Drie ingennieursstudenten zijn aan het discusiëren over de vraag, wie het menselijk lichaam ontworpen heeft. Dat moet een machinebouwer geweest zijn, zegt de eerste. Kijk eens naar al die gewrichten en bewegende onderdelen. Ik denk dat het een elektricien was, zegt de tweede. Kijk eens naar al die zenuwen en verbindingen.Nee, dat kan niet, zegt de derde, het moet een projectontwikkelaar geweest zijn.Wie anders laat een afvalleiding door een recreatiegebied lopen.
Een man stapt met een vioolkoffer uit de trein in Brugge. Hij kijkt zoekend om zich heen en een vrouw vraagt of ze hem kan helpen. Eh, ja, hoe kom ik in het Concertgebouw?. De vrouw denkt even na en zegt: Blijven oefenen, meneer, gewoon blijven oefenen.
In een winkelcentrum vraagt Sinterklaas aan een meisje hoe ze heet, maar hij krijgt alleen een boze blik. Hij herhaalt zijn vraag, waarop het meisje zegt: Dat heb ik u vanmorgen op school al gezegt en u bent het nu al vergeten.
Maar dit is toch te gek. De sneltrein naar Valencia is al een half uur te laat, zegt de reizeger. U hoeft niet zo'n grote mond open te zetten, meneer. Kijk liever eens naar de ommezijde van uw reisbiljet. Daar staat heel duidelijk op te lezen: Geldig gedurende drie dagen.
Aan een huidspecialist werd gevraagt, waarom hij zich in de tal van de geneeskunde gespecialiceerd had. Er waren eigenlijk drie redenen, zei hij. Mijn patiënten halen me 's nachts nooit uit mijn bed, ze sterven nooit en ze genezen ook nooit helemaal.
Karel en Hans hebben het over de menselijke gedragingen en reacties. Wist jij dat autorijden een stimulans kan zijn voor het geheugen?. Hoezo?, vraagt Karel. Wel, telkens als wij op reis gaan,herinnert mijn vrouw zich, nadat we er zo'n goede 50 km gereden hebben,dat ze vergeten is de kraan in de badkamer dicht te draaien, zegt Hans.
Een groepje toeristen staat op de top van de Etna. Ze werpen een voorzichtige blik in de kraker. Het lijkt daar beneden wel op de hel, zegt één van de Amerikaanse toeristen. Een dame die hem dat heeft horen zeggen, fluistert tegen haar echtgenoot: Die Amerikanen zijn ook overal geweest hé.
De Kerstexamens zijn begonnen, maar Mieke is ziek. Ze heeft koorts en moet om de haverklap overgeven. Jij bent het leren echt kotsbeu, nietwaar?, zegt haar pa met een glimlach.
Rob, wat hebt je het liefst bij je ontbijt, koffie of thee?. Wel schat, als dat wat je me tot nu toe gegeven hebt, thee is, geef mij dan maar koffie.
Ik ben ne keer naar een patroonfeestje van de brandweer geweest en op het menu stond het volgende: Gerookte zalm, Paling in 't groen en warme créme-glas.
Opa is gestorven en mama wil dat zo tactvol mogelijk meedelen aan haar dochtertje van vijf jaar. Opa is aan zijn laatste reis begonnen, kindje, zegt ze.Waar is hij naartoe?, vraagt haar dochtertje. Waar we allemaal heen moeten, lieve meid. O ja. Ik weet het al. Naar Napels.
Ik lees het liefst sprookjes, die echt gebeurd zijn. Sommige mannen gaan naar het café, om hun gestorven vrouw te verdrinken. Ik denk later ook te trouwen met een vrouw die veel houdt van beesten zoals ik.
Papa,het meisje dat naast mij zit in de klas, heeft precies hetzelfde kleed als ik, zegt Mieke. En jij wilt dus een nieuw kleed zeker?, zei haar vader. Wel, dat is in elk geval goedkoper, dan van school te veranderen.
Twee kannibalen zitten in het oerwoud. Ik hou niet echt van mijn schoonmoeder, zegt de éne kannibaal. Eet dan alleen je groentjes op, zei de tweede kannibaal.
Twee vriendinnen hebben het over mannen. Waarom wil je aanbidder niks meer van je weten?, vraagt een vriendin. Omdat hij te veel van mij weet, zei de andere.
Een man gaat naar een meubelwinkel en zegt: Hebt u ook een sterfbed?. Bent u er zeker van dat u gaat sterven?. Neem anders een twijfellaar.
U hoeft niet bang te zijn, zegt de oppasser, die leeuw is tam. Hij is met de fles grootgebracht. Ik ook, zegt één van de bezoekers, maar ik hou toch nog altijd van biefstuk.
Bartje is met de jeugdbeweging te voet op bedevaart naar Scherpenheuvel geweest. Was er veel volk?, vraagt zijn moeder, als hij uitgeput thuiskomt. Veel volk?. Het was verschrikkelijk, de mensen zaten tot in de kerk.
Ober, kunt u mij vertellen wat dat is, hier op mijn bord?. Dat is gebraden kip, meneer. Ach zo. Zeg, tussen ons gezegd en gezwegen,eigenlijk verspilt u hier uw tijd, hoor. Met zo'n verbeelding zou u eigenlijk romans moeten schrijven.
|