Deze waterjuffers fladderen rond zoals vlinders. Ze leven in een klein groepje aan de rand van een stromend beekje vlakbij. Af en toe komt er eentje op verkenning aan de vijver.
Vermoedelijk zijn het weidebeekjuffers die redelijk zeldzaam zijn in Vlaanderen (ze hebben zuiver stromend water nodig).
Itea virginica is een bladverliezende sierheester. Zoals de naam laat vermoeden is deze plant afkomstig uit Virginia (VS). Op een beschutte plaats in de halfschaduw is deze plant bij ons volkomen winterhard. Deze struik verkiest een een neutrale of lichtzure grond. In juni-juli-augustus verschijnen de witte bloemen in opstaande, iets geknikte katjesachtige trossen die druk bezocht worden door bijen en hommels. De bloemen geven een aangename geur die vooral 's avonds zeer ver draagt. De maximum hoogte na 10 jaar is ongeveer 1.5m.
Snoeien : Om de heester in vorm te houden kan men na de bloei de uitgebloeide scheuten terugsnoeien tot een sterke groeiknop. Bij volwassen planten kunnen elk jaar een op vier oudere takken tot bij de basis worden terug geknipt.
Trachycarpus wagnerianus is nauw verwant aan de bekende Trachycarpus fortunei. T. wagnerianus heeft kleiner maar steviger blad dan T. fortunei waardoor hij beter tegen de wind bestand is. Zelfs bij een hevige najaarsstorm lopen de bladeren weinig of geen schade op. T. wagnerianus is zelfs nog iets beter tegen vorst bestand dan T. fortunei (tot -16°C.). Kan dus bij ons in de volle grond zonder extra winterbescherming. Zeker de eerste paar jaren traaggroeiend. Daardoor is deze plant ook duurder in aanschaf !
Staat bij voorkeur op een lichte plek maar moet niet de ganse dag volle zon hebben. Trachycarpus komt uit China en groeit daar als ondergroei in bosrijke gebieden.
Perovskia 'Little Spire‘ of blauwspirea is een bladverliezende heester met prachtige kleine lavendelkleurige bloemen. De bladeren zijn grijsgroen, grof getand en geuren ook naar lavendel indien ze gekneusd worden. Perovskia houdt van een zonnige standplaats in een pH neutrale tot kalkrijke goed doorlatende grond. Dat wil zeggen dat ik op mijn zure zandgrond elk jaar een handvol kalk rond elke plant strooi. Komt van origine uit de bergstreken van Afghanistan, vandaar goed bestand tegen droogte.
Door het feit dat deze plant in zijn thuisland hogerop in de bergen groeit kan deze toch vrij goed onze winters doorkomen. Liefst staat hij niet te vochtig in de winter, op de goed doorlatende zandgrond van de Kempen is dit geen probleem maar ik vermoed dat de plant op leemgrond moeite kan hebben om onze meestal nogal natte winters te overleven. Wat grind of keien onder de wortelkluit kan hier helpen.
Enige nadeel van deze plant is dat deze na een forse regenbui kan gaan overhangen (wat je op de foto ook kan zien).
Verlangt iedere herfst een stevige snoeibeurt tot op 30cm van de grond. Eventueel een winterbeschermlaag van bladeren wordt aangeraden maar ikzelf doe dit niet omdat je hiermee ook de vochtigheid verhoogt.Ik vermoed dat er meer planten sneuvelen door vocht dan door koude.
Leve de naaktslak ! Vooraleer jullie denken dat ik gisterenavond in de drank ben gevlogen een woordje uitleg. Iedereen kent natuurlijk de naaktslakken die onze tuin terroriseren en het vooral op onze hosta’s of dahlia’s gemunt hebben. Ik zwijg dan nog over de slijmsporen die op de pas gepoetste ruiten verschijnen als deze lieverds ’s nachts op pad gaan. Hier heb ik het dus niet over. Vorige zomer schrok ik me een hoedje toen ik bij het opruimen van een border plotseling een naaktslak tegen kwam van zo’n 10-15 centimeter lang, grijsbruin met donkere strepen - een kruipende drol. In eerste instantie dacht ik aan een alien, een mutatie veroorzaakt door Fukushima of Tjernobyl! Gelukkig was het dat niet. In de literatuur vind je dit monstertje terug onder de naam “Grootste aardslak”. Het is de grootste inheemse naaktslak in Europa. Ik hou persoonlijk meer van de naam Tijgerslak, als je het streepjespatroon bekijkt zie je direct hoe dit beest aan die naam gekomen is. Mijn eerste reactie was: ik gooi het bij de kippen. Helaas, de kippen gingen al kakelend op de loop van deze reus. Nu zijn mijn kippen ook niet de grootste en moedigste maar toch. Enig opzoekwerk (lees Google) leerde me echter al snel dat dit eigenlijk best een nuttig beestje is. Deze soort eet geen levend fris groen maar leeft van schimmels en tuinafval en bovendien lust hij best een naaktslakje van de soort die we liever niet zien! Overwinteren doen ze ergens in een hoop vermolmd of rottend hout waar ze veilig zitten tegen de vorst. Een naaktslak bestaat voor 90% uit water, dus vorstbestendig zijn ze niet. Volgende keer dat ik er eentje tegenkom ga ik het beestje als bewaker bij de hosta’s zetten. Helaas heb ik er sindsdien geen meer gezien. Het meeste kans heb je in de vochtigste plekje in de tuin maar deze zomer zijn die er niet veel.
Op zoek naar een kleine elegante boom die weinig problemen geeft en bovendien in juli-augustus getooid is met gele bloemen?
Koelreuteria paniculata (lampionboom, blaasjesboom of vernisboom genoemd) is een kleine bladverliezende boom met een losse ronde kroon. De stam splitst zich dikwijls spontaan waardoor het mogelijk is meerstammige exemplaren te kweken. Deze boom heeft grote dubbelgeveerde bladeren die groenrood uitlopen, later dofgroen worden en in de herfst weerom een schitterende oranjegele kleur aannemen. Koelreuteria bloeit in juli en augustus rijkelijk met gele bloemen in grote eindstandige bloempluimen, later in de herfst gevolgd door merkwaardige, roosbruine, wat opgeblazen, lampionachtige peulvruchten met zwarte zaden. Koelreuteria paniculata houdt van een beschutte standplaats in volle zon, gesitueerd op het zuiden of westen. De vernisboom stelt verder weinig eisen aan de bodem. Koelreuteria is goed winterhard, droogtetolerant en verdraagt luchtverontreiniging.
Dit voorjaar (eind april) was het nieuwe blad net uitgelopen toen een late strenge nachtvorst (tot -6°C) al het nieuwe loof deed verdorren. Het boompje zag er 2 weken redelijk triestig uit maar toen kwam er nieuw fris blad op zo rond half mei.
Ondergronds maakt dit boompje vrij makkelijk uitlopers. Door deze te scheiden van de moederboom kan je makkelijk nieuwe exemplaren opkweken die je dan bvb. kan cadeau doen aan andere tuinliefhebbers.
Dat je dit boompje niet meer ziet in onze tuinen is me een mysterie want het is een echt hebbeding.
Reeds jaren probeer ik rozen te houden op mijn arme zandgrond in de Kempen. Van origine is dit zure bosgrond wegens de dennebomen die hier talrijk zijn. Met compost kan je de grond verbeteren maar na 2 of 3 jaar houden de meeste rozen het voor bekeken. Niet zo voor deze soort. Rosa "Lavender Blue" is een kleinbloemige doorbloeiende heesterroos met halfgevulde lila roze bloemen, wordt niet zeer hoog (60-70 cm), geschikt voor informele beplanting in de plantenborder. Zo rond deze tijd van het jaar (eind juli) doet ze het even kalm aan. Wegsnoeien van de uitgebloeide takken doet wonderen, na een 2 tal weken komen er nieuwe bloemknoppen en kan het feestje herbeginnen tot de eerste nachtvorst er een einde aan maakt. Enkele jaren geleden had ik nog bloemen tot Kerstmis!
Als onderhoud is enkel een snoei nodig in het voorjaar, een beetje kalk (vanwege de van nature zure grond) en wat rozenmest.
Strooi die rozenmest wel pas enkele weken na de kalkgift. Als de grond te zuur is kunnen rozen de meststoffen niet opnemen, je kan dan meststof strooien zoveel je wil, de plant heeft er niets aan!
Op zoek naar een hortensia die maanden bloeit en niet omvalt na een regenbui? Hortensia paniculata "Pinky Winky" begint rond half juli te bloeien. De bloemen openen zuiver wit, na enkele weken verkleuren ze naar roze en bloeien verder tot in oktober. Deze plant is één van de kleinere H. paniculata’s, hoogte ongeveer 1,5m. Houdt van zon tot halfschaduw en een goed drainerende bodem. Volkomen winterhard. Je mag ze in maart terugsnoeien tot op 1/3 van de hoogte om ze compact te houden.
Gisterenavond nog een niet alledaags nachtvlindertje gespot, 't was nochtans klaar licht. Het beestje zijn klok was ontregeld vermoed ik. Dat zijn dan de voordelen van niet te spuiten met van alles en nog wat!
Elke week duiken nieuwe beestjes op, waarvan de meeste perfect onschadelijk zijn.
De nachtvlinder op de foto luistert naar de naam" Hageheld", waar deze naam vandaan komt heb ik niet kunnen achterhalen. Iemand met een suggestie?
Zelf heb ik er niet veel last van, die vervelende zoemers die je zomeravonden op het terras komen verpesten. Er bestaan allerlei middeltjes om ze weg te houden, lang niet allemaal even effectief of even gezond weliswaar.
Eentje dat wel helpt, voor ons nog lekker geurt en bovendien nog mooi is ook : de citroengeranium (Pelargonium crispum).
Bloeit de hele zomer lang ! (Lavendel zou ook werken)
Nog een extra bonus:
Tegen muggen in de slaapkamer : een glas zeewater op het nachtkastje zetten, muggen houden hier niet van. Moet wel aangemaakt zijn met zeezout, gewoon keukenzout werkt niet. Wel opletten bij het afzetten van de wekker of je bent ineens heel erg wakker !
Magnolia grandiflora “Little Gem” is een meer compacte variant van de soort. Deze wordt na 10 jaar ongeveer 2m hoog en bloeit reeds vanaf jonge leeftijd. De witte bloemen verschijnen in juli. Ze bloeien helaas niet zo lang. Dit wordt wel gecompenseerd door de mooie vorm en het XL formaat van de bloemen. Zoals alle magnolia’s houdt deze ook van zure grond en een plaatsje met redelijk wat zon.
Magnolia's horen tot de oudste nog voorkomende bloeiende planten (ze kwamen reeds tussen 20 en 90 miljoen jaar geleden voor). De bloemen worden in de natuur bevrucht door een bepaald kevertje, niet door vlinders of bijen, die waren er namelijk nog niet toen deze planten ontstonden !
Ik heb het nu zo ongeveer wel gehad met buxus. Vorig jaar was deze aangetast (niet te erg) door de schimmel.
In het late voorjaar kwamen er frisse nieuwe blaadjes die er eind april met de late nachtvorst prompt afvroren.
Toen kwam de hittegolf en de droogte in juni maar ik was nog steeds hoopvol.
Sinds een week echter zijn de buxusmotten neergestreken, niet alleen bij mij maar in de ganse buurt. Dag na dag zie je de buxus meer en meer verdorren. Met de hand weghalen heeft hier weinig zin vermits de hele straat vergeven zit en ik ga niet bij al de buren voor reddende engel spelen. Buxus eruit, waarschijnlijk komt er Ilex crenata voor in de plaats.
Overigens zijn er blijkbaar bepaalde buxusvariëteiten die weinig of geen last hebben van de buxusmot maar mijn zin in experimenteren is over.
De plant op bijgaande foto behoort tot de oudste plantenfamilie op aarde : "Wollemia nobilis", per toeval in de jaren 90 in Australië ontdekt in een nationaal park.
Deze planten waren wel al bekend van fossielen (200 miljoen jaar oud) uit de tijd van de dino's !
De boom is in september 1994 door David Noble (vandaar de soortaanduiding nobilis) ontdekt tijdens een trektocht die hij ondernam met twee vrienden. In een kloof in het Wollemi National Park in Nieuw-Zuid-Wales, 150 km ten noordwesten van Sydney. Men kwam uiteindelijk tot de conclusie dat het om een nieuwe soort moest gaan, die Wollemia nobilis werd gedoopt. De soort werd in het nieuwe geslacht Wollemia geplaatst binnen de slangendenfamilie. Binnen deze plantenfamilie worden ook de geslachten Araucaria en Agathis onderscheiden. Wollemia nobilis vertoont kenmerken van beide geslachten, maar heeft kenmerken die uniek zijn voor deze soort. In het wild groeien er ongeveer veertig volwassen exemplaren en een tweehonderdtal jongere bomen op drie dicht bijeen liggende plaatsen. Onderzoek heeft aangetoond dat alle exemplaren genetisch identiek zijn, wat suggereert dat ze door een genetische bottleneck zijn gegaan, waarbij de populatie zo klein werd (misschien slechts één of twee exemplaren), dat alle genetische diversiteit verloren is gegaan. Om Wollemia te behoeden voor uitsterven en de populaties in het wild te beschermen werd het "Wollemi Pine Recovery Plan" opgesteld door de Royal Botanic Gardens in Sydney en de New South Wales National Parks and Wildlife Service. Wollemia wereldwijd beschikbaar maken voor het grote publiek werd gezien als de beste methode om de boom voor uitsterven te behoeden. In het kader hiervan werd het bedrijf 'Wollemi Australia' en het dochterbedrijf 'Wollemi Pine International' (dat de marketing doet) opgericht. In ons Belgisch klimaat staat Wollemia liefst in de (half)schaduw, in de volle zon verbranden de bladeren. Ze zijn ook net niet winterhard genoeg om het ganse jaar buiten te staan (-5 tot -10°C).
In België zijn ze verkrijgbaar bij o.a. het Arboretum in Kalmthout.
Ik ben Roger
Ik ben een man en woon in de Kempen (België) en mijn beroep is jong gepensioneerde.
Ik ben geboren op 29/05/1954 en ben nu dus 70 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: tuinieren, fotografie, zeewateraquarium, modelbouw, ....