henen,
    Komt met moeite tot de top;
    Plukken mag hij en verenen,
    Lauwers groeien er volop.

    Rijk beladen keert hij weder,
    Waar zijn eerste liefde gloeid'.
    Bloem en stengel liggen neder,
    De anjelier is gans verschroeid.

    Gedichten (1850
    schrijver


    04-06-2011 om 12:53 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    03-06-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.misschien
    Een gedicht van E. Laurillard 1830-1908

    Misschien te helpen

    'Wat scheelt je, Jan? Heb je verdriet?’
    ’Ja…neen, maar ‘k heb zo’n kiespijn, Piet!’
    ‘Is ’t kiespijn? Ik beklaag je, man!
    ‘k Had zelf daar lest mijn portie van.’
    ‘Zo? En wat heb je er aan gedaan?’
    ‘Ja- ‘k ben half gek naar huis gegaan,
    En ‘k zette naast mijn vrouw mij neer,
    Die heel meewarig, lief en teer,
    Mij zachtjes streelde langs de wang,
    En ‘k zat, ja, wel twee uren lang,
    Met mijn gezicht aan haar gezicht:
    En ‘k voelde heus mijn pijn verlicht.’
    ‘Dus is er hoop nog bij dit kruis!-
    Zeg, is misschien je vrouw nu thuis?’
    schrijver



    03-06-2011 om 15:51 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    02-06-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.finis
    Klik op de afbeelding om de link te volgen Een gedicht van Willem de Merode 1887-1939

    Finis

    Wij weten niet wat komen zal.
    Het hart gedenkt wat is geweest:
    De vrede van een stille geest,
    Vervreemding, duister, overal.

    Maar smart en onrecht zijn voorbij.
    Wij keerden weer tot liefdes wijk.
    Als kind'ren van Gods koninkrijk
    Zijn wij herboren, sterk en vrij.

    God boog de rechte lijn; ‘t begin
    Raakt aan het eind, de cirkel sluit.
    De hemel heeft zijn zaalge buit.
    En - harts verlies blijkt harts gewin.


    24-04-1934

    Kringloop

    02-06-2011 om 13:03 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    01-06-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.lezer
    Een gedicht van C.S Adama van Scheltema 1877-1924

    De lezer

    Gij die dit boekje zo eens openslaat,
    En gij die er in leest, en gij die even
    Aan 't lezen en aan 't blaren zijt gebleven,
    En die het dan weer vriendlijk liggen laat: —

    Ik heb die verzen niet voor mij geschreven
    Met al die rijm en moeielijke maat, —
    Voor jou — ze zijn voor jou juist kameraad
    Met zorg gemaakt, gedrukt, en uitgegeven: —

    Ik heb ze zelf duurder dan jij betaald —
    Want het kost véél verzen te laten leven —
    Ja ééns heb ik er zellefs bij geschreid! —

    Ik heb ze zuchtend uit mijn hart gehaald,
    Om ze alle lachende aan jou te geven — —
    Lees ze dus met een beetje piëteit!

    Zwerversverzen (1904)

    schrijver

    01-06-2011 om 21:14 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    31-05-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.
    Klik op de afbeelding om de link te volgen Een gedicht van Karel van Woestijne 1878-1929

    Een ster

    Een ster: een klompke ijs tusschen mijn hete tanden...
    Terwijl ge onzichtbaar zijt, o zee, die nauwelijks hijgt;
    terwijl mijn hart gelijk een oude zuster zwijgt,
    komt deze stipte oneindlijkheid mijn lippen branden.

    – Mijn nachten waren ene mand vol droom aan droom;
    mijn dagen, ’t vast getal der appelen die zwellen
    in elke boom-gaard en aan elke zware boom.
    Ik had geen vingren om mijn weelden aan te tellen.

    Thans: ijlt’. De tijd is guur en onberoerd. De tijd
    is als de kille en dorre zee, die zwoegt noch krijt.
    Ik ben alleen; ik pers mijn strakke lippen samen
    op eenzaam deze grote sterre, die ze bijt.

    “Verzen aan zee en in een tuin” in Het zatte hart (1926)

    31-05-2011 om 11:36 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    30-05-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.morgen
    Klik op de afbeelding om de link te volgen Een gedicht van J.H. Leopold 1865-1925

    Ik zie de morgen

    Ik zie de morgen als een gouden mist
    van eigen rijkdom trage wade
    een afgehangen web van draden,
    en nu in twist
    vingertjes vechten, vingertjes vagen
    door de ragen,
    rafelen, halen de draden aan,
    varen er in het losgegaan
    weefsel, maken de fijne gazen
    een plundering en de gevlochten mazen
    wijden zij uit, werken er een begin
    van scheuren, totdat er tussenin
    blanke kalme handen komen
    de edele twee, een gelaten paar,
    die van elkaar
    de omgeslagen vouwen schoven,
    geruste handen langs wier boven -
    vlakken in glanzende val afglijden
    de ruisende plooien naar weerszijden,
    en zo bedaard met een lichte duw
    tillen zij nu
    het slaapgordijn,
    zie, zie, hoe wel de dag mag zijn?

    30-05-2011 om 13:09 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    29-05-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.grafschrift
    Een gedicht van Multatuli 1820-1887 kort maar krachtig

    Grafschriften voor Thorbecke

    CII.

    Nageslacht, ik waarschuw je! Alles saamgenomen,
    Hoort er 'n brutale courage toe, na mij ter wereld te komen.

    schrijver

    29-05-2011 om 11:09 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    28-05-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.strand
    Een gedicht van Fedde Nicolai

    Ik sta aan het mooie strand
    En zie de grote wijde zee
    Wieg met de golven mee
    Mijn voeten zakken in het zand.

    Ik geniet van het golven spel
    Dat steeds weer anders wordt
    Soms hoog en breed, soms kort
    Soms langzaam, soms ook snel.

    Het blijft mij maar boeien
    En vraag me af hoe het kan
    Ik krijg er nooit genoeg van
    Het water blijft aldoor stoeien.

    Prachtig deze grote blauwe zee
    Uren kan ik er naar staren
    Naar die woelige baren
    In gedachten dobber ik steeds mee.

    Stil word ik van de grootheid
    Van al dat bruisende water
    Van het bulderende geklater
    En ik denk aan Gods majesteit

    God die dit alles gemaakt heeft
    Zee, land, lucht en winden
    In de natuur is ook Hij te vinden
    God is het die ons dit alles geeft.

    God zij geprezen dag aan dag
    Om Zijn onmetelijke macht
    Om Zijn heerlijkheid en pracht
    Dat een ieder dit ervaren mag.


    Dit gedicht is geschreven door op 23-07-2008

    28-05-2011 om 19:32 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    27-05-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.mijmering
    Een gedicht van W.J. van Zeggelen 1811-1879

    Barbiersmijmering

    Mijn leven is een molen,
    En ik ben 't molenpaard.
    Mijn wapen is het scheermes,
    Mijn glorie is de baard.
    't Is iedre dag het zelfde:
    Vroeg op is 't oud parool;
    Ik bak vaak zoete broodjes
    En ik verkoop veel kool.
    Ik kal met oude heren
    En scherts met jonge lui;
    Ik critiseer de preken
    En sla ook menig ui.
    Ik jaag op alle nieuwtjes
    En vent ze willig rond;
    'k Ben rekbaar van conscientie
    En dapper met de mond.
    'k Streel honderden van kinnen,
    Mijn mes is als een zij;
    'k Zie honderden karakters
    Zich openen voor mij.
    Ik schik me naar de opinies
    En neem er 't mijne van,
    'k Ben ultra of gematigd:
    Ik ken zeer gauw mijn man.
    Ik weet van alle zaken
    Zo wat het hoofdrefrein;
    't Gemengde nieuws der kranten
    Verwerk ik in mijn brein.
    Ik spreek van Japanezen,
    Van Holland op zijn smalst;
    De paus en Garribaldi
    Vind ik om beurte 't malst;
    'k Roem ieder Ministerie,
    Als 't op het kussen zit.
    'k Herkauw het oude zuurdeeg,
    En ben een Jan de Wit.
    Ik gruw van oude zondaars,
    Maar werk hen in de hand;
    'k Ben zalvend en lankmoedig,
    En toch een stokebrand.
    'k Rijt oude wondjes open
    En leg er pleisters op;
    Hier voel ik jicht en jammer,
    Daar dans ik mijn galop.
    Ik houd wel veel van schuimpjes
    En 'k viesneus van het schuim;
    'k Zou graag het land regeren,
    Maar 'k draai naar iedre luim.
    't Vernuft heeft scherping nodig,
    Nog meer soms dan mijn mes;
    Ik hoor naar vele namen,
    Maar 't meeste naar Jan Kles.
    Ach, zepen om de centen,
    Daar zit de hele kneep:
    Laat ik de klantjes zitten,
    Dan ga 'k voor goed om zeep.

    De dichtwerken (1886)

    schrijver

    27-05-2011 om 11:13 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)
    26-05-2011
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.herinneringen
    Herinnering aan Holland


    Denkend aan Holland
    zie ik brede rivieren
    traag door oneindig
    laagland gaan,
    rijen ondenkbaar
    ijle populieren
    aan de einder staan;
    en in de geweldige
    ruimte verzonken
    de boerderijen
    verspreid door het land,
    boomgroepen, dorpen,
    geknotte torens,
    kerken en olmen
    in een groots verband
    de lucht hangt er laag
    en de zon wordt er langzaam
    in grijze veelkleurige
    dampen gesmoord,
    en in alle gewesten
    wordt de stem van het water
    met zijn eeuwige rampen
    gevreesd en gehoord.


    H . Marsman

    --------------------------------------------------------------------

    26-05-2011 om 19:23 geschreven door Dora


    >> Reageer (0)


    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Blog als favoriet !

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Foto

    Archief per maand
  • 09-2020
  • 08-2020
  • 01-2019
  • 12-2018
  • 11-2018
  • 10-2018
  • 09-2018
  • 08-2018
  • 07-2018
  • 06-2018
  • 05-2018
  • 04-2018
  • 03-2018
  • 02-2018
  • 01-2018
  • 12-2017
  • 11-2017
  • 10-2017
  • 09-2017
  • 08-2017
  • 07-2017
  • 06-2017
  • 05-2017
  • 04-2017
  • 03-2017
  • 02-2017
  • 01-2017
  • 12-2016
  • 11-2016
  • 10-2016
  • 09-2016
  • 08-2016
  • 07-2016
  • 06-2016
  • 05-2016
  • 04-2016
  • 03-2016
  • 02-2016
  • 01-2016
  • 12-2015
  • 11-2015
  • 10-2015
  • 09-2015
  • 08-2015
  • 07-2015
  • 06-2015
  • 05-2015
  • 04-2015
  • 03-2015
  • 02-2015
  • 01-2015
  • 12-2014
  • 11-2014
  • 10-2014
  • 09-2014
  • 08-2014
  • 07-2014
  • 06-2014
  • 05-2014
  • 04-2014
  • 03-2014
  • 02-2014
  • 01-2014
  • 12-2013
  • 11-2013
  • 10-2013
  • 09-2013
  • 08-2013
  • 07-2013
  • 06-2013
  • 05-2013
  • 04-2013
  • 03-2013
  • 02-2013
  • 01-2013
  • 12-2012
  • 11-2012
  • 10-2012
  • 09-2012
  • 08-2012
  • 07-2012
  • 06-2012
  • 05-2012
  • 04-2012
  • 03-2012
  • 02-2012
  • 01-2012
  • 12-2011
  • 11-2011
  • 10-2011
  • 09-2011
  • 08-2011
  • 07-2011
  • 06-2011
  • 05-2011
  • 04-2011
  • 03-2011
  • 02-2011
  • 01-2011
  • 12-2010
  • 11-2010
  • 10-2010
  • 09-2010
  • 08-2010
  • 07-2010
  • 06-2010
  • 05-2010
  • 04-2010
  • 03-2010
  • 02-2010
  • 01-2010
  • 12-2009
  • 11-2009
  • 10-2009
  • 09-2009
  • 08-2009
  • 07-2009
  • 06-2009
  • 05-2009
  • 04-2009
  • 03-2009
  • 01-2009
  • 12-2008
  • 11-2008
  • 10-2008
  • 09-2008
  • 08-2008
  • 07-2008
  • 06-2008
  • 05-2006


    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!