goeimorgen lezers! een rare gewoonte van mij is dat ik elke morgen op het toilet (en dat is gezond zeggen de dokters!!) mijn poëziekalender lees. elke dag een nieuw gedicht en meestal herlees ik er dan nog een paar van vorige weken of maanden. Ik vond het wel passend om het gedicht van vandaag op mijn blog te zetten: het past wel in mijn zoektocht. Ik schrijf trouwens graag zelf poëzie en ga daar in de toekomst meer gebruik van maken om mijn denken in letters om te zetten.
De weg vragen
Een boek over het paradijs is geen routebeschrijving. Leer het uit je hoofd en je weet niets. Schrijf het en het zal je teleurstellen. Net zomin als bezit leidt tot geluk, veel licht tot begrip van een tekst, de zinloosheid
van de wereld een zinnig filosofie is - tussen Eufraat en Tigris is alles wat je onthouden moet. Bedenken hoe je niet in het paradijs komt is bijna paradijselijk, een plek waar een slang de vrouw beter kent dan haar man.
Gidsen spreken uit brandende struiken, onweersbuien, van explosies is de weg gemaakt, vaders ziekbed is eind- bestemming van de bus, het is waar je namen geeft
aan wat je ziet, pas als je buiten staat bedenk je hoe het daar moet heten, het is niet de plek waar wij onszelf kennen: waar wij ons vergaten heet het paradijs.
Hans Mirck De weg vragen Uit: 'Archiefvernietiging' Prometheus, Aùsterdam, 2008
de dag kondigt zich mooi aan, zonovergoten tuin. als het nu bij mijvan binnen ook zonovergoten wordt zal het een prachtige dag worden. ik was gisteravond nog even aan het lezen in 'nocturnes' van Gerard Bodifée. Op pagina 22 kwam ik een grappige maar wel heel rake zienswijze tegen:"Alsof ik in een spiegel kijk. Dat zou een aap moeten denken als hij een mens bekijkt. Het is echter de mens die kijkt en zijn opmerkelijke gelijkenis met de aap vaststelt. Vreemde genoeg ontgaat het hem soms dat hij zich juist daardoor van de aap onderscheidt." Ik kan dit boek aan iedereen aanbevelen. De ondertitel luidt: Nachtelijke gedachten over de mens, de kosmos en God. boeiend om lezen en te herlezen!!
het is stil en donker buiten. het wordt fris. hier hoor ik zachtjes chopin spelen. donkere nocturnes die verlangen naar het licht. het is precies of ik mijn ziel hoor spelen. Daarnet op tv naar andré rieu en zijn orkest geluisterd aan het boden-meer in zuid-duitsland. Prachtige liederen in een schitterend decor. de romantiek had me weer te pakken, ik voelde het tot in de toppen van mijn tenen. Op zo'n momenten voel ik me zalig, verukkelijk!!! En nu sluimer ik weg in de stille uren van een zachte nacht. Even stopt mijn pelgrimstocht naar de zoveel vragen. Voor wie nog wakker is: slaapwel straks Voor wie al slaapt: droom zacht
Goeiemorgen. Ik liep daarnet op blote voeten door mijn tuin. Sommigen zeggen dat je dan meer contact met de aarde hebt. Fysisch is dat wel zo, maar psychisch? Ik denk dikwijls dat zo'n dingen te maken hebben met autosuggestie. Het voelt alleszins fris aan en het belooft terug een warme zonnige dag te worden. Ik heb een nieuwe cd opgezet deze morgen, hij klinkt zalig intimistisch: anneleen lenaerts speelt op haar harp Chopin en Liszt. Ik ben vorige week naar haar gaan luisteren in het cultuurcentrum. Een mooie jonge vrouw die briljant harp speelt. In september gaat ze bij het Wiener Symphoniker spelen. Wat ik gisteren zij over Bach voel ik nog dieper wanneer ik iemand zie en hoor prachtige muziek spelen. Een schitterende geest die mij en zoveel anderen schitterende ervaringen meegeeft mag niet eindig zijn. Maar ik geloof niet in oneindigheid. Die voortdurende botsing maakt mij onrustig.
Even gewandeld op het Campo Santo in Sint Amandsberg. Toch een indrukwekkend kerkhof. Alhoewel de doden daar even dood zijn als op andere kerkhoven. Wel prachtige beeldhouwwerken en heel veel bekende kunstenaars. Je wandelt er een beetje in het verleden van de kunst. Het ligt er allemaal nogal onverzorgd en verlaten bij. Van daaruit naar de Paasmis. Mijn zoon zong in het kerkkoor. Mooie zachte gregoriaanse gezangen. teksten die verwijzen naar nieuw leven, naar het opzijschuiven van de dood. De gelovigen wensen mekaar de vrede van de Heer en een zalig Pasen. Toch een aparte sfeer van mensen die meer van het leven verwachten dan leven en sterven.
Pasen was vroeger ook een hoogdag voor mij. De nieuwe mens die elke dood overwon. Maar het geloof is weg en ook de verrijzenis (of het verder leven, of hoe je het ook wil noemen). Het wordt vandaag een stralende zomerse dag, ik ga er zoveel mogelijk van genieten. Seffens ga ik toch naar de Paasmis. Mijn zoon zingt in een kerkkoor en ik rijd met hem mee. De traditie en de tekens blijven me wel nog bekoren, uiteindelijk heb ik daar tot 2 jaar geleden rotsvast in geloofd. Ik heb daar tientallen jaren voordrachten over gegeven 'leven en sterven en leven'. Maar vandaag ga ik leven! genieten van de zon! supporteren voor Gilbert in L-B-L. Daarna een mooi boek openslaan. Ik wou bijna zeggen, vandaag ga ik niet nadenken. Maar dat gaat niet. Maar ik ga toch proberen alleen over de goede dingen na te denken. Als dat lukt. Voor degenen onder jullie die nog geloven in Pasen: Zalig Pasen!
God is voor mij schoonheid en liefde. ik begrijp niet dat mensen die schoonheid creëren en mensen die liefde brengen sterfelijk kunnen zijn. Zij dragen diep in zich een genialiteit die raakt aan de eeuwigheid en toch huizen zij in een sterfelijk lichaam. Bij hun dood blijft alleen leegte over en dat vind ik verschrikkelijk. Neem nu Bach. De grootste componist die hemelse, goddelijke muziek heeft geschreven. Die creativiteit, die genialiteit zit in dat sterfelijk lichaam vandaag en morgen is die er niet meer omdat dat menselijk lichaam niet meer functioneert.Chopin legt in elke noot die hij schrijft een onsterfelijke gevoelswereld waarin weemoed, verdriet en liefde tastbaar worden. En tussen Bach en Chopin ben ik op tocht.
Karin zegt dat ik God moet zoeken in mezelf en liefde moet vinden in alles in mijn leven, ook misschien in mezelf. God is hij die ik niet kan noemen, die ik niet kan zien. Maar ik ken mezelf vij goed, al leven er vrij veel persoonlijkheden in mij; ze kennen mekaar in de stilte van het alleen zijn, in de rust van het duister, in het verlangen naar te zijn wie ik ben.Mensen dragen de opperste schoonheid in zich, luister maar naar Bach, maar Bach is even menselijk als de gewoonste schooier en zijn genialiteit verdwijnt bij zijn fysieke dood. Dat kan ik niet begrijpen, waarom leven mensen bewust en hebben ze geen greep op het begin en het einde van hun leven. Ligt liefde in ons leven, in mijn leven? Waarom raken mensen die graag zien mekaar niet aan, waarom blijven ze aan de rand van ons leven, ongemerkt en niet bereikbaar. Mijn weg loopt vreemd vanavond, de dingen staan niet meer op een rij die ik ken.
het donker valt over mijn tuin. donkere wolken schuiven erover heen. Donderwolken of de nacht die toeschuift? De nacht is lang geleden ook over mijn religieus leven geschoven na zware ontgoochelingen in mijn ontmoetingen met God. Ik mis Hem, maar de plek waar hij woonde is leeg, zo leeg. Bidden was voor mij een buitengewone ervaring, een goddelijke aanwezigheid die mij inspireerde. ik kan niet meer bidden. ik mis het.
moest er mij iemand, die hier toevallig passeert, mij kunnen helpen met fotos als achtergrond voor mijn teksten, of ik probeer ook mijn eigen foto links of rechts te kunnen plaatsen zodat bezoekers kunnen zien wie zij lezen. misschien is het lot mij goedgunstig!!
De zon brandt, mijn tuin baadt in een deugddoende warmte. Zomer in april en Pasen kondigt nieuw leven aan. Alle reden om de juichen en te zingen. En diep in mij doe ik dat dan wel. Maar ik weet dat mijn buurman ziek in bed ligt, dat niemand daar van wakker ligt, hij is ook de niet de charmanste en weigert meestal elke toenadering, maat ik weet het toch en ik moet hem achterlaten. De jongste maanden zijn er veel bekenden binnen mijn generatie gestorven. Voor ouderen s dat jong, voor jongeren is dat al oud. Alleszins werd ik met mijn neus op de dood gedrukt en wat mij vooral ontstelde was de snelheid waarmee zo iets gebeurt. Ik wandelde gisteren op het kerkhof en plots stelde ik mij de rijen en rijen doodskisten voor, die allemaal naast en achter mekaar lagen, honderden meter lang. En wij wandelen daarboven en doen of er niets aan de hand is. In november schreef ik nog een column voor okra-magazine met het kerkhof als centraal thema. Toen keek ik als waarnemer, als toeschouwer, als vriend bij zijn vrienden en bekenden. Gisteren was dat anders, ik was degene die er niet bijhoorde, of misschien de verwachtte die wegging tegen alle regels in. Ik stel me het leven dikwijls voor als een stroom, met de geboorte als bron en dood als het bereiken van de zee. De weg daartussen is tastbaar en zichtbaar, maar vanwaar en waar naartoe zijn volslagen onbekenden. Mijn pelgrimstocht sart moeizaam, ik moet de goeie startplek nog vinden.
Het is een heerlijke morgen. Na de regenbui van gisteravond geurt mijn tuin naar nieuw leven. Ik stap tussen Goede Vrijdag en Pasen naar een dag die ik nog niet ken. Wie zal ik ontmoeten?Wie zal ik liefhebben? Hoe zal mijn lichaam reageren? Blijf ik gezond? met 68 jaar begint de sleet overal zijn kop op te steken. Maar moet ik al deze vragen wel stellen? Ook als ik ze niet stel gebeurt wat zal gebeuren, dus ik moet dat vragenstellen afleren. Troumadour zegt er bij dat ik oon niet naar antwoorden moeten zoeken op mijn levensvragen. Ik zou moeten blij zijn dat er voor mij nog een Raadsel bestaat. Maar binnen in dat Raadsel vind ik toch liefde en schoonheid van een andere orde dan degene die we hier dagelijks tegenkomen. Of kijk ik daar niet goed naar? En zit er ook Goddellijke schoonheid in de dagelijkse dingen, maar zie ik ze niet?Dus toch vragen Troumadour. Ik ben ook blij dat Karin in mijn leven opduikt. Ze lijkt mij een vrouw met een sterke energie en hee veel geluk in haar kijk naar de dingen. Ik ben nog maar net op stap en heb al 2 wonderbaarlijke mensen ontmoet. Daar ben ik heel blij om. Het is hier heerlijk om toeven, een plots nieuwe plaats in mijn leven.
Karin zegt dat ik God moet zoeken in mezelf en liefde moet vinden in alles in mijn leven, ook misschien in mezelf. God is hij die ik niet kan noemen, die ik niet kan zien. Maar ik ken mezelf vij goed, al leven er vrij veel persoonlijkheden in mij; ze kennen mekaar in de stilte van het alleen zijn, in de rust van het duister, in het verlangen naar te zijn wie ik ben.Mensen dragen de opperste schoonheid in zich, luister maar naar Bach, maar Bach is even menselijk als de gewoonste schooier en zijn genialiteit verdwijnt bij zijn fysieke dood. Dat kan ik niet begrijpen, waarom leven mensen bewust en hebben ze geen greep op het begin en het einde van hun leven. Ligt liefde in ons leven, in mijn leven? Waarom raken mensen die graag zien mekaar niet aan, waarom blijven ze aan de rand van ons leven, ongemerkt en niet bereikbaar. Mijn weg loopt vreemd vanavond, de dingen staan niet meer op een rij die ik ken.
Iedereen hier in huis is gaan slapen. Ik zit wat te spelen met mijn toetsenbord, ik wil woorden opdiepen die zeggen wat ik denk, die kleuren hoe ik denk, die twijfels kunnen omvatten in rustige zekerheden. Maar daar precies mangelt het. Daarom ga ik op weg. Daarom wil ik niet stoppen.Waarom schrijf ik het hier en niet in een veilig dagboek dat zich lekker voelt in de onderste schuif van mijn bureau. Karin leeft in het NU zegt zij, maar dat nu is maar geworden wat het is door de duizenden jaren die eraan vooraf gingen. En ik ben daar het product van. In mijn transcendent leven is er een aanwezigheid die ik niet kan benoemen. Ik geloof niet meer in God, maar schoonheid en liefde bestaan, zij zijn in mijn ogen het eeuwig Aanwezige, zij beantwoorden aan een godsgedachte die ik nog niet kan neerschrijven, maar die dikwijls bepalend zijn in mijn luisteren den denken en opnemen. Van daaruit vertrek ik nu, ik weet dat het verwarrend klinkt, maar ik kom er wel uit. Alleen weet ik nog niet hoe.
Er blijft natuurlijk minder tijd over dan vroeger. En je krijgt dan nog de indruk dat de overgebleven tijd sneller vooruitgaat! En je mag niets verkeerd voelen of je denkt aan het begin van het einde. Mannen hebben dat meer dan vrouwen blijkt. Misschien moet ik wel meer doen wat ik vroeger steeds voorhield aan een ouder luisterpubliek: geniet bewust van de tijd die je gegeven is. Maar er is natuurlijk meer.
Het is een raar gevoel om hier gedachten neer te pennen die je eigelijk nooit met anderen gedeeld hebt. Maar ik zit danig in een knoop. Ik heb te veel vragen en te weinig antwoorden. Vroeger was er God. Maar hij is voor mij een raadsel geworden. En Harry Mulish schreeft ooit: "Het is beter het Raadsel te vergroten." Deze tekst staat ook op het graf van Sus Verleyen. Is dat ook beter? Ik weet het niet. Ik wil op zoek gaan en misschien kan jij mij helpen op deze pelgrimstocht.Hopelijk loopt de weg niet dood. Het is vandaag Goede Vrijdag. Vroeger was die mij heel vertrouwd. Nu weet ik niet goed hoe ik deze dag in mijn leven en plaats moet geven. Vroeger was ik 'op weg naar Pasen'. Vandaag loop ik een beetje verloren. Ik wil een poging doen om hier, misschien en hopelijk, met anderen, een weg te vinden naar het Raadsel.