Bij ons op de boerdrij hadden wij af en toe ook last van ne virus, die op bezoek kwam.
Toen ik nog ne kleine snotter was, moest ik van den doktoor een paar dagen in bed blijven.
Ik had potverdikke op school de mazel-virus gekregen, van iemand die al de mazel-virus had.
Achteraf bleek dat diene virus met ons voeten aan 't spelen was, want hij speelde zodanig met mijn voeten, dat ik er nog zieker van werd.
Ook onze koeien werden ziet, maar dat was weer een ander ziekte hoor.
Ze noemde dat de koeieziekte, omdat die ziekte wreed veel van koeien hield.
Ze hield zodanig veel van onze koeien, dat mijn vader verplicht was, van ze in een karatainer te steken.
Een paar jaren later kwam onze papegaai naar huis, ook met ne virus.
Onze papegaai vloog elke dag vier keer rond onze boerderij, om te zien of alles wel in orde was.
Diene virus had ondertussen nen ander naam gekozen:
De vogelgriep.
Dat was ne griep waar de vogel niet blij mij waren hoor.
Hij bracht dan ook veel leed mee, want de vogels die er met gekonfroteerd werden, begonnen te hoesten en te beven.
In onze boomgaard stonden een paar appelbomen, waar de spreeuwen en andere vogels hun lege maag kwam vullen.
Diene griep moest dat waarschijnlijk geweten hebben zeker, want daar hield hij de wacht.
Ons moeder zei ne keer tegen mij:
- Flipper de flip, ga ne keer naar de boomgaard, achter een paar appels.
- Ja ma, en hoeveel moet ge er hebben?.
- Och, nen emmer is genoegd, 't is toch voor appelmoes.
Toen ik daar aankwam zag ik ne heleboel vogels liggen.
't Was precies of de vogel-oorlog was uitgebroken.
Met mij korte beentjes liep ik zo vlug ik kon weer huis.
- Pa, ge moet direct naar den boomgaard gaan, want al die vogels liggen daar zo dood als ne pier op de grond.
- Ja manneke, 'k zal ne keer gaan kijken.
Als mijn vader thuiskwam, heeft hij direct naar de gemeente gebeld, om te zeggen dat er minder vogels gingen rond vliegen, in ons boerendurpke.
Ieder overlijden moet gaan aangeven, want dan moeten ze later veel minder pensioen uitbetalen hé.
Nu ik groot ben:
Alhoewel ik al heel wat gekrompen ben, zitten we met een ander gevaarlijke virus opgezadeld. Diene virus heeft ook nen piksplinternieuwe naam uit onze alfabet gekozen en gekregen:
Ze noemen hem de Corona-virus.
Van waar hij komt, dat weet niemand.
Maar één ding is zeker en dat is, dat het hoogst waarschijnlijk ne buitenlander is.
Maar ook deze zal verdwijnen, als hij het hier beu is.
De vraag is: Welke virus gaan we dan krijgen?.
PS. Mijn twee goudvissen zitten nu ook in ne caratainer, en worden beademd door twee zuurstofvlessen.
Groetjes van flipper de flip.
|