Choisya ternata is een compacte wintergroene groenbladige sierheester afkomstig uit Mexico. De plant wordt uiteindelijk circa 2 meter hoog en staat het liefst beschut in verband met vorstgevoeligheid. Het blad van Choisya ternata is leerachtig. De witte bloemetjes geuren heerlijk en verschijnen in april. Deze plant is goed te gebruiken in exotisch ogende tuinen, in patiotuinen en als kuipplant. Graag op een zonnige plek want dat zijn ze in hun thuisland gewend.
Bij mij staat Choisya in de halfschaduw onder een grote berk. Dat heeft als voordeel dat de struik nooit te nat staat want de wortels van de berk zuigen bijna alle vocht weg. Droogte is geen probleem, de plant komt uit Mexico. Het is wel belangrijk hem tegen de koude oostenwind te beschermen. Hier staat hij sinds een jaar of 6-7 en bloeit elk jaar uitbundiger en uitbundiger alhoewel de Kempen de koudste plek van Vlaanderen zijn in de winter !
Met zijn opvallende zwart-witte verenkleed is de ekster een van de gemakkelijkst te herkennen vogels. De vogel bouwt zijn grote nest meestal in de bomen, maar er zijn ook nesten gevonden in struikgewas, op elektriciteitsmasten en zelfs op vensterbanken. Zijn kostje scharrelt hij op de grond bij elkaar en bestaat voornamelijk uit insecten en aas. 's Winters eet hij ook wel zaad (van de voertafel) en andere plantaardige bestanddelen. In het voorjaar, als hij jongen heeft, wil hij ook wel eieren en jongen van andere vogels aan zijn eigen jongen voeren, maar uit wetenschappelijk onderzoek is inmiddels wel gebleken dat de zangvogelpopulaties hieronder niet te lijden hebben. Dat wil niet zeggen dat ik blij word als een ekster pas uitgevlogen meesjes als ontbijt nuttigt maar da's de natuur zeker ?
Eksters vormen levenslange broedparen, net als de kauw, en ze vormen met de uitgevlogen jongen nog een tijd een gezin. De juveniele eksters in komen in groepen voor waarbij er meestal veel lawaai wordt geproduceerd. Echte zangers zullen ze helaas nooit worden !
Terwijl baasje geniet van de bloemen van de boompioen genieten deze twee viervoeters op hun manier van de tuin. Epische gevechten worden hier geleverd, afgewisseld met momenten van zalig luieren in het zonnetje ! Iedereen geniet op zijn manier van de tuin.
Hoe de vuurjuffer aan zijn naam is gekomen laat zich makkelijk raden. In de Kempen komen ze vrij algemeen voor, in Oost- of West-Vlaanderen moet je alwat meer geluk hebben. Dit jaar zijn ze er vroeg bij, dat zal wel met het mooie weer van de laatste weken te maken hebben vermoed ik.
Het "zevenstipje" is te herkennen aan de 7 stipjes op zijn lichaam. Logisch hoor ik je tot hier denken, maar weet dan dat deze regel niet bij elk lieveheersbeestje opgaat. Wist je dat er meer dan 60 verschillende soorten in W-Europa voorkomen ?
De naam lieveheersbeestje is een herinnering aan de tijd dat de Germanen in Europa gekerstend werden. De bestaande Germaanse naam voor het kevertje, Freyafugle, vogel van de godin Freya, werd verchristelijkt tot onzelievevrouwebeestje of (onze)lieveheersbeestje. De vrouwelijke vorm leeft voort in het Duits (Marienkäfer) en Engels (ladybird, in Amerika veranderd in ladybug, wat eigenlijk juister is); de mannelijke vorm in het Nederlands en Frans (bête à bon Dieu, al is coccinelle gebruikelijker). De Franse naam is in het Iers verbasterd tot bóín Dé, wat wordt begrepen als Gods koetje.
Je hebt lente en lente. Als in maart (of eind februari dit jaar) de krokussen en narcissen bloeien krijg je een lentegevoel. Ondertussen kan koning winter nog flink uthalen en soms terug ijzige trekjes vertonen.
En dan komt de tijd van de Rododendrons, meestal zo tussen eind april en begin mei. Als de Rodo's in bloei komen is de winter echt weg, meestal moeten we dan niet meer met nachtvorst rekenen.
En nu is het zover, de eerste Rododendrons komen in bloei. De afgelopen twee jaar waren nochtans niet makkelijk voor deze heesters met hun oorsprong aan de voet van de Himalaya. Dat komt omdat ze maar heel oppervlakkig wortelen zodat ze wel gevoelig kunnen zijn voor de droogte. En ze hebben nu net graag wat vocht in de buurt. Maar op een plekje in de (half)schaduw doen ze het zelfs in onze Kempense zandgrond schitterend. Het is niet voor niets dat je ze dikwijls aan de boorden van vijvers tegenkomt.
Gelukkig zijn het taaie heesters, als het blad begint te krullen wat wijst op uitdroging doet een emmer water wonderen. De dag daarop is de plant helemaal gerecupereerd. Wist je datje ze ook heel goed kan terugsnoeien als ze te groot worden ? Eén of twee jaar zien ze er niet uit maar daarna zie je er niks meer van !
Momenteel is het 's morgens nog net iet te fris naar mijn smaak om buiten aan de tuintafel te ontbijten. Het licht is echter wel op zijn mooist als de nog laagstaande zon dan zijn warme tinten uitstrooit. Ik word er alleszins direct vrolijk van en de dag goed begonnen is half gewonnen.
Gisteren zijn de tuincentra terug open gegaan na de verplichte Corona sluiting. Alhoewel ik één en ander nodig heb blijf ik toch nog enkele dagen uit de buurt tot de grootste gekte voorbij is. Het is sowieso toch nog te vroeg om éénjarigen in volle grond te zetten. De IJsheiligen zijn pas binnen vier weken !
Deze mini Hosta wordt slechts zo'n 10 cm groot. Het blad heeft een dikke gele rand en er komen lavendelblauwe bloemen aan tijdens de zomer. Net omdat deze hosta zo klein is zou je de plant in het voorjaar makkelijk over het hoofd zien en alles uittrekken bij de opkuis van de border. Om dat te voorkomen staat deze in een kuip in de koude schaduw serre, bijkomend voordeel is dat de slakken er minder makkelijk aankunnen. Als je ziet wat deze lieverdjes met hosta's als "Big Daddy" kunnen aanrichten dan is deze op één nacht volledig weg. Dankzij de droogte valt het tot hiertoe reuze mee met de slakken dit jaar. Zo heeft elk nadeel ook zijn voordeel !
Er is nog werk in overvloed in de tuin. Je zou haast vergeten om af en toe eens te pauseren en rondom je heen te kijken. Gisterenavond toen de zon al laag stond zijn we eens door de tuin gewandeld om van het licht van de ondergaande zon op het frisse groen te genieten. Rondom de Trachycarpus wagenerianus ligt een bedje van blauw dat gevormd wordt door ontelbare Vergeet-me-nietjes. Elk jaar na de bloei trek ik 90% uit want anders zie je niks anders meer in de border en elk jaar komen ze massaal terug.
10837, ik ben twee dagen bezig geweest met elk afzonderlijk kleine bloemetje van de Viburnum te tellen. Halverwege was ik de tel kwijt en moest opnieuw beginnen.
Nee, alle gekheid op een stokje, ik heb ze niet echt geteld. Maar als je gemiddeld voor elke "bol" 100 bloemetjes neemt en er staan minstens 200 bollen in bloei zit je wel direct in de tienduizenden ! Met andere woorden, de vlinders en de bijtjes kunnen zich nog even bezig houden !
Pulsatilla vulgaris, in het Nederlands ook wildemanskruid of pelsanemoon genoemd, is een bladverliezende polvormende vaste plant met zeer fijn, zilverbehaarde gevederde bladDe plant bloeit van maart tot mei met grote klokvormige paarse bloemen, later gevolgd door attractieve bloempluizen zoals bij clematis. Pulsatilla vulgaris houdt van een standplaats in de volle zon en een kalkrijke en humusrijke grondsoort.
Dat kalkrijk moet je niet te strikt nemen, mijn grond is licht zuur en ze doen het daar prima, ze zaaien zichzelf vrolijk uit ! Wildemanskruid is goed winterhard, redelijk droogte tolerant, verdraagt zeewind en heeft weinig last van ziektes en insecten.
Vandaag is ons blogje 1000 dagen oud, niets wereldschokkend maar tijd om even stil te staan hoe vlug alles voorbijgaat. Hopelijk is Covid-19 binnen 1000 dagen ook slechts een vage herinnering meer !
De dotterbloem is en inheemse moerasplant en zie je bovendien ook dikwijls terug aan de boorden van tuinvijvers. Er is wel wat gelijkenis tussen de bloemen van de dotterbloem en die van de boterbloem en da's niet toevallig want ze zijn familie van elkaar. Net als boterbloemen worden dotterbloemen gemeden door grazend vee want ze zijn giftig.
Nu zal je niet direct doodvallen van één dotterbloem en ik zie ook niet direct een reden om ze op te eten. Alhoewel: vroeger werden de bloemknoppen opgelegd in azijn en geconsumeerd zoals kappertjes ! Hoeveel mensen om die reden ooit buikpijn hebben gekregen wordt er niet bijverteld !
Gelukkig heeft onze Scruffy ze nog niet zien staan aan de vijverrand !
Ondanks Covid-19 is het toch maar lekker Pasen. En met lekker bedoel ik dan de eitjes van de Paashaas (liefst met pralinévulling). We moeten dan wel in ons "kot" blijven maar prijzen ons gelukkig met het feit dat we nog een tuin hebben. Met het prachtige weer van de afgelopen dagen was het genieten alsof het al zomer was ! Morgen zou er een dipje in de temperatuur komen maar ja, wat wil je als je 10° boven je stand leeft. Het kan niet blijven duren !
Op het risico door sommigen voor gek te worden verklaard : het zou wel eens mogen regenen. Geen 2 weken aan een stuk natuurlijk, maar een mals buitje, meer dan ééntje en liefst 's nachts zou meer dan welkom zijn. Dan moet ik mijn juist gezaaid schaduwgazon niet meer elke dag besproeien en kan ik het grondwater sparen voor de volgende zomer.
De voorbije dagen was het een echte groenexplosie in de tuin. Al dat frisse groen dat nog niet onder het stof zit of aangevreten is door bladluis & Co laat het beste verhopen voor de komende zomer.
Ondertussen zijn de containerparken terug open en hebben we terug opslagcapaciteit voor het snoeiafval en het verder opruimen van de tuin.
Onze jongste Berner "Scruffy" is ook al van jongs af aan geïnteresseerd in bloemen en planten. Hij heeft weliswaar andere prioriteiten. Ik kijk rond naar wat mooi is, Scruffy kijkt rond om te zien of iets lekker is !
Nu op één gele dovenneteltje zal het niet steken zeker !
Op het eerste zicht is het heel raar om nu reeds waterjuffers te zien rondvliegen. Een week geleden vroor het 's nachts nog. Maar dat deert de winterjuffer niet, het zijn de enige vertegenwoordigers van hun familie die heel de winter lang actief zijn. Als het echt heel koud wordt gaan ze in stand-by modus. Ze kunnen dat omdat ze antivries in hun bloed hebben, handig toch !
En deze twee zijn al druk in de weer voor het nageslacht !
De naam is groter dan het tulpje zelf. Tulipa pulchella 'Persian Pearl' is een botanische dwergtulpje dat bloeit met magentakleurige bloemen die in het centrum heldergeel zijn. Omwaaien zullen ze niet vlug doen want ze zijn max. 10 cm hoog, Ze bloeien in april en zijn geliefd bij bijen. Ze zijn geschikt voor verwildering, mits ze op een warm plekje geplant worden. Hun origine ligt in Noord-Iran en Koerdistan.
Lang geleden toen we jong(er) waren, waren er overal nog plassen en vennetjes waar we salamanders gingen vangen om in een oud aquarium of iets dergelijks te "bestuderen". Al die plassen zijn ondertussen verdwenen onder beton en verkavelingen en de salamandertjes die er nog zijn, zijn ondertussen, gelukkig maar, beschermde diersoorten geworden. Ik prijs me gelukkig met mijn (kunstmatige) tuinvijver die ondertussen een vakantiepark voor veel amfibieën uit de buurt geworden is.
Momenteel is het paartijd voor de salamanders. Hier zien we vooral de kleine watersalamander en de alpenwatersalamander en af en toe zelfs de zeer zeldzame kamsalamander langskomen.
Ik ben Roger
Ik ben een man en woon in de Kempen (België) en mijn beroep is jong gepensioneerde.
Ik ben geboren op 29/05/1954 en ben nu dus 70 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: tuinieren, fotografie, zeewateraquarium, modelbouw, ....