Waar is diene tijd naartoe hé?, dat onze opvoeding strenger was dan nu.
En dank zij die strengere aanpak, zijn we onze ouders erg dankbaar.
Tegenspreken mochten we zeker niet doen, want ge wist direct hoe laat het was.
Ik heb ene keer mijne pa tegengesproken, maar dat heb ik geen tweede keer gedaan hoor.
Ik kreeg daar direct ne lap rond mijn oren, dat ze nu nog zere (pijn) doen.
Ook op school moesten we aandachtig naar de meester of de juffrouw luisteren, of we mochten voor een onbepaalde tijd in den hoek gaan staan.
Op ne zekere dag was ik zo verstrooid, dat ik vergeten was van te luisteren.
Amai zeg, ik moest daar direct in den hoek gaan staan, ik had daar zodanig lang gestaan, dat diene muur daarvan omvervliel.
Af en toe kwam ik met bebloede handen thuis, omdat de meester of de juffrouw met een regel op mijn kneuten had geslagen.
's Avonds kreeg ik van mijne pa nog nen schup (schop) onder mijn konte, omdat ik niet geluisterd had. In de kerk had diene pijke (suisse) ne keer zodanig hard aan mijn linker oor getrokken, dat ik nu rond loop met een linkse flapoor.
Nu is het nen hele andere tijd, zodat er van een deftige opvoeding geen sprake meer is.
De ouders zijn nu bang geworden, van hun eigen kinderen.
Zoals de modernisme alles veranderd heeft, is ook de levensstijl van ne mens helemaal veranderd.
Alles veranderd, maar de levensstijl die wij hebben meegemaakt, die blijft en daar moeten we dankaar voor zijn.
PS: 't Is maar om u te zeggen, dat die strenge opvoeding mij heel goed heeft gedaan.
Op ne warme, hete zomerdag was er ne man in de hof aan het werken, die later mijne pa is geworden.
Zijn madam was per ongeluk tegen de ronde tafel gelopen, die midden in ons huis stond.
Ze is dan ook mijn ma geworden, en is nog altijn mijn ma.
Ze lag daar op de grond te kermen van de pijn, want die ronde tafel had haar zere (pijn) gedaan.
Na een half uur hard werken, begon haar man een beetje moe te worden en had hij een droge keel gekregen, van de zon die boven zijne kop hing.
Toen hij in huis kwam, om iets te drinken, zag hij zijn vrouw daar liggen op de grond.
Door diene val op de grond, waren de stenen tegels zeker al tien centimeter gezakt.
Haar man is direct naar de schuur gelopen, de kruiwagen genomen, ons ma daarin gelegd en ermee naar het ziekenhuis gelopen.
Terwijl die vrouw op die bed lag, begon haar gezwollen buik wreed te zwellen.
Zodanig te zwellen dat die kamer veel te klein is geworden, en naar een grotere kamer gebracht werd.
Van de kinderkamer werd ze naar een éénpersoonkamer gebracht, waar ze geleidelijk kon herstellen.
Twee keer is haar water gebroken, zodat die kamer direct onder water stond.
De zijn dan in de zoo van Antwerpen twee olifanten gaan halen, om al dat water op te zuigen.
Die twee olifanten hadden zodanig veel water gedronken, dat ze er alle twee rond liepen met een waterhoofd.
Na negen maanden opsluiting klopte ik zodanig hard op haar opgezwollen buik, dat ik de verpleegster hoorde zeggen:
- Madammeke, nu moogt ge persen.
Die vrouw persde zodanig hard, dat de deur eruit vloog en de ruiten in duizenden stukken vlogen.
Door die persing werd de poort geopend en kon ik naar buiten komen.
'k Was natuurlijk wreed kontent, want zo negen maanden opsluiting in een donker kamerke dat veel te kleis was, is geen lacherken hoor.
Haar man was ondertussen flauw gevallen, want één van die olifanten had een onaangenaam geurke achtergelaten.
Ondertussen was die vrouw hare dikke buik al aan het zakken en kwamen de mensen de kamer binnengewandelt, om mijn geboorte te vieren en ook mijn verjaardag te vieren.
Mijn eerste kado dat ik kreeg, was een scheerapparaat. En ik potverdikke nog geen baard staan, op mijn gezicht.
Diene vent is later mijne nonkel geworden, maar ondertussen is hij spijtig genoeg van het toneel verdwenen.
Van een onbekende vrouw kreeg ik een briefke van vijftig frank, terwijl ik potverdikke nog geen spaarboek had.
Na een paar dagen mocht die vrouw naar huis gaan en ik mocht mee. Thuis gekomen kreeg ik direct een lekske op mijn gezicht, van ne hond die later mijne vriend is geworden.
Ook hij is spijtig genoeg van het toneel verdwenen, maar ondertussen is een andere hond mijne vriend geworden.
En zo heb ik mijn vader en moeder leren kennen, en stilaan leerde ik gans de famillie kennen.
Later leerde ik ook mijn broers kennen, want ook zij zaten nog in de wachtkamer, te wachten.
Kind zijn is leuk.
De glimlach van een kind,
doet ons zoveel plezier.
Zij hebben nog geen zorgen,
en leven in een bestaan,
waar zij geen echte pijn kunnen ervaren.
Ze zijn zo vaak gelukkig,
met die kleine dingen in dit leven,
en zien alles zo rooskleurig aan.
Konden we hen maar besparen van alle ellende,
die nog moeten komen.
De glimlach van een kind,
doet ons beseffen dat ik leef.
Want vaak wanneer we het even niet meer zien zitten,
en we zien daar die kinderlach,
wel ook dan vormt er zich een lach rond ons lippen.
Ik en mijne pa waren op het veld aan het werken, en na enige tijd begon mijne buik enorm te grollen
Ik dacht eerst dat hij slaap nodig had, want hij had al een paar dagen een paar uren slaap moeten missen. Maar nee hoor, hij had gewoon honger en ik ook.
Na een tijdje kreeg mijne pa ook honger, zonder dat zijne buik grolde.
Dus, ik riep dan van heeeel ver en zo luid ik kon:
- Maaaaaa, es 't eten nog nie gereed?.
Omdat ze niet antwoorde, zei mijne pa tegen mij:
- Kom, we gaan naar huis, want ik heb honger.
Toen we thuis kwamen en zagen dat de tafel al gedekt was, wist ik direct dat we weldra onze hongerige magen konden opvullen met eten.
Mijn ma was juist bezig met hare hutsepot aan het klaar maken, en om het geblaf van onze hond niet te horen, had ze twee wortels in haar oren gestoken.
Terwijl ik en mijne pa aan tafel zaten te wachten, kwamen de andere vier broers ook achter hun middagmaal.
Ik moet u wel zeggen, dat we verplicht waren van te eten wat er op tafel kwam, want anders konden onze magen blijven grollen, tot ze moe gegrold waren.
Nu, den dag van vandaag zijn ze zodanig kieskeurig, dat ze niet meer weten of het gezond is of niet.
Er is dan ook eten in overvloed, zodat er veel te veel eten in de container beland.
De luxe en de modernisme heeft veel kapot gemaakt hoor.
Maar ja, wat doe je er aan?.
Proberen van zoveel mogelijk gezond te eten, zodat ons leven in een gezonde toestand kan verder leven.
PS: 't Is daarom dat flipper de flip zelf zijn potje klaar maakt, en zijn eten bij ne boer gaat halen.
Hij kookt niet, want zijn eten wordt gestoomd, zodat er geen calorieën verloren gaan.
Ik heb honger.
Zeg ma, is ‘t eten al klaar?, want ik heb honger, een klein beetje honger maar. In koolsoep of een lapje spek, want ik ben toch al zo’n lekkerbek. In dipsaus met gerookte ham, of gewoon een boterham. Zeg ma, heb je iets gemaakt?, want mijn buikje is goed leeggeraakt. Ik heb trek in bonen of prei, of in een schotel rijstebrij. Met suiker, wit of met saffraan, of zullen we uit eten gaan?. Zeg ma, ik zie nog geen gekook, en ik ruik niks, zie geen vleugje rook. Ik zou mijn tanden kunnen zetten, in paardensteak of coteletten.
In broccoli of in prinsessen, in vla of in jeneverbessen. Zeg ma, hoor eens, mijn buikje knort, en ‘t is tijd dat het vertroeteld wordt Met worteltjes of hutsepot, met witte kool of zeetarbot. Met schelvis of met lamsfilet, of met versgestampte melkpuree. Zeg moeder, dit wordt me echt te veel, want ik zie bijna helemaal scheel. Ik ruik geen barbecue, geen vis, geen kabeljauw, fondue, maar ‘t is.... Hoog tijd dat ik eten binnenschep, want straks val ik om, mijn maag wil pap. Allé, ‘t is goed, ‘t begint te dagen, ‘k zal niet meer zagen, De tijd is nu wel aangebroken, dat beersterke mannen met potten en met pannen, zelf hun eigen potje koken.
Bijna in ieder huis hingt er een kruisje, sommige kruisjes hingen aan de muur en nog andere kruisjes hingen dan weer boven de schouw.
Bij ons hing er een kruisje boven de schouw, zo kon onze lieve Heer alles heel goed in de gaten houden.
Als we aan tafel zaten te wachten, om te mogen eten, moesten we eerst een kruisteken maken.
Ook als we gedaan hadden met eten, moesten we niet een kruisteken maken. Maar ook nog onze lieve Heer danken voor de lekkere spijzen die we hadden opgegeten.
Mijne pa had ook in ieder stal een kruis tegen de muur gehangen, en die beesten waren daar zodanig blij om, dat ze elke avond voor het slapen gaan, op hun knieën een weesgegroetje zaten te bidden.
Zelfs de kiekes waren blij, want elke legden ze een ei meer.
Om nog maar te zwijgen over onze haan, die met zeer veel moeite een kalkei kon leggen.
Onze steenezel die in de wei liep had minder sjanc, want daar hing geen kruiske.
Toen onze steenezel nog nieuw was, hing mijne pa een kruiske in de weide.
Hij heeft dat rap moeten weg doen, want onze lieve Heer hing daar zodanig te hoesten, dat al dat gras weg vloog.
Mijne pa heeft daar geen kruiske willen hangen, ander zou onze lieve met een valling gezeten hebben en die valling door gegeven hebben aan onze steenezel.
Ook in de kerk was onze lieve Heer aanwezig, maar Hij hing dan wel aan een veeeel grotere kruis.
De kerk zat dan ook stamvol, aandachtig te luisteren wat er gezegd werd.
Er was daar zo stil, dat niemand een muisje hoorde lopen en Jezus niet gestoord werd.
Hij kon dan ook heeeel goed zien wie er binnen kwam en met hoeveel ze waren.
Boven op de kerktoren hing de fiere vlaamse haan te kijken wat er rondom hem gebeurde, en af en toe draaie hij van links naar rechts of van rechts naar links.
Hij zag zodanig ver, dat hij wist wat er in Frankrijk en Nederland aan het gebeuren was.
In feite was onze lieve Heer overal aanwezig en nu nog altijd, alhoewel het toch heel wat minder is dan vroeger.
PS: Bij flipper de flip hangt er nog altijd een kruiske aan de muur, want hij is nog altijd wreed katholiek hoor.
't Es hier toch altijd watte bij flipper de flip, es het datte niet, 't es dan wat anders.
Deze morgen stond mijne hond aan mijn bedde, om te vragen of ik hem buiten wilde laten.
'k Ben dan mee een rapke uit mijne nest gesprongen en mijn broek aangedaan.
Potverdikke zeg, 'k zat toch wel in een verkeerde pijpe zeker.
Mijne linkse poot zat in de rechtse pijpe en de rechtse poot zat dan in linkse pijpe.
'k Heb dan de schare gepakt en alle twee die pijpen van mijn broek geknipt.
Nu weet ik potverdikke niet hoe ik die moet aantrekken, want de bovenkant is even groot als den onderkant.
Alé, na wat te hebben gesukkeld, heb ik toch de deur kunnen opendoen, zodat mijne hond naar buiten kon, om verse zuurstof op te snuiven.
Want de dierenarts had mij verleden gezegd dat hij gebrek aan zuurstof had.
Hij liep hier al een paar dagen rond met hoofdpijn, aan zijne kop en als ik hem meenan om te gaan wandelen, was hij veel te rap moe en moest hij hem een half uur op de bank zetten, tot wanneer hij weer verder kon gaan.
Potverdikke zeg, hij was nog geen vijf minuten buiten, als hij zijne rechtse poot omgeslagen had zeker.
'k Heb dan direct een ambulance laten komen, want hij wilde perse vervoerd worden met een ambulance.
Hij had nog nooit in een ambulance gelegen, want dat is altijd zijne hondendroom geweest.
Deze namiddag ga ik hem een bezoekske brengen, en een paar boeken meenemen, uit de dierenwereld.
Ik moet u wel zeggen, dat hij graag naar prentjes kijkt. Lezen kan hij toch niet, want hij heeft toch nooit zijn studies afgemaakt.
Ik heb daarnet naar het dierenkliniek gebeld en ze hebben mij gezegd dat ze voor alle zekerheid zijn andere drie poten ook in de gips hebben moeten steken.
PS: Honden zijn niet toegelaten.
De vriendschap van een hond, is vriendschap voor het leven.
Voor een ander niet te zien, hoeveel een hond kan geven.
Want ben je ineens verdrietig, dan kijkt hij je zo aan.
Alsof hij wil zeggen: Ik zal altijd naast je staan.
En als je dan weer vrolijk bent, dan slaat hij met zijn staart.
En blaft, alsof hij tegen je zegt: Dat hebben we weer geklaard.
Zo'n vriendschap is een wonder, een wonder om te beleven.
Gisteren heb ik u verteld over mijn kleuterklas, dat evenals die schoolbanken ook allang op penioen is gegaan.
Nu ga ik u een verhaal vertellen over mijn beroepsschool, waar ik houtbewerking heb geleerd.
Dat was in zwijnaarde, bij de broeders van liefde. Die broeders liepen daar van 's morgensvroeg tot 's avondslaat rond in een zwart kleed, precies of ze gingen carnaval vieren.
Ik dat eerst dat het de zwaantjes waren, die hun verkleed hadden.
Twee jaar les heb ik moeten volgen, om een kleerkast ineen te kunnen timmeren.
Daarna kreeg ik nogeens twee jaar les, om die gemaakte kleerkast af te breken.
Thuis had ik al een beetje beetje kunnen oefenen met afbreken, zodat ik al vlug mijn eerste diploma op zak had, als afbreker.
Mijn ouders hebben mij dat altijd verweten, dat ik al hun meubels kapot maakten.
Na enkele jaren waren ze mij erg dankbaar, omdat ik ze weer in mekaar konden timmeren.
Broeder Jacob had mij wel gezegd:
- Flipper de flip, ge gaat toch eerst een paar bomen gaan kappen hoor, want we hebben hout te kort.
- En, hoe komt dat, broeder Jacob?.
- Gisteren heeft broeder Fidel in colere al zijn meubels stuk geslagen.
- En, hoe komt dat, broeder Jacob?.
- Ze stonden in zijne weg, heeft hij mij gezegd.
Ik ben dan naar een klein boske geweest en ik had direct sjance.
Ik de verte waren twee bomen omver gevallen, waarschijnlijk waren ze te zwaar geworden en konden ze hun eigen gewicht niet meer dragen.
Ge gaat me niet geloven, maar van die twee omgevallen bomen, heb ik mij een klein tafelke kunnen maken en vier stoelen. Juist de poten heb ik niet kunnen maken. Broeder vroeg mij, waarom ik er geen poten konden aan zetten.
- Broeder Jacob, bomen hebben toch geen poten?. Dus, kan ik er ook geen poten aan zetten hé.
- Ze hebben wel takken, maar die veel te dun en te licht, om er poten van te maken.
Ik heb dan direct naar huis gebeld, om te zeggen dat ze zo vlug mogelijk die 16 poten moeten opsturen, van die 4 stoelen die ik had stuk gesmeten.
De dag nadien zijn die 16 poten met een zweefvliegtuig aangekomen, waar broeder Jacob buiten stond te wachten.
Onderweg kreeg dat zweefvliegtuig motorpech, zodat het 3 uur vertraging had.
PS: Diezelfde tafel met die vier stoelen, waar er 16 poten aan staan, staan nu bij flipper de flip thuis, in zijn living.
Toen ik als klein, jonge snotter voor de eerste keer naar de kleuterklas ging, begon ik direct te bleiten.
Ik had twee weken daarvoor niet kunnen bleiten, want ik had nog geen tranen genoeg.
Ik bleite zodanig veel, dat de zee in Oostende ervan overliep en dat de brandweer te kort aan water had.
Mijne pa bracht mij elke dag met de kruiwagen naar school, want mijn ma was bezig met hare hutsepot aan het koken.
Toen ik in de klas kwam stond er een vreemde vrouw voor mij, die ik nog nooit gezien had..
Ook de kinderen waren vreemd voor mij, want ik had ze nog nooit niet gezien.
's Avonds kwam onze kolenboer mij dan halen, met paard en kar.
Toen ik thuiskwam vroeg mijn ma direct aan mij:
- En, wat hebt je vandaag op school geleerd?.
- En, is het een juffrouw of ne meester?.
- En, hoe waren de kinderen?.
Amai zeg, zoveel vragen dat mijn ma mij stelde, waar ik geen antwoord kon op geven.
Ik moet u wel zeggen dan ik de enigste was die met ne kruiwagen naar school werd gebracht en 's avonds met paard en kar afgehaald werd, door onze kolenboer.
Een jaar nadien kreeg ik een kinderfietske, waar er twee zijwielekes aan stonden. Zo fier als ne gieter reed ermee naar school en van school weer naar huis.
Onderweg naar school ben ik eens gevallen, omdat ik dat putteke niet had gezien.
Ik kwam al bleiten en vol bloed thuis, want mijn fietske was in dat putteke gevallen en ik had mijne knie bezeerd, met uit diene boom te vallen.
Mijne pa heeft dan direct ne klacht neergelegd en de mannen van de stad hebben dat putteke opgevuld met plaaster, zodat het volledig dicht was.
Ondertussen was ik al twee liter bloed verloren, die uit die vleeswonde was naar buiten gelopen.
Mijne pa heeft mij dan in de kruiwagen gelegd en naar de kliniek gereden.
Daar hebben ze twee liter ver bloed gegeven, want dat bloed die ik verloren had, was toch al oud.
Awel, door dat vers bloed voelde ik mij ne hele andere jonge snotter, zodat ik op twee jaar, twee jaar ouder geworden was.
Ik leerde zodanig goed, dat ik altijd de eerste was.
Een paar jaar later ben ik naar een beroepsschool gegaan, om mijn beroep als schrijnwerker af te maken. Maar dat is dan weer een ander verhaal.
Een schoolbank die met pensioen ging.
Er was eens een schoolbank die met pensioen wou gaan en niemand die er iets aan kon doen.
Al honderd jaar staat zij in dezelfde klas en de andere banken staan er nog maar pas.
Al zijn leeftijdsgenoten zijn allang met pensioen en hij moet maar verder doen.
Dat is nu juist het probleem, want hij voelt zich helemaal alleen.
Elke dag is er zoveel kabaal, met die kinderen en die moderne banken allemaal.
Dus, als je deze bank ergens ziet, doe hem dan geen verdriet.
Laat hem dan op een rustige plekje staan, zodat hij zalig met pensioen kan gaan.
Toen ik nog ne kleine snotter was en op de boerderij veel werk moest gedaan worden, was er ook nog wat tijd over voor leuke dingen.
In diene tijd hadden de mensen een korte broek aan en liepen op klompen rond.
Die klompen maakten zodanig veel lawaai dat de deuren van de kerk openvlogen, en de kerkklokken minder moesten luiden.
Er reden dan ook veel minder auto's rond dan nu, zodat er dan ook veel minder verkeersongevalen waren. Ge kon ne ganse dag voetballen op straat, want de auto's deden toch nen omweg.
Aangezien ik katholiek opgevoed ben, ging ik dan ook samen met mijn moeder elke zondag naar de kerk. In de kerk zaten de gelovigen aandachtig te luisteren, naar wat de pastoor ons te vertellen had.
De pastoor wist dan ook op voorhand hoeveel mensen naar de kerk ging komen, want van op afstand kon hij het geluid van de klompen tellen.
Als ge de zondag naar de kerk ging, moest ge zo stil mogelijk zijn, want er liep daar altijd ene rond met nen lange rok en nen stok in zijn hand.
Waarschijnlijk was die stok bedoeld om hem recht te houden, moest hij per ongeluk omver vallen.
Ik en mijn moeder zaten daar nog geen half uur binnen, toen ik plotseling de neiging had om over te geven. Toen mijn moeder naar mij keek en zag dat ik moest overgeven, zei ze tegen mij:
- Ga maar rap naar buiten, de frisse lucht zal u goed doen.
Na twee muniten was ik al terug, en mijn moeder zei:
- Hoe, ben je nu al terug?.
- Ja, ma.
- En hoe komt dat, dat ge nu al terug zijt?.
- Vanachter in het portaal hangt er een bakske, en daar staat op:
- Voor de zieken.
Mijn moeder had tegen mij gezegd dat ik moest bidden, als er iemand ziek was.
Awel, dat heb ik dan ook gedaan.
Op ne zekere dag was onze waakhond zodanig ziek geworden, dat hij niet meer kon blaffen en ik moest van mijn moeder twee onze vaders en drie weesgegroetjes lezen.
Hoe meer ik las, hoe zieker hij werd.
De veearts is er dan bij geweest en na het onderzoek zei hij tegen mijn moeder:
- Madammeke, uwe hond heeft al zodanig veel geblaft, dat hij waarschijnlijk nooit meer zal blaffen. Maar hij zal nog wel kunnen waken hoor.
Onze vorige hond was nog maar twee dagen op vervroegd pensioen gestuurd van zijne baas, als hij uit verveling de pijp aan Maarten gaf.
PS: Dat zijn enkele anekdote’s uit flipper de flip zijne kindertijd.
Maandag 4 Januari 2021 beginnen in Gent voor de zoveelste keer de solden, waar ge over twee jaar een enorme slag kon slaan.
Ik denk dat het dit jaar heel wat minder zal zijn, want wie weet ligt diene Corana niet op de loer.
Toch zijn er altijd mensen die zich niks van aan trekken, en die zeggen: Corona of geene Corona, winkelen doen we toch.
Alhoewel daar altijd een risico aan verbonden is, want ge ziet hem nergens en ge hoort hem ook niet afkomen.
Waar over twee jaar de terrasjes stamvol zaten en waar ze gouden zaken deden, zullen ze dit jaar er triestig bij staan.
Waar over twee jaar het geluid van de muziek tot in de volgende stad te horen was, zal het dit jaar overal muziekstil zijn.
Uitgenomen het geluid van de wind gaan we nog horen en het gepiep van een vogel, die op zoek is naar nen verlaten nest.
Ook de vliegtuigen zijn op hun hoede, voor diene Corona.
Ik heb me laten wijsmaken, dat er onlangs een vliegtuig is gekaapt, door diene Corona.
Of het nu waar is of niet, het is toch nog altijd opletten geblazen hoor.
Verleden week heb ik mij 300 gr. kaas gekocht en achteraf is gebleken dat diene kaas besmet is geweest van die verdomde Corona. Hij was potverdikke nog niet getest geweest.
Ik weet nu niet of al die kleren en andere spullen, Corona-vrij zullen zijn?.
Als ik iets ga kopen, dan laat ik het eerst testen, dan weet ik zeker dat het Corona-vrij is, maar ook echt of vals is.
Voor degene die toch naar de solden-winkels gaan, om iets te kopen of Nieuwjaar te wensen, die ze per ongelijk vergeten zijn te doen, zet a.u.b. uw mondkapje op en hou afstand.
Na de feestdagen, die we helaas thuis hebben moeten vieren, is het nu hoog tijd om de handen uit de mouwen te steken.
Awel, dat heb ik dan ook gedaan, alhoewel mijn handen altijd uit mijn mouwen steken.
Dat mijn handen nog in mijn mouwen moesten zitten, dan was ik verplicht om de handen van mijn gebuur te vragen en met twee vreemde hanhen werken, dat is ook niet plezant hé?.
Normaal kuis ik altijd wanneer het vuil is, maar nu ben ik wel verplicht van te kuisen.
De pluimen van die kalkoen, die ik op oudejaarsavond heb opgepeuzeld, liggen hier nog en die zijn ondertussen al ferm gegroeid hoor.
Of zijn dat de pluimen die in mijn gepluimde donsdeken zaten?, want in mijn gepluimd donsdeken zitten er ook pluimen hoor.
Het zijn wel geen pluimen van ne dooie kalkooen, maar wel van een tien tallen ganzen, die nu rondvliegen met elk een vest aan.
Waarschijnlijk hebben die ganzen hun pluimen gratis en voor niks afgestaan aan ne poelier, die pluimen te kort had?, om te overleven.
Eén van die vier kreeften, die ik had besteld had, heeft per ongeluk zijn valse tanden uit zijne mond laten vallen.
’t Is al twee dagen dat ik niet anders hoor dan het geklapt van tanden, die precies de maat van een orkest aan het slaan zijn.
Om nog maar te zwijgen van 1300 voetafdrukken die mijne hond heeft laten liggen, toen mij de marathon aan het lopen was, in mijn huis.
Mijn hond is nu aan het oefenen, voor de platvoeten-marathon. Dat zijn honden met platvoeten, die geen lawaai maken.
Naar het schijnt moeten ze eerst door ne veearts gekeurd worden, om te zien als ze werkelijk vier platvoeten hebben.
Al van deze morgen ben ik hier op zoek, achter die verloren voetafdrukken, met een vergrootglas.
Mijne hond heeft geen platvoeten, omdat hij altijd op schoenen loopt.
’t Is nu te hopen dat ik die voetafdrukken kan vinden, want mijne hond heeft ze dringend nodig.
Ondertussen heb ik gans de straat bijeen getrommeld, om te helpen zoeken achter zijn voetafdrukken.
’t Was daar ene bij die vroeg, hoeveel pluimen die hij moet zoeken en welk kleur die pluimen hadden.
Alé, wie telt er nu de pluimen van ne dooie kalkoen?. Ik weet potverdikke nog niet eens hoeveel pluimen er in mijn donsdeken zitten.
Als mijne kuis hier gedaan is, zal ik op mijn gemakske eens tellen hoeveel pluimen er in mijn donsdeken ziiten.
PS: ‘k Ga moeten voortdoen, want mijn warm water is hier al aan het verdampen.
Flipper de flip ga eerts beginnen met jullie allen een Gelukkig Nieuwjaar te wensen, en hopelijk een jaar zonder Corona.
Hopelijk is het een jaar dat we terug ons gewoon leven mogen leiden, zoals:
- Dat we terug onze kinderen in ons armen kunnen en mogen sluiten.
- Dat we gewoon naar de winkel kunnen gaan, zonder het mondkapje en 1,5 meter afstand te houden.
- Dat we mekaar terug ne knuffel kunnen en mogen geven, maar ook een handruk.
- Dat we terug en mogen samen zijn, zonder afstand te houden.
- Dat we samen terug op restaurant mogen en kunnen gaan, of een lekker kopje koffie mogen en kunnen drinken, om onze droge keel nat te maken.
Ik had op oudejaarsavond ne lekkere kalkoen klaargemaakt, om het oude jaar denifitief vaarwel te zeggen.
Toen ik diene kalkoen wilde opeten, is hij toch wel gevlucht zeker.
Waarschijnlijk was hij bang om opgegeten te worden, en wilde hij nog een beetje genieten van de natuur, ofwel moest hij zijne trein nog halen?.
Ik had ook nog vier kreeften besteld, maar bij het bereiden beet er een kreeft in mijne vinger.
Van colere heb ze alle vier hun vrijheid weer gegeven. Ik had mij ook nog 3 kilo oesters besteld, maar ze moesten die nog eerst vangen.
Ik had ook nog 2 dozen zwarte kaviaar gekocht, maar toen ik een doos kaviaar opendeed, vielen al die zwarte paternosterbollekes op de grond.
Potverdikke zeg, ik kreeg nog gene mercie, voor hun vrijlating.
Mijne hond had van ne boer een dooie kip gekregen, die al dood was.
Ne ganse nacht heeft hij hier liggen kakelen, zodat de watte uit mijn oren vlogen, die ik twee dagen voorheen had ingestoken.
Mijn twee goudvissen liggen hier zodanig te snurken, dat diene boot in aanvaring is gevaren met een klein zeilscheepke, die hier aan de muur hangt.
Mijn zwarte kat is van gans die fles cola die ze heeft uitgedronken, nog wat meer zwarter geworden, dan dat ze al was.
Mijne koekoek die boven mijn tv aan de muur hangt, den diene roept gene koekoek meer.
Want met al die meeuwen, die hier voorbij vliegen, is hij bang geworden, om nog koekoek te roepen. Maar geen probleem hoor, mijne hond klopt nu om het kwartier op zijne trommel.
PS: Ik ga nu mijn vuile talloren (borden) in de wasmachine steken, want ik heb die van verleden jaar vergeten te wassen.
Als ik dat gedaan heb, leg ik mijn tafellaken op mijn plat dak, om te bruinen.
Wat zal komen, kan ik u niet vertellen,
want ik heb niet de gave om de toekomst te voorspellen.
Wat het nieuwe jaar u zal brengen, weet ik niet.
Is het goed of slecht, vreugde of verdriet?.
Maar indien ik een toverstafje had,
dan toverde ik al het goede op uw pad.
Zonneschijn, veel liefde, een goede gezondheid,
veel vreugde en een jaar vol romantiek en deugd.
Ik zou toveren alles wat uw hartje zou lusten,
want eerder zou mijn toverstaf niet mogen rusten.
Maar groot is mijn verdriet, want een toverstaf bezit ik niet.
En daar ik ook geen tovenaar ben of was,
moet ik het nu doen zonder abracadabra of zonder hocus pocus pats.
Daarom wens ik u allen een Gelukkig Nieuwjaar op mijn eigen manier.
Ik wens en hoop dat in het nieuwe jaar al uw wensen en dromen,
Toen ik deze morgen in de woonplaats kwam, waar ik normaal ook woont, hoorde ik een geweldig gebleit.
Ik dacht eerst dat die meeuwen, die hier dagelijks rondvliegen, op mijn dak aan het bleiten waren, omdat het vandaag de laatste dag is.
Toen ik de deur opendeed, om naar binnen te gaan, zag ik het.
Mijn twee goudvissen zaten daar toch wel te bleiten zeker, omdat het de laatste dag is en omdat ook hun laatste dag is dat ze in hun aquarium mogen zwemmen.
Want ik heb alle dagen hun water nodig om te dweilen en mijn plastieken ramen af te wassen.
Potverdikke zeg, ze hebben toch wel mijn laken van mijn bed getrokken zeker, om hun bloedneus af te kuisen.
Ze waren tegen mekaar gezwommen, toen ze mekaar wilden voorbijsteken.
Mijn hond is hier bezig met ne spandoek te maken, omdat hij morgen naar Brussel gaat, om te betogen tegen de Corona.
Hij loopt hier alle rond met ne mondmaster op zijn muil, en hij vind dat wreed vervelend.
Mijn zwarte kat is gisteren voor de derde keer getest geweest op Corona, omdat ze niet anders deed dan hoesten en ze had ook last van koppijn.
PS: Dit is flipper de flip zijn allerlaatste dierenverhaal van 2020.
De mensen vragen zich soms af waar flipper de flip zijn verhaaltjes vandaan haalt?.
Awel, dat ga ik u direct gaan vertellen zie.
Af en toe zuig ik aan mijne duin, of dat nu mijne rechter of mijne linkse duim is, dat maakt niet veel uit hoor. In de ene duim zit er al wat meer in, dan in de andere duim.
Als ik aan mijn beide duimen zuig en er zit niks in, dan bonk ik met mijne kop tegen de muur, tot wanneer er iets uitvalt.
Nu mijn twee duimen aan het krimpen zijn, ben ik dan ook verplicht om mijn verhaaltjes wat in te korten ook hé.
Maar ook in mijn fantasie zit er nog veel verrassingen hoor, verrassingen om ze verder te vertellen.
Om ze verder te vertellen aan mensen die ze leuk vinden, en om ze nog eens te kunnen beleven, door ze te lezen.
Soms loop mijn fantasie over en dan moet ik weer beginnen puzelen, wat ik dan ook graag doe.
Hoe meer ge puzelt, hoe vlugger de tijd voorbij gaat en hoe vlugger ze in elkaar gaan passen.
Ik moet u wel zeggen, dat ik eerst mijne duim op de weegschaal moet leggen hoor, om te weten hoeveel verhaaltjes of zever er nog in zit.
Verhaaltjes worden soms verzonnen, maar sommige kunnen ook heel plezant zijn.
Ik fantasseer graag verhaaltjes over dieren, ze kunnen spijtig genoeg niet praten, maar sommige dieren zitten toch vol verrassingen hoor.
Ook onze kleurrijke natuur heeft heel wat te vertellen, als je heel goed luisterd.
Zelfs de vogels en de planten hebben hun eigen verhaal, om het op papier te neer te zetten.
Sommige dieren vertellen hun verhaal zelf, maar dan wel in een heel ander taal.
Als je echt van de natuur houdt, dan kan je er ook heel wat van leren.
PS: Af en toe zit er een verdwaald fantasie-verhaaltje in mijne grote teen, dat blijkbaar verdwaald was.
Mijn fantasie is......
Mijn fantasie houdt me in leven,
en mijn fantasie wil ik dan ook niet kwijt. Door me veel te geven,
wat anders niet kan. Blijk het nu in werkelijkheid wel te kunnen. Mijn fantasie laat ik me niet ontnemen,
door niets en niemand hier op de aarde. Mijn fantasie is me heel erg dierbaar,
en maken vele mailgroepen gelukkig. Mijn fantasie is dan ook voor velen,
Toen ik nog ne jonge snotter was, ging ik af en toe in onze bloementuin, achter een paar mooie bloemen en gaf ze aan mijn moeder, om haar te zeggen:
- Hoeveel ik van haar hou.
Ook in de natuur staan er prachtige bloemen, kleurrijke bloemen die de natuur een kleurrijk tintje gaf.
Sommige bloemen kan je van ver ruiken, precies of ze worden ’s morgens besproeid met een ruikende eau de cologne (parfum).
Het zou dan ook heel spijtig zijn om ze plat te trappelen, want dan staat er plots een bloem op die u zegt:
- Hélaba, ziet ge ons niet staan toch?.
In onze bloementuin stond er een mooie, treurige bloem, waar ik af en toe een klapke mee deed.
En hoe meer ik er tegen praatte, hoe meer ze ook luisterde.
'k Had zodanig veel met haar gepraat, dat al de madeliefjes die er rond stonden, begonnen te groeien en groeien. Ze groeiden zodanig snel, dat de vogels zich afvroegen:
- Waar moeten we nu onze nest bouwen?.
Want al de bomen waren van versmacht, bij gebrek aan zuurstof en vielen omver.
Mijn lieve moeder zit nu spijtig genoeg in een rusthuis en op de vensterbank staat een bloempotteke met een kleurrijke bloemeke erin.
Elke dat praat ze daar tegen, en nu staat gans haar kamer vol met kleurrijke bloemen.
PS: 't Is daarom dat flipper de flip dikwijls zegt:
- Bloemen houden van mensen, mensen houden van bloemen.
Een veld vol met boterbloemen kijken mij zomaar aan,
en ik hoor ze lachen met elkaar, totdat de éne zegt:
- Mens, ga nu eens zitten en kijk ons nu eens aan.
Gehurkt kijk ik naar ze en denk,
wat een prachtig bestaan.
Ze doen de mensen even hun zorgen,
pijn en verdriet heel even laten te vergeten.
Alsof ze zeggen wou:
- Kom mens geniet en ik heb ze dan ook in mijn geheugen geprent.
Ik had gisteren mijn wandelvoorbereidingen, want ik en mijne hond zouden vandaag gaan wandelen.
Toen ik deze morgen wakker werd, van dat gekraak en dat winderig lawaai boven mijne kop, wist ik meteen wat er aan de gang was.
Ik dacht eerst dat er iemand de poort heeft laten openstaan, maar het bleek geen waar te zijn.
't Waren potverdikke toch wel de hemelpoorten zeker, die openstonden.
Waarschijnlijk heeft Sinte-Pieter de hemelpoort vergeten dicht te doen, en zijn al die engelkes met hun vleugels beginnen slaan, om afkoeling op te vangen.
Of is er vannacht iemand binnengegaan, zonder toestemming en per ongeluk de hemelpoort laten openstaan.
Ik feite zijn het mijn zaken niet hoor, en toch probeer ik van diene winderige zondag ne aangename zondag van te maken.
Toen ik deze morgen de voordeur wilde opendoen, werd ze toch wel tegengehouden zeker.
Waarschijnlijk stond er langs de andere kant van de deur iemand te duwen, die nog veeeel harder kon duwen dan ik.
Ik trok de achterdeur open en ook daar was diene winderige wind aanwezig, zodat mijn rugzag, die ik op mijn ovalen rug had gebonden, de lucht in vloog, gelijk nen sneltrein die hier voorbij raasde.
Terwijl ik naar mijne zwevende rugzak aan het kijken was, glipte mijne hond naar buiten.
Op één, twee, drie, zag ik mijne hond in de lucht zweven, als er daar boven ene stond te roepen.
Ik heb dan direct gebeld naar Sinte-Pieter, om hem te zeggen dat hij mijne hond direct moet terug sturen, als hij daar aankomt.
Na 2 uur is mijne hond met de luchtpost aangekomen en stond hij aan de voordeur te schudden en te beven van de kou.
Nu zit hij hier in mijne microgolf, om te drogen en o hem wat op te warmen, zodat zijn schudden en beven verdwijnen.
Ik blijf gezellig thuis, om weldra te kunnen genieten van ne graatloze kalkoen, die in de oven ligt te bruinen.
Mijne hond krijgt dan de kalkoenbeentjes van mijn kalkoen, die ik heb achtergelaten.
Om dan deze namiddag te kunnen genieten bij een spelleke mono-poli.
Morgen spreken ze van mooi weer, zonder regen, hagel of sneeuw, dus gaat flipper de flip ne wandeltocht in de weide natuur maken.
Voor ik daaraan begint, moet ik eerst nog alles gereed maken en daar ga ik direct aan beginnen zie.
Ik heb deze morgen mijn schoenzolen, die langs de onderkant van mijn schoenen staan, schoon glad gestreken met een warm strijkijzer.
De plooikes in mijn kapotte hemd plat gewreven met een pletrol, die ik verleden jaar van mijn moeder hebt gekregen voor mijne zoveelste verjaardag.
Mijn valse tanden in de wasmachiene gesmeten, en ze gewassen op 30 graden, om zeker te zijn dat ze niet gaan krimpen.
Want verleden jaar had ik ze op 90 graden gewassen, en ik had er toch wel twee kleintjes zeker, die ik niet in mijne kon steken, omdat die veel te groot was.
Ge moogt zeker uw valse tanden in de droogkast steken, anders gaat die droogkast u bijten.
Verleden jaar had ik mijn valse tanden, nadat ze gewassen waren in de droogkast gestoken.
Die droogkast had toch wel mijn valse tanden opgefret (opgegeten) zeker, en toen ik het deurke opendeed beet ze ook nog een stuk uit mijn lange tong.
Nu loop ik hier rond met een ingekorte tong, zodat ik nu verplicht ben om mijn eten eerst plat te kloppen, met ne mattenklopper.
Mijn 13 plooikes die op mijne kletskop liggen, schoon plat gekampt met ne schuurborsten, waar er 47 zwarte varkensharen op staan, van een varken die haar te veel had.
Mijn twee grote wenkbrauwen wat verkleind, met een verkleinprodukt die 25 jaar in de kast heeft gestaan, omdat ik niet nodig had.
Ne kam in mijne rugzak gestoken, moest onderweg mijn haar die op mijne kletskop staat, toch beginnen groeien, om dat te kunnen tegen houden.
Wat ik zeker niet mag vergeten in mijne rugzak te steken, dat is bruine schoenblink.
Want moesten bij het wandelen mijn twee zwarte schoenen vuil worden, dan kan ik ze direct beginnen poetsen hé.
Anders moet ik in ne schoenenwinkel, waar ze schoenen verkopen, binnen stappen en vragen om mijn twee schoenen schoon te poetsen.
Ziezo, ik denk dat ik morgen kan vertekken, samen met mijne hond, die ook ne rugzak op zijne platte rug zal binden en meenemen.
PS: Vanavond een uurke vroeger in mijn warme nest kruipen, en morgen een uurke vroeger opstaan.
Ik moet mijn ogen even de tijd geven om uit hun diepe slaap te ontwaken.
Mijne hond zal wel wakker zijn, want hij heeft ne wekker naast zijn mandeke staan.
't Is nu te hopen dat hij hem aanzet, anders moet ik hem nog wakker maken.
In onze tuin woonde een muis, die heel goed bevriend was met onze hond.
Ik de zomer gingen ze samen gaan picknicken, om ’s avonds laat terug huiswaarts te gaan.
Op een zekere dag kregen ze ruzie en geen van de twee wist waarom ze ruzie hadden.
Ze hebben dan zeker een volle maand niet meer tegen mekaar gesproken, tot wanneer onze hond de handdoek in de ring gooide en zei:
- Verdorie, nu is het genoeg geweest.
Die muis schrok daar zodanig van, dat al haar tandjes uit vielen.
Ze is dan direct naar de tandarts geweest, die haar ne ganse mond vol valse tanden voor schreef.
Nu is de muis verplicht om twee uur vroeger op te staan, om haar vals gebit schoon wit te poetsen.
Nog een geluk dat ik de handleiding daarvan heb, anders moest ze nog een cursus volgen ook.
Onze hond ging met een boos gezicht naar haar ondergrondse parking, waar de muis een onderkomen had en geen huurgeld moest betalen, om terug de vrede te herstellen, die ze vroeger hadden.
Bij twee koppen koffie en stuk taart hebben ze eindelijk terug de vrede hersteld en zijn dan samen in de zetel en bij een brandende kaars in slaap gevallen.
Potverdikke zeg, die muis heeft de ganse nacht geen oog dichtgedaan, want onze hond lag daar de ganse nacht te snurken, dat onze koekoek vergeten was van te koekoeken.
De dag nadien is ze van colere naar de dierenrechtbank gestapt, maar wegens de Corona werd alles uitgesteld.
Er zat niets anders op, dan terug vriendschap te sluiten.
De vriendschap werd met tegenzin gesloten, maar ze bleven toch goede vrienden hoor.
Ze leefden nog lang en gelukkig, tot ze weer ruzie kregen.
Twee dagen heeft de vriendschap geduurd, dan zijn ze als twee vijanden uiteen gegaan.
Waarom ze uiteen zijn gegaan, ben ik nooit te weten gekomen.
Ik denk dat het door ruzie kwam, want de laatste tijd waren er heel wat woordenwisseling tussen die twee.
Af en toe spreken ze nog eens af, om op een geheime plaats samen te komen en laat de muis zicht van haar goeie kant zien, om te zeggen, dat ze veel veranderd is.
Waarover het ging, ben ik ook nooit te weten gekomen.
In feite waren dat mijn zakens niet hé, want ’t was privé.
De muis, dat is toch een bijzonder dier hé.
Je vindt ze bijna overal,
in elk gat of achter elk kier.
Het is een diertje dat lekker kan knagen,
en het blijft graag voedsel vragen.
Het liefst eet het kaas en knapperige dingen,
maar het is ook tevreden met ander eten.
Toch is er iets en dat moet u zeker weten,
want de muis van nu is niet meer zo snel.
Gevangen aan een draad en gekooid in een plastic lijfje,
en het is verbonden aan een modern apparaat.
Geen tochten meer naar die mooie kazen,
en geen geknabbel meer aan de cake en koek.
Nee, het leven van een moderne muis,
is helaas geworden tot scroll en een dubbelklik....