Kalfslapjes met champignons

Het gerecht van vandaag is een zondagsgerecht.
Het komt oorspronkelijk uit Zwitserland en wel uit het deel waar het Italiaans de voertaal is.
In dat deel van Zwitserland treft u het gerecht ook op de kaarten van veel restaurants aan.

Hoofdgerecht voor 4 personen:

4 dunne kalfslapjes (schnitzels, elk ca. 100g), zout, witte peper uit de molen, 60g boter, 250g champignons (in dunne plakjes), 1 (gesnipperd) sjalotje of kleine ui, 1 teentje (ragfijn gehakte) knoflook, 3el kookroom, 2el (fijngehakte) peterselie, 1tl allesbinder, 4 plakken roomkaas.

Maak het vlees droog met keukenpapier, wrijf het in met wat zout en peper.
Wentel de lapjes door wat bloem en schud de overtollige bloem eraf.
Verhit een koekenpan met wat van de boter tot het schuim begint weg te trekken.
Bak hierin het vlees boven een niet al te hoge warmtebron in 10 min. aan weerszijden goudbruin en gaar.
Neem het vlees uit de pan en voeg de rest van de boter toe.
Laat hierin de champignons en de ui onder voortdurend omscheppen ged. ca. 5 min. bakken.
Roer de knoflook erdoor en schep de gehele inhoud van de pan op een zeef.
Laat alles uitlekken en hak hierna de champignons zo fijn mogelijk.
Breng in een pannetje de room aan de kook en voeg de gehakte champignons en peterselie toe.
Strooi allesbinder en wat peper en zout erover. Roer krachtig door.
Leg de kalfslapjes op een met wat boter of olie bestreken ovenvaste schaal of grillplaat of -pan.
Strijk over elk lapje een deel van het champignonmengsel en leg op elk bestreken lapje een plak roomkaas.
Zodra de kaas gesmolten is en wat kleur begint te krijgen kunnen de gerechten worden opgediend.
Geef er een salade van tomaten, bosuitjes en zwarte olijven bij.

Smakelijke Zondag!