Degrasbij(Andrena flavipes) is een bij uit het geslacht van de zandbijen
Het zijn kleine bijtjes, het vrouwtje wordt 11 tot 13mmlang, het mannetje slechts 9 tot 11 millimeter. Het zwarte achterlijf heeft dwarsbanden van geelbruine haren. De kop is bruinbehaard, de poten oranjegeel.
Ze leven in ondergrondse nesten, dikwijls in gazons, met soms tot 1000 exemplaren
De volwassen insecten zijn te vinden op bloemen van diverse planten, dikwijls composieten zoals Paardenbloem of zoals hier op Voorjaarszonnebloem.
In Vlaanderen en zuid Nederland zijn ze algemeen, in noord Nederland eerder schaars.
Deze winter is de beukenhaag die een stuk van de oude en de nieuwe tuin van mekaar scheidde op de schop gegaan. Daardoor is de bestaande prairieborder ineens zo'n 30% groter geworden. Momenteel zijn we bezig met de minder leuke taak alle achtergebleven wortels te verwijderen. Ook worden de wortels van de alomtegenwoordige wilde bramen uitgegraven. Deze laatsten vormen meterslange uitlopers en elk stukje dat blijft zitten vormt vrolijk een nieuwe plant. Bovendien moet dat uitgraven een beetje voorzichtig gebeuren want overal komen de borderplanten van vorig jaar voorzichtig boven de grond priemen! Elke avond zit ik braamdoornen uit mijn vingers te prutsen. Enfin, binnenkort wacht er een veel leuker werkje: de nieuwe aanplantingen! We zullen binnenkort al eens op jacht gaan naar Monarda, Rudbeckia, zomer- en herfstasters en wat lage siergrasjes. Ik kijk er al naar uit!
Gisterennamiddag hebben we onze recentste aankopen uit de potjes in de volle grond gezet. Er was al direct veel interesse van vlinders en zweefvliegen voor het longkruid en de voorjaarszonnebloemen. Met een heerlijke 17° en een stralend zonnetje is het ineens volop lente geworden! De citroenvlinders genoten ook van de dit weertje en de Lieveheersbeestjes besloten ook voor nageslacht te gaan zorgen. Ik heb ze per toeval gezien toen ze volop in actie waren!
Doronicum of voorjaarszonnebloem bloeit al vroeg in het voorjaar. De gele bloemhoofdjes bevinden zich op stengels die, afhankelijk van de soort, tussen de 35 en 100 centimeter lang zijn. Ze verdragen halfschaduw,in volle zon kunnen ze snel uitdrogen. Combineer ze eens met iets blauw zoals Muscari of Pulmonaria (longkruid). Met een beetje extra kalk kan ze ook blij maken ! Als je ze water moet bijgeven, giet dit dan niet op het blad want dan kunnen ze gevoelig voor meeldauw worden. De plantjes op de foto zijn nieuwelingen, ze komen op het uiterste hoekje van de in oppervlak vergrootte prairieborder. Maar daar mag nu ook al wat kleur in komen. Voor de meeste prairieplanten en grassen is het immers wachten tot juli of augustus voor ze kleur gaan bekennen!
Deze voormiddag toen ik door de tuin wandelde op weg naar het kippenhok hoorde ik plots "kroet kroet" roepen door een vogeltje. Gelukkig lag mijn fototoestel niet ver en kon ik een foto nemen van het "kroet" roepende vogeltje. Grote verrassing, ze waren met z'n drieën. Mijn app 'vogelherkenning' loste het mysterie in 'no-time' op. Het bleek de zeldzame polifinario te zijn. Nu kunnen we de volgende dagen op zoek gaan naar de nog zeldzamere Kroet. Die roept 'polifinario'. Kun je nog volgen? Indien niet moet je maar eens naar Toon Hermans luisteren. Dan wordt het allemaal veel duidelijker!
Wildemanskruid behoort tot de ranonkelfamilie. Vroeger kwam de plant in Nederland en België ook in het wild voor. Tegenwoordig vind je ze alleen nog in de vallei van de Viroin in Wallonië. Her en der kan je er soms nog wel eens eentje tegenkomen maar dat zijn dan bijna altijd tuinplanten die ontsnapt zijn! In de Noord-Atlantische streek, waartoe ons land behoort, komen ze alleen op aan de rivieren begeleidende zandheuvels (rivierduinen) voor. Eens uitgebloeid hebben de pluizige zaaddozen ook nog wel een decoratieve waarde!
Ze zijn wakker uit hun winterslaapje. Op deze laatste dag van februari trakteerden de weergoden ons op een prachtige lentedag. De kikkers zaten op een hoopje bijeen te zonnen. Ontdek zelf maar hoeveel er hier samen op de foto staan !
Vandaag was een prachtige dag zonder één wolkje aan de lucht! Na een frisse start was het deze namiddag heerlijk in het zonnetje en uit de wind. Ik heb de afgelopen dagen al een koolwitje zien langsfladderen en vandaag waren de hommeltjes ook heel actief. Naast de alomtegenwoordige aardhommel koninginnen heb ik ook een weidehommel kunnen verrassen. Die weidehommels zijn herkenbaar aan hun rosrood achterwerk! En in de vijver heb ik de eerste watersalamanders gespot. Die hingen doodstil te zonnen zo'n 10 cm onder het wateroppervlak
Half februari en de paasbloemen staan al volop de boel op te vrolijken ! Ze zijn er precies elk jaar vroeger en vroeger bij. Gelukkig hebben ze maar korte steeltjes van zo'n 5 centimeter. Als er niks bovenop valt zullen ze de storm morgen wel overleven zeker ! Wij hopelijk ook !
Deze namiddag hing er al een klein beetje lente in de lucht! Het zonnetje deed zijn best om de boel wat op te warmen en de vogeltjes kregen er duidelijk terug zin in aan het gefluit en gekwetter te oordelen.
De eerste bloemen van de Cameliastruik zijn ook tevoorschijn gekomen en de toverhazelaar staat nu op zijn mooist. Dat nodigt een mens uit om nog eens buiten te komen na al de voorbije natte en grijze dagen!
Het jaar is nog geen week oud en de eerste bloemen staan al te pronken in de tuin. Zoals steeds proberen Helleborus en Hamamelis (toverhazelaar) mekaar de loef af te steken. Ik hou het dit jaar op een gedeelde eerste plaats ! Door het zachte weer staan de narcissen nu ook al zo'n 5 cm boven de grond. Als het binnenkort eens stevig vriest hebben we brokken vrees ik. In ieder geval, geniet van het nieuwe jaar en de eerste bloemen in de tuin !
Wie beweert dat de herfst alleen maar grijs en nat is, die is vanmorgen waarschijnlijk nog niet buiten geweest. Op gisteren na was de afgelopen week ten andere fantastisch wat het weer betrof. Akkoord, we zijn vannacht dan misschien wel naar de wintertijd overgestapt maar voor straks krijgen we 17 of 18° op ons bord. Daar is weinig winters aan. Dat het nadien gaat regenen is maar een detail. Met wat geluk zie je die regen niet eens want het wordt toch een uurtje vroeger donker. Profiteer er maar eens van om een wandeling in het bos of park te maken. Wel op tijd naar binnen want het is Halloween, wie weet wat kom je allemaal tegen in zo'n donker bos. Je kan uiteraard ook in eigen tuin genieten van al dat moois. Op het terras met een kopje koffie en een stukje gebak lijkt me wel wat. Vandaag wordt er niet gewerkt op Bernerhof.
Wij gaan nu een winterslaapje houden tot het voorjaar. Ikzelf blijf uiteraard wel actief maar er is sowieso minder te beleven in de tuin de volgende maanden. Als alles goed gaat komen we rond 1 maart terug, een beetje afhankelijk van het weer.
Euonymus europaeus (inheemse kardinaalshoed) is een grote bladverliezende struik met mooie opgaande vorm en opvallande takken met gegroefde lijsten. De plant bloeit in april en mei met onopvallende geelgroene bloemschermen die echter niet veel voorstellen. In de herfst wordt deze heester wel een blikvanger met zijn rozerode vruchtdozen met witte zaden en oranje zaadrok. Wat later kleurt ook het blad prachtig alvorens af te vallen. De wilde kardinaalsmuts is zeer winterhard en doet het goed in iedere grondsoort. Deze struik kan ook goed tegen snoei. Ze staan graag in de zon of desnoods in de halfschaduw. Ons exemplaartje staat al een aantaljaren in de voortuin (die ten andere een make-over krijgt) waarover later meer.
Salvia microphylla 'Hotlips' is nog steeds in de waan dat het zomer is. Onafgebroken verschijnen nog nieuwe bloemetjes en dat zal zo doorgaan tot de eerste echte nachtvorst. Vijf maanden bloei en bovendien nog redelijk winterhard ! Niet slecht voor een exootje uit Mexico en de Zuidelijke VS waar het toch wel wat warmer is dan hier !
Er wordt aangeraden de plant 's winters af te dekken maar dat heb ik nog nooit gedaan. Hij vriest elke winter wat in maar ik snoei dat er gewoon uit in maart-april als het risico op strenge nachtvorst al minder groot wordt. Door dan te snoeien heeft de plant nog tijd genoeg om nieuwe scheuten te maken die in juni al beginnen met bloeien. De plant heeft wel wat extra bescherming door de nabijheid van grote heesters en bomen aan de noord- en oostkant.
'Hotlips' moet net als de rest van de salviafamilie veel zon hebben en staat niet graag met natte voeten. Zeker in de winter is 'te droog' beter dan 'te nat'. Ondertussen is onze 'Hotlips' na een jaar of zeven al meer dan 2 meter breed en zo'n 50-60cm hoog.
Eupatorium (Leverkruid) is er in tientallen varianten. Het zijn zonminnende planten die voor de rest weinig eisen stellen. In grootte variëren ze van 40-50cm tot reuzen van bijna 2 meter. Deze cultivar zit daar zowat middenin. Ze bloeien vrij laat in het seizoen en gaan goed samen met iets forsere siergrassen. Elk bloemetje op zich is eerder klein te noemen maar ze staan wel met tientallen in grote schermen bijeen. De bloeitijd is vrij laat en een beetje afhankelijk van de soort, sommige beginnen er in augustus aan en andere wachten tot september. Hier staan ze tegen een achtergrond van een forse Miscanthus.
Heucherella's zijn een kruising tussen Heuchera en Tiarella. Heuchera heeft durft wel eens last hebben van de Taxuskever en daar heeft Heucherella geen last van. Heucherella's staan graag in de halfschaduw en bloeien in het najaar. Bij valavond lichten de witte bloempjes heel de border op. Deze planten zijn perfect winterhard, alleen mag de grond niet kurkdroog zijn. Voor de rest heb je er weinig omziens naar. Het blad op zich is al mooi en de bloei tot laat in oktober is een extra toemaatje!
Weinig heesters die zolang bloeien als Hortensia's. Het feestje is al bezig van vroeg in augustus en gaat nog steeds door. In de loop van de voorbije weken zijn de bloemen wel stilaan verkleurd van gebroken wit naar iets wat moelijk in één woord te omschrijven valt. Er zit wat bruinachtig grijs in met een zweempje oudroze. Het zijn precies gedroogde bloemen maar dan nog aan de plant. Het kleurtje past eigenlijk goed bij de herfst, vooral als het 's morgens vroeg nog nevelig is. De kippetjes worden deels aan het oog onttrokken door de hortensia's. Zo hebben ze ook wat privacy tijdens het scharrelen en in de zomer is de schaduw van de hortensia's zeer welkom bij onze gevederde vriendjes. Kippetjes zijn immers dieren die lang geleden de bossen bewoonden voor ze gedomesticeerd werden.
Vandaag echter geen misttoestanden. Het zonnetje schijnt, maar door de hoge wolkenslierten, niet zo uitbundig. Het belooft wel een mooie dag te worden met heel zachte temperaturen. Die temperatuur houden we ook de volgende dagen. Da's goed voor de portemonnee met de huidige hoge energieprijzen. En nu hop hop de tuin in!
Vorig weekend was het luchtruim boven de herfstasters sterk bezet. Tientallen vlinders, vooral dagpauwogen en in iets mindere mate atalanta's zoegden voor grote drukte. Ik weet ook niet hoe het lukt om zoveel vlindertjes bijeen tegelijk te laten landen en opstijgen zonder botsingen of crashes.
Af en toe zat er ook eens eentje van een andere luchtvaartmaatschappij tussen dat voor verwarring zorgde zoals dit bruine Icarusblauwtje op de foto hieronder. De vrouwtjes van deze vlindersoort zijn namelijk bruin en niet blauw gekleurd. Alleen hun lijfje heeft een blauwe gloed zodat ze hun afkomst toch niet helemaal kunnen verloochenen.
De onderzijde van de vleugeltjes is totaal anders getekend dan de bovenkantbij de blauwtjesfamilie.
Deze opvallende schoonheid is de rups van de Meriansborstel. Zo kleurrijk als de rups is, zo onopvallend grijs is de nachtvlinder zelf. Het gevolg is dat de rups veel meer gezien wordt dan de vlinder. Een volwassen meriansborstel heeft geen monddelen en neemt dus geen voedsel op. Hij teert op de reserves die hij als rups heeft opgenomen. Daardoor is de vlinder ook zeer kortlevend en wordt enkel gezien tussen april en juni. In deze periode worden de eitjes gelegd. De rupsen gaan in het najaar op zoek naar een plekje om te verpoppen. Ze komen de winter door als pop om in het volgend voorjaar uiteindelijk vlinder te worden.
Deze rups heeft zich misrekend want ze was in de GFT bak gekropen.Of dat goed gaat aflopen durf ik betwijfelen.
De rups is niet kieskeurig wat eten betreft en leeft op allerlei inheemse bomen en struiken. Dat zijn ondermeer meidoorn, berk, wilg, eik en beuk. Berk en eik zijn hier volop te vinden, dat verklaart hun aanwezigheid.
De meriansborstel heeft een opmerkelijke naam. ‘Borstel’: dat verwijst ongetwijfeld naar de harige rups. Maar die ‘merians’ verwijst naar een persoon: Anna Maria Sybille Merian (1647-1717), een entomologe avant-la-lettre die bekend staat omwille haar prachtige vlindertekeningen.
Ik ben Roger
Ik ben een man en woon in de Kempen (België) en mijn beroep is jong gepensioneerde.
Ik ben geboren op 29/05/1954 en ben nu dus 70 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: tuinieren, fotografie, zeewateraquarium, modelbouw, ....