Moge Allah ‘azza wa djal onze kennis doen vermeerderen, Ameen. Moge Allah ons leiden naar de waarheid en ons weerhouden van het slechte, Ameen. Moge Allah ons sieren met de schoonheid van Imaan & Taqwa, Ameen.
Bismillah Irahman Irahiem, Alhamdolilahi Rabil Alamien Wasalatu wasalamu 'ala khairy khaliqihi Muhamadin wa 'ala aalihi wa sahbihi adjma'ien (In de Naam van Allah de Barmhartige, de Genadevolle. Alle lof zij Allah, de Heer der Werelden. Vrede en zegeningen zij met de beste schepping Mohammed en op zijn afstammelingen, metgezellen en allen) Ondankbaar
Dit verhaal gebeurde tijdens het feest 'Ied ul Fitr' (afsluiting van de vastenmaand Ramadan). Er was iemand die erg welgesteld was. hij was erg rijk en had een overvloed aan goederen. op die dag kwam een straatarme man (Fakir) en hij belde bij de rijke man aan; de arme zei dat hij op reis was en graag wat wilde eten. de rijke man duwde hem opzij en schold hem uit; joeg hem weg van zijn huis. Hij zei dat hij zijn Ied ul Fitr verstoorde. de rijke man was met zijn vrouw en kinderen aan het feesten. de Fakir voelde zich zeer bedroefd, met zijn totale ziel en geest sprak hij tot Allah (SWT): "O Allah, geef mij ook zulke rijkdommen en ik verzoek U mij ook zo'n dag te schenken, opdat ik in UW naam kan weggeven en dat ik dankbaarheid kan tonen en dat UW arme dienaren kan helpen."
Allah's Wil geschiedde en binnen 1 jaar kreeg de rijke man grote ( ook financiële) tegenslagen. Hij werd uiteindelijk ook een fakir. De eens arme Fakir had echter in 1 jaar tijd zo'n groot succes door Allah's Wil. Toen hij na 1 jaar het ied ul Fitr feest vierde werd er op zijn deur geklopt. Hij vroeg wie aan de deur was. Een stem zei: "Ik ben een Fakir en ik ben arm, ik wil graag iets hebben om te eten" De nieuwe rijke man herkende de Fakir. het was dezelfde man, bij wie hij een jaar gelden had aangebeld." de fakir kreeg zoveel te eten. na het eten zei de rijke man: "Nu mag je ook nog van mijn bezittingen nemen, zoveel als je wenst. Ik was het die een jaar geleden bij jou thuis aangebeld had en jij hebt mij weggezonden. Ik heb Allah (SWT) beloofd, dat als ik iets van Allah's rijkdom zou bezitten, ik de armen zou helpen. Vandaag is het moment aangebroken dat juist u nu bij mijn huis aanbelt. U bent deelgenoot van mijn rijkdom omdat ik toen bij jou had aangeklopt. Je had mij weggejaagd. En vandaag heeft Allah (SWT) mij verrijkt."
Toen hij dat hoorde, begon hij te huilen. Hij begon zich te richten tot Allah (SWT)
Ibn Abbas : Op de dag van Nahr (in Hajj-de dag van Eid), richtte RasulAllah zich tot de mensen en zei, "O mensen welke dag is het vandaag?" Zij antwoordden, "Het is de heilige maand!" Toen bleef hij stil. Dan vroeg hij, "Welk land is dit?" Zij antwoordden; "Dit is het heilig land!" Toen bleef hij weer stil, toen kondigde hij aan, "Waarlijk, jullie bloed en jullie eigendom en jullie eer is onschendbaar voor jullie onderling, zoals de onschendbaarheid van deze dag van jullie, in deze maand van jullie, in deze stad van jullie." RasulAllah herhaalde het over en over, dan hief hij zijn hoofd naar de hemel en zei, "O Allah, heb ik de boodschap doorgegeven? O Allah, heb ik de boodschap doorgegeven?" Bukhari en Muslim Allah beval ons om mild te zijn, liefdevol, en vergevingsgezind aan een ander. En hij maakte dit tot een kwaliteit in Zijn Boodschapper zodat wij RasulAllah's voorbeeld volgen:
En het was dankzij de Barmhartigheid van Allah dat jij zacht met hen was. En als je streng en hardvochtig was geweest, dan waren zij rondom jou uiteengegaan. Vergeef hen dus en vraag vergeving voor hen en raadpleeg hen bij de zaak. En wanneer je dan besloten hebt, vertrouw dan op Allah. Voorwaar, Allah houdt van degenen die (op Allah) vertrouwen. 'Ali 'Imran aya 3
Inderdaad, de metgezellen volgden het voorbeeld van RasulAllah en werden beschreven door de Heer der Hemelen en Aarde als:
Mohammed is de Boodschapper van Allah en degenen die met hem zijn, zijn streng tegenover de ongelovigen, maar onderling barmhartig Fath aya 29
Eén van de grootste en meest vernietiging van dit medeleven, liefde en broederschap is roddelen. Het woord in het Arabisch is Gheebah, komt uit de stam: Gha-Yaa-Baa, betekend dat dit onzichtbaar is. Wanneer een moslim zijn broeder of zuster een zonde ziet begaan, zonder hem direct te adviseren, gaan zij naar anderen - wanneer zij afwezig zijn door de broeder en zuster in kwestie - en spreken kwaad over hen in hun afwezigheid. Roddelen is haram, het is één van de grootste zonde en berouw moet getoond worden voor deze zonde. Er is geen andere mening hierover in de Islam.
Overgeleverd door Muslim, RasulAllah zei tegen zijn metgezellen, "Weten jullie wat Gheebah is?" Zij zeiden, "Allah en Zijn Boodschapper weten het best." Hij zei, "Het is iets bedoeld over jou broeder (in zijn afwezigheid) dat hij zou haten." Er werd gezegd, "En als ik wat zeg over mijn broeder dat waar is?" Hij sallAllahu `alaihi wa sallam zei, "Als hetgeen wat je zegt over hem waar is, dan heb je over hem geroddeld, en als het niet waar is, dan heb je hem belasterd (buthaan)." Muslim
Bekijk de strengheid van de situatie en het resultaat van iemand die hun moslimbroeders en zusters naloopt om hun fouten proberen bloot te stellen: RasulAllah zei: "O degenen die (enkel) geloven met hun tongen, geloof heeft jullie harten nog niet bereikt! Roddel niet over moslims. En zoek niet naar hun fouten. Voorwaar, hij die de persoonlijke zaken van zijn broeder blootstelt, Allah zal zijn persoonlijke zaken blootstellen. En diegene die door Allah worden gevolgd, Allah zal hen blootstellen al zijn ze (verborgen) in de buik van hun huizen." - authentiek overgeleverd door Ahmad en Abu Dawood.
Imam Malik zei over de heilige stad van Madinah, "Ik heb in dit land mensen ontmoet die geen fouten hadden. Maar zij spendeerden hun tijd in het zoeken van andermans fouten en (ondertussen) stapelen hun eigen fouten op. En ik heb in dit land mensen ontmoet die fouten hadden. Echter, zij bleven stil wanneer het ging om de fouten van anderen, en (ondertussen) werden hun fouten vergeten!"
Luister! Allah roept ons aan: "O jullie die geloven, vermijdt veel van de kwade vermoedens. Voorwaar, een deel van de kwade vermoedens zijn zonden. En bespioneert elkaar niet en spreekt geen kwaad over elkaar in elkaars afwezigheid. Zou iemand van jullie het vlees van zijn dode broeder willen eten? Jullie zouden het zeker haten. En vreest Allah. Voorwaar, Allah is Berouwaanvaardend, Meest Barmhartig. Al Hoedjoerat aya 12
Wat veroorzaakt iemand die roddelt over zijn Moslimbroeders en zusters?
1. Woede tevredenstellen Dit wordt gedaan door de persoon te roddelen die zijn woede aansteekt - dus telkens wanneer deze persoon hem kwaad maakt, komt hij tot rust door te roddelen over deze persoon. Door dit (roddelen), voelt hij zich gelijk met de andere persoon. De genezing voor dit is de advies van de Boodschapper (sallAllahu `alaihi wa sallam) wanneer een man naar hem kwam en hem vroeg een advies te geven, "Wordt niet kwaad!"
2. Het willen maken of houden van vrienden Om vrienden met anderen te handhaven, stelt een persoon roddelen tevreden want hij is bang zijn vriendschap te verliezen. Dus berispt hij hen niet wanneer zij roddelen, maar stelt zichzelf daarin tevreden. Om hiervan te genezen moet hij zich herinneren aan de woorden van de Boodschapper (sallAllahu `alaihi wa sallam): "Degene die streeft naar het genoegen van de mensen door Allah ongehoorzaam te zijn, Allah zal hem overlaten aan de mensen." (At Tirmidhi)
3. Rondspelen, pret maken, en grappen over anderen Dit kan spot en sarcasme impliceren. Het is genoeg om diegenen die deze praktijken goedkeuren te herinneren over wat Allah, de Meest Verhevene zegt: " O jullie die geloven, laat een volk niet een ander volk beledigen, het kan zijn dat zij beter zijn dan hen Al-Hujuraat aya 11 Het kan goed zijn dat Allah van hen houdt en niet van ons.
4. Woede voor de Zaak van Allah. Een persoon kan wegens een zonde woedend worden die begaan werd door een andere persoon waarover hij gaat praten, het lucht zijn woede op en hij vermeld de naam van die persoon in plaats van het te verbergen en hem niet te vermelden. Sufyaan ibn al-Husayn heeft overgeleverd: Ik zat bij Iyaas ibn Mu'aawiyah toen een man voorbij loopte en ik sprak slecht over die man. "Zwijg!" zei Iyaas tegen me. "Heb je de Romeinen bevochten?" Ik zei nee. Hij vroeg, "Heb je de Turken bevochten?" Ik zei nee. Toen zei hij, "De Romeinen werden gered van jou en de Turken werden eveneens gered van jou. Maar jullie eigen moslimbroeder werd niet gered!" Sufyaan zei, "Na dit roddelde ik nooit meer."
5. Teveel vrije tijd hebben Dit kan een persoon ertoe zetten om in roddelen te vallen, want het is makkelijk voor een nutteloze om bezig te zijn met mensen, hun eer en hun fouten. Om dit te verbeteren moet een persoon zijn tijd in handelingen van gehoorzaamheid in Allah doorbrengen, in aanbidding, kennis zoeken, en anderen onderwijzen.
6. Eigendunk en onbewust zijn over eigen fouten Dergelijke mensen zouden over hun eigen fouten moeten nadenken en trachten zichzelf te verbeteren en zich beschaamd voelen om anderen te bekritiseren wanneer zijzelf vele fouten hebben. Er werd gezegd tegen Rabee' Ibn Khaytham. "We hebben jou nooit fouten zien zoeken in anderen." Hij antwoordde: "Ik ben niet tevreden genoeg met mezelf om mijn tijd toe te wijden in het zoeken van andermans fouten." Uqbah ibn Aamir heeft overgeleverd: Ik zei, "O Rasul Allah! Wat is verlossing?" Hij (sal Allahu alayhi wa Sallam) zei, "Beteugel je tong! Je huis zou genoeg moeten zijn voor je! En bezorg je over jou (eigen) fouten!" - authentiek, overgeleverd door Tirmidhi.
Shaykh Al-Qarnee heeft overgeleverd in één van zijn boeken: Abu Bakr discusieerde eens met een metgezel over een boom. Tijdens deze discussie zei Abu Bakr iets dat hij eerder niet zou gezegd hebben. Hij vloekte niet, hij heeft niet iemand zijn eer aangevallen, hij haalde geen fout in iemand, het enige wat hij zei was iets dat misschien de gevoelens van de metgezel zou gekwetst hebben. Onmiddellijk beval Abu Bakr hem, "Zeg het me terug!" De metgezel zei, "Ik zal het niet terug tegen mezelf zeggen." "Zeg het me terug", zei Abu Bakr, "Of ik zal klagen bij de Boodschapper van Allah." De metgezel weigerde het terug te zeggen en nam zijn weg. Abu Bakr ging naar Rasul Allah en vertelde wat er gebeurd was en wat hij zei. Rasul Allah riep de metgezel en vroeg hem, "Heeft Abu Bakr zo en zo tegen jou gezegd?" Hij zei: "Ja." Hij zei: "Wat heb je geantwoord." Hij zei: "Ik heb hem niet beantwoord." RasulAllah zei: "Goed, antwoord niet terug tegen hem (kwets Abu Bakr niet)." Toen zei hij: "Moge Allah jou vergeven O Abu Bakr!" De metgezel wendde zich naar Abu Bakr en zei, "Moge Allah jou vergeven O Abu Bakr! Moge Allah jou vergeven O Abu Bakr!" Abu Bakr draaide zich om en huilde terwijl hij weg ging. Hoe kunnen wij deze niveau van genade en liefde en broederschap doen herleven waarin de metgezellen leefden?
De Boodschapper van Allah toonde ons het volgende: Voorwaar, degenen die geloven en goede werken verrichten, de barmhartige zal hen liefde schenken. Maryam aya 96
Geloof in Allah en verricht goede daden.
Verspreid de Salaam aan degene die je kent en die je niet kent. In sahieh Muslim, van Abu Hurayrah, zei RasulAllah, "Je zal Jannah niet betreden totdat je gelooft, en je zal niet geloven totdat je van een ander houdt." En in Bucharie en Muslim, van AbdAllah ibn Amr: Een man kwam naar RasulAllah en vroeg hem, "Welke Islam (overgave) is het beste?" Hij zei, "De hongeren voeden en de salaam geven aan degenen die je kent en niet kent."
Geschenken geven aan je broeders en zusters.
De verklaring van RasulAllah is voldoende, "Tahaaddu Tahaabbu. (Geef geschenken en je zal houden van een ander)." - overgeleverd door Imam Bukhari in zijn boek al-Adam al-Mufrad.
1. De hel is zo diep dat als een steen erin zou worden geworpen het er 70 jaar over zou doen om de bodem te bereiken.
2. De breedte van elk van de vier muren is net zolang als een lengte waar je lopend 40 jaar over zou doen.
3. De hel heeft zeven poorten.
4. De hel stond in vlam voor 1000 jaar totdat haar vlammen rood werden, toen werd het weer verhit voor 100 jaar totdat de vlammen wit werden, na nog een 1000 jaar werden de vlammen zwart.
5. Het heetste vuur op deze aarde is 70 maal koeler dan de hitte in de hel.
6. De lichtste straf in de hel is het dragen van verhitte schoenen welke ervoor zorgen dat je hersenen aan de kook gaan.
7. In de hel zijn giftige slangen en schorpioenen zo groot als apen en als ze iemand zouden bijten zal deze 40 jaar pijn lijden.
8. Als eten zal hij vruchten van de zuqqum krijgen een boom met doornachtig materiaal, het is zo bitter dat als een molecuul ervan o aarde zou komen zou het al het eten bitter en oneetbaar maken. de vrucht van deze boom zien eruit als duivelshoofden.
9. Als drinken zal de bewoner van de hel heet kokend pus krijgen, gemixt met bloed urine en tranen. als er een emmer van deze substantie over de aarde zou worden leegegooid, zou de hele aarde verontrust en upset zijn over zijn verschrikkelijke stank.
10. Kokend water zal over hun hoofden worden leeggegooid waardoor hun ingewanden zullen smelten en uit hun voeten naar buiten zullen komen.
11. De bewoners van de hel zullen worden geslagen met zware knuppels van ijzer. als zo een ijzer op aarde zou worden gezet zouden alle mensen en ale djinns tezamen het niet kunnen optillen, als een berg zou worden getroffen erdorr zou het verpulveren.
12. De bewoners van de hel zullen dagelijks 70 maal verbrand worden, elke keer nadat ze totaal zijn verbrand, worden ze weer tot leven gewekt zodat ze deze straf keer op keer mogen proeven.
13. Een dronkaard zal bloed , pus zweet en vuil te drinken worden gegeven in de hel.
14. Al de hoogmoedige mensen zullen in het hiernamaals worden verzameld en naar de hel gedreven,maar hun lichamen zullen worden verkleind tot de maat van mieren en zij zullen de uitwerpseln van de bewoners van de hel te eten krijgen.
15. Sommige zondaars zullen de berg SAUd moeten beklimmen, welke uit vuur bestaat en in de hel staat dan zullen ze van de top afvallen en dit zal dan voor eeuwig en altijd zo doorgaan.
16.De bewoners van de hel zullen in ketenen worden gebonden die langer zullen zijn dan de lengte tussen de aarde en de hemel.
17. de kleren van de bewoners van de hel zullen snel in brand vliegen.
18. naast lichamelijke kwellingen zullen de bewoners van de hel ook worden onderworpen aan psychische kwelling door de bewaarder van de hel die hen zal herrineren aan wat zij op de aarde deden en hij zal tegen ze zeggen; "Nu proef je de smaak van vuur en hel" etc.
19. de bewoners van de hel zullen zo erg worden beschaamd dat zij, naast hun walgelijke lelijkheid en pikzwarte uiterlijk, hun bovenlip zal hun voorhoofd raken en de onderlip zal hun navel raken.
20. De bewoners van de hel zullen zoveel huilen van tranen en bloed dat er groeven op hun wangen gevormd zullen worden.
21. Hun tongen zullen zo lang zijn en uit hun mond hangen dat anderen erop zullen staan en overheen zullen vallen.
22. Shayateen zullen ook de bewoners van de hel berispen.
23. De bewoners van de hel zullen hun woede en razendheid op degenen uitoefenen die verantwoordelijk waren voor hun dwalen.
24. De bewoners van de hel zullen de bewaarders van de hel vragen om voor hen bij God te bemiddelen. maar hun verzoek zal niet worden gehonoreerd, ook zullen zij tot God bidden maar hun gebeden zullen niet worden verhoord.
25. Zij zullen voor altijd in de hel verblijven, continiues brullend als dieren in de jungle.
Als we ons afvragen wat ons voornaamste doel is in dit wereldse leven, dan zullen velen van ons als antwoord: gelukkigheid in het wereldse leven. Daar is waar iedereen (of de meesten van ons) naar streeft, we zitten op school, om later een goede baan te krijgen, om geld te verdienen, om gelukkig te zijn... Maar laten we niet vergeten dat dat niet alles is, en dat er veel meer van ons wordt verwacht. Alles in dit wereldse leven vergaat.
Een mooi voorbeeld waar we veel van kunnen leren is dat van de kameel van de profeet saw. Zij heette AL-Qaswaae, en stond bekend als het snelste rijdier te midden van de rijdieren van de sahaba. Niemand van de sahaba twijfelde er ooit over om de kameel van de profeet in te halen. Op een dag kwam er een oude man met een ezeltje, en die haalde met alle gemak al-Qaswaae in... De profeet zei hierop: "Allah heeft vastgesteld dat er niets in deze wereldse leven zal rijzen, of ooit zal het weer dalen." Dit geldt voor alles, na gezondheid komt ziekte, na rijkdom komt armoede, na een leuk uitje, ben je moe en na het leven komt de dood...
Gelukkigheid in het wereldse leven is dus niet volmaakt, je hebt eigenlijk geen garantie en er volgt vaak iets negatiefs...In het paradijs zal het insha Allah anders zijn, daar heb je andere maatstaven, andere soorten blijdschap en gelukkigheid, en waaronder dat daar wel geldt, dat dat je uiteindelijke doel is, en dat het eeuwig zal zijn. Laten we eens wat dichterbij gaan...laten we ons eens oorstellen hoe het paradijs eruit zal zien. Hoe ziet die plek er nou uit, waar we zo hard voor werken en waar we zo erg naar streven?? De profeet saw heeft ons een aantal beschrijvingen gegeven, waar we veel uit kunnen halen...in ieder geval genoeg om ons leven ervoor op te offeren.
Stel je eens voor....
Het einde van de dag des oordeels is nabij...alles is geweest, iedereen weet wat zijn eindbestemming zal zijn, voor de moslims, de godvrezende mensen op het aardse leven, is het zwaarste voorbij, hen staat een eeuwig leven vol verassingen te wachten. Zij zijn ook voorbij de siraat, dit is de 'brug' die boven het hellevuur loopt. Volgens een overlevering van de profeet saw, is deze zo hun als een haartje, en zo scherp als een zwaard, en het ligt aan je daden hoe snel je eroverheen komt!! De profeet saw zegt dat er mensen zijn die in een fractie van een seconde erover heen zijn, de ander doet er wat langer over, ook zijn er die er kruipend overheen komen.....Zorg ervoor dat je ook deze siraat zo snel mogelijk voorbij bent, zorg er dus voor dat je altijd godsvrezend bent, dat ja altijd gehoorzaam bent, en Allah swt zal Zijn hulp aan jou schenken. Goed, je bent de siraat voorbij, aan deze kant staan alleen maar moslims, iedereen die het wereldse leven goed heeft doorgebracht, we staan allemaal voor de poorten van het paradijs, maar...ze zijn gesloten!!
We gaan op zoek naar degene die de poorten voor ons zal openen, alle profeten zeggen dat ze daar niet voor bestemd zijn. Dan... komt de profeet Mohammad saw, hij loopt naar de poort, en klopt daarop...de engel die binnen staat, die de taak heeft deze poort te bewaken, vraagt: "Wie is daar?" De profeet saw antwoordt: "Ik ben het, Mohammad ibn 3abdillah!", waarop de engel antwoordt: "Welkom Mohammad! Allah heeft mij verboden deze poort te voor iedereen te openen, behalve voor jou!" De profeet vertelt ons dat deze poort een breedte heeft even groot als de afstand van Mekka tot Shaam (Syrie), en ondanks deze breedte, zal het erg druk worden voor deze poorten, tenslotte willen alle moslims zo snel mogelijk binnen zijn..Ook dat wordt bepaald door je daden....zullen wij tot diegenen behoren die samen met de profeet het paradijs binnengaan..of....zij die al laatste binnentreden Doen wij wel hard genoeg ons best om het paradijs als eersten naar binnen te gaan, of kan het ons allemaal niet zoveel schelen??
Is dat niet nog een goede reden om nog meer en meer je best te doen in dit leven? De profeet saw zei: "Er is een groep die het paradijs binnengaat, en hun gezichten zijn als de volle maan in een donkere nacht (van blijdschap), de groep die daarna komt, is als het licht van een planeet, en die daarna komt..." en het wordt steeds minder. Natuurlijk is je blijdschap niet te beschrijven als je als eerste, samen met onze profeet saw het paradijs binnentreedt!! Wie zal dat niet willen??Ik wil dat....jij wilt dat..iedereen!! Maar werken we er wel hard genoeg voor?? Hopelijk zal deze les ons meer moed geven, en meer kracht om ons nog meer naar onze schepper te richten....
Dat was de binnenkomst, in het paradijs. De profeet saw gaat door met het beschrijven: "De kammen zijn van goud...parfum zijn muskus geuren...en veranderen voortdurend." Stel je voor..als slechts een kam van goud zal zijn...waar zal de rest uit bestaan?? De profeet saw gaat verder: "De bewoners van het paradijs, zijn constant bezig met tasbee7, het is een instinctief iets, zoals jullie nu ademen" Je zou je afvragen..je bent in het paradijs gekomen omdat je hier, in dit leven, hard hebt gewerkt, en Allah hebt aanbeden..moet dat in het paradijs ook?? Moeten we daar ook tasbee7 doen? Nee, maar in het paradijs is alles zo prachtig, dat je niet anders kan, dan Allah swt gedenken voor al deze schoonheden, net als hier, in dit leven, als je een mooi uitzicht ziet, roep je meteen : "Subhaaana Allah". Daarmee kun je het vergelijken. Maar in het paradijs veranderd alles constant, het wordt steeds mooier en mooier, waardoor je nog meer Allah swt gaat gedenken.... Aan de poorten van het paradijs roept Allah swt naar ons, en hij zegt woorden, die je alle moeite en verdriet van het aardse leven doen vergeten..Hij zegt: "O bewoners van het paradijs! Jullie zijn nu gezond, en zullen nooit meer ziek worden, jullie zijn jong, en zullen nooit meer oud worden, jullie zijn levend, en zullen nooit sterven, jullie zijn gelukkig en zullen nooit verdriet meemaken!" Hoe zou jij je voelen als Allah swt dit tegen jou zou zeggen..Het maakt allemaal niet meer uit, je hebt eeuwige garantie, je hebt bereikt wat je wilt, je hebt echte geluk en blijdschap bereikt! Deze woorden alleen, zijn meer dan alles van jou waard wat je in dit leven doet... Hoe kunnen mensen nog hun gebeden nalaten, in ruil voor al dit moois?? Hoe kun je nog bewust ervoor kiezen zonden te begaan als je al deze dingen hebt gehoord??
Maar er is meer:
De profeet Mousa as vroeg aan Allah swt: "O Allah, wie heeft de laagte gradatie in het paradijs?" Allah swt zei: "Degene die de laagste gradatie heeft, is diegene die het laatste uit het vuur komt. Elke keer als hij eruit probeert te komen, wordt hij weer teruggetrokken, hij probeert het weer, en hij wordt teruggetrokken, de derde keer komt hij eruit. Als hij eruit is zegt hij: Alhandoelillah, voor degene die mij van jou heeft gered. Daarna zeg ik tegen hem: "O mijn dienaar, ga mijn paradijs binnen. Wil jij een bezit zo groot als de machtigste koning op aarde? Je krijgt net zoveel als de machtigste koning, en dat nog een keer, en nog een keer en nog een keer, en nog een keer, en nog een keer (5x), en daarbij krijg je alles wat je hart begeert." Yaa Subhana Allah, dit is degene die het laagst staat in het paradijs, hoe zal het zijn met diegene die het hoogst staat Zo groot is de barmhartigheid van Allah swt!! De profeet saw zei ook: "Hij met de laagste gradatie heeft een bezit, die zo groot is, dat hij er meer dan 1000 jaar ervoor nodig heeft om het helemaal te bezichtigen, hij met de hoogste gradatie, bezichtigt Allah swt dag en nacht." Masha allah, dag en nacht, wat zou je nog meer willen, als je constant naar een schoonheid zit te kijken!!! En 1000 jaar, stel je voor...paleizen, rivieren, dieren, bossen, voetbalvelden (als je ervan houdt...) etc..etc...allemaal voor jou!!
De sahaba vroegen eens aan de profeet saw: "Beschrijf de gebouwen van het paradijs voor ons, o profeet van Allah." De profeet antwoordde: "Een baksteen van goud en een baksteen van zilver, het cement is van musk, en de kiezelsteentjes zijn parels... " Stel je de geur van het paradijs eens voor...alleen het cement is al van musk...en de gebouwen...subhaana Allah... Maar de hadeeth is nog niet af...het mooiste is: "...en het plafond is de troon van de Barmhartige..." Masha Allah...dus boven al datgene, heb je nog altijd Allah naast je...wat wensen wij nog meer? Hoe kun je het nog maken jou verplichtingen niet na te komen??!!
De volgende overlevering zou je ook aan het denken moeten zetten:
"Een afmeting van een boog in het paradijs is beter dan de wereld en wat erbij hoort." De afmeting van een boog, komt ongeveer overeen met 1 meter...dus een meter, is beter dan al het goede wat we hier op aarde hebben gezien?? Alle blijdschap, alle feesten, etc... 1 vierkante meter uit het paradijs, overwint het?? En dan nog te bedenken, dat je nooit dat kleine stukje zult krijgen...maar meer.. .veel meer!!
Het is algemeen bekend dat de vrouwen van de profeet (Allahs vrede en zegen zij met hem) hun gezichten bedekten op momenten waar niet-mahram mannen aanwezig waren.
De tafsier geleerden van de Qor-aan At-Tabarie en Al-Qoertoebie hebben de Jilbaab (een overjas) zoals beschouwd door de metgezellen van de profeet (Allahs vrede en zegen zij met hem) als ook de omstandigheden betreffende de openbaring van Soerat Al-Ahzab vers 59 intensief uitgelegd . Zij verklaren dat toen de gelovige vrouwen 's nachts ('s avonds) naar buiten gingen (met gewone kleding) om hun behoefte te doen sommige huichelaars hen probeerden lastig te vallen, denkende dat de vrouwen slavinnen waren.
De vrouwen schreeuwden dan luid wat er voor zorgde dat deze huichelaars op de vlucht sloegen.
Daarop openbaarde Allah (Verheven en Geprezen is Hij) deze vers. Al-Qoertoebie verklaart dat de Jilbaab een stuk stof is dat het hele lichaam doet bedekken.
Ibn Abaas en Oebaidah As-Salmaanie hebben gezegd dat het volledig om het lichaam van de vrouw gewikkeld moet zijn zodat niets verschijnt of wordt getoond dan één oog waarmee ze kan zien.
At Tabi'ie en Qataadah (moge Allah tevreden over hen zijn) verklaarden dat de Jilbaab gewikkeld moet zijn van boven het voorhoofd, en zo gemaakt dat het de neus bedekt, ( de ogen mogen getoond worden) en de boezem en het merendeel van het gezicht bedekt moet laten.
Abdoellah Ibn Mas'oed (moge Allah tevreden zijn over hem) welke bekend stond als de meest wetende metgezel in zaken wat Shariah betrof, werd Moslim toen hij nog jong was en vanaf dat moment bleef hij bij de boodschapper van Allah (Allahs vrede en zegeningen zij met hem) en vergaarde het begrip van de Qor-aan van hem.
'Omar Ibn El-Khattab (moge Allah tevreden zijn over hem) zei over hem: "Bij Allah, ik ken niemand die beter gekwalificeerd is in het omspringen met situaties aangaande de Qor-aan dan Abdoellah Ibn Mas'oed."
Hij (Abdoellah) legt het woord Jilbaab (zoals die genoemd staat in de Qor-aan in Soerat Al-Ahzab vers 59) uit als zijnde een gewaad, dat het hele lichaam, met daarbij het hoofd, gezicht en handen inbegrepen, bedekt. (Geciteerd door Ibn Taymiyyah (moge Allah hem genadig zijn) in zijn boek van Fatwaas, pagina 110, boek 2 en door Sheikh al-Uthaymeen (moge Allah hem genadig zijn) in het boek Hijaab, pagina 15). 'Oebaida bin Abou Soefyan bin al-Harith (moge Allah tevreden zijn over hem), een andere welbekende en veelwetende metgezel van de boodschapper van Allah (Allahs vrede en zegeningen zij met hem).
Imam Mohammed bin Sirin (moge Allah tevreden zijn over hem), een van de meest veelwetende volgelingen, zei: "Toen ik 'Oebaida bin Abou Soefyan bin al-Harith (moge Allah tevreden zijn over hem) vroeg hoe de Jilbaab gedragen diende te worden, demonstreerde hij het aan mij door een kleed over zijn hoofd te trekken, die zijn hele lichaam bedekte, die alleen zijn linker oog onbedekt liet.
Ibn Jarir citeert de mening van Ibn 'Abbaas (moge Allah hen genadig zijn) : "Allah geniet ervan wanneer moslimvrouwen, wanneer zij naar buiten gaan uit noodzaak, hun gezichten bedekken door middel van een stuk van hun buitenste gewaad over hun hoofd neer te laten." (Tafseer Ibn Jarir, boek 22, pagina 29)
De profeet (Allahs vrede en zegeningen zij met hem) heeft gezegd dat een moslimvrouw die de pelgrimstocht maakt, haar gezicht en haar handen niet mag bedekken. [Al Boekharie, Moeslim, Sahih Abou Dawoed #1600; authentiek verklaard door Al-Albaanee (moge Allah hen genadig zijn)].
Uit deze overlevering kan men opmaken dat de gezichtssluier een bekend verschijnsel was onder vrouwen in de tijd van de profeet (Allahs vrede en zegeningen zij met hem). Anders had de profeet (Allahs vrede en zegeningen zij met hem) het niet verboden tijdens de hadjperiode. Dit staat gelijk aan dat de mannen hun hoofd onbedekt moeten laten tijdens de ihraam, maar Allah weet het beste.
Overigens mag deze hadith niet worden opgevat als vrijbrief om de gezicht geheel te ontsluieren tijdens de hadjperiode.
Als een man de vrouw kan zien, dan behoort zij haar gezicht weer te sluieren. De moeder van de gelovigen, Aisha (moge Allah tevreden met haar zijn) heeft gezegd: pelgrim-gangers passeerden ons terwijl wij met de met de profeet (Allahs vrede en zegeningen zij met hem) waren. Toen zij ons naderenden lieten we onze hoofdbedekkingen over onze gezichten vallen. [Aboe Dawoed en Ibn Majah
Zijne eminentie hooggeleerde Sheikh 'Abdul-'Azeez bin Baaz en Sheikh (moge Allah hem genadig zijn) heeft gezegd: Ze moet haar gezicht bedekken in aanwezigheid van niet-mahram mannen.
Toen Soerat An Noer vers 31 neergedaald was zei Aicha (moge Allah tevreden over haar zijn): Moge Allah Zijn genade schenken aan de eerste Moehaajiraat (emigranten). Toen Allah (Verheven en Geprezen is Hij) openbaarde: "... en zij moeten hun sluiers over hun boezems dragen en hun schoonheid niet openlijk tonen," scheurden ze hun stof en bedekten zichzelf ermee." (saheeh Boekharie)
Ibn Hajar al Asqalanee zei dat, "en bedekten zichzelf ermee", in de bovenstaande hadith betekende dat zij hun gezichten bedekten. (Fath al Bari).
Overgeleverd door Aisha (moge Allah tevreden met haar zijn) dat de boodschapper van Allah (Allahs vrede en zegeningen zij met hem) gewoon was het Fadjr-gebed te bidden en dat sommige gelovige vrouwen, bedekt met hun sluiers, met hem aanwezig waren tijdens het Fadjr-gebed en dat ze vervolgens weer onderkend naar huis terugkeerden. [Sahih Boekharie, deel 1, boek 8, hadith 368]
Sheikh al-Uthaymeen (moge Allah hem genadig zijn), geeft de volgende uitleg als tafseer van deze hadith: "Deze hadith maakt duidelijk dat het islamitische gewaad het hele lichaam verbergt, zoals in deze hadith duidelijk wordt gemaakt. Alleen met een complete bedekking van het hele lichaam, gezicht en handen kan een vrouw niet worden herkend. Dit was het begrip en de praktijk van de metgezellen en zij waren de beste groep, de meest nobelen in het zicht van Allah met de meest complete Imaan en de nobelste der karakters. Dus als de vrouwen van de metgezellen het dragen van een complete bedekking tot uitvoer brachten, hoe kunnen we dan van dat pad afdwalen? (Sheikh Ibn al-Uthaymeen, in het boek "Hijaab" pagina 12 en 13)
Yahia verhaalde van Malik van Hisham ibn Urwa dat Fatima bint al-Mundhir heeft gezegd: "We waren gewend om onze gezichten te sluieren toen we in staat van ihraam waren in gezelschap van Asma bint Abi Bakr as-Siddiq. ( Imaam Malik's MUWATTA, Boek 20, Hadith 20.5.16)
Dit bewijst dat niet alleen de vrouwen van de Boodschapper van Allah (Allahs vrede en zegeningen zij met hem) de niqaab droegen.
De volgende Fatwa is van Sheikh Mohammed ibn Saalih al-Uthaymeen (moge Allah genadig zijn met hem): "De islamitische Hijaab is voor de moslimvrouw, het bedekken van dat wat verboden is voor haar om te laten zien.
Als eerste van de lichamelijke delen, moet ze haar gezicht bedekken. Het gezicht is de bron van verleiding en de bron waardoor mensen met begeerte naar haar kijken. Daarom, moet de vrouw zich bedekken in aanwezigheid van niet-mahram mannen.
Van degenen die beweren dat de islamitische Hijaab alleen het bedekken van de hoofd, schouders, rug, voeten, kin en voorarm is, en het bedekken van het gezicht en handen er niet bij nemen, vindt ik dit een merkwaardige bewering. Het is namelijk algemeen bekend dat het gezicht de oorsprong is van verleiding en een "reden tot kijken geeft.
Hoe kan iemand zeggen dat de Shari'ah het wel toestaat om het gezicht van een vrouw te zien maar de voeten niet? Het is onmogelijk dat de Gewaardeerde, Wijze en Indrukwekkende Shariah tegenstrijdig is. Iedereen weet dat de verleiding van het niet bedekken van het gezicht groter is als gevolg dan van het ontbloten van de voet. Als men, een man die een vrouw een aanzoek doet om met hem te trouwen verteld, dat de handen of voeten niet mooi en onaantrekkelijk zijn, maar dat haar gezicht juist mooi en aantrekkelijk is, dat je die man er niet van kunt weerhouden om haar niet te vragen.
Hieruit kunnen we concluderen dat het gezicht zeker bedekt moet zijn.
Sheikh Saalih al-Fawzaan (moge Allah hem beschermen) heeft gezegd: De juiste beoordeling van de bewijzen is dat het gezicht van de moslimvrouw awrah is, dat wil zeggen dat zij haar gezicht zou moeten bedekken. Het is het meest verleidelijke gedeelte van haar lichaam, men kijkt toch het meest naar het gezicht, dus het gezicht is het grootste awrah van de vrouw.
Sjeikh Moenajied (moge Allah hem beschermen) heeft gezegd: De Profeet (Allahs vrede en zegeningen zij met hem) zei in een authentieke hadith: "Al-Mar-a-tu Awrah", oftewel de vrouw isawrah'. Hier mag dus niets van getoond worden. [dit is Hakeem Al-Muhkam] Dit is duidelijk een doorslaggevende tekst welke de hukm (wijsheid), het oordeel en het voorschrift verschaft; meer hoeft er eigenlijk niet gezegd te worden. Wie alleen al stilstaat bij deze ywee woorden (Al-Mar-a-tu Awrah) zal geen ander bewijs nodig hebben voor het bedekken van het gehele lichaam van de vrouw haar gezicht, haar, twee handen, voeten en lichaam. Het geloof vereist het bedekken van de awrah; het is verplicht en kan niet ontkend worden.
In Sahieh Bukhari staat de lange hadith over de leugen over Aisha . Het verhaal over dat ze achterbleef. Safouane kwam langs, hij had me al gezien voordat Hijaab was geopenbaard en verplicht gemaakt. Hij kwam langs en zei: "Inna Lillahi Wa Inna Ilayhi Rajioon". (Ze werd wakker) en zei: dus ik bedekte mijn gezicht met mijn jilbaab (overjas). Zie deze uitspraak (van Aisha) als een zware uitspraak waarmee je het voor hun ogen kan duwen, prikken, steken, fixeren en porren. Zeg tegen hun: Waarlijk, Aisha zei in Boekharie; Dus ik bedekte mijn gezicht met mijn jilbaab, wat het bewijs is dat ze de verplichting van het bedekken van het gezicht volledig begreep.
En de profeet (Allahs vrede en zegeningen zij met hem) beviel de persoon die wou gaan trouwen om de bruid te bekijken. Ik vraag je bij Allah, als het tonen van het gezicht toegestaan was, waarom droeg hij hem dan op om naar haar gezicht te gaan kijken? Kon hij haar dan niet op straat gezien hebben? Waarom droeg hij dit dan op? Vrouwen van de Ansaar hadden iets in hun ogen. Dus de opdracht was om de ogen te bekijken. Waar bevinden zich de ogen? - In het haar? Armen? Voeten? De ogen bevinden zich in het gezicht. Waarom is het dat sommige metgezellen eerst keken voordat ze gingen trouwen? Waarom niet eerst het huwelijkscontact maken en dan kijken? Waarom niet gewoon op straat kijken? Omdat zoals we begrijpen en weten, het bedekken van het gezicht verplicht is.
Mugheerah Bin Shu'bah zei: Ik ging naar de Profeet (Allahs vrede en zegen zij met hem) en ik meldde dat ik met een vrouw verloofd was waarmee ik wilde trouwen. Hij zei: Ga en kijk naar haar, er kan hierdoor iets tussen jullie ontstaan. Dus hij ging en vertelde dit aan haar ouders. Het was alsof de ouders het niet leuk vonden. Ze vertelden het de vrouw. Zij zei: als de profeet (Allahs vrede en zegen zij met hem) het heeft opgedragen, kijk dan. Dus hij keek naar haar en trouwde met haar. Hij vermeldde haar goedheid, manieren en gehoorzaamheid.
De hadith van 'Aisha (moge allah tevreden over haar zijn), toen Asma (moge allah tevreden over haar zijn) de dochter van Abou Bakr naar de Boodschapper van Allah (Allahs vrede en zegen zij met hem) ging, terwijl ze dunne kleding droeg. Hij naderde haar en zei, "O Asma! Wanneer een meisje de leeftijd bereikt waarop ze ongesteld wordt, is het niet correct dat iets behalve dit en dit worden getoond. Hij wees naar het gezicht en handen.
Deze hadith is ZWAK (dha'ief )verklaard vanwege twee hoofdzakelijke punten: 1. Er is geen verband/link tussen 'Aisha (moge Allah tevreden over haar zijn) en Khalid bin Dareek, welke de hadith van haar heeft overgeleverd. En in iedere keten van overleveraars wordt Khalid bin Dareek genoemd.
2. In de keten van overleveraars komt Sa'eed bin Basheer voor, welke bekend is bij de meeste van de Muhaditheen als zijnde een zwakke overleveraar. Er is hier melding van gemaakt door Imaam Ahmad bin Hanbal, An-Nasai Ibn Madeeni en Ibn Ma'een (moge Allah hen genadig zijn). Dit is ook de argument waarom Imam Boekharie en Moeslim (moge Allah hen genadig zijn) deze hadith niet accepteerden voor hun boeken. (Door Sheikh Mohammed ibn Saalih al-Uthaymeen (moge Allah genadig zijn met hem) in zijn boek "Hijaab" pagina's 17 en 1