Een man heeft in de kroeg een stevig stuk in zijn kraag zitten drinken.
Als hij naar buiten stapt, heeft het flink geregend en het asfalt glimt van de regen.
Verdomme, zegt de man, nu moet ik nog een rivier overzwemmen ook.
De man neemt een aanloop en maakt een duik.
Hij komt hard op het asfalt en is meteen een paar tanden lichter.
Verdomme, zegt hij, het heeft nog gevroren ook.
Een man loopt dorstig door de woestijn en opeens ziet hij een kraampje staan.
Hij loopt er naar toe en vraagt of hij iets te drinken kan krijgen.
Nee, zegt de verkoper, want ik verkoop alleen stropdassen.
Teleurgesteld loopt de man verder op zoek naar iets te drinken en na een tijdje komt hij weer een kraampje tegen.
Heeft u ook iets te drinken?, vraagt hij aan de verkoper.
Nee, ik heb alleen maar stropdassen, zegt de verkoper.
Weer loopt de man verder en na enkele kilometers staat hij plotseling voor een café.
Hij juicht en wil meteen naar binnen gaan, totdat de portier hem tegenhoudt en zegt:
Sorry makker, maar hier mag je alleen naar binnen met een stropdas.
Er zweeft een zweefvliegtuig tussen België en Nederland en hij stort neer.
Waar ligt de motor?.
Nergens, want een zweefvliegtuig heeft geen motor.
De CIA organiseert een vergelijkend examen voor moordenaars.
Een paar honderd kandidaten leggen een aantal proeven af, waarna er maar drie finalisten overbleven: Twee mannen en een vrouw.
De eerste man wordt bij de jury geroepen die zegt:
Meneer, u moet nu een allerlaatste proef afleggen, om aan te tonen dat u in alle omstandigheden welke dan ook zult uitvoeren.
Ok, zegt de man. Hier is een geladen pistool, uw vrouw zit in het lokaal hiernaast op een stoel. Ga naar binnen en schiet haar dood.
De man zegt verontwaardigd: Mijn vrouw?.
Nooit van mijn leven, en hij is gebuisd.
Hetzelfde senario bij de tweede kandidaat, en de man zegt:
Ik zal het proberen, gaat het lokaal ernaast binnen, en na een paar minuten komt hij terug met de tranen in de ogen en zegt:
Ik hou echt teveel van haar.
Ik kan het niet, en hij is ook gezakt.
Nu is het de beurt aan de vrouw en haar wordt verteld dat in het lokaal hiernaast haar man zit. De vrouw neemt het pistool aan, en gaat het lokaal binnen.
De jury hoort zes schoten, vervolgens een geschreeuw en een hoop hels kabaal, gevolgd door een veelzeggende stilte.
De vrouw komt binnen bij de jury en wrijft het zweet van haar voorhoofd, en zegt:
Jullie hebben me daar wat gegeven, dat pistool was geladen met losse flodders.
Ik heb hem met zijn stoel moeten doodslaan.
Een man zijn schoonmoeder is onlangs overleden en op de begrafenis vraagt een vriend hem: Wat had je schoonmoeder?. Een grote villa.
Waarop de vriend zegt: Nee nee, wat mankeerde ze?, en hij zei:
Een appartement aan de zee.
Maar nee, zegt de vriend, hoe is je schoonmoeder gestorven?.
Ze is met de frietketel van de trap gevallen.
Amaai, zegt de vriend, en wat heb je dan gedaan?.
Boterhammen gegeten.
Op een avond keek een oud vrouwtje naar een griezelfilm op tv, en plots ging de telefoon.
Ze nam op en een man zei:
Ik ben de man met de bloedende vinger, en ik zit nog vijf straten van u.
De vrouw was niet echt bang, maar toch sloot ze alle deuren en ramen.
Plots ging de telefoon weer, ze pakte hem op en weer zei de man:
Ik ben de man met de bloedende vinger, en ik zit nu nog twee straten van u.
Ze was nu wel wat ongerust en stak alle lichten aan.
Trrrringggg. Weer ging de telefoon, ze nam op en weer dezelfde man die zei:
Ik ben de man met de bloedende vinger, en ik zit nu één straat van u.
Ze was nu wel erg bang geworden, en keek nog eens of alles wel op slot was en ging in een hoekje zitten.
Plots ging de deurbel, en met bevende handen deed ze de deur open.
Een klein jongetje stond voor haar deur en zei:
Ik ben de man met de bloedende vinger, heeft u soms een pleister voor me?.
Een man is aan het rijden met de auto tegen de 120 en de 140 km per uur, en wordt ingehaald door een fietser.
Wauw, zegt de man en begint harder te rijden tussen de 140 en de 150 km per uur, en wordt weer voorbijgestoken door de fietser.
De man stopt en hij hoort de fietser zeggen:
Goed dat u stopt, want mijn bretellen hangen vast.
Er komt een man een café binnen en bestelt vier borreltjes tegelijk.
Als hij dit een paar dagen achter elkaar heeft gedaan, wordt de barman nieuwsgierig.
Op een gegeven moment vraagt hij:
Waarom bestelt u toch steeds vier borreltjes?, en de man zegt:
Drie broers van mij wonen in Australië en we hadden afgesproken om elke dag om vijf uur een borreltje te gaan drinken.
Gezellig toch?.
De barman moet dit beamen.
Op een dag bestelt de man drie borreltjes en de barman vraagt:
Is er wat gebeurd met uw broer?.
Nee, zegt de man, maar ik mag niet meer drinken van de dokter.
Er staat een vrachtwagen op een steile helling met pech, en plots stopt er een Dafje.
Kan ik u helpen?.
Nou, ik denk het niet, want ik sta hier zonder olie.
O, wacht even, zei de chauffeur van het Dafje.
Ik heb hier een sleepkabel, ik trek u wel over de helling, even verder is er een tankstation.
De vrachtwagen werd vastgemaakt, en ja hoor, het Dafje trekt de vrachtwagen naar boven. Geweldig, zegt de vrachtwagenchauffeur, ik had het niet gedacht dat het zou lukken.
Maar er kwam wel rook uit de achterkant van uw autootje, zegt de vrachtwagenchauffeur.
De eigenaar van het Dafje gaat even kijken en zegt dan:
O ja, ik zie het al, ik had vergeten de handrem eraf te zetten.
Een vrachtwagenchauffeur neemt een mooie lifster mee, en op een gegeven ogenblik vraagt de chauffeur of het meisje zin heeft in een wip.
Het meisje heeft daar wel zin in, maar er is één probleem, zegt de chauffeur.
Achterin is een koelcel, en daar is het veel te koud om in te gaan liggen.
We kunnen maar best onder de vrachtwagen gaan liggen.
Dus: Zo gezegd, zo gedaan.
Als het spel volop bezig is, staat er ineens een politieagent naast hen die vraagt wat ze aan het doen zijn.
Oh, niets bijzonders, zegt de chauffeur.
Ik heb panne, en nu liggen we aan mijn wagen te sleutelen.
Nou, zegt de agent, dan mag je wel eens je handrem nakijken, want je wagen staat onderaan de dijk.
Mijn schoonmoeder is net een krant.
Hoezo?. Heeft ze zoveel nieuws te vertellen dan?.
Nee, ze komt haast iedere dag.
|