Campestris, met zo'n naam moet je wel goed zitten in de Kempen. Als je palmbomen voor de volle grond zoekt kom je meestal vrij snel bij Trachycarpus uit. Dit zijn zowat de enige soorten die -15°C aankunnen. En daar stopt het meestal. Wel, dit klopt niet helemaal !
In Argentinië en Uruguay groeit in de eindeloze vlaktes en in de bergen Trithrinax campestris of de blauwe dadelpalm. Heel bestendig tegen koude, zomerhitte, overstromingen evenals droogte. Ze zijn ook prima bestand tegen felle wind.
Hun grijsgroene bladeren zijn zeker één van de taaiste van alle palmbomen en zij blijven na uitdroging aan de plant hangen. Hierdoor bedekken zij de stam, wat dit een heel herkenbare soort maakt. Ze vertakken zich meestal vrij laag boven de grond.
Ze worden weinig gecultiveerd wegens hun trage groei. En toch is dit een zeer interessante soort door zijn uitzonderlijke resistentie tegen de koude. Plant ze in volle grond op een zonnige plek op een verhoogde, goed gedraineerde plaats zodat ze in de winter geen natte voeten hebben. Je vind ze wel niet in het normale tuincentrum, je zal het bij gespecialiseerde kwekers moeten gaan zoeken!
|