5.9.7.0
Gedachte
Herstelxml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" /> |
Overwegingen: |
|
|
Situatiebepaald |
Algemeen |
5.9.7.1. |
Jan Donker |
Aanvaarding |
Geloof in God en Jezus:
Het voert je weg van de duisternis |
5.9.7.2. |
Ina Donker |
Bespreekbaarheid |
Geloof in God en Jezus:
Het voert je weg van honger en schuldgevoel |
5.9.7.3. |
Gerard Willems |
Oplossingen zoeken |
Geloof in God en Jezus:
Het voert je toe naar louter goedheid |
5.9.7.4. |
Lien Smid |
Oplossingen vinden |
Geloof in God en Jezus:
Het leert je volharden |
5.9.7.1.
Jan Donker: kernwoord:
- situatiebepaald: aanvaarding
- algemeen: geloof in God en Jezus: het voert je weg van de duisternis
8 januari 1985:
Het verhaal begint nu hard op te schieten. Dit wordt mijn laatste bijdrage. Ik neem de draad op bij het binnenkomen van Jo in de kamer, waar ik voor Agnes streed
Ons gezamenlijk verdriet
de twijfel, of wij nu toch die familie hadden moeten tippen
door alles heen echter de innerlijke bemoediging van Godswege:
Laat je niet onzeker maken. Tussen ons is alles in orde. Als satan je wil laten twijfelen, of je mijn stem nu wel echt hoort, dan mag je toch weten: Hij, die nu met je spreekt, is de Redder en Vertrooster, waarnaar je verlangt. Wees niet bang voor de storm, die nu weer gaat komen. Ga vol verwachting de nieuwe tijd met Mij tegemoet. Die tijd gaat schoon schip maken met alles, wat er nog rest aan vuil.
Toen wij gingen slapen na eerst intens voor de getroffen familie te hebben gebeden- had ik tegen Jo nog als laatste woord mijnerzijds:
Ik blijf vertrouwen op Jezus. Hij heeft in mijn denken een vaargeul gemaakt voor de goede dingen van boven. Ik heb die geul laten dichtslibben, maar nu wordt de stroom weer elke dag dieper.
En zij tegen mij:
Brengt dat uitdiepen je nu ook tot bescheidenheid? Zul je voortaan niet meer zo overtuigd zijn van eigen gelijk? Zal er minder geloof zijn ín Ján en méér in Jezus en God?!
Ik beloofde het
en daarna heb ik in mijzelf opnieuw voor Ellen, Aaf en Bart gebeden. Ik kreeg het nog weer zó benauwd over mijn rol in het geheel. Er kwam opeens ook een diepe droefheid in mij. Agnes was toch ook míjn kind. Nu was zij er niet meer. Ik kon door die emoties niet meer met woorden bídden. In plaats daarvan begon ik in tongen te spreken en te bidden
van binnen
stil
want Jo sliep al. Ik wist echt niet meer, wat ik tegen God moest zeggen. De Heilige Geest nam het echter van mij over. Door dat spreken, dat bidden in tongen, formuleerde die Geest in een onbekende begrippenwereld onuitsprekelijke verzuchtingen (Rom.8 :26), die heel bevrijdend, heel opbouwend (Judas: 20-21) werkten. Toen ik mij daarvan bewust werd, vroeg ik mij af:
Heer God
wat voor heerlijke dingen uit uw wereld zou ik toch zo juist gezegd hebben, samen met uw Geest. U geeft óók de gave van vertolking (1 Cor. 12:10). Mag die nu bij mij in werking komen, zodat ik iets kan begrijpen van wat ik zo-even bad.
Niet alles
lang niet alles kwam in mijn gedachten. Het kwam er eigenlijk wel ín, maar het was niet weer te geven. Er zíjn dingen uit die andere wereld, waarvoor geen aardse uitspreekmogelijkheid bestaat (2 Cor. 12:4). Maar dít herinner ik mij wel:
Vader
pappie (Rom. 8:15), het geloof in U wil ik nu nooit meer laten vallen. Wilt U mij daarbij helpen
Wat is nog van belang om van de volgende weken en maanden te melden
?!
Eerst dat zich verspreken van Jo. Wij hadden het vóór ons kunnen houden. Ik ben er echter zeker van, dat het nuttig was, dat Jo deze gebedsworsteling naar buiten bracht. Onze hele omgeving kon alles wat gebeurd was, nu in ruimer kader zien. Zij zal zich sterker bewust zijn geworden, dat bij Gods heiligheid en gerechtigheid geen onheiligheid en ongerechtigheid kan bestaan. Dat slaat natuurlijk weer niet op Agnes zelf, maar dát moet je nu toch onderhand begrijpen.
Er waren bar onaangename reacties naar aanleiding van het bekend worden van mijn voorwetenschap. Dat viel soms heel zwaar. Toen we echter heel bewust onze kracht zochten bij de Heer (Hab. 3:19), kwamen wij ook daar doorheen
droogden ook díe tranen.
Jos vader en moeder ik ben weer helemaal goed met hen- speelden overigens een grote rol bij het stillen van deze storm
deden ze meesterlijk
De banden met de wederzijdse ouders zijn hersteld en versterkt. Zij hebben in onze zwakste momenten inzicht gekregen. Eén keer stond de buitendeur open. Pa en moe Willems liepen zachtjes de trap op
kregen bij het binnenkomen haast nog rondvliegende schotels in hun gezicht. En toen konden ze gelijk Marcel redderen, die onverzorgd en ontregeld was. Een andere keer sjouwden pa en ma Donker zich het vuur uit de sloffen, terwijl Jo en ik volkomen inert tegenover elkaar zaten. Maar ondanks of juist dankzij- dat inzicht in ons tekort schieten hebben zij me weer allemaal aanvaard.
Nu ja
wat zal ik verder nog schrijven
Weet je, wat ik denk, dat een fout van Ger is? Hij rékt het verhaal te lang. Hierná nog zeven bijdragen. En ík ben al door mijn stof heen. Wat zullen die anderen nu nog?
afijn,
hij ziet maar
Even afronden
Ellen
: kreeg per 1 juni een prima baan als secretaresse van een commissie. En op 25 december
bloem in dr haar
glinsterconfetti over een feestelijk modieus broekpak
daar stond ze naast Erik Pieterse. Verloofd
ook zij
: volop in herstel
Ik voelde mij toch wel even ongemakkelijk, toen ik hen beiden gelukwenste. Maar Erik lachte mij toe op zon manier, dat ik merkte, dat er helemaal geen bitterheid bij hem was dat hij het verleden aanvaardde.
Geestelijke situatie:
Misschien denk je:
Maar bij Jan zal er toch wel wát jaloersheid zijn geweest op dat ogenblik?
Nee
nee
en nog eens
: nee. Het geloof in Jezus is bezig, mij weg te voeren van die duisternissen. Het oude is voorbij
prijs de Heer
ik ben die schaduwen kwijt. Ik ben weer opgekrabbeld, maar dat niet alleen
: ik koester mij weer in de zon van geestelijke zekerheden
ik ben blij over de teruggekeerde geestesgaven. De geestesvrucht (Gal. 5:22) is er ook al weer een beetje. Ik heb weer liefde, blijdschap, vriendelijkheid en zelfbeheersing. Volop herstel, volop vreugde.
Wat die zelfbeheersing betreft: vorige week nog
was Marcel lelijk gevallen
even de angst
: houdt het dan nooit op (een smak van één hoog op hard bevroren grond). Maar ik kon mijzelf in de hand houden, rustig en kalm blijven. Het bleek gelukkig niets ernstigs te zijn.
Positie in de gemeente: Ik ben assistent-penningmeester, een achtergrondfunctie, buiten de ouderraad en buiten het geestelijke besliscentrum. Tegenover familie Willems speelde ik in augustus nog met de idee van een geestelijke comeback. Maar Piet maakte mij heel duidelijk, dat het er voorlopig niet in zat en dat het er niet uitkwam ook. Ik was wel even wat down. Toen mij een paar weken later dat administratieve baantje werd aangeboden, heb ik het tóch graag aangenomen. Beter portier binnen dan weet-ik-wat- buiten (ps. 84:11). Toen ik in september bij pa en moe kwam, had ik mij al helemaal met mijn nederiger status verzoend. Ik had alle gevolgen van wat daarvoor gepasseerd was, aanvaard. Bij mijn ouders blies ik absoluut niet hoog van de toren. Moe zei echter toch met een zekere terughoudendheid:
We zullen wel zien
waarvan akte
Of zoiets.
Ja lui
ik heb het voor jaren verknald, maar ik ben binnen(ik bedoelin Gods nabijheid).
Maatschappelijke positie: Tot slot nog even over binnen zijn in een andere betekenis: er warmpjes bijzitten
Ik heb mijn SPD II. Bij de nieuwjaarsreceptie zei de directeur dat de gevolgen voor mijn carrière bij de zaak spoedig duidelijk zouden worden.
Ik dank God dat Hij die sector van mijn leven door alles heen heeft afgeschermd. Bij alle verwikkelingen had ik daar niet óók nog eens moeilijkheden kunnen gebruiken. Ondanks mijn strapatzen bleef ook voor míj geldig: je hebt niet meer te doorstaan dan je dragen kunt (1 Cor. 10:13).
|