Zoals velen onder ons heb ik ook mijn vaderland moeten dienen, blijkbaar hadden ze mij ginder nodig. Maar voor ik definitief goedgekeurd was voor het vaderland te dienen, moest ik eerst naar het klein kasteeltje in Brussel gaan, om zo gezegd mijn drie dagen te doen.
Awel, na twee dagen was ik al gekeurd en mocht ik weer naar thuis gaan.
Ik vraag me in feite af, waarom ze daar drie dagen van maken, als ge na twee dagen terug naar huis mag gaan. Ik denk dat ze daar ne dag aan toegevoegd hebben, ingeval dat er staking moest uitbreken.We werden daar elke dag naar verschillende vleeskeurdes gestuurd, en moesten daar verschillende medische testen ondergaan.
't Was precies een vleeskeuring, klaar om in de toonbank gelegd te worden van een keurslagerij. Maar als dat nu de eerste of de tweede kwaliteit was, dat weet ik in feite niet hoor, omdat ik daar nooit heb gelegen.
Na een paar maanden werdt ik definitief opgeroepen, om ons klein vaderlandje te dienen en dat was in het verre Turnhout bij Michel Blaron. Ik weet het nog zo goed, alsof het gisteren was. Het was de 28ste 1968, waar de sneeuw centimeters dik op elkaar geplakt lag.
Ze zeggen dat ge bij 't leger ne man wordt, en ik ben potverdikke als man geboren.
Maar ik moet u wel zeggen, dat ik wreed veel hebt afgezien.
Zo elke dag van die wreed zware oefeningen te moeten doen, en op mijn platte buik door de witte opgehoopte sneeuw te moeten kruipen. Precies of we mochten niet gezien worden.
En dan nog met een geweer op uwe rug waar er een groot mes op zat die ge niet moogt gebruiken, om uw soldatenkoekskes mee te snijden. En met ne versleten soepkom op mijne half kop, waar ze de dag daarvoor bijna al mijn witte pluimen hadden afgesneden, om mijn legermatras mee op te vullen. En met een Picasso kostuum aan, en met voetbalschoenen aan mijn zere voeten.
Ik had de dag daarvoor teveel op mijn voeten gelopen en die waren zo aan het zwellen gegaan, dat ze zere deden. Om nog maar te zwijgen over het eten, die vier dagen op voorhand werdt klaargemaakt. Af en toe kregen we daar 's middags bij ons soldatenkost blauwe eieren, waarschijnlijk waren die gevallen en hadden ze blauwe plekken gekregen.
De aardappelen leken precis op tennisballen van Wimbledon, waar ze met tennissen. Het vlees was precies een schoenzool die te veel te lang in de zon gelegen had, en waar ge al uw tanden op stuk beet. Ik heb zo ne keer al mijn witte tanden op stuk gebeten, en 's anderdaags kreeg ik twee schoenzolen.
Ik moet u wel zeggen, dat ge daar wel wreed sterke tanden van krijgt, want nu heb ik een vals gebit. Maar dat vals gebit is nu zo vals geworden, dat het niet echt is hé. Na mijn militaire opleiding werd ik denifitief naar mijn officiële eenheid overgeplaatst, en dat was ik Mechelen: TTR. Juist achter de kazerne lag het voetbalveld van KV Mechelen met een looppiste, waar ik mijn sport kon en mocht beoefenen.
Awel, dat was voor mij ne schonen tijd hoor.
Geen wacht te moet lopen, want de oorlog was toch allang gedaan. Geen piket, want niemand zag mij staan. Geen manneuvers meer mee doen, want mijn voeten deden toch altijd pijn. Alleen maar sporten en af en toe éne vervangen, in de telefonische centrale.
Ik was dat zodanig gewoon geworden, dat ik daar mij echt thuis voelde.
Alhoewel ik altijd wreed kontent was, als ik naar huis mocht.
Dat zijn zo van die herinneringen die ne mens altijd zal bijblijven hé.
't Is maar om u te zeggen, dat ne mens af en toe nog graag ne keer graag over zijn verleden verteld.
Groetjes van flipper de flip.
|