Ze waren er reeds toen de dinosaurussen hier nog rondliepen ! Kan je je dat voorstellen ? Een jungle met reuzenvarens, bloemen waren er toen nog niet, warm en vochtig en libellen van een halve meter groot ? De kikkers zouden zich nogal in de ogen wrijven bij het zien van zo'n vliegende monsters. Misschien aten die libellen van toen wel kikkers. Voor de kikkers en voor mij is het nu beter geregeld. De kikkers zitten geduldig te wachten tot er een waterjuffer nietsvermoedend binnen hun actieradius komt zitten, dan slaan ze bliksemsnel toe. Ook de mussen zijn deze week even geen vegetariërs. En ik loop rond met een fototoestel om verslag uit te brengen!
We staan er eigenlijk niet meer bij stil maar Rododendrons zijn eigenlijk invasieve exoten. De meest algemene, blauwpaars bloeiende soort is de Pontische Rhododendron die zijn origine in Klein-Azîe heeft. De meeste soortenworden echter aangetroffen in de uitlopers van de Himalaya van Nepal en Sikkim tot Yunnan en Sichuan in China. Er komen ook Rododendrons voor tot in Korea, Taiwan en Japan. Mettertijd zijn er honderden kruisingen en cultivars ontstaan. Zelfs in N-Amerika zijn er inheemse soorten te vinden.
Hiernaast zijn er een aantal tropischeRhododendron-soorten (sectieVireya) inheems in het gebied van Nepal tot Noord-Australië, met vele soorten in Borneo en Nieuw-Guinea.
De meeste soorten houden van (half)schaduw op een niet te droge grond. Ze wortelen eigenlijk heel oppervlakkig en daarom vind je ze dikwijls net naast het water van vijvers. Voorts hebben ze graag lichtzure grond maar buiten dat zijn het eigenlijk best makkelijke planten.
Een kennis die altijd direct alles ziet wat misloopt in de tuin bij een ander maakte mij er attent op dat er bladluizen op mijn rozen zaten. Zijn oplossing was simpel, "Dat wordt spuiten manneke". Ik maakte hem er attent op dat in mijn tuin sinds bijna 30 jaar ondertussen niet gespoten wordt en dat ik dat nu ook niet van plan was. Ik heb hem in z'n wijsheid gelaten en er niet bijverteld dat mijn bladluizenteam reeds actief bezig was om de plaag een halt toe te roepen. Mijn team bestaat uit kleine lieve, rode, bijna aaibare kevertjes met zwarte bolletjes die kunnen vliegen van roos naar roos en die daar niks liever doen dan bladluizen leegzuigen tot er alleen een leeg velletje overblijft. Je kent ze wel hoor, er zijn er in verschillende soorten ! Maar lieveheersbeestjes, want daar gaat het over zijn nu éénmaal dol op bladluizen. Da's ook de reden dat er maar enkele tientallen plaaggeestjes te zien zijn en geen duizenden ! 't Is makkelijk, ecologisch en gratis bovendien en veel andere beestjes zijn mij er ook dankbaar voor !
Toegegeven, erg aaibaar ziet het er niet uit ! En het is een seriemoordenaar die van geen ophouden weet ! Toch zie ik ze graag komen. Het is de larve van het Lieveheersbeestje. Welke soort is niet te zeggen ! Wat wel zeker is, is dat dit beestje al zijn hele leven bladluizen opvreet. Binnenkort wordt dit larfje een pop en nog even later een volwassen LH beestje. Dus toch maar even niet platknijpen de volgende keer dat je er eentje zie ! Rustig laten zitten en niet storen, want het volwassen LH beestje eet ook nog elke dag een assortiment bladluizen tot grote tevredenheid van de plantjes en mezelf !
Eén van de weinige bloesems die vorige week niet geleden hebben van de nachtvorst waren die van het krentenboompje (Amelanchier). Hier staan er zo twee exemplaren. Eentje in de volle zon en eentje in de schaduw. Ik zou niet weten welke de mooiste is, waar ik dan de conclusie uit trek dat het ons krentenboompje allemaal niet zoveel uitmaakt waar ie staat. Het schaduwexemplaar is misschien iets minder compact en bloeit iets later. Da's mooi meegenomen want dan kan ik langer genieten van de bloesems. De vruchtjes die er later in de zomer aankomen zijn eetbaar maar je moet wel snel zijn want de concurrentie is groot. Merel & Co zijn namelijk ook gek op de besjes!
Schizostylis, ook wel kafferlelie of moerasgladiool genoemd, komt uit Z-Afrika. Deze vaste planten groeien er in moerassen in het oosten van de Kaapprovincie (Drakensbergen). De kafferlelie is polvormend en breidt zich uit via wortelstok. De bladeren zijn zwaardvormig, grasachtig, en smal. De bloei vindt plaats van augustus tot oktober met stervormige bloemen. De bloemen zijn er in wit over verschillende tinten roze tot bijna rood. Schizostylis houdt van een beschutte en zonnige standplaats in een vochtige, maar goed doorlaatbare bodem. De plant is niet zeer goed winterhard en heeft wat bescherming nodig. In potten kweken en ingraven aan de rand van de vijver is een andere oplossing. De planten kunnen dan in de winter op een vorstvrije plaats bewaard worden. Een derde manier is ze als moerasplant in de oeverzone van de vijver te houden. Ze vriezen dan af maar lopen in het voorjaar terug uit. Als het ijs niet te dik wordt zijn de wortels van de plant ook beschermd tegen de vorst! In de Drakensbergen komt lichte nachtvorst ook regelmatig voor, dus deze planten kunnen wel iets hebben.
Ik heb hier al jaren een wit exemplaar staan. Ik was nog net op tijd om het laatste bloemetje van dit jaar te fotograferen. Je ziet duidelijk gelijkenissen met de bloeiwijze van de 'gewone' tuingladiool. Een mooie plant met exotische uitstraling!
Sinds gisteren is meneer de haan niet meer alleen en heeft hij terug hennetjes om hem gezelschap te houden. Afgelopen zomer was het laatste hennetje overleden. Door de Corona maatregelen was er lange tijd geen dierenmarkt meer in de Kempen. Nu het terug kan zijn we gisteren gaan kijken voor een paar nieuwe vriendinnen. Bij kippen valt het altijd af te wachten hoe ze reageren op een nieuwe groepssamenstelling. Soms gaat dat heel goed en soms vechten ze tot de dood. Gelukkig is ons haantje een vriendelijke oudere heer op leeftijd. Eén vriendschappelijk pikje om de dames duidelijk te maken wie de baas is en dat was het. Een uurtje later waren ze samen aan het eten en 's middags lagen ze lekker te zonnen!
Nu zijn zijdehoentjes, want daar gaat het om, nogal vriendelijk van natuur. Je kan ze makkelijk handtam maken. De Berners zijn niet weg te slaan van de kippenren. Met de vorige kippetjes waren ze dikke maatjes en mochten ze soms mee de ren in.
Zijdehoentjes zijn een heel oud kippenras uit China. De eerste zijdehoentjes in Europa werden meegebracht door Marco Polo en werden hier verkocht als een kruising tussen een kip en een konijn. Oplichting is van alle tijden!
Zijdehoentjes zijn een heel oud kippenras uit China. De eerste zijdehoentjes in Europa werden meegebracht door Marco Polo en werden hier verkocht als een kruising tussen een kip en een konijn. Oplichting is van alle tijden!
Zijdehoentjes (Wugu ji) hebben een erg zachte vacht die meer weg heeft van zijde dan van veren. Dit ras heeft als kenmerk een hyperpigmentatie. Hun huid is zwart tot blauwachtig. Ook het vlees, de botten en bloed zijn zwart. Deze hyperpigmentatie is het gevolg van een genetische afwijking die fibromelanose wordt genoemd.
Echt veel eitjes moet je er niet van verwachten. In hun gloriedagen mag je rekenen op één of twee stuks per week. Maar mij is het niet om de eitjes te doen maar wel om leuke, tamme, sociale kippetjes die goed met de honden overweg kunnen. Gelukkig hebben Berners ook weinig of geen jachtinstinct.
Gisterenavond kwam ik deze lieverd tegen op het tuinpad naar de voordeur. De meeste naaktslakken die ik tegenkom overleven het niet maar voor deze maak ik een uitzondering. De reden is dat één zulk exemplaar honderden eitjes van gewone naaktslakken verorbert en voorts alle slakken opeet die niet groter zijn dan zijzelf. En laat de tijgerslak nu net de grootste inheemse naaktslak zijn. Tot 20cm kunnen ze worden! Dit was een bescheiden exemplaartje van ik schat zo'n 10-12 cm. Ze eten ook wel eens een blaadje maar als daar een paar honderd andere naaktslakken tegenover staan is dat blaadje hen gegund.
Net als andere naaktslakken is ook deze hermafrodiet, ze moeten dus niet met twee zijn om kindjes te maken! Elke slak kan zichzelf bevruchten en een paar honderd bevruchte eitjes produceren. En dan kan het snel uit de hand lopen zoals dit jaar!
Leonorus cardiaca is een plant die vanuit Centraal Azië verspreid is geraakt tot Europa en een groot stuk van Azië. Deze plant vond je vroeger terug in abdijtuinen. Van de naam zelf kan je afleiden dat deze plant vroeger gebruikt werd voor het behandelen van hartklachten. Bij ons is dit plantje tegenwoordig redelijk zeldzaam. Dit exemplaar is op één of andere manier (wind, vogeltjes ?) in de tuin terecht gekomen. Het misstaat hier niet als tuinplant en wordt druk bezocht door hommeltjes en bijtjes ! Van mij mag ie blijven alhoewel veel mensen zouden zeggen "onkruid, weg ermee" !
Een paar dagen geleden hebben we al eens aandacht aan deze pioenroos besteed (P. Coral Charm). Nu is ze helaas uitgebloeid maar afgelopen weekend zag ze er nog zo uit !
Nog enkele dagen eerder zag ze er meer zalmroze met een zweempje oranje uit.
Tien dagen geleden, nog in knop, zag ze er zo uit.
Drie kleuren voor hetzelfde geld, goede investering toch ! Niet ?
Het is een feit dat er altijd wel ergens onkruid in de tuin groeit en ook dat er momenten zijn dat het me echt niets kan schelen. Gisterenavond was zo'n momentje. Maar met een goed glaasje wijn en een boek of tijdschriftje kom ik doorheen deze moeilijke momenten.
Een tuin die piekfijn in orde is is natuurlijk fijn maar in mijn geordende chaos is het toch ook goed vertoeven ! De kikkers en de vogeltjes zijn er blij mee, waarom zou ik dan klagen ?
Geniet mee !
PS: voor de drank moet je zelf zorgen !
Vanuit mijn luie zetel heb ik zicht op kikkerland ! Om misverstanden uit te sluiten : het huis op de achtergrond is niet de conciergewoning maar het huis van de overburen.
Als je van van deze bloemetjes niet blij wordt weet ik het niet meer. De naam ben ik even kwijt maar ze komen wel elk jaar terug.
Iets ingetogener hieronder is de geel-purperblauwe combinatie van roos met rododendron. De rododendron is binnenkort uitgebloeid maar de roos zal nog heel de zomer doorbloeien !
Op de foto's zie je twee kleuren van Aurikeltjes. Op zich niks speciaals zou je denken maar daar ben je dan toch een beetje mis. Het is namelijk zo dat de lila en de gele bloempjes aan dezelfde plant hangen. En dat maakt het - in mijn ogen dan toch - wel een beetje speciaal ! Of dit verschijnsel dikwijls voorkomt weet ik ook niet en al evenmin of er een speciale naam voor bestaat. Wie het weet mag me altijd een seintje geven.
De tuinschermen hebben vorig weekend een nieuw likje tuinbeits gekregen, de bank nog niet maar dat komt nog wel. Alles op zijn tijd ! Papa neemt af en toe ook eens tijd om van een fris drankje te genieten. Kwestie van het niet af te leren tegen dat ooit misschien de terrassen weer open gaan en het leven terug normaal wordt !
Pulsatilla vulgaris (wildemanskruid), is een bladverliezende polvormende vaste plant met zeer fijn gedeelde, zilverbehaarde, gevederde lichtgroene bladeren. De plant bloeit van maart tot mei met grote klokvormige paarse bloemen, later gevolgd door attractieve bloempluizen zoals bij clematis. Pulsatilla vulgaris houdt van een standplaats in de volle zon en een kalkrijke en humusrijke grondsoort.
Vroeger kon je Wildemanskruid in de vrije natuur tegenkomen vooral op (kalk) graslanden. De planten die je nu tegenkomt zijn gecultiveerd voor onze tuinen en zijn er ook in verschillende kleuren. naast paars vind je nu ook witte en rozerode exemplaren. Wildemanskruid is goed winterhard, redelijk droogtetolerant, verdraagt zeewind, heeft weinig last van ziektes en ongedierte.
Deze zijn nieuw aangeplant naast de vijver op een zonnige plaats waar we de voorbije weken Miscanthus hebben verwijderd. Vroeger stonden ze hier ook tot ze het moesten afleggen tegen de 2 meter hoge Miscanthus. Nu hebben ze het gezelschap van een ander siergras : de altijd zilvergroene Festuca glauca die slechts 10 cm hoog wordt ! Later op het seizoen komen daar verschillende soorten doorlevende geraniums bij die nu al aarzelend boven de grond komen kijken wat er allemaal gebeurd is.
Ze zijn er weer, de meest"knuffelbare" insectjes van de "Lage Landen". Op de foto zie je een zevenstippelig LH beestje. Ze zien er redelijk schattig uit maar ze zijn het zeker niet. Ze eten zowat alles op wat ze te pakken krijgen. Gelukkig voor ons zijn dat vooral bladluizen en andere kleine beestjes die we eigenlijk liever niet te veel tegenkomen in onze tuin. Daarmee rangschikken we ze in de categorie nuttige insecten. Ook de larven zijn geduchte rovers. Het blijven alleszins mooie beestjes om naar te kijken.
Het was een prachtige dag vandaag ! Lekker zonnetje, 17° in de schaduw, de vogeltjes die volop floten en de lentekriebels kregen. Wat wil een mens nog meer ? Exact een week geleden zag alles nog wit en was het 's morgens -10° ! Dat lijkt alweer lang geleden.
De knoppen van de Camelia worden elke dag dikker, het gras begint te groeien en als het zo doorgaat staan binnen een week de eerste narcisjes in bloei ! Van mij mag het hoor !
Toch een kleine waarschuwing : op de VRT nieuwssite stond een artikeltje over tuinieren bij dit mooie weer. Diegene die dat geschreven heeft heeft alleszins weinig kaas gegeten over tuinieren. De auteur beweerde doodleuk dat je van het mooie weer nu kon profiteren om o.a. dahlia's en gladiolen te planten in de volle grond. Nonsens natuurlijk. Als het 's nachts vriest en dat zal het zeker nog eens doen voor half mei zijn de nieuwe blaadjes van je dahlia's zwart bevroren! Ik wacht met dahlia's in de grond te steken tot eind april. En het kan nooit kwaad eens naar de 14 daagse weersvoorspelling te kijken. Die is niet altijd even juist maar je kan wel de tendens volgen van wat de temperatuur gaat doen! Het duurt een week of 2 voor de eerste blaadjes boven komen en tegen dan zijn de IJsheiligen achter de rug. Je kan ze eventueel wel vroeger in potten zetten die je vorstvrij kan stockeren, dan heb je enkele weken voorsprong op volle grond cultuur.
Gisteren zag ik deze merel in de tuin zitten. Niks speciaal dacht ik eerst tot ik zag dat deze mannetjes merel een zwarte snavel had i.p.v. de klassieke geel gekleurde. Daar moest ik het fijne van weten. Na niet zo lang zoeken vond ik de oplossing. Het betreft hier een jonge merel die het afgelopen jaar uit het ei gekropen is. Het gele snaveltje komt pas volgend voorjaar tevoorschijn. Het is hoopgevend dat er een jongere generatie merels klaarstaat want de merelpopulatie is de laatste jaren fel uitgedund door een gemeen virusje. Maar zijn de Kerstdagen niet de periode van hoop ?
De foto is niet 100% scherp want genomen door het raam en dan heeft de autofocus het moeilijk!
Bedenking : zouden vogels ook zeeziek kunnen worden als ze voor de storm schuilen in zo'n heen en weer wiegende boom ?
't Is ondertussen weeral een paar maanden geleden dat we 30° hadden en in de tuin konden BBQ'en. Soms kregen we dan bezoek van niet uitgenodigde gasten die het vooral op het aperitief of het dessert gemunt hadden. Op de foto zie je tussen de fijne bloemetjes van de venkel een Franse veldwesp rusten. Deze wespensoort heeft zelden conflicten met de mens. Ze kan weliswaar steken maar ze is niet geïnteresseerd in zoetigheid. Ze jagen op andere insecten en blijven uit onze buurt.
Waren alle wespen maar zo netjes opgevoed maar helaas ...
De siergrassen staan nu op hun mooist. Voorlopig hebben nachtvorst en stormwinden er nog geen vat op. De sedum is nu definitief uitgebloeid maar zelfs dan nog hebben de bloemhoofdjes iets over zich dat de moeite loont om ze te bewonderen. Ik laat ze dan ook staan totdat in het voorjaar de nieuwe bladneuzen komen kijken. De siergrassen mogen ook blijven staan zolang ze mooi rechtop blijven. Eens ze definitief platliggen gaat de snoeischaar erin voor een eerste snoeibeurt waarbij we ze zo'n halve meter boven de grond kortwieken. Dat beschermt het hart van de plant tegen eventuele strenge nachtvorst in januari of februari. In de lente volgt dan een tweede snoei.
Maar zover zijn we nu nog niet, eerst nog even genieten van het herfstzonnetje !
Ik ben Roger
Ik ben een man en woon in de Kempen (België) en mijn beroep is jong gepensioneerde.
Ik ben geboren op 29/05/1954 en ben nu dus 70 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: tuinieren, fotografie, zeewateraquarium, modelbouw, ....