wij. hier. nu. Ja.
en ach, misschien zullen er ooit bergen rijzen valleien splijten tussen ons in, zullen wij met rookpluimen moeten seinen: weet je nog
daar. toen. wij. toch
maar zolang we niet vergeten dat er een moment was in ons leven waarop we dachten dit en voor eeuwig, dit heden is een eden
vinden wij ons wel weer in elkaar en zal ik denken aan wat je ooit onbewaakt tegen mij zei, je had het in oude psalmen gelezen
aan u gebonden ben ik vrij
Maud Vanhauwaert
Categorie:Van Hauwaert Maud
|