Enkele dagen geleden schrok ik me een bult toen ik plotseling een superwesp van ongeveer 3 cm groot zag passeren. Hij (of zij) bromde vervaarlijk tijdens zijn vlucht door de tuin. Met zijn rosse kop en zwart-geel achterlijf zag hij er een beetje uit als een prioritair voertuig (genre M.U.G.), zo eentje waarvoor je automatisch een stap opzij doet. Het bleek een hoornaar te zijn. De grootste vertegenwoordiger van de wespenfamilie in onze contreien. Wat opzoekwerk bracht aan het licht dat je met dit heerschap best geen ruzie zoekt maar anderzijds ook dat dit meestal eigenlijk de brave goedzak uit de familie is. Normaal gezien gaan ze ons nooit zelf aanvallen, in tegenstelling met hun neefjes de gewone wespen die soms wel een kort lontje hebben. Ze komen ook niet op onze drankjes af die op de terrastafel staan. Ze zijn zelfs best nog nuttig want ze jagen op insecten waaronder o.a. ook de gewone wespen. Eens ze die gevangen en gestoken hebben (in de vlucht), vermalen ze hun prooi om er hun larven mee te voeden. Die larven op hun beurt produceren suikers waarmee de volwassen hoornaar zich voedt. Er is ook nog een Aziatisch neefje in de familie die (gelukkig slechts) sporadisch bij ons aan te treffen is want deze rooft ganse bijennesten leeg tot wanhoop van de imkers. Maar deze ga ik dus niet platkloppen zolang hij tenminste netjes buiten in de tuin blijft.


|