Bijen zijn insecten die behoren tot de orde van de vliesvleugeligen. We kennen ze vooral van de honing die de honingbij maakt. Bijen verschillen van de meeste andere (vleesetende) vliesvleugeligen door hun dieet van nectar en stuifmeel. Ook de larven leven hiervan.
Bijen leven dikwijls in kolonies maar er zijn ook vele solitaire soorten bekend. We kennen tegenwoordig circa 20.000 bijensoorten, alhoewel het er waarschijnlijk nog veel meer zijn. In Vlaanderen komen ongeveer 350 soorten voor. Bijen komen voor op ieder continent, met uitzondering van Antartica. Hommels behoren ook tot de bijen, ze kunnen beschouwd worden als bijen met een langere beharing, waardoor ze in koelere streken kunnen overleven.
Bijen zijn belangrijk voor de bestuiving van vele planten en spelen een rol van ongeveer dertig procent in de keten van alle menselijk voedsel!
In Vlaanderen overwinteren wilde bijensoorten als volwassen bij of als rustlarve. Maar allemaal slapen ze in de winter in een nest. De meeste bijen geven de voorkeur aan warme en droge nestplaatsen. Heel fijngevoelig dichten ze hun nest af met een mengsel van modder en speeksel of met klei, steentjes en plantendelen. De meeste bijen in Vlaanderen nestelen onder de grond. Ze doen dat door een gaatje in de bodem te maken en zich vervolgens een weg te graven. Bijen die bovengronds nestelen, gebruiken holle stengels, oude boomstammen, kevergangen, graspollen of muren om hun nesten in weg te stoppen.
Denk misschien ook eens aan een bijenhotel in de tuin, het is al vrij laat in het seizoen maar het kan nog altijd. En als je niet zelf eentje in mekaar wil knutselen kan je ze nu soms met fikse kortingen vinden op de uitverkoop in diverse tuincentra. Die moeten plaats maken voor kerstversieringen en dan moet alle zomerspul de deur uit.
|