Pfff, even een zuchtje. Ik zit. De files, de stroom van shoppers, de uitpuilende winkelrekken, de muzak, de prikkelbaarheid van mijn gehaaste medemens, de snelle groetjes en wensen aan bekenden, de kleine plichten van de voorbereidselen op een lang weekend... ze zijn achter de rug. Het wordt tijd om even rustig te worden en in de echte sfeer van Kerstmis te komen. Straks gaan we zingen: ...Kerstnacht die schone, laat liefde steeds wonen in ieders gemoed.... Een kerk van een cliché, maar ... Soms moet je clichés koesteren omdat ze het dichtst bij de waarheid staan. Samen met anderen heb ik dit jaar geen boom, geen bollen, geen slingers, geen rode puntmutsen... in huis gehaald. Omdat het niet klopt met mijn gevoel. Ik wil mijn aandacht niet afleiden van mijn driftige zoektocht naar de authentieke kern. Dit jaar zal ik het duister voelen, de nacht ervaren en het keren van het licht. De hoop op een nieuw leven moet nu eindelijk kansen krijgen. Het verlangen naar iets heel waarachtig en goed, dat aanwezig is en aankondigt wat zal komen, ga ik in stilte afwachten. Ik haal het voor de geest om het oude jaar met zijn verdriet en onmacht te verdringen. Ik laat het verleden een terminale ziekte krijgen en een ongecompliceerde dood sterven. Overblijfselen van slechte herinneringen zal ik ritueel verbranden. Er komt een open plek in mijn geest, een weidse ruimte voor beter, veel beter. Ik weet het, ik laat het toe en dat alleen al vervult me met deugddoende vreugde.
|