Pulsatilla vulgaris is ook bekend als Wildemanskruid. Deze Ranunculaceae heeft een maximale hoogt van ongeveer 20 centimeter. Wildemanskruid is niet wintergroen maar komt wel elk jaar terug, ze zijn winterhard tot -25°C. Als ze het naar hun zin hebben zaaien ze zich vrolijk verder uit. De plant kwam vroeger bij ons ook voor. In België kan je ze nog sporadisch in het wild tegenkomen, in Nederland zijn ze waarschijnlijk verdwenen.
Wildemanskruid is zeer geschikt voor 'de tuin op het zuiden'. Verlangt een zonnige plek op niet te arme grond. Ze is ook te combineren met 'rotsplanten' als de bodem ter plaatse maar niet te droog is. Woekert niet of nauwelijks en laat zich goed combineren met andere planten. Bij mij staan ze in de volle zon, maar ze staan wel tussen bodembedekkende kruipconiferen zodat de zon de bodem niet kan bereiken en deze min of meer vochtig blijft.
Ze bloeien in april-mei, de uitgebloeide zaaddozen blijven nog maandenlang aan de plant hangen en zijn ook wel decoratief.
Nog een weetje : het giftige sap van de verse plant kan ontstekingsreacties op de huid of de slijmvliezen geven. Vroeger werd het gedroogde kruid gebruikt tegen ontstekingen van maag, darmen en geslachtsorganen. Het werd echter in het bijzonder bij depressies toegepast. Planten met hangende bloemen werden sinds de oudheid als effectief beschouwd voor patiënten ‘die het hoofd laten hangen’.
Nu we dit weten, hoofd omhoog en de tuin in, er is nog werk genoeg !
|