|
Een haan legt een ei in half Nederland en half België, maar de vraag is nu: Waar land het ei?. In Nederland of in België?. Nergens, want een haan legt geen eieren.
Een tachtigjarige vrouw werd gearresteerd voor winkeldiefstal. Toen ze voor de rechter stond, vroeg hij haar: Wat heeft u gestolen?. Een blikje perziken. Toen de rechter haar vroeg waarom ze dat had gedaan, zei ze dat ze honger had. Toen vroeg de rechter aan haar hoeveel perziken er in het blik zaten?. Zes. Dan geef ik u Zes gevangenisstraf, en plots stond de man van de vrouw op en zei: Meneer de rechter, ze heeft ook nog een doos doperwten gestolen. Waarop de rechter zegt: Mevrouw, als ge uw gevangenisstraf hebt uitgezeten, dan moogt ge gaan doppen.
Een jongen komt op zijn werk, en zijn twee oren zijn in een verband gewikkeld. Waarop zijn baas vraagt: Wat is er met jou gebeurd?, waarop de jongen zegt: Gisteren was ik een shirt aan het strijken, en plots ging de telefoon. Per ongeluk antwoordde ik met het strijkijzer, en de baas zegt: Vandaar dat verband rond uw één oor, maar wat is er met uw andere oor gebeurd?. Nou, ik moest de dokter ook nog bellen voor mijn oren.
Twee Belgen zitten te vissen, en ineens krijgt de éne Belg beet. Maar de vis is te sterk en trekt de Belg zo het water in. De andere Belg springt het water in, en gaat de Belg zoeken. Na een tijdje zoeken vind hij de Belg, legde die op het droge en reanimeerde hem. Plots komt er een Nederlander aangelopen, en vraagt aan de Belg wat hij aan het doen is. Waarop de Belg het hele verhaal verteld, en dat hij zijn vriend aan het reanimeren is. Waarop de Nederlander zegt: Dan zou ik maar stoppen, want hij heeft nog zijn schaatsen aan.
Deze morgen stond er in de krant dat er een Belg verdronken was. Hij gooide zijn brandende sigaret in een diepe rivier, en hij sprong erachter om ze uit te trappen.
Ga nooit achter een koe staan als ze moet kalveren, want als ze u moest zien, dan zou ze stoppen met persen en denken dat het kalf al geboren is.
Een kok is een kipfilet aan het maken, hij plukt de veren van de kip en stopt hem in een pan met water. Maar de kok vergeet het vuur aan te steken, en na een kwartiertje komt de kip op de schouder van de kok tikken en zegt: Ofwel doe je het vuur aan, ofwel geeft je al mijn pluimen terug, want ik krijg er kippenvel van.
Er stapt een neushoorn de bus op, en een vrouw zegt tegen de neushoorn: Hoe kan dat nou?. Ik heb nog nooit een neushoorn in de bus gezien en de neushoorn zegt: Het kan wel kloppen, mevrouw, maar morgen is mijn scooter weer gemaakt.
Er was eens een varken en een kip. Ze liepen over een druk terras en de kip stelde voor om omeletten te gaan bakken. Dat vond het varken een goed idee, en de kip zei: Oké, dan zorg ik voor de eieren, en jij voor de ham.
Twee vliegen rijden met een brommer op de baan, en na een tijdje rijden zegt de éne vlieg: Zou je even willen stoppen, want er zit een vlieg in mijn oog.
Oma wordt 's nacht wakker van de hond, die de hele tijd staat te blaffen. De volgende ochtend zegt ze tegen hare man: Ik heb geen oog dichtgedaan vannacht door dat geblaf van diene hond. Waarop opa zegt: Waarom heb je geen schoen naar die hond gegooid?. Waarop oma zegt: Dat heb ik gedaan, maar dan begon hij te janken.
Er is een gorilla ontsnapt uit een dierentuin en ze hebben een oproep gedaan voor een sterke man, iemand met een hond en iemand met een geweer, want het beest zit in een boom. Het plan is om de sterke man in de boom te laten klimmen, en de gorilla naar beneden te gooien. Dan kan de hond hem in zijn kloten bijten, en dan is hij verdoofd. Vraagt iemand waar heb je dan dat geweer voor nodig?. Mocht de aap mij uit de boom gooien, dan moet iemand direct de hond dood schieten.
Op straat danst een man van pijn van zijn ene voet op de andere. Die teckel van u heeft me in mijn teen gebeten, roept hij woedend tegen een dame. Deze haalt de schouders op en zegt: U kunt van zo'n klein beestje toch moeilijk verwachten dat hij in uw neus bijt.
Een blinde man stapt een warenhuis binnen met zijn hond. In het midden van de winkel, pakt hij de hond beet en begint de hond, aan de lijn, boven zijn hoofd rond te slingeren. Een verontruste verkoper stapt op hem af en vraagt schuchter of hij de man kan helpen. Nee, dank u wel, zegt de blinde man, ik kijk even rond.
Twee vrienden tegen elkaar: Ik ga een hond kopen. Een hond kopen?. Waar moet je dat beest dan laten, je woont 10 hoog op een flat. Nou in de zomer dan zet ik dat beest op het balkon. En in de winter dan?. Dan laat ik hem gewoon binnen. En die stank dan?. Oh, daar moet die hond maar aan wennen.
Ik heb een bijzonder goed gedresseerde waakhond. Voor vijfduizend euro mag je hem van me overnemen. Dat is op zich niet gek. Maar ik zou niet weten, wat hij dan nog moet bewaken.
|