ik tracht een foto (groot) op mijn blog te plaatsen. ik weet dat ik ze 2x moet plaatsen en dan 1 deleten. maar dat deleten lukt nu juist niet. waarschijnlijk doe ik ergens iets fout.wie kan mij de juiste informatie geven?
als ik naar janne kijk denk ik nogal eens: jij hebt nog een schitterend leven voor de boeg. als janne naar mij kijkt kan zij ook zo denken: jij hebt al een schitterend leven gekregen.
de balans is dus in evenwicht. wij hebben beiden redenen om blij te zijn met wat we kregen en nog te verwachten zijn. zij en ik kennen onze toekomst niet. ik vermoed dat zij haar kleinkind
zal vertroetelen als ik hier niet meer besta. misschien schrijft zij op dat moment wat ik nu schrijf. zo reiken de levenden en de doden naar elkaar. over en door alles heen. vanuit de zelfde bron met het zelfde verlangen
en soms met de zelfde wanhoop om niet meer te zijn.
veel vrienden en bekenden in de oude kerk waar wij 11 juli vierden als vanouds.'lied van mijn land' opende het samenzijn rond al de tekens uit mijn jonge jaren, mijn geloof
in God en Vlaanderen. in het 'gebed voor het vaderland' boog ik mijn hoofd bij het voorbijschuiven van wie hier niet meer was. de eersten die mij leerden dat ik vlaming was.
ik heb gebeden, gezongen en betoogd. mij één gevoeld met kruis en leeuw. als kind en man heb ik van land en volk gehouden. mijn buigend volk recht nu
zijn hoofd. ik bad vol hoop: 'heer, laat het prinsenvolk der nederlanden niet ondergaan in broedertwist en schande...schenk ons de taaie kracht... om met vertrouwen en nooit gebroken moed ons land herop te bouwen!'
de leeuwenvlag zal woensdag juichend aan mijn gevel wapperen!
ik versta de pijn van wie zo zorgzaam met de anderen omgaat, van wie verder ziet hoe dingen gebeuren en niet gebeuren. ik wil haar op mijn handen dragen naar
een zorgenloos bestaan waar zij geen pijn meer voelt. ik wil de tederheid waarmee zij zorgt behoeden voor ontgoocheling. zij kent de vreugden van de kleine dingen.
en dan wordt het te veel. de veer breekt en er knakt iets in haar hoofd. haar wereld wordt wazig en zij kijkt vertwijfeld naar haar eigen handen die blijven opengaan.
het is zomer en vakantie en stil. je wil nog voortdoen zoals daar voor maar dat lukt om een of andere reden niet. je wordt meegezogen in die
tredmolen van opgelegde zorgeloosheid. mensen leven blijkbaar anders, ze lossen de rol even terwijl hun voeten nog verder trappen, met kortsluiting tot gevolg.
je wordt binnenste buiten gekeerd. je moet zingen en dansen en met je luie kont in de zon gaan liggen, als die al schijnt. dagritmestoornissen zijn al even erg
als hartritmestoornissen. alleen, er bestaan geen pillen voor. je moet meedraaien in de molen van hoera de vrijheid is daar. ik wil alleen zachtjes zingen zoals vroeger
je kan geloven en niet geloven je kan je openstellen of afsluiten je kan jezelf met zorgen omringen en je kan ook naar anderen gaan.
je kan geloven in tekens je kan toveren in de magie van het verleden die 'vandaag' maakt, en toch de essentie opzoeken.
je kan op zoek gaan naar je zielsverwant je kan haar plots ontmoeten in een vrouw die in alles anders lijkt. het voelt als thuiskomen. je komt tot rust en geniet.
de zee wordt dieper, de zon warmt op als je het koud hebt. grijs krijgt kleur en vriendschap verschuift naar graag zien zonder vragen en eisen. telkens
terugkeren naar de eerste klik. herboren worden in echt leven. gewoon zijn in echte vriendschap die hecht. en een glimlach voelen tintelen
zij weet dat hij klaar staat om naar huis te komen. het vliegtuig aarzelt, start niet. hij moet wachten. haar hart knijpt dicht. de chaos in haar hoofd gaat op de loop. de voorbije jaren krimpen tot
ondraaglijke spanning naar vandaag. een dag heeft nooit zo lang geduurd. zij wil hem in haar armen sluiten. een haven zijn waarin hij landt en van daaruit naar zijn beminden snelt.
zijn kind knijpt in haar handen. haar man lijkt onbewogen maar leeft zo zwijgzaam naar dit intense ogenblik van samen zijn. familie is nog nooit zo hecht geweest. zo voelbaar kijkend naar
de lege lucht waarin hij straks de altijd lege plaats weer vult. zij wacht hem op. de angst en het verlangen gieren onbeheerst dooreen. de tijd blijft leeg. wie zal haar zeggen dat wachten de weg naar liefde
zo pijnlijk maakt. en toch gaan haar ogen en haar handen open. de regenboog zal staks weer haar en hem verbinden.
mensen die zich moeien met anderen en op alles commentaar hebben belasten mijn leven en maken me ziek. en als je daar om de lieve vrede
toch ruimte moet aan geven leef je in een permanente stress situatie waar je na lange tijd de oorsprong niet meer van herkent. dan wordt het erg.
komen partners die al eeuwen samenwonen daar uitendelijk uit? en hoe los je dat op? selectief doof worden? of je weg zwijgzaam alleen bewandelen langs de zijkant?
is het dan zo moeilijk de eigenheid van je partner te onderkennen en hem alle vrijheid te geven die te beleven? wij verschrompelen toch niet tot het
wij zaten in een middeleeuwse kerk naar vivaldi te luisteren. hij vertelde over de vier seizoenen met klanken als balsem voor mijn ziel. ik bad
en zong met hem en onze taal zocht naar een god die hier al eeuwenlang aanbeden en vervloekt werd. zoveel zilte tranen om dood
en onbegrip kleefden aan de graven waarop wij zaten. de winter zat bevroren in de stenen zuilen die die naar boven wezen in het
eindeloos niets waar ik ooit ontstond. en juist hier begon de lente. ik dacht aan de rust en de onrust van een avond aan zee. aan waarden en normen die
meer vragen dan antwoorden gaven. aan de liefde in mijn leven die mijn zomer moest zijn die nooit kwam. maar ik zal vivaldi in mijn
ziel laten spelen, met de woorden van het hooglied. in wil de liefde intens beleven tot de laatste bladzijde van mijn beduimeld boek. tot ik het
ik laat het sluipend gif van dichtbij sterven, in mijn leven toe. ik voel de onomkeerbaarheid als ik daarin verder ga. ik leef te veel naar
morgen toe en vergeet vandaag. dat wil ik anders doen. geluk en schoonheid kan ik maar vandaag genieten en morgen is nog onbekend.
loslaten waar ik vast in zit en de puurheid als dagelijkse kost ervaren. ballast waar ik mij niet zo goed bij voel afbreken tot de laatste steen. en op het
puin daarvan een glimlach bouwen tot waar mijn hemel reikt. het wordt de hoogste tijd om de omklemming van mijn ziel te slopen en vrij
ik heb vanavond het verhaal van Maeve gezien. Maeve was tien jaar toen ze verongelukte. haar ouders vertelden haar verhaal en dat van hen. een verpletterende belevenis.
ik heb Maeve meebeleefd. het verdriet van haar ouders ook. zij hebben Maeve doorgegeven aan iedereen die verlies in zijn leven meedraagt. ik draag Maeve
in mijn open handen naar een verloren droom. naar wie ik liever zag dan mijn eigen leven. hij liep verloren in de chaos van zijn jongensdroom. zijn grenzen doemden onherkenbaar aan zijn horizon.
hij verloor elke grip op zijn vreemd bestaan. ik sprak verloren in zijn leegte. en zijn wanhoop kleefde aan mijn tranen om wat niet kon zijn. ik zie mezelf als vreemde in zijn leven
en het wordt koud waar zijn stappen zich keren. hij leeft en bidt in zijn gesloten denken en wijst mij naar een plaats die ik niet ken. ik zoek nog elke dag naar een waarom. het antwoord ligt
verborgen in zijn ziel waarin hij mij niet binnenlaat. ik draag hem zoals Maeves ouders naar een beminde plek. waar ik hem koester en nooit verlies. hij blijft de welbeminde die ik nooit verlaat.
je zal mijn woorden wel herkennen nu. ze zijn voor jou geschreven. de zee, het strand en de kleuren van de avondzon. herken je ze?
de zeedijk en een rolstoel als onuitwisbare herinnering. het laatste gesprek. warm en oneindig. over verleden en heden, over hem en jou.
misschien ook over toekomst zonder hem. onuitspreekbare hopeloosheid en toch de troost van betaste woorden die voorzichtig aan elkaar gegeven worden.
niemand is getuige. je bent teruggekeerd naar wat overbleef. de rijkdom van het leven kon je niet ontlopen. de tranen droogden binnenin. de littekens
droeg je mee. draag je mee. leg ze zacht vooraan op het water. ze drijven naar hun oorsprong terug waar alles gezegd is. ooit. daar begint je regenboog.
ik schrijf alleen met letters en onbeholpen woorden op vergankelijk papier. je broer schrijft in het water, in het vuurrood van de avondzon, in je verwarde hart.
er is niets zo ontgoochelend als plots geconfronteerd te worden met de onvoorspelhaarheid van je gezondheid. gisteren viel alles
best mee. ik dacht: de miserie is voorbij. en plots voel je dat alles weer mis gaat. je zoekt naar oorzaken maar vindt er geen.
je wil op uitstap en je twijfelt. je wil anderen niet tot last zijn. maar je kan niet alles afgelasten. misschien moet ik hier leren
doorbijten en niet bang zijn van morgen. genoeg medicatie mee en genieten van wat je hebt, al gaat het krakkemikkig en blijft je maag opstandig rebelleren.
je lichaam exploreren en luisteren naar zijn taal en hoe het flirt met je geest die veel te vlug volgt. jezelf onder controle krijgen en