Het oranje Zandoogje heeft tekenen van slijtage!
Overzicht voorkomen van de flora
Houtkanten: robertskruid, look zonder look, maagdenpalm, witte en paarse dovenetel, fluitenkruid, stinkende gouwe, bijvoet, engelwortel, heggendoornzaad, dolle kervel, hondspeterselie, gevlekte scheerling, kleefkruid, mierikswortel en bitterzoet.
Akkeronkruiden (omgedraaide grond): kamille, herderstasje, vogelmuur, klein kruiskruid, nachtschade (zwarte), klaproos, korenbloem, akkerviooltje, duivenkervel, canadese fijnstraal, akkerdistel, kleine brandnetel, ereprijs, raket.
Bosvegetatie:
Klimplanten: klimop, hop, kamperfoelie, bosrank, beuk. Bomen : berk, vliegden, wilg, populier, els, es (vocht), beuk en eik. Struiklaag : hazelnoot, vogelkers en vuilboom (spork). Kruidlaag : anemoon en speenkruid (bollen). Moslaag : haarmos, sterrenmos, slaapmos en kussentjesmos.
Half-parasieten: maretak en ratelaar. Parasieten : schubwortel en bremraap. Saprofieten : paddenstoelen (mycelium) --> ruimen op en vormen humus. Symbionten : korstmossen --> leven 2 aan 2.
Dit Zandoogje heeft zeker en vast óók veel vlieguren op zijn naam!
|