Ja mannekes, flipper de flip ga nog ne keer terug zijne kindertijd, dus, terug naar den boerenbuiten, waar flipper de flip geboren en getogen is en dat was in Sleidinge. Voor de mensen die Sleidinge niet weten liggen, zal ik in het kort even uitleggen hoe ge er best geraken.
Sleidinge ligt nog altijd op grond hoor, dus, ge moet niet naar boven of naar beneden rijden met uwe wagen, want ‘t is daar zo plat als een vijg. Dat komt van al die zwaar geladen karren, die voortgetrokken werden door vier sterke boerenpaarden. En als het niet vind, vraagt het eens, want de mensen die daar wonen, hebben bijna allemaal een planneke bij zich.
Een klein boerendorpke, maar waar er wel veel te beleven valt. We hadden op onze boerderij verschillende dieren lopen, vooral: Koeien, paarden, varkens, kiekens, schapen, geiten, kippen en noem maar op. Er liepen ook nog wat pluimvee rond, want een boerderij zonder pluimvee, is gelijk een boerderij dat leeg en te koop staat.
- Onze koeien die konden loeien zeg, die loeiden zo hard dat iedereen ’s morgens er wakker van werd.
- De mensen die 's morgens vroeg moesten opstaan om te gaan werken, die moesten 's avonds hun wekker niet meer zetten.
- Onze paarden die hinnikten af en toe ne keer, maar dat was meestal van blijdschap, omdat ze op tijds hun droge haver kregen.
- Onze varkens liepen de ganse dag luidop te knorren, maar dat was dan weer omdat die moesten luisteren naar hun baas en dat was de zeug.
- Onze kiekens kakelden alleen maar wanneer ze een ei hadden gelegd, want die vonden dat er al lawaai genoeg was op de boerderij.
- Maar onze twee hanen, dat waren kadee’s zeg, want die koekeloerden zo luid, dat er ergens een aardbeving ontstond.
- Om het kwartier koekeloerden ze, maar dat was dan wel uit fierheid hoor. En de kiekens vroegen zich af, waarvoor dit nodig was.
- Dan hadden we nog onze vissen, die buiten onder water zwemden. Die bibberden altijd van de kou, als die boven kwamen om nen goeien dag te zeggen.
- Onze schapen aten zodanig veel gras, dat mijn pa een gewicht aan hun poten moest binden, want anders vlogen die gewoon weg.
- De geiten wisten niet wat ze zagen en bleven op de grond, want het ene geit had hoogtevrees en ’t ander geit had schrik om niet te kunnen landen.
- Ons pluimvee verloor af en toe al hun pluimen en liepen dan te bibberen van de kou.
Die dieren hadden ook elk ne naam gekregen, want af en toe miste ik me weleens van naam. Maar na lang zoeken had ik daar iets op gevonden, ik liet die dieren allemaal inschrijven in de bevolkingsregister. Na een veertien tal dagen kregen we voor elk dier een paspoort die ze rond hun nek moesten dragen, en ieder jaar werd er dan ook hun verjaardag gevierd.
Af en toe werden ze ook in een ander kleurtje gestoken, om een beetje meer afwisseling te hebben op onze boerderij. Ook het gras in de weide kreeg af en toe een ander tintje verf, om de natuur wat schoner te maken. En de varkens liepen daar als zebra's te pronken met ne schonen witte band rond hun nek, met daar tussen ne zwarte band. De mensen dachten direct dat onze zebravarkens aan karate deden, om hun te kunnen verdedigen, wanneer ze aangevallen werden.
- Onze Blesse, dat was de oudste koe van den hoop, die werd om de twee dagen gewassen met waspoeder en ingewreven met shampoo, tegen de vliegen die uit Zuid Amerika kwamen. - Onze steenezel die moest in het veld staan als vogelschrikker, omdat dienen wreed schoon en luid kon roepen. - Onze haan moest dan op de schouw gaan staan, om de windrichting aan te duiden en om te koekeloeren, als het ging regenen.
Als die dieren op het veld rond liepen en het begon te regenen, dan liep die verf van hun lijf en kon ik opnieuw beginnen schilderen. Af en toe ging ik ne keer gaan wandelen met die varkens, die hunne piksplinternieuwe zebra-kostuummeke aan hadden, om naar de schoon madammekes te kijken.
Maar daar had flipper de flip ook iets op gevonden, ik legde al die gestreepte zebravarkens plat op de grond naast mekaar, zodat de mensen en de kinderen die van 't school kwamen, rustig op hun gemakske de straat konden oversteken.
We hadden ook nog ne hond thuis en die heette:
Wief Waf Woef, maar met zijne ouderdom vergat da beest af en toe ne keer woef te roepen.
Als onze Blakkie gestorven is aan reuma en aan ouderdomsverschijnselen, nam onze kat zijn plaats in.
- Onze kat kon wel niet bassen (blaffen) gelijk onze Blakkie, maar ze kon wreed schoon miauwen op de muziek van Beethoven of Chopin en dat was gene mono, maar in stereo hoor.
Op ne zekere dag is onze bok ne keer over zijn harde kop gevallen, zijne nek was gebroken en zijn twee voorste snijtanden waren kapot.
Ja mannekes, mijn moeder gebruikte altijd onze bok om te schilderen, want ze kon zo hoog niet springen met hare korte beentjes. 't Is maar om u te zeggen dat het bij ons af en toe ne keer karnaval was, maar als er gewerkt moest worden, dan werd er ook wreed hard gewerkt hoor.
Ja mannekes, waar is de goeie ouwe tijd naartoe?.
Awel, achter ons hé, want de modernisme heeft zijne plaats ingenomen.
Groetjes van flipper de flip.
|